Apache – Zolang Diependaele niet wakker ligt van waterbommen is er plaats voor een groene partij

Voor Groen is het uiterst belangrijk om opnieuw een brede beweging op gang te brengen. © David Stockman (Belga)

De gemeenteraadsverkiezingen zijn uitgedraaid op een paar honderd ‘duels’. In bijna de helft van de Vlaamse gemeenten haalden gelegenheidskartels een meerderheid. Dat is maar een deel van de verklaring voor de terugval van Groen. Maar zolang de tegenstanders niet wakker liggen van waterbommen moet de partij niet vrezen voor haar voortbestaan.

Karl van den Broeck – Apache


“Je moet je voorstellen dat er zestig centimeter water is gevallen in 48 uur. Gigantisch.”

Het zijn woorden van de Franse minister voor Ecologische Transitie Agnès Pannier-Runacher.

Ze bracht vorige week een bezoek aan de Ardèche, een streek die “sinds mensenheugenis” ongezien hevige stortregens kreeg te verduren. De schade is enorm, de evacuatie massaal.

Het is lang niet de eerste ‘waterbom’ die op Europa valt en toch klasseren steeds meer media (en hun luisteraars, kijkers of lezers) het nieuws als een fait divers.

Dat er ook eentje bij ons kan vallen, weten ze in de vallei van de Vesder maar al te goed.

De voorbije veertig jaar maakten extreme weer- en klimaatverschijnselen in Europa tussen de 85.000 en de 145.000 slachtoffers 

Volgens het European Environment Agency (EEA) werden alleen al door de extreme overstromingen in september twee miljoen mensen in Centraal-Europa getroffen. Bovendien was de zomer van 2024 de heetste sinds de start van de metingen.

Alleen al in de Europese Unie werd dit jaar meer dan 370.000 hectare bos verwoest door bosbranden.

De voorbije veertig jaar hebben extreme weer- en klimaatverschijnselen in Europa tussen de 85.000 en de 145.000 slachtoffers gemaakt. 

Al deze rampen en slachtoffers herinneren ons aan het snel veranderende en wispelturige klimaat. Het is dus dringend tijd voor nog meer maatregelen die de CO₂-uitstoot verminderen en voor maatregelen die de gevolgen van de klimaatverandering opvangen. Dat vergt gigantische investeringen. 

Ondertussen in Vlaanderen

Na een woelig verkiezingsjaar lijkt iedereen opgetogen over de uitslag van 13 oktober.

De centrumpartijen hebben niet alleen de opmars van Vlaams Belang en PVDA gestopt, maar ook de “arrogante, betweterige groenen” (sic) afgestraft. 

Er komen voortaan alleen nog maar klimaatmaatregelen die volgens kersvers Vlaams minister-president Matthias Diependaele (N-VA) “haalbaar en betaalbaar zijn“.

Een absurde redenering als je weet dat niks doen ons dagelijks handenvol geld kost. Volgens het EEA is de kostprijs van extreme weersverschijnselen de voorbije veertig jaar al opgelopen tot een half biljoen euro.

De harde en naakte feiten tonen aan dat er meer dan ooit nood is aan partijen die de klimaatverandering (eindelijk) ernstig nemen

Maar onheilsprofeten die daarop wijzen, zouden ervoor zorgen dat “je de mensen verliest”.

De groenen worden zo gebrandmerkt als vervelende Cassandra’s die misschien wel correcte voorspellingen doen, maar waar niemand naar luistert.

Als een volleerde struisvogel steekt Diependaele zijn kop in het zand.

De klimaatdoelstelling wordt verlaagd naar 40% minder uitstoot tegen 2030. Dat het budget voor de Blue Deal, die droogte en overstromingen moet tegengaan, wordt teruggeschroefd, vindt Diependaele niet zo erg.

Op de vraag wat hij zou zeggen als er straks een waterbom op Vlaanderen valt, antwoordt hij: 

“Als je dat risico tot nul wil reduceren, moet je alles afbreken. Dat gaan wij niet doen. Wij investeren in water, maar op een redelijke manier. Ik doe trouwens niet mee aan doemdenken en paniekvoetbal. En misschien is dat gevaarlijk, ja, want morgen kan er iets gebeuren dat in mijn gezicht ontploft. Dat neem ik erbij.”

Wie deze woorden leest, kan alleen maar meewarig lachen met de commentaren van de voorbije dagen dat de groene partijen in “een levensbedreigende crisis” zouden zitten, dixit Björn Rzoska.

