Hij wilde premier van Nederland worden, maar Geert Wilders kwam, zag en overwon. Een gesprek met Frans Timmermans over Vlaamse socialisten, zijn ontmoeting met Poetin en zijn imago. ‘Ik was ervan doordrongen dat ik ongeschikt was voor relaties.’
Ann Van den Broek en Jeroen Van Horenbeek
Onze journalist praat en eet een avond lang met een interessante gast in het Knokse restaurant Dunas van Edwin Menue en Fran Mertens. Deze week: Nederlands politicus Frans Timmermans.
‘Tijdens die ontmoeting met Poetin zag ik echt de shock op het gezicht van Mark Rutte. Hoe kán iemand nu zoiets zeggen?’
Frans Timmermans
“Aha, daar zijn jullie!” Met zijn blitse zonnebril en zomerse outfit is er geen voorbijganger die de voormalige Europees commissaris voor Klimaat voor iets anders aanziet dan een doordeweekse toerist op een Knoks terras.
Ruim voor het afgesproken uur zit hij ons al op te wachten. En nog voor wij hem spotten, had hij ons al van ver herkend, hoewel we elkaar nooit eerder ontmoetten.
“Het is dat koffertje”, wijst hij naar het materiaal van onze fotograaf. “Dat gaf het wel weg.”
Hij was voor de zekerheid maar ruim op tijd uit Maastricht vertrokken, zegt Frans Timmermans. Daar woont hij sinds hij vorige zomer holderdebolder uit Brussel vertrok om zich als leider van GroenLinks-PvdA vol in de strijd van de vervroegde Nederlandse verkiezingen te gooien. En zo rollen ook wij holderdebolder al vanaf de begroeting het interview in.
U vertrok naar Nederland met één doel: minister-president worden. Het draaide anders uit: de verkiezingen werden een grote overwinning voor Geert Wilders (PVV). Bent u al over de ontgoocheling heen?
“Ik heb altijd gezegd dat ik dacht dat Nederland op dit moment te rechts is om dat in één verkiezing te verwezenlijken, al was het minister-presidentschap wel absoluut het doel. Maar die knop omdraaien gaat wel heel snel, hoor. Alleen de praktische dingen zijn wat wennen.
“Ik heb elf jaar aan een stuk bestuurd. Als ik zei: we gaan linksaf, volgde iedereen om me heen. Dingen werden ook voor me geregeld. Als ik nu van Maastricht naar Knokke moet, moet ik zelf uitzoeken of ik ergens kan parkeren en mijn auto kan laden.”
U was heel emotioneel op de verkiezingsavond.
“Ja. Dat heeft alles te maken met mijn grote politieke voorbeeld Max van der Stoel. Ik werkte voor hem toen hij bij de OVSE (Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa, red.) de Hoge Commissaris inzake nationale minderheden was.
“Ik ben er daarom van doordrongen dat een democratie pas kan overleven als de meerderheid om de positie van minderheden geeft.
“Het is geen fabeltje dat kinderen van de vierde generatie, wier overgrootouders naar Nederland zijn geëmigreerd, nu aan de juf vragen of ze hier wel mogen blijven. Dat voelde ik die avond heel erg.”
BIO
- Geboren op 6 mei 1961 in Maastricht
- Groeide als zoon van een diplomaat deels op in Brussel en Rome
- Was van november 2014 tot augustus 2023 Eurocommissaris en eerste vicevoorzitter van de Europese Commissie
- Was als Eurocommissaris de bezieler van de Green Deal
- Is sinds december 2023 namens GroenLinks-PvdA fractievoorzitter in de Nederlandse Tweede Kamer
De overwinning van Wilders voelde ook als een persoonlijk falen?
“Het heeft mij zeker persoonlijk erg geraakt. Maar de verkiezing in Nederland was ook een soort referendum over de overheid, na schandalen als de toeslagenaffaire en de aardgasboringen in Groningen. Daar speelde Wilders ook heel goed op in, hoewel hij zelf in een Haagse bureaulade is geboren.
“Hij loopt al langer in Den Haag rond dan wie dan ook. Maar hij kon dat anti-establishment gevoel heel goed vormgeven. En als iemand de verpersoonlijking van het establishment was in deze campagne, dan ik wel. De oud-minister, de ex-vicevoorzitter van de Europese Commissie.
‘Uit de verkiezingen bleek dat Nederland niet op zoek was naar bestuurlijke ervaring, maar naar een grove bezem“
“Een van de redenen waarom men mij wilde als leider voor het linkse blok van PvdA en GroenLinks, was omdat men redeneerde dat Nederland na het vertrek van Rutte nood had aan een safe pair of hands. Alleen blijkt uit dat referendum dat Nederland niet op zoek was naar bestuurlijke ervaring, maar naar een grove bezem.
“Ik zal nooit begrijpen waarom de VVD ervoor gekozen heeft om zo de deur open te zetten voor Wilders. In Nederland bestaat het begrip cordon sanitaire niet, maar in de praktijk heeft Mark Rutte (minister-president van Nederland van 2010 tot 2024, red.) het wel jarenlang toegepast.
“Hij sloot Wilders uit, maar af en toe had hij dan ‘PVV-corvee’, zoals hij dat zelf noemde. Dan zei hij dingen die nogal fors waren om de rechterflank te bedienen. En vervolgens liet hij een regering vallen op migratie, zonder heel duidelijke plannen op dat thema.”
Wat verwacht u van dit nieuwe rechtse kabinet met PVV, VVD, BBB en NSC?
“Dat het niet lang zal duren. We hebben in 2026 gemeenteraadsverkiezingen en ik denk dat we daarvoor alweer landelijke verkiezingen zullen hebben gehad. Deze constructie is zo instabiel.
“Wilders mocht geen minister-president worden en dat was natuurlijk een gigantisch cadeau. Hij zei dat ook letterlijk tijdens het laatste debat: jullie gaan daar spijt van krijgen.
“Hij kan nu vanuit het parlement oppositie voeren tegen zijn eigen kabinet, maar hij kan ook de successen van dat kabinet claimen.”
Extreemrechts wint bijna overal in Europa. Blijkbaar is het heel moeilijk om daar een democratisch antwoord op te formuleren?
“Ik denk dat veel mensen in ons deel van de wereld hun vooruitgangsgeloof zijn kwijtgeraakt. Ze willen behouden wat ze hebben, vanuit de overtuiging dat het niet meer beter wordt.
“Partijen als Vlaams Belang of PVV spelen daar sterk op in, omdat zij een nostalgisch wereldbeeld voorspiegelen van een verleden dat eigenlijk nooit heeft bestaan. Maar dat dan wel het perspectief moet zijn voor de toekomst. Dat slaat aan.
“De boodschap van partijen als de mijne is veel moeilijker. Wij vertellen mensen namelijk dat we voor grote uitdagingen staan en dat we daar ook niet van kunnen weglopen. En toch moeten we dat blijven doen.
“Ik geloof er sterk in dat je mensen niet naar de mond mag praten. Ze verdienen dat je ze af en toe gewoon tegenspreekt.
“Ik kan niet garanderen dat we zo de kiezers van extreemrechts gaan terugwinnen, maar ik ben zeker niet fatalistisch. De samenleving is te winnen.”
Er worden Zeeuwse mosseltjes met ricotta en gezouten citroen op tafel gezet, wat ons de kans geeft om de vraag te stellen die we eigenlijk bij aankomst hadden.
Namelijk: waarom heeft Timmermans eigenlijk toegezegd voor dit gesprek?
Welk belang heeft hij erbij om helemaal naar de Belgische kust te rijden, om uren met twee journalisten te praten en er vervolgens nog een fotosessie bij te nemen, niet bepaald zijn favoriete bezigheid?
Hij lacht.
“Precies dát zeiden ze op kantoor ook. ‘In je vakantie dan nog! Waarom?’
“Welja, omdat het De Morgen is. Ik heb wat met die krant. Al sinds 1994 heb ik een abonnement. Elke dag lees ik de Nederlandse kranten, omdat ik dat professioneel verplicht ben: The Guardian, Le Monde, Frankfurter Allgemeine en De Morgen.”
Maar Timmermans’ band met dit land gaat veel dieper. Hij rekent het even na. Zestien jaar van zijn leven woonde hij in de rand rond Brussel. De laatste tien jaar, als Europees Commissaris, in Tervuren.
En als kind – zijn vader was archivaris bij de Permanente Vertegenwoordiging van Nederland bij de toenmalige EEG, de voorloper van de Europese Unie – in Sint-Stevens-Woluwe.
Dat heeft zo zijn sporen nagelaten, want Timmermans schakelt plots over naar een hilarisch perfect accent uit de gordel rond de hoofdstad, wanneer hij zijn oude meester Bosmans imiteert.
“Frans, wat hebde gij deze morgen op uw boterham gegeten? Jám? Confituurrrr wilde zeggen.”
“Het waren de jaren 1960, jullie kunnen je dat niet meer voorstellen, maar toen hadden Vlamingen nog een enorm minderwaardigheidscomplex ten opzichte van Nederland.
“Mijn kinderen, die op het Koninklijk Atheneum van Tervuren hebben gezeten, zijn nooit gepest omdat ze Nederlander waren. Ik wel. Dat zijn dingen die je niet vergeet. ‘Kees, Kees, steekt uwe vinger in uw gat, dan hebt ge lekkere chocolat!’
“Wat is dan het resultaat? Mijn broer en ik hebben ons het accent helemaal eigen gemaakt. Mijn medewerkers lachen daar vaak mee, maar als wij hier nog twee uur zitten, praat ik weer Vlaams. Dat schuift zo op.”
En het is ook goed voor de persoonlijke relaties op hoog niveau, zo blijkt.
“Ik zat op een diner ooit eens naast gewezen Europees president Herman Van Rompuy (cd&v). Ik vertelde over mijn schooltijd en hij trok grote ogen.
“Meester Bosmans? Blijkt dat we naar dezelfde lagere school zijn gegaan, weliswaar met wat jaren tussen.”
Onderhoudt u ook zulke nauwe banden met de Vlaamse socialisten?
“Er is best regelmatig contact. Conner Rousseau heeft me in de campagne gevraagd om te komen spreken in Gent, wat ik heb gedaan.
“En Frank Vandenbroucke ken ik natuurlijk al heel lang. We woonden ook vlak bij elkaar in Tervuren.”
Wat vindt u van Rousseau?
“Zijn stijl is de mijne niet, maar dat is een generatieverschil. Hij trekt mensen opnieuw naar de sociaaldemocratie, en daar kan ik alleen maar blij om zijn.
“Hij heeft uiteraard een aantal stevige uitglijders op zijn naam staan, en daar heeft hij heel terecht voor geboet. Uitspraken als die over Molenbeek, ik zou ze mijn strot niet uitkrijgen.
“Maar ik ben het er niet mee eens dat de Vlaamse socialisten nu plots een zoveel rechtsere koers zouden rijden.
“Zijn naam valt vandaag nog zelden, maar ik zie het grote verschil niet tussen wat Conner vandaag zegt en de lijn die Steve Stevaert bewandelde.”
Geeft u soms advies? Zoals: sluit nu dat kartel met de groenen maar? In Nederland heeft het links duidelijk geen windeieren gelegd.
“O nee. Ik vind iedere vorm van linkse samenwerking goed, maar de omstandigheden zijn hier helemaal anders en ik heb aan Vlamingen helemaal geen lessen te geven.
“Nederland heeft eerder veel van hen te leren, vind ik. Dat je geen campagne moet voeren op migratie, want dat je zo extreemrechts alleen maar groter maakt, dat had Bart De Wever hier jaren geleden al door.
‘Ik zie het grote verschil niet tussen wat Conner Rousseau vandaag zegt en de lijn die Steve Stevaert bewandelde’
“Maar ik geloof wel echt sterk in de samenwerking tussen groen en rood.
“Rood gaat al 150 jaar over hoe we de schaarse dingen op een eerlijke manier in de samenleving verdelen.
“Groen is ontstaan door de zorg over de teloorgang van ons milieu en onze natuur.
“Ik zie voor de jaren die komen klimaat en natuur als schaarse goederen, die we op een eerlijke manier moeten verdelen.”
De strijd tegen de klimaatopwarming lijkt van de agenda verdwenen. Zeker bij mensen die het niet breed hebben.
“Omdat de maatregelen die genomen zijn vooral ten gunste komen van de mensen die de hulp het minst nodig hebben.
“Ze zijn er met de beste bedoelingen gekomen, hoor. De subsidies op elektrische wagens, op zonnepanelen, op warmtepompen: allemaal leuk en aardig, maar het zijn mensen die het al goed hebben die daarvan profiteren, niet de onderkant van de samenleving. Maar zij betalen wel mee, via de belastingen.
“In plaats van die individuele subsidies, zorg ervoor dat het eigenaren van sociale huurwoningen makkelijker wordt gemaakt om die woningen te verduurzamen. De bewoners hebben daar dan meteen profijt van, via hun energierekeningen.
“Steden vergroenen is ook heel populair bij mensen, maar begin daar dan mee in volksbuurten. Laat zien dat je mensen die het zelf niet kunnen betalen, ondersteunt in die klimaattransitie.
“Ik denk dat als je de klimaattransitie als een herverdelingsvraagstuk bekijkt, je veel meer mensen meekrijgt. Daarom heb ik als Europees commissaris bevoegd voor klimaat ook heel hard voor een sociaal klimaatfonds gevochten. Dat is nu in aanleg.”
U hebt ook veel kritiek geoogst. Dat de Wetstraat wel heel ver van de Dorpsstraat ligt, bijvoorbeeld. Die Wetstraat maakt allemaal mooie plannen, maar het is wel de Dorpsstraat die ze moet betalen en er dus door afziet.
“Ik ken nochtans genoeg Dorpsstraten in Vlaanderen waar de zonnepanelen huis na huis op het dak liggen. Zo groot is die afstand niet, hoor.
“De polarisering is voor een groot stuk politiek en er zijn bepaalde belangenorganisaties die daarop inspelen.
“Ik vraag me bijvoorbeeld echt af hoeveel boeren met een eigen boerenbedrijf er belang bij hebben om tegen de Green Deal te protesteren.
“De grote landbouwproducenten, ja. Maar een boer met een gemengd bedrijf, een melkvee- of akkerbouwbedrijf? Zij zijn vaak de grootste slachtoffers van de klimaatopwarming.”
U werd ook het gezicht van de Europese regeldrift. Er wordt u verweten dat u de industrie wegjaagt door strenge milieuregels op te leggen, wat dus nefast is voor onze economie.
“De meeste grote Europese bedrijven zijn nochtans aan boord. Ik heb met hen eerlijk gezegd de minste problemen gehad. Omdat ze ook zien wat er in de rest van de wereld gebeurt.
“In China komt jaarlijks meer zonne-energie op de markt dan in de rest van de wereld gecombineerd. Er worden in de hele wereld voor vele miljarden dollars projecten voor hernieuwbare energie uitgerold.
‘Ik vraag me echt af hoeveel boeren met een eigen boerenbedrijf er belang bij hebben om te protesteren tegen de Green Deal. Zij zijn vaak de grootste slachtoffers van de klimaatopwarming’
“De industrie van de toekomst zal duurzaam zijn, en het gaat allemaal heel snel. We hebben die discussie ook ooit rond de staalbedrijven gehad. Mensen accepteren niet meer dat ze pfas in hun tuin vinden. De industrie zal zich moeten aanpassen.”
Is de strijd niet al verloren? Europa lijkt weg te kwijnen in de verschuivende verhoudingen van de wereldeconomie.
“Natuurlijk niet. Wij zullen moeten kiezen voor sectoren waar we een toegevoegde waarde hebben ten opzichte van andere economieën.
“Neem nu windenergie, daarin zijn wij wereldleider. Dat mogen we ook nooit meer opgeven. Warmtepompen: niemand deed daarin meer investeringen dan Europa. Hetzelfde voor de nieuwe technologieën die daarmee samenhangen.
“De chipoorlog, die hoeven we niet te verliezen van de Amerikanen of de Chinezen als we daar massaal in blijven investeren.
“De automobielindustrie, die dreigen we te verliezen aan de Aziaten, maar ook daar zijn we met innovaties en aanpassingen in staat om nog verandering in te brengen.
“Tesla levert gewoon niet de kwaliteit die belangrijk is voor de lange termijn. De Chinese auto-industrie levert die wel, dus we hebben geen tijd te verliezen.”
Hij is fan van Tourist LeMC, zegt Timmermans plots, schijnbaar ongerelateerd.
Tot hij het uitlegt: onlangs gaf de Antwerpse artiest een interview in deze krant waar de politicus erg van genoten heeft.
“Omdat ik het prachtig vond wat hij zei: dat hij is afgehaakt, niet uit desinteresse, maar omdat het allemaal wat te veel geworden is.
