Er zijn familie geschiedenissen van niks. En er zijn er zoals die van journaliste Evelien Rutten: zo vol van de Grote Geschiedenis dat je ze niet kunt vertellen in één boek of in één podcast. Dus maakte ze de twee, onder één titel: Roadtrip naar Auschwitz.
Simon Demeulemeester – De Standaard
“Ik vond de Tweede Wereldoorlog saai.
Tot mijn moeder stierf”
Evelien Rutten
Toen Evelien Rutten in 2002 de telefoon neerlegde, besefte ze dat ze toen pas begreep wat het woord ‘definitief’ betekent.
“Mijn jongste broer had me net gezegd dat onze moeder was gestorven in een auto-ongeluk. Ze was met mijn papa op bezoek bij hem in Schotland.”
Haar moeder was voor altijd weg, en met haar de mogelijkheid om haar nog vragen te stellen. Zoals over de zware oorlogsgeschiedenis die de Poolse familie van haar moeder torst, en waarover ze eigenlijk niks wist.
“Mijn familiegeschiedenis interesseerde me wel, maar alles over de Tweede Wereldoorlog vond ik saai. Ik vond het allemaal maar ‘oorlogsgedoe’, het boeide me niet. Tot mijn moeder stierf, dus.”
Wie is Evelien Rutten?
- Geboren in 1973 in Genk
- Studeerde journalistiek in Hasselt
- Getrouwd met boekhandelaar Steven Van Ammel (Passa Porta)
- Woont in Hemiksem
- Schrijft voor o.a. Feeling, Sabato (De Tijd), De Standaard Magazine
Dus trok ze in 2004 voor het eerst naar Auschwitz, de moordfabriek van de nazi’s die haar Poolse grootmoeder als bij wonder heeft weten te overleven. Daar en toen beloofde Rutten dat ze zou terugkeren mocht ze ooit zelf een dochter krijgen.
In 2010 werd Hera geboren. Rutten telde de jaren af en in 2023 meende ze dat haar dochter oud genoeg was voor de reis. Ze nam ook haar tantes Wanda en Marish mee, de zussen van haar moeder.
Hun roadtrip ging door Duitsland en Oostenrijk naar Polen, op zoek naar de plaatsen die in de Tweede Wereldoorlog bepalend zijn geweest voor hun familieverhaal.
Wat is het verhaal van de familie Nowak?
“Mijn moeder is geboren in 1947, in Wildflecken, een vluchtelingenkamp in Duitsland, als oudste van wat een gezin van zes zou worden.
“Mijn grootouders hadden elkaar daar leren kennen, ze waren displaced persons, ontheemden. Wat zij hebben meegemaakt in de oorlog, tart alle verbeelding.
“Op 1 september 1941 werd mijn grootmoeder, Petronela Parol, thuis opgepakt door de Gestapo, de geheime staatspolitie van nazi-Duitsland.
“In de tuin schoten ze, voor haar ogen en die van haar twee zoontjes, haar man dood. Haar pasgeboren dochtertje heeft ze die dag voor het laatst gezien.
“De Gestapo heeft mijn oma eerst twee jaar vastgehouden, en dan in 1943 naar Auschwitz gestuurd. Ze heeft er oog in oog gestaan met de beruchte kampdokter Josef Mengele.
“Als bij wonder overleefde ze niet alleen dat concentratiekamp, maar ook nog Ravensbrück en Buchenwald.”
Uw familie is niet Joods, maar kwam in het vizier van de Gestapo als verzetslui?
“Klopt. De eerste man van mijn grootmoeder was een partizaan. Maar ook mijn opa, Stanisław Nowak, zat in het verzet. Hij smokkelde als bakker wapens tussen zijn broden.
“Ook hij werd verklikt en opgepakt, en net als mijn grootmoeder kwam hij, via de gevangenis van Wronki en het concentratiekamp Mauthausen, uiteindelijk in Wildflecken terecht.”
Net als vele Polen koos uw grootvader voor een nieuw leven in België, en ging hij werken in de koolmijnen. Waarom keerden uw grootouders niet terug naar Polen?
“Waar moesten ze naartoe?
“Zoals de oorlog in Oost-Europa van een totale andere orde was dan in West-Europa – de wreedaardigheid was er werkelijk onvoorstelbaar – zo waren ook de naoorlogse jaren niet te vergelijken.
“Bij ons bloeiden de democratie en de economie, achter het IJzeren Gordijn heerste Jozef Stalin. Hij wantrouwde iedereen die de oorlog had overleefd: die hadden geweigerd te vechten tot de dood. Die ‘verraders’ stuurde hij naar de goelags, de Sovjet-versie van de concentratiekampen.
“Mijn grootouders hoorden in het vluchtelingenkamp de vreselijkste verhalen over wie was teruggekeerd.”
Waardoor uw grootmoeder een van haar zoons pas na zestien jaar terugzag.
“Ongelooflijk, je kunt je dat niet voorstellen.
“In de dagboeken van mijn mama las ik hoe het tot spanningen kwam in hun gezin wanneer in 1958 haar halfbroer Renyek, de oudste zoon uit het eerste gezin van mijn grootmoeder, bij hen kwam inwonen.
“Hij ging in de clinch met mijn grootvader, de man die in zijn ogen in de plaats was gekomen van zijn vader.
“Als tienermeisje schrijft mijn moeder in haar dagboek verwijtend dat Renyek ‘elke dag vlees op de boterhammen’ eiste, ‘terwijl pa gewoon was confituur te gebruiken’.”
“Als je dat met de ogen van vandaag bekijkt, begrijp je waar dat conflict vandaan kwam.
“Die twee halfbroers van haar waren opgegroeid zonder hun ouders, in bittere armoede. Het moet een schok zijn geweest om hier eind jaren 50 aan te komen, in een gelukkig mijnwerkersgezin waarin de ‘nieuwe kinderen’ van je moeder in – naar Poolse normen – enorme weelde baadden.”
Ondanks de oorlogstrauma’s zijn uw grootouders erin geslaagd een erg gelukkig gezin te stichten.
“Dat is heel opvallend, ja. Ik stond er als kind nooit bij stil, bij al die feesten, bij al dat lekker eten, bij al die wodka en schijfjes worst op mooie schalen.
“Die ongelooflijke gulheid, ik dacht lang dat die gewoon typisch Pools was – dat zit ook echt in mij en in mijn dochter Hera: wij gruwen van gierigheid. (lacht)
“Ik heb gaandeweg beseft dat het ook meer was dan Poolse gastvrijheid. Dit waren mensen die het leven gewonnen hadden en dat ook wilden vieren.”
U gaat niet alleen in op de oorlogsgeschiedenis, maar ook op verrassende thema’s als epigenetica.
“Dat is voor mij een van de cruciale lijnen in het verhaal.
“Epigenetica is de wetenschappelijke tak die bestudeert welke impact niet-biologische factoren hebben op ons DNA.
“Hoe drukken angst, honger, stress, geweld, misbruik … er een stempel op?
“Hoe wordt trauma doorgegeven aan de volgende generatie?”
Waarom is dat voor u zo belangrijk?
“Omdat op dat vlak die Grote Geschiedenis vervlochten raakt met mezelf.
“Roadtrip naar Auschwitz heeft me ook antwoorden helpen vinden op mijn levensvragen:
- Vanwaar kwamen die plotse depressies die ik een aantal keer heb meegemaakt?
- Vanwaar die bijna obsessieve relatie met eten?
- Waarom voelde ik altijd wantrouwen tegenover groepen?
- Was ik altijd zoveel bezig met eten, omdat mijn grootouders jarenlange hongersnood hadden overleefd en daarna van elk familiemoment een bourgondisch feest maakten?
- Heeft hun ervaring met extreme, totalitaire regimes mijn wantrouwen voor groepen gevormd?”
“Voor alle duidelijkheid: ik zocht geen excuses omdat ik toen te zwaar was, of mij af en toe niet kon invoegen in een groep. (lacht)
“Ik heb een paar antwoorden gevonden dankzij mijn gesprekken met bioloog Michel Georges (Universiteit Luik) en psychiater en trauma-expert Stephan Claes (KU Leuven), maar ook met schrijver Jeroen Olyslaegers, die spiritualiteit toevoegde aan die harde wetenschap.”
Ze pauzeert.
We wandelen in stilte verder, langs de Schelde in Hemiksem. Hier heeft Rutten het afgelopen jaar ontelbare uren gewandeld. Ook nu trekt haar jack russel Mollie de leiband strak.
“Die urenlange wandelingen hebben me geholpen om alles helder te krijgen in mijn hoofd. De vele verhaallijnen in onze familiegeschiedenis, hoe ik het verhaal wilde vertellen, hoe ik door die geschiedenis zelf ook ben veranderd …
“Tijdens het wandelen vielen de puzzelstukken één voor één in elkaar.”
Mollie trekt er zich allemaal niet veel van aan, van die grote geschiedenis en de trauma’s die boven haar hoofd worden gefileerd. Er is afval te eten, katten moeten opgejaagd.
“Ik vind het heel fijn om ouder te worden”, hervat Rutten.
“Het is door het taboe erop niet sexy om te zeggen, maar ik zit in de menopauze. Ik neem er hormonen voor. Ik wilde die niet lijdzaam ondergaan, ergens in een hoekje gaan zitten en medelijden hebben met mezelf.
“En oh boy, ik heb nog nooit zoveel energie gehad als nu, ik ben creatief en …
“Tja, ik heb een fuck you-gevoel. (lacht)”
“Dat bedoel ik niet in de zin dat ik me nergens meer iets van aantrek. Wel dat ik heel weldoordacht gekozen heb om dit verhaal op mijn manier te vertellen.
“Als journalist werk je altijd in opdracht, deze keer was ik mijn eigen opdrachtgever.
“Ik heb subsidies gekregen, maar het hele project heeft me toch nog een rib uit mijn lijf gekost en anderhalf jaar van mijn leven.
“Maar nu ligt er iets waar ik trots op ben, iets dat echt van mij is.”
We zijn weer thuis. Daar is dochter Hera. Ze was een belangrijk motief voor Rutten om Roadtrip naar Auschwitz te maken. Ze wilde haar dochter ‘de geschiedenisles van haar leven’ geven.
Hera staat in voor hilarische momenten (‘Hé, er is een Burger King in Auschwitz! En een KFC! En ook een McDonald’s!’’), maar ook voor geuten van de altijd weer onderschatte wijsheid van kinderen en tieners.
Wat vond ze er eigenlijk zelf van, toen haar moeder haar voorstelde om samen met twee oudtantes Duitsland en Polen te doorkruisen, bestemming: Auschwitz?
Hera: “Ik was eerst een beetje in de war, vooral door die podcast. Want mijn mama is niet heel goed met haar telefoon en een podcast had ze nog nooit gemaakt. Maar toen ik zag hoe serieus ze het nam, dacht ik wel: wow.”
Wat vond je van het thema: concentratiekampen en oorlog?
Hera: “Eerst vond ik het niet echt boeiend. Maar toen we in Auschwitz waren, en ik besefte dat mijn overgrootmoeder dat heeft overleefd – wat denk ik maar 15 procent van de mensen daar is gelukt – dacht ik: wow, da’s wel heftig. Het is ook leuk dat ik nu een connectie heb met tante Wanda en tante Marish.”
Twee saaie groottantes zijn dat niet, ze klinken bijzonder geestig.
“Ja, die zijn heel grappig om naar te luisteren.”
Ga je het boek lezen?
“Later waarschijnlijk wel, ja. Nu zal ik naar de podcast luisteren.”
Denk je nog veel aan het bezoek?
“Er komen soms van die kleine dingetjes naar boven, ja. Onverwacht. Dan denk ik aan dat verhaal … Mag ik het wel vertellen, is dat niet te gruwelijk?”
Doe maar.
“Er is een getuigenis van een mevrouw die met mijn overgrootmoeder gevangen heeft gezeten, over baby’s die tegen de muur werden doodgeslagen.
“Dat zijn van die dingen die onverwacht binnenkomen, terwijl je iets aan het doen bent. Je kunt je zoiets niet voorstellen, en toch is het gebeurd.
“Ik was echt niet voor mijn plezier in Auschwitz. Sowieso is dat geen leuke plaats, ik vond die sfeer daar heel naar – het regende ook enorm hard toen we er waren. Heel triest allemaal.”
Zou je je vrienden en vriendinnen aanraden om Auschwitz te bezoeken?
“Wel als het met hun familie te maken heeft, ja. Maar ik zou niet gaan als ze jonger zijn dan ik was, dertien.”
Rutten: “Had je liever gehad dat ik nog wat had gewacht?”
Hera: “Neen, dat niet. Geschiedenis is mijn lievelingsvak, en ik was klaar om dat te zien. Ik ben er niet door getraumatiseerd. Ik denk dat het voor jou en voor mij een goed moment was.”
Roadtrip naar Auschwitz verschijnt als boek bij Pelckmans Uitgevers op 31 augustus (24,50 euro). De podcast is vanaf 31 augustus in acht afleveringen te beluisteren op de site of via de podcast-app van De Standaard vanaf 31 augustus. Gedurende vier weken kun je elke zaterdag twee nieuwe afleveringen beluisteren.
Lees ook
Lees ook
Vul hieronder de zoekopdracht Holocaust in en vind meer berichten.
Bron: De Standaard