De harde en naakte feiten tonen aan dat er meer dan ooit nood is aan partijen die de klimaatverandering (eindelijk) ernstig nemen.

Of die op zijn minst maatregelen nemen die de gevolgen van die klimaatverandering temperen: hogere dijken, meer overstromingsgebieden, noodplannen voor wanneer er een kerncentrale onder water loopt, …

Zolang de andere partijen regeerakkoorden sluiten die de weinige maatregelen die al waren ingevoerd met veel poeha terugschroeven (denk maar aan de oorlog tegen de ‘groene’ circulatieplannen in al onze steden), is het een no brainer dat groene partijen een belangrijke rol zullen blijven hebben in het democratische debat. Je moet zelf niet groen zijn om dat in te zien.

Kartel op leven en dood

Waarom hebben Groen in Vlaanderen en Ecolo in Brussel en Wallonië dan zoveel slaag gekregen?

In Vlaanderen zijn daar objectieve redenen voor. De afschaffing van de opkomstplicht had wellicht relatief weinig impact op Groen, zoals Apache berekende.

Maar twee andere ingrepen hebben de partij wel degelijk enorme parten gespeeld: ten eerste dat de stemmenkampioen van de grootste lijst  een “tijdelijk en exclusief initiatiefrecht” krijgt om een meerderheidscoalitie te vormen  en ten tweede dat de kandidaat met de meeste naamstemmen van de grootste fractie van de uiteindelijke coalitie burgemeester wordt.

Enkel in Gent, waar Groen mee in het strijdperk stond van een rechtstreeks duel, en in Mechelen en Mortsel, waar Groen in een stevig kartel stapte, kon de partij zich handhaven of winnen

Ofwel was er weinig animo bij andere partijen om kartels af te sluiten met Groen ofwel hebben de strategen van de partij zitten slapen.

De verkiezingsnederlaag van 9 juni had nochtans alle alarmen moeten doen afgaan. Als de nationale trend zich lokaal zou doorzetten – en dat heeft hij gedaan – dan zouden de groenen het wel heel moeilijk krijgen om ook maar in één gemeente de bovenhand te halen.

Kartels waren dus een zaak van leven en dood.

De resultaten moeten grondig bekeken worden, maar het lijkt erop dat in de meeste gemeenten de verkiezingen uitgedraaid zijn op een ‘duel’:

  • tussen Bart De Wever en Jos D’Haese in Antwerpen

  • tussen Filip Watteeuw en Mathias De Clercq in Gent

  • tussen John Crombez en Bart Tommelein in Oostende

  • tussen Wim Dries en Zuhal Demir in Genk

  • tussen Hannes Anaf en Paul Van Miert in Turnhout

Enkel in Gent, waar Groen mee in het strijdperk stond van zo’n duel, en in Mechelen en Mortsel, waar Groen in een stevig kartel stapte, kon de partij zich handhaven of winnen.

Lakmoesproef? Bij de provincieraadsverkiezingen haalde Groen 9,3%. Dat is meer dan op 9 juni en zowat de gemiddelde score van de partij de voorbije decennia. Ver van de federale kiesdrempel, overigens.

Covoorzitters afgerekend

In de partij weerklinken kritische geluiden. Oud-voorzitter Vera Dua brak een lans voor een terugkeer naar één voorzitter.

Het systeem met een co-voorzitterschap wordt niet gesmaakt en staat ook haaks op de trend om kopstukken tegen elkaar uit te spelen in de kiesstrijd.

Kritiek dat Groen te weinig sociaal zou zijn, wijst Dua af.

Het probleem ligt bij een gebrekkige communicatie en bij het onvermogen om mensen te mobiliseren rond groene thema’s.

Covoorzitters Jeremie Vaneeckhout en Nadia Naji moeten dus op de blaren zitten.

Ze kondigden gisteren aan dat ze geen kandidaat zullen zijn om zichzelf op te volgen. Een bittere aftocht.  

Het leek op papier nochtans een goed duo. De Brusselse Naji vertegenwoordigt de hippe, diverse stedelingen en de Anzegemse Vaneeckhout sprak voor het platteland.

In de praktijk kwamen ze niet in het stuk voor.

Het frame dat door de tegenstanders werd gezet, dat groen fundamentalistisch en extremistisch zou zijn, werkte beklemmend. 