“Dat zie je tegenwoordig veel bij mensen. En ik begrijp dat. Wij onderschatten weleens hoe revolutionair deze tijd is.
“Je hele economie is tweehonderd jaar lang gebaseerd geweest op fossiele brandstoffen en plots, in anderhalve generatie, moet je daarvan af. Dat is revolutionair. Kijk naar de opkomst van de vroegere ontwikkelingslanden: revolutionair.
“Alleen: als je midden in een revolutie zit, merk je dat niet zo. Denk aan die beroemde notities in het dagboek van Franz Kafka.
“‘2 augustus 1914. Vanochtend heeft Duitsland Rusland de oorlog verklaard. Vanmiddag ben ik gaan zwemmen.’
“Het is pas achteraf dat je doorhebt dat je op de geschiedenis staat te kijken. Ik was zo zelf getuige van de staatsgreep in Moskou in 1991 en ik had totaal niet door dat er iets historisch aan het gebeuren was.”
Excuseer?
(lacht) “Ik werkte toen op de Nederlandse ambassade in Rusland en de BBC berichtte als eerste dat er iets aan de hand was.
“Gorbatsjov zat vast op zijn datsja op de Krim – onder huisarrest van coupplegers, bleek later – en ik dacht: het is zondagochtend, als ik iets te weten moet komen, dan misschien bij Boris Jeltsin. Hij was toen voorzitter van het parlement van de Russische federatie.
“Ik reed dus met mijn Volkswagentje daarheen. We werden met een paar man naar een voor de rest lege theaterzaal geleid en daar kwam Jeltsin binnen. Hij las van een papiertje een verklaring voor: dit is een staatsgreep.
“Maar Jeltsin was duidelijk gepikeerd dat er niemand was. Dus gaf hij de opdracht om volk op te trommelen.
“Een uur later stond hij daar weer, met diezelfde verklaring. Over de brug over de Moskva, uit de richting van Minsk, kwamen intussen tanks aangereden.
“Jeltsin ging naar buiten, er was wat verwarring, ja wat nu?
“‘Lees anders die verklaring nog eens voor’, zeiden zijn medewerkers. Dus ze tilden Jeltsin op die tank en hij las daar die verklaring nog eens voor. En ik dacht: ja, die heb ik nu al drie keer gehoord.
“Er stond misschien vijftig man bij die tank, meer niet. Maar dat beeld is iconisch geworden. Alleen voelde dat op dat moment totaal niet zo.”
U hebt in die periode Vladimir Poetin ook persoonlijk leren kennen.
“De eerste keer dat ik hem zag was hij nog viceburgemeester van Sint-Petersburg. De toenmalige burgemeester Anatoli Sobtsjak was in het Westen zeer populair.
“Westerse politici die naar Rusland kwamen wilden altijd graag bij hem op audiëntie. En om dat vanuit de ambassade te regelen, kon je het best via Poetin gaan.
“Ik wilde natuurlijk laten zien dat ik heel goed Russisch sprak, hij wilde tonen dat hij heel goed Duits sprak, best komisch allemaal.
“Maar later heb ik hem natuurlijk ook meegemaakt toen ik Nederlands minister van Buitenlandse Zaken was.
“Je kunt het je vandaag bijna niet meer voorstellen, maar we organiseerden toen nog een Rusland-jaar, waarvoor hij ook naar Amsterdam zou komen.
“Dat lag wel gevoelig, er waren protesten vanuit de lgbtq+-gemeenschap, en met Mark Rutte had ik afgesproken dat we dat in ons gesprek met Poetin ook zeker zouden aankaarten.
“Zaten we daar, Poetin, Sergei Lavrov (huidig Russisch minister van Buitenlandse Zaken, red.), Mark en ik.
“Rutte maakte een heel duidelijk statement over homorechten en dan zei Poetin:
‘Ja, maar luister, die gekkigheid dat mannen met elkaar mogen trouwen: wij hebben al een demografisch probleem in Rusland. Als we dat toestaan, krijgen we nog minder kinderen.’
“Dat was het niveau. Ik zag echt de shock op Marks gezicht. Hoe kán iemand nu zoiets zeggen?
‘Kijk, de Amerikanen steunen ons niet omdat ze ons leuk vinden. Ze steunen Oekraïne omdat ze zien dat dat in hun eigen belang is’
“Daarna heb ik natuurlijk een hoop gedoe met ze gehad, toen Rusland de MH17-vlucht uit de lucht haalde (waarbij in 2014 onder meer 196 Nederlandse en 4 Belgische passagiers om het leven kwamen, red.).
“Voor alle directe betrokkenen was dat uiteraard een levensveranderende ervaring, en ook voor de Nederlandse politiek.
“Tot dan behoorde ik tot een minderheid die kritisch stond ten opzichte van Rusland. Nederland wilde vooral toch zakendoen.
“Maar voor Mark Rutte, en ik denk echt de hele Nederlandse politiek, was MH17 een waterscheiding. Het maakte duidelijk met wie we eigenlijk te maken hadden.”
U zei minder dan een jaar na het begin van de oorlog in Oekraïne dat Rusland hem in feite al verloren had. Gelooft u dat nog steeds?
“Als wij Oekraïne in de steek laten, kan Poetin er nog redelijk uitkomen. Maar als we volhouden?
“Poetin komt nu snel zonder manschappen te zitten. Dat is een loopgravenoorlog zoals we die 1914-1918 gekend hebben, die daar gevoerd wordt. Er zijn al honderdduizend slachtoffers.”
Maar wat als Trump straks wordt herkozen?
“Daar hoopt Poetin natuurlijk op, maar ik zal het nog moeten zien of dat wel grote consequenties heeft.
“Kijk, de Amerikanen steunen ons niet omdat ze ons leuk vinden. Ze steunen Oekraïne omdat ze zien dat dat in hun eigen belang is.
“Ze vinden alleen dat Europa wat meer zou kunnen bijdragen, en daar kan ik ze geen ongelijk in geven.”
Als u eerlijk bent, zou u zich vandaag toch liever bezighouden met dat conflict?
“Kijk, diplomatie is mijn vak. Maar vandaag zit ik in de Tweede Kamer en heb ik twee ambities: ervoor zorgen dat dit kabinet zo kort mogelijk zit en om van die linkse samenwerking een duurzaam succes te maken.”
En binnen dit en twee jaar minister-president te zijn?
“O nee. Dat is daar ondergeschikt aan.”
U had het daarstraks over de verruwde zeden in de Nederlandse politiek. Toch hebt u ook de naam best licht ontvlambaar te zijn.
“Maar dat is altijd zakelijk. Ik denk niet dat er ooit iemand met me gewerkt heeft die dat onplezierig vond of zich niet geborgen voelde.”
Het is een publiek geheim dat u geen al te warme relatie had met Commissievoorzitter Ursula von der Leyen. Hebt u haar sinds uw vertrek nog gehoord?
“Nee. Ik heb haar keurig gemeld dat ik zou vertrekken en dat ik me strikt aan de regels zou houden. Heb ik ook gedaan, maar ik heb geen woord van haar gehoord. Niet bij mijn vertrek, en later ook niet.”
U bent op slechte voet gestart: u leek voorzitter te gaan worden, maar moest genoegen nemen met vice.
“Oké, maar je hebt wel vier jaar samengewerkt. Ze is gewoon niet dat type dat nog eens dag komt zeggen. Haar relaties zijn heel rationeel, ze zal niet uit evenwicht raken door een inhoudelijk conflict.
“Met Jean-Claude Juncker was dat totaal anders, daar had ik echt een persoonlijke relatie mee. Voor het werk was de verhouding met Von der Leyen niet minder effectief, maar voor het dagelijkse bestaan is het wel leuker als je met iemand ook een vriendschappelijke band hebt.”
Wat vindt u van haar als voorzitter?
“Ik vind wel dat ze de functie goed uitdraagt. Ze geeft Europa een gezicht, veel meer dan Europees president Charles Michel dat deed. Daar bestaat geen twijfel over.
“Er zit altijd spanning op die twee functies, dat was bij hun voorgangers Jean-Claude Juncker en Donald Tusk niet anders, maar die kwamen er samen uit.
“Tussen Von der Leyen en Michel kwam dat tot een escalatie, en zij was meedogenloos zodra hij haar daar aanleiding toe gaf. Ik weet niet of ik dat wel zo nodig vond.
“Ze is sterk op communicatie gericht. Er zit ook wel inhoud in haar boodschappen, maar die komt toch meestal van haar commissarissen. Als die dan goed valt, eigent ze zich dat onderwerp ook toe.
