‘Het vrije denken komt steeds meer in de knel’, vindt de Nederlandse auteur Ian Buruma (72). Hij schreef een boek over Spinoza, ‘De messias van de vrijheid’ – want zo ziet hij deze filosoof.
Yoram Stein – De Morgen
In 2019 werd Ian Buruma door Yale University Press benaderd. Of hij iets wilde schrijven over Spinoza? Dat wilde hij wel. De in New York wonende schrijver beschouwt Spinoza als een vroeg slachtoffer van cancelcultuur, die in zijn filosofie boven alles de vrijheid van denken en spreken verdedigde.
“Spinoza is zeer actueel”, zegt hij in een videogesprek.
Ian Buruma schreef over de Japanse en Chinese cultuur, over de crisis in de democratie, islamitisch fundamentalisme en de nasleep van de Tweede Wereldoorlog.
Voor zijn oeuvre won hij de Erasmusprijs in 2008 en de Gouden Ganzenveer in 2019.
Zijn nieuwste boek vertelt het verhaal van Spinoza, de Amsterdamse denker die, geboren in 1632, op 22-jarige leeftijd door zijn eigen Portugees-Joodse gemeenschap in de ban werd geslagen en die vervolgens als lenzenslijper de kost verdiende, te midden van een vriendenkring van radicale vrijdenkers, doopsgezinde kooplieden en revolutionaire wetenschappers.
Zijn eigen filosofie durfde hij uit angst voor vervolging niet of slechts anoniem te publiceren.
Buruma, zelf het kind van een Joods-Engelse moeder en een Nederlandse doopsgezinde vader, raakte gefascineerd door het levensverhaal van Spinoza, omdat het laat zien hoe moeilijk het was om in ‘de Gouden Eeuw’ een onafhankelijk denker te zijn.
Daarmee is dit, na zijn boek over de moord op Theo van Gogh, opnieuw een boek over hoe ver de tolerantie reikt.
Waarom dit thema?
“In de Republiek van de zeventiende eeuw stond de vrijheid van denken onder druk van de religieuze instituties.
“Op de universiteiten ging het bijvoorbeeld over wie het voor het zeggen had: degenen die vertrouwden op God en de Bijbel of degenen die vertrouwden op de rede en de moderne wetenschap.
“Ook nu wordt ideologie binnen universiteiten, musea en uitgeverijen gebruikt in een machtsstrijd om posities.”
Had uw belangstelling voor dit thema ook te maken met uw min of meer gedwongen vertrek als hoofdredacteur bij The New York Review of Books in 2018?
“Het thema heeft mij altijd sterk bezig gehouden, maar die persoonlijke ervaring heeft zeker een rol gespeeld.
“In het begin van de #MeToo-periode heb ik een artikel geplaatst van iemand die beschuldigd was van seksueel wangedrag.
“Hoewel vrijgesproken door een rechtbank, was hij door de publieke opinie aan de schandpaal genageld, waardoor hij geen werk kon krijgen.
“Ik wilde met zijn verhaal een discussie op gang brengen, maar men vond dat ik hem geen ‘platform’ had mogen geven.
“Uiteindelijk moest ik het veld ruimen.”
Dat lijkt mij een nare ervaring.
“Mijn verhaal is symptomatisch voor de tijd waarin wij leven. In een periode van polarisatie, waarin dogma’s meer gaan overheersen, komt het vrije denken in de knel.
“Extreemrechts en extreemlinks vinden elkaar op één punt: dat objectieve waarheid niet bestaat.
“Rechts gelooft in de meest buitenissige samenzweringen, terwijl links het beroep op een objectieve waarheid afdoet als een claim van mensen in een geprivilegieerde machtspositie.
“Bovendien vinden bepaalde progressieve denkers dat gevoelens, en vooral gekwetste gevoelens, en dan vooral gekwetste gevoelens van kwetsbare minderheden, per definitie waar moeten zijn.
“Op die manier wordt het onmogelijk om een redelijk gesprek met elkaar te voeren.”
Wat leert u daarover van Spinoza?
“Vrijheid is volgens Spinoza een kwestie van redelijk met je gevoelens om kunnen gaan.
“Hoe redelijker en onafhankelijker je kunt denken, hoe vrijer je bent.
“Spinoza’s leven en filosofie, die ik in mijn boek beschrijf, gaan over de vraag hoe we vrij kunnen zijn. Dat maakt zijn filosofie actueel, omdat de bedreiging van het vrije denken een van de grootste gevaren is van onze tijd.”
Hoe wordt onze vrijheid bedreigd?
“In het Westen gaan mensen weliswaar niet de gevangenis in, maar je kunt wel in allerlei problemen komen als je dingen zegt die verkeerd vallen – veel meer dan twintig jaar geleden.
“Een van de gevolgen van de sfeer waarin wij nu leven is dat mensen aan zelfcensuur gaan doen. Transseksualiteit is bijvoorbeeld een onderwerp dat op Amerikaanse universiteiten zo goed als onbespreekbaar is geworden.
“De aanval op de vrijheid komt ook van rechtse Republikeinen die eisen dat bepaalde boeken – romans met homoseksualiteit als thema bijvoorbeeld, of kritische verhandelingen over de geschiedenis van slavernij in de VS – moeten worden geweerd uit onderwijsinstellingen en openbare bibliotheken.”