Dat fundi-frame werd ook door heel wat journalisten versterkt.

Het is natuurlijk niet nieuw dat Groen in de media op weinig sympathie kan rekenen.

Het ontlokte zelfs Joël De Ceulaer de opmerking dat “zoals Groen wordt aangepakt, wordt een N-VA’er op de VRT NOOIT aangepakt”.

Een vilein stuk in De Ceulaers krant De Morgen, gebaseerd op anonieme bronnen over ruzie in de Gentse afdeling enkele dagen voor de verkiezingen, was niettemin het trieste hoogtepunt op dat vlak.

Zinkend schip

Toch is het te gemakkelijk om de nederlaag van Groen op het nieuwe kiessysteem, de media en de gebrekkige communicatie te schuiven.

De partij verkeert al meer dan een jaar in een organisatorische crisis.

Na het ontslag van Meyrem Almaci verlieten alle kopstukken het zinkende schip. 

De ene na de andere koos voor de lokale politiek:

  • Kristof Calvo in Mechelen
  • Wouter De Vriendt in Oostende
  • Björn Rzoska in Lokeren
  • Elisabeth Meuleman in Oudenaarde

Tinne Van der Straeten, die nochtans een verdedigbaar palmares kon voorleggen in de federale regering, was compleet onzichtbaar in de twee voorbije verkiezingscampagnes. 

Terwijl de sterkhouders droomden van een schepenmandaat of de burgemeesterssjerp, mochten Jeremie Vaneeckhout en Nadia Naji leergeld betalen op de vaak vijandige nationale media

Het voorzitterschap van Vaneeckhout en Naji was in feite een zelfmoordmissie.

Terwijl de sterkhouders op hun handen bleven zitten en droomden van een schepenmandaat of de burgemeesterssjerp, mochten zij – onervaren en overmoedig – de recalcitrante lokale afdelingen afdweilen en leergeld betalen op de vaak vijandige nationale media. 

Het doet wat denken aan de manier waarop Teletubbies Frank Vandenbroucke, Patrick Janssens, Johan Vande Lanotte en Steve Stevaert in 2007 Caroline Gennez voor de leeuwen gooiden als sp.a-voorzitter.

Het zou meer dan vijftien jaar en de kwakkelende voorzitterschappen van Bruno Tobback en John Crombez duren voor de partij dit te boven kwam.

Bij Groen kon Petra De Sutter de meubelen redden. Ze deed dat voorbeeldig en met veel empathie. Bij haar geen belerend vingertje en geen hyperkinetische communicatie.

Ook Bogdan Vandenberghe oogstte waardering van vriend en vijand voor de manier waarop hij de zwalpende en woelige Antwerpse afdeling kon stroomlijnen. 

Zijn uitslag was vorige zondag ook goed genoeg om het leiderschap in de ’t Stad te blijven claimen.

Als de socialisten niet zoveel tijd verloren hadden met het op orde zetten van hun Antwerpse afdeling, dan was een rood-groen kartel misschien wél mogelijk geweest. Dan was er nooit een schijnduel tussen De Wever en D’Haese geweest en had De Wever in de debatten het moeten opnemen tegen Vandenberghe, Kathleen Van Brempt en … Patrick Janssens

Trouwens: niks weerhoudt Groen en Vooruit ervan om vandaag nog een samen-uit-samen-thuis-strategie te volgen in Antwerpen.

Afwachten hoe sterk de voorakkoorden tussen Conner Rousseau en Bart De Wever zijn.

Trotser zijn

Het staat dus in de sterren geschreven dat Petra De Sutter en Bogdan Vandenberghe, die vijf jaar lang politiek secretaris was, voorzitter en ondervoorzitter van Groen zullen worden.

Ze hebben zes jaar om de partij opnieuw slagkrachtig te maken. Dat kan door een sterke, scherpe oppositie te voeren. 

De groene fracties in Kamer en Senaat blonken de voorbije legislatuur niet uit in creativiteit en hardnekkigheid. Ze lieten zich maar al te vaak door Vooruit en PVDA langs links voorbij steken.

Thema’s als zorg en wonen zouden Groen moeten passen als een handschoen, maar de crisis in de rusthuissector of de schimmige deals van lokale burgemeesters (Bart De Wever!) met vastgoedontwikkelaars werden amper door Groen verzilverd.

Groen weet niet altijd welke keuze te maken en de relaties met de arbeidersbeweging of het klassieke middenveld zijn niet altijd even hartelijk

Groen mag ook trots zijn op een aantal van zijn verwezenlijkingen.

Dankzij het sociaal tarief op energie konden de meeste Belgen de energiecrisis zonder veel kleerscheuren doorkomen.

Dat Groen een fundamentalistische partij zou zijn, werd ook ontkracht door de flexibiliteit die aan de dag werd gelegd toen bleek dat de oorlog in Oekraïne de volledige kernuitstap onmogelijk had gemaakt. 

Op lokaal niveau is er op zich niks mis met de circulatieplannen, maar wél met het flankerende beleid waar Groen geen vat op heeft.

Je kunt niet verlangen van burgers dat ze hun auto aan de kant laten staan als er geen fijnmazig net van openbaar vervoer of fietspaden is.

En zelfs als die er zijn (zoals in Brussel) blijft een circulatieplan een werk van lange adem, met veel overleg van buurt tot buurt, van straat tot straat. En met een warm hart voor middenstanders die moeten opboksen tegen de grootwarenhuizen. Gun hen een gratis parkeerplaats voor de deur.

En wat salariswagens betreft blijft de kritiek pertinent dat je niet zomaar aan het loon van mensen komt zonder compensatie. Een krachtig front met de vakbonden is hier het enige wapen.

Maar ook daar weet Groen niet altijd welke keuze het moet maken. De relaties met de arbeidersbeweging of het klassieke middenveld zijn niet altijd even hartelijk.

In beweging

Groen ontstond in de jaren 70 als een partij die voeling had met wat toen “de nieuwe sociale bewegingen” heetten:

  • de milieubeweging
  • de vredesbeweging
  • de derdewereldbeweging
  • de dierenrechtenbeweging
  • de vrouwenbeweging

Die tijd lijkt voorbij. Zelfs toen de klimaatmarsen nog maandelijks door Brussel trokken, konden de groenen daar (behalve eventjes in de peilingen) niet van profiteren.

In een tijd dat politiek wordt verengd tot routineuze huisbezoeken, een bombardement aan berichten en advertenties op sociale media, debatfiches en blinkende brochures in de brievenbussen, is het belangrijk om opnieuw een beweging op gang te brengen. 

In een tijd dat politiek wordt verengd tot uitblinken op sociale media en scoren met debatfiches is het belangrijk om opnieuw een beweging op gang te brengen

Gelijkgestemden samenbrengen, ontmoeting en debat faciliteren door bijvoorbeeld mediacafés te organiseren om tegenstemmen te laten weerklinken die niet bij De Afspraak of Terzake aan bod komen.

Mensen helpen bij de energietransitie door advies over zonnepanelen en warmtepompen op maat. Modern dienstbetoon waarbij enthousiastelingen worden geholpen om hun engagement ook vorm te geven.

Uiteraard is het ook van belang om jong talent op te leiden, zoals John Crombez gedaan heeft bij de socialisten.

Het klassieke instrumentarium van de samenlevingsopbouw kan daarbij helpen. Maar het betekent wel dat de armen uit de mouwen mogen komen.

Politiek is meer dan tweeten, het is hard werken.

Het is maar de vraag of in ons huidige systeem, waarbij partijen leven van overheidssubsidies en draaien op professionelen en niet op enthousiaste militanten, dit soort basiswerking nog een kans heeft. Ook bij andere partijen is daar nog weinig van over. 

Als een groene partij er niet in slaagt het klimaatprobleem opnieuw bovenaan de agenda te krijgen, valt het te vrezen dat we zullen moeten wachten op een Vlaamse waterbom en het ontslag van Matthias Diependaele.


Apache-hoofdredacteur Karl van den Broeck is journalist sinds zijn 20ste. Eerst 18 jaar bij De Morgen, dan vijf jaar als hoofdredacteur bij Knack en sinds 2011 freelance. Cultuur (en dan vooral literatuur) politiek en geschiedenis zijn zijn passies.


Voor Groen is het uiterst belangrijk om opnieuw een brede beweging op gang te brengen. © David Stockman (Belga)
Voor Groen is het uiterst belangrijk om opnieuw een brede beweging op gang te brengen. © David Stockman (Belga)


Lees ook

Klik op de hyperlink hieronder en vind andere artikels van

Apache


Bron: Apache

Welkom op Facebook

Naar de website


Scroll naar boven