Boek portretteert mensen voor en na hun dood – Het ene moment ben je een dierbare, het volgende een lichaam

Bart Van Leuven en Annelies Rutten: “We vroegen ons af of we het wel konden maken om de dood te laten zíén.” © Inge Kinnet

Reporter Annelies Rutten en fotograaf Bart Van Leuven maakten een boek over dertien mensen die het nooit in handen zullen houden. Ik heb geleefd toont hen voor en na hun overlijden.

Sofie Buekenhoudt – De Standaard


“Het is een soort bewijs: op een dag zijn we er niet meer.”

Annelies Rutten


Marc, Chris, Marcel, Sandra, Yorick, Rosita, Pierre en Gabriëlle, Fabienne, Sylvia, Elien, Anneleen en Paul.

Die dertien komen aan het woord in Ik heb geleefd.

Ze hébben geleefd – sommigen gulzig en gelukkig, anderen wankel en wisselvallig.

De jongste werd 24, de oudste 85.

Annelies Rutten (52), journalist bij het Nieuwsblad, en haar partner Bart Van Leuven (59), fotograaf, legden hen vast, zij in tekst, hij in beeld: één keer in leven, een tweede keer na hun overlijden.

Die post-mortemportretten staan in het boek.

“Ik ben heel blij met wat we hebben gemaakt, maar ik houd er rekening mee dat mensen het ongepast zullen vinden”, zegt Annelies.

“Maar we zijn zeer voorzichtig, ook op de tentoonstelling bij het boek.

“We hebben een systeem bedacht waarbij je eerst een bladzijde moet omslaan voor je bij dat post-mortemportret komt.

“Wil je het niet zien, dan hoef je het niet te zien.”

Ik heb geleefd gaat over doodgaan, en onvermijdelijk ook over leven.

“Voor mij gaat het meer over het leven, want dat is het enige wat we hebben”, zegt Bart.

“Als je dood bent, is er voor mij niks meer. In de cinema gaan de lichten op het einde weer aan, bij ons gaan ze uit.”

Annelies: “We vroegen ons vooral af of we het konden maken om de dood te laten zíén.

“En het effect blijkt, zonder dat het uitdrukkelijk zo bedoeld was, dat veel mensen hierdoor net anders naar het leven kijken.

“Iemand zei ons: ‘De “levende” foto’s worden nog levendiger door de post-mortembeelden erbij. Ze versterken elkaar.’

“Dat vond ik mooi.”

Annelies, het idee kwam van jou.

Annelies: “Ja. Die kiem is ontstaan tijdens corona, toen ik portretten heb gemaakt van begrafenisondernemers.

“Zij vertelden mij over een evolutie die hen was opgevallen: blijkbaar nemen familieleden bij het groeten steeds vaker zelf een laatste foto. Gewoon, met hun gsm.

“Die mensen moeten daar toch iets aan hebben, dacht ik. Anders zouden ze die foto niet maken.”

“Het intrigeerde mij. Als je vandaag overlijdt, word je zo snel mogelijk weggehaald en in een koelkast gestoken.

“Het ene moment ben je nog een dierbare, het volgende ben je een lichaam.

“Waarom is dat zo? (Richt zich tot Bart)

“Ik denk, als jij zou sterven, dat ik naast jou zou komen liggen.

“Ik weet nog altijd niet of het echt nodig is, zo bewust stilstaan bij de dood.

“Maar met ons boek hebben we wel een soort bewijs op tafel gelegd: op een dag zijn we er niet meer. Het is écht zo.”

Hoe vind je mensen die hieraan willen meewerken?

Bart: “We zijn met onze vraag naar mensen in de zorg gegaan, naar palliatieve afdelingen en naar huisartsen. Het moesten mensen zijn die wisten dat ze niet lang meer hadden.”

Annelies: “Ons uitgangspunt was: ervaren zij iets wat wij nog niet kennen? Iets wat je pas beseft als je er vlak voor staat?

“Blijkt dat het verschrikkelijk moeilijk is om dat laatste sprankeltje hoop los te laten. Mensen blijven zich vastklampen aan de ‘misschien toch’. Heel logisch, natuurlijk.”

Waarom zeiden deze dertien “ja”?

Bart: “Voor veel mensen was het een laatste manier om te tonen: ik ben hier geweest. In hun naaste omgeving werd er vaak een beetje onzeker rond die sterfdatum geschuifeld.

“Wij kwamen binnen, en we stelden vragen. Dáárover. We voelden dat er een intense nood was om het erover te hebben.”

Annelies: “Chris, die had er zelfs nog nooit over gepraat. ‘En nu ga ik het doen’, zei ze.

“‘Ik hoop dat mijn dochter op deze manier zal weten hoe graag ik haar gezien heb.’

“Dat raakte mij enorm.

“Over dat laatste portret hebben we een paar keer gehoord: ‘Het kan mij niet zo veel schelen, ik ben dan toch dood.’”

Dan krijg je plots een telefoontje. En moet je halsoverkop vertrekken. Lijkt me heftig.

Bart: “Dat is ook zo. Met Sandra hebben we op maandag nog zitten lachen, en woensdag moest ik mijn rugzakje met fotomateriaal inpakken voor haar post-mortemfoto.

“Ik kwam daar aan bij een familie in de grootste rouw. Je stoort eigenlijk. Daar ben je een week niet goed van.”

Zou je van jezelf een post-mortemfoto laten maken?

Annelies: “Als Bart het zou doen.”

Bart: “Ik zou het ook willen. Want wat blijft er over van iemand die sterft? Soms heel weinig.”


De tentoonstelling vindt plaats van 6/11 tot 3/12 in ­crematorium Siesegem in Aalst
en van 7/12 tot 5/01 in crematorium Heimolen in Sint-Niklaas.

Ik heb geleefd

Bart Van Leuven en Annelies Rutten: “We vroegen ons af of we het wel konden maken om de dood te laten zíén.” © Inge Kinnet
Bart Van Leuven en Annelies Rutten: “We vroegen ons af of we het wel konden maken om de dood te laten zíén.” © Inge Kinnet


Overzicht

Lees meer berichten in deze categorie


Bron: De Standaard

Welkom op Facebook

Naar de website


Scroll naar boven