“Heeft ze met de Green Deal ook gedaan. Tot er kritiek begon te komen.”
Hoe minzaam hij hier ook al de hele middag zit, stilaan is wel duidelijk waarom Timmermans uitgesproken reacties oproept.
You love him or you hate him, bevestigt Timmermans zelf volmondig. Het leverde hem in Europa de bijnaam van ‘klimaatpaus’ op, die niet per se positief geïnterpreteerd moet worden.
In Nederland wordt hij even vaak bewierookt als dat zijn foto als dartsbord gebruikt wordt.
Ook van Vlaams minister van Milieu en Klimaat Zuhal Demir (N-VA) moest hij bitter weinig complimenten verwachten.
Hebt u het al bijgelegd met Demir?
“Ze viel me in de media altijd erg aan, maar persoonlijk was ze altijd superlief. ‘Heeyyyy Frans, mede-Limburger!’
“We hebben weleens samen ergens een boom geplant, altijd erg gezellig. Tot ik de krant dan weer las. (lacht)
“Ik heb haar beleid ook inhoudelijk bekritiseerd in de krant, en daar is ze erg over gevallen. Ik vond haar heel moedig in het landbouwdossier, maar niet zo moedig op klimaat.
“Ik zie dat ook bij De Wever. Als burgemeester loopt hij mee voorop in de verduurzaming van de haven, als partijleider gaat hij daar vaak tegen tekeer. Twee zielen in één borst.”
Maar dat het soms misschien ook wat minder uitgesproken en wat minder vaak kan, dat weet Timmermans. Al was het maar omdat zijn vrouw hem er regelmatig op wijst.
“Zij zegt altijd: je bedoelt het goed. Maar je moet wel opletten dat je mensen de ruimte biedt, en hen niet voortdurend jouw ideeën door de strot ramt.
“Dat kan heel pedant overkomen. En zodra mensen een bepaald imago van je hebben, kom je daar heel moeilijk nog van af.
“Sommige dingen kloppen: ik ben inderdaad drammerig. Maar zo bestaat ook het beeld van mij dat ik ijdel ben. Moet mijn vrouw heel erg mee lachen. Als ik zelf mijn kleren kies, slaat ze de handen voor de ogen en roept ze: ‘Frans, doe dat uit.’”
Toetst u vaak dingen af met uw vrouw en kinderen?
“Zij zijn voor mij het allerbelangrijkste. Ik heb een echtscheiding achter de rug, met de moeder van mijn twee oudste kinderen. We zijn in 1991 uit elkaar gegaan, na zes jaar huwelijk. Onze jongste was 1 jaar.
“Ik heb lang niet willen accepteren dat we uit elkaar zouden gaan en heb veel te lang vastgehouden aan een relatie waar zowel mijn ex als ik doodongelukkig van werden. Maar toen we eenmaal de knoop hadden doorgehakt, vond zij tot mijn vreugde redelijk snel een man met wie ze nog steeds dolgelukkig is.
“Maar ik was ervan doordrongen dat ik ongeschikt was voor relaties. Tot ik dertig jaar geleden mijn tweede vrouw ontmoette. Volgend jaar zullen we 25 jaar getrouwd zijn, en met haar ontdekte ik: ik kan toch heel gelukkig zijn in een duurzame relatie.
“Mijn vrouw is rechter en blijft het liefst buiten beeld, maar ze speelt zo’n grote rol in mijn leven dat ik moeilijk mijn mond over haar kan houden. Hetzelfde geldt voor mijn kinderen: de oudste wordt dit jaar 38, de jongste is net 18 geworden.
“Haar hebben we bij de verhuizing naar Nederland van haar middelbare school moeten halen. Dat vond ze heel erg. Ze zit nu bijna de hele vakantie in Tervuren, al haar vrienden wonen daar.
“Ik snap dat ook heel goed. Ik heb als kind ook altijd vriendschappen moeten afbreken aangezien we in verschillende landen gewoond hebben, dat was niet makkelijk. Dus ik vond het ook lastig dat ik haar dat aandeed.
“Maar vorige week zei mijn vrouw, die toch aarzelde of we wel moesten terugkeren naar Nederland, dat deze overstap toch heel goed voor ons gezin is geweest. Dat vond ik zo fijn om te horen. Dat is toch wel een opluchting.”
Lees ook
Bron: De Morgen