Vindt u het zelf ook moeilijker geworden om vrijuit te spreken?
“Nee, maar ik ben al 72. Als ik eruit word gegooid, is dat geen drama. Maar als ik 30 was geweest en nog geen vaste benoeming had gehad, was ik misschien voorzichtiger geweest.
“Zelf heb ik op het instituut waar ik college geef geen slechte ervaringen met studenten. Zij zijn over het algemeen juist opgelucht om te kunnen praten zonder de voortdurende angst iets verkeerds te zeggen.
“De bedreiging voor de vrijheid komt eerder van beleidsmedewerkers en jonge academici die waken over diversiteit en antiracisme.”
U hebt uzelf drie jaar ondergedompeld in het leven en denken van Spinoza, wat is het belangrijkste dat u daaruit hebt gehaald?
“Het eerste wat mij aansprak, is zijn pleidooi voor redelijk denken in zijn hoofdwerk, Ethica.
“Net zoals je een slaaf kunt worden van dogma’s of van wat andere mensen je opdringen, kun je ook een slaaf worden van je eigen emoties. Het is mogelijk die emoties te begrijpen, waardoor je ze ook meteen leert overwinnen.
“Het tweede dat mij aansprak, was het minst bekende werk van hem, namelijk het laatste dat hij heeft geschreven en dat hij niet heeft afgemaakt: het Politiek traktaat, waarin hij de democratie verdedigt als de beste staatsvorm.”
Hoe verdedigt Spinoza de democratie?
“In de democratie gaat het niet alleen om de belangen van een vorst of van een aristocratische kliek.
“Hoe meer mensen politieke macht hebben, hoe groter de kans dat je kunt komen tot redelijke politiek, tot iets wat in het belang is van de meeste mensen.”
Uw boek komt uit in een serie over ‘Jewish Lives’. Hoe Joods was Spinoza? En waarom moet je het überhaupt over ‘Joodse levens’ hebben?
“Marx, Einstein, Heine, Freud en Spinoza moesten allemaal nadenken over het probleem te behoren tot een gediscrimineerde minderheid.
“Een van de oplossingen daarvoor is een universele manier van denken.
“Freud deed dat via de psychologie, Marx door het idee van de socialistische heilstaat, Spinoza en Einstein door middel van de wetenschap.
“Spinoza zette zich sterk af tegen het idee van Joodse uitverkorenheid. Hij zocht het heil van de mens in een universeel idee.”
Spinoza zag de oplossing voor het antisemitisme in assimilatie. Ziet u dat ook zo?
“Nee, Spinoza’s gedachte dat assimilatie helpt tegen antisemitisme was enigszins naïef voor een kleinkind van mensen die de Inquisitie moesten ontvluchten.
“Volgens hem werden de Joden die zich in Spanje tot het christendom bekeerden met rust gelaten, maar dat klopt niet: zij bleven vaak last hebben van discriminatie.
“De geschiedenis van de twintigste eeuw heeft opnieuw laten zien dat juist assimilatie kan zorgen voor de opkomst van nieuw raciaal antisemitisme, vaak nog agressiever dan het oude religieuze antisemitisme, omdat het gepaard gaat met de paranoïde angst dat de Joden nu verstopt en gemaskerd ‘onder ons’ zijn.”
Horen antisemitische uitlatingen ook bij de vrijheid van denken en spreken?
“Volgens Spinoza niet. De vrijheid die Spinoza bepleit, is een vrijheid om redelijk te denken, niet de vrijheid om je haatgevoelens uit te leven.”
Lijdt onze tijd aan een te veel aan vrijheid?
“De vrijheid om haat te zaaien op het internet leidt er vaak toe dat de vrijheid in de echte wereld minder wordt.
“Om maar een voorbeeld te noemen: een van origine Chinese componist toonde tijdens een college aan een Amerikaanse universiteit over verfilmingen van bekende opera’s een clip uit de beroemde film van de Britse acteur Laurence Olivier in zijn rol als Othello.
“Er kwam zoveel protest tegen dit vermeende staaltje van racisme – witte acteur in zwarte schmink – dat de professor bijna zijn baan verloor.”
Wat kan de politiek van Spinoza leren als het gaat om het omgaan met vrijheid en de grenzen daarvan?
“Ik kan het eigenlijk niet beter zeggen dan hoe hij het zelf heeft geschreven in het laatste hoofdstuk van het Theologisch-politiek traktaat:
“‘Het is niet het doel van de staat om de mensen van redelijke wezens tot dieren of automaten te maken, maar integendeel om ervoor te zorgen dat hun geest en lichaam veilig kunnen functioneren en dat zijzelf de vrije rede gebruiken en niet met haat, toorn of bedrog strijden, noch zich door bittere gevoelens jegens elkander laten meeslepen. Het doel van de politiek is dus in werkelijkheid de vrijheid.’”
Ian Buruma, Spinoza: Freedom’s Messiah, Yale University Press, 216 p., 22,50 euro.
Een Nederlandse vertaling verschijnt allicht dit najaar.
Lees ook
Bron: De Morgen