Bovenop een ministerswedde van maandelijks ruim 21.500 euro bruto, krijgen de Vlaamse ministers ook nog meer dan 1.000 euro woontoelagen. “Een systeem van de vorige eeuw”, zegt oppositiepartij PVDA.
Arnout Gyssels en Farid El Mabrouk
2 juni 2025
Leestijd: 4 min
Maandelijks krijgen de Vlaamse ministers een forfaitair bedrag van 247,89 euro (netto) voor hun huisvesting en nog eens 867,63 euro (netto) voor hun huishoudkosten.
Samen goed voor 1.152,52 euro per maand bovenop de ministeriële wedde van ruim 21.500 euro bruto.
Officieel dient het dus voor de eigen woning – ongeacht of ze huren of eigenaar zijn -, maar er staat geen controle tegenover.
Met dat geld kunnen de ministers doen wat ze willen. Een systeem dat niet meer te verantwoorden is, zegt oppositiepartij PVDA.
“Ministers verdienen al absolute toplonen”, zegt Vlaams fractieleider Jos D’Haese.
“Waarom zou de belastingbetaler dan ook nog eens voor hun huishouden moeten opdraaien? Bovenop hun riante lonen, dienstwagens en chauffeurs, blijkt nu dat ze ook hun eigen woonkosten vergoeden.”
Wat hem betreft, is er maar één oplossing: de vergoedingen schrappen.
Sinds 1998
Het gaat voor alle duidelijkheid om toelagen die al sinds 1998 vastliggen. In 2012 stelde toenmalig minister-president Kris Peeters (CD&V) een omzendbrief op over het statuut van de leden van de Vlaamse Regering.
Dat de tekst wat gedateerd is, blijkt uit het feit dat een Vlaamse minister ook de “kosten van telefoon en fax voor de woning, de eventuele tweede woning inbegrepen, ten laste van de kabinetsbegroting mag leggen”.
In al die tijd zijn de vergoedingen nooit geïndexeerd, maar ze bleven wel altijd overeind, bevestigde de vorige minister van Binnenlands Bestuur Gwendolyn Rutten (Open VLD) nog in 2024.
“Deze onkostenvergoedingen kunnen beschouwd worden als een vorm van forfaitaire vergoeding van kosten, zoals die ook voor Vlaamse volksvertegenwoordigers van toepassing is”, luidde de uitleg toen. En daar is met de regeringswissel nog niets aan veranderd.

© BELGA
“Medio vorige legislatuur werd er al 8 procent bespaard op de lonen van ministers. Op dit moment ligt er geen verdere besparing op tafel”, reageert Vlaams minister-president Matthias Diependaele (N-VA). En die indexsprongen – er werden toen vier overgeslagen – werken nog altijd door in de ministeriële lonen.
Vast staat wel dat de vaste woontoelagen “aan de overkant”, bij de federale regering, nog wat guller zijn.
Daar bedraagt de toelage voor huisvesting en huishoudelijke uitgaven 1.923,82 euro per maand, wist het weekblad Le Vif boven te halen. En die moeten net zomin als de Vlaamse toelagen verantwoord worden.
Gevoelig
Het is altijd een lastige voor de zetelende regeringen om te antwoorden op vragen over hun verloning.
Aan de ene kant luidt het argument dat je ministers en parlementsleden best stevig mag vergoeden. Het zijn jobs met een grote verantwoordelijkheid.
En je wil ook niet dat enkel vermogenden het zich kunnen permitteren om minister te worden of dat verkozenen makkelijk omkoopbaar worden.
“Ministers verdienen al absolute toplonen. Waarom zou de belastingbetaler dan ook nog eens voor hun huishouden moeten opdraaien?”
Jos D’Haese
Vlaams fractieleider PVDA
Aan de andere kant is het loon van een politicus altijd een gecontesteerd onderwerp. Het gaat per slot van rekening om belastinggeld.
Het ligt extra gevoelig als de regeringen de buikriem aanhalen bij de bevolking.
Precies daarom was het onderwerp van de parlementaire pensioenen in de Kamer zo tekenend.
Terwijl al vastlag hoe de pensioenen van de ambtenaren zouden aangescherpt worden, bleven de Kamerleden dralen met hun eigen pensioenhervorming. Om die uiteindelijk toch schoorvoetend aan te passen. In het Vlaams Parlement moet de oefening nog volgen.
PVDA steekt die pluim op eigen hoed.
“Wij gaan nu door om ook dit privilege weg te krijgen”, zegt D’Haese.
“Zodat de ministers weer wat meer met hun voetjes op de grond komen te staan.”
De voordelen van de ministers
- Ministeriële wedde: 21.607 euro bruto per maand (2024), ongeveer 10.000 euro netto afhankelijk van gezinssituatie
- Dienstwagen en chauffeur
- Uittredingsvergoeding: eens ze niet meer verkozen zijn, hebben ze recht op vijf maanden parlementaire wedde, aangevuld met één maand per gezeteld jaar. In het Vlaams Parlement kan dat 24 maanden zijn, in de Kamer hebben ze dat voor de toekomst beperkt tot 12 maanden.
- Huisvestingsvergoeding: 247,89 euro netto per maand
- Huishoudkostenvergoeding: 867,63 euro netto per maand

Bron: Het Nieuwsblad