Volgens cultuurwetenschapper Ico Maly wordt de democratie herschapen. Uitgehold. Het gevecht aan de federale formatietafel gaat écht ergens over, zegt hij. Hij is streng voor politiek en pers.
Joël De Ceulaer – De Morgen
‘Er scheelt iets aan onze politieke verslaggeving.’
Ico Maly
“Journalisten zijn een van de waakhonden van de democratie”, zegt Ico Maly.
“Dat brengt een grote verantwoordelijkheid met zich mee. En ik zie helaas dat er steeds vaker een vuil spel wordt gespeeld dat we niet willen.
“Hoe geruchten over mogelijk grensoverschrijdend gedrag van Conner Rousseau door de pers werden gebracht, nadat ze bij extreemrechtse trollen begonnen te circuleren – dat vind ik een wezenlijk probleem. Dat was geen politiek meer, dat was pure zwartmakerij.
“We moeten ons bij bepaalde evoluties toch afvragen: willen we dat écht? Willen we dat de publieke sfeer op die manier wordt ondermijnd?”
Ico Maly is cultuurwetenschapper en docent digitale cultuur aan de Universiteit van Tilburg.
Hij maakte zijn doctoraat bij wijlen Jan Blommaert, de sociolinguïst en linkse denker die decennialang een stem van grote betekenis was in het Vlaamse debat.
Maly toont zich een waardige opvolger. Met zijn boek Nieuw rechts zette hij zichzelf in 2018 op de kaart als dé kenner van de digitale krochten waar radicaal-rechts groeit en bloeit.
In zijn nieuwe boek De herschepping van de democratie schetst hij hoe de wereld ingrijpend verandert.
“Je ziet het overal ter wereld”, zegt hij.
- Waarom is Rusland Oekraïne binnengevallen?
- Hoe hangt dat samen met de gebeurtenissen in Syrië?
- Waarom gaat Israël loos in Gaza en de rest van het Midden-Oosten?
- Hoe komt Trump opnieuw aan de macht in de VS?
“Er ontstaat een nieuwe wereldorde, extreemrechts rukt op. Ik zie de toekomst niet positief tegemoet. Ik vrees voor meer conflicten en geweld.”
In dit gesprek zullen we op Vlaanderen focussen. Want daar ligt in zijn nieuwe boek het zwaartepunt. Hij biedt internationale context, maar heeft het over de Vlaamse politiek en democratie.
We staan op een kantelpunt, schrijft Maly. En om dat aan te tonen, kunnen we zelfs gewoon bij het nieuws van de week beginnen.
Hoe kijkt u naar de formatie?
“Het spel dat je in de media ziet, met de mannetjes die elkaar niet kunnen luchten – dat interesseert mij niet.
“Wat ik wel boeiend vind, is dat Conner Rousseau als voorzitter van Vooruit duidelijk onder druk staat van het middenveld en de vakbonden.
“We zien nu dat hij niet almachtig is – toch niet zo almachtig als formateur Bart De Wever (N-VA) graag zou willen.
“Het is moeilijk voor Rousseau om in een rechtse regering te stappen. Hij beseft dat hij iets uit de brand moet slepen, met een sterk verhaal waarom hij zou meeregeren.”
U zegt het met instemming.
“Uiteraard is dat goed.
“Mijn nieuwe boek is gegroeid uit de frustratie dat je in Terzake, De afspraak en Het journaal altijd hetzelfde dominante, neoliberale verhaal hoort: het moet betaalbaar zijn, en om betaalbaar te zijn, moeten we in de sociale zekerheid knippen, in alle dingen die het leven aangenaam maken.
“Met die framing kan Vooruit onmogelijk nog blijven doorgaan, zonder verzet. Het is goed dat Rousseau dat begrepen heeft. Ik zag onlangs in Terzake iets wat ik echt verbijsterend vond.”
Leg nog eens uit waarom.
“Pieterjan De Smedt was Rousseau aan het interviewen, en ik heb geteld hoeveel seconden die telkens kreeg om te antwoorden voor hij werd onderbroken: 23,6 seconden, alstublieft.
“En alle vragen vertrokken vanuit dezelfde consensus die toen heerste: dat Rousseau er de stekker had uitgetrokken, en toch al veel toegevingen had gekregen, en dus eigenlijk te moeilijk deed.
“Want het volk en de mensen wilden dat hij een regering zou vormen. Alsof er een soort homogeen volk bestaat met een bepaalde wil.”
De Smedt is nu juist een van de beste politieke journalisten van de VRT.
“Maar het gaat niet over personen. Ik had evengoed een ander voorbeeld kunnen nemen. Er scheelt iets aan onze politieke verslaggeving.
“Wat u nu met mij doet, een lang en grondig interview, dat zien we nooit. Ik ben geen cd&v’er, maar ik merk dat minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden soms wel dingen grondig probeert uit te leggen.
“Maar vaak wordt er meteen op haar ingehakt, krijgt ze te horen dat ze rond de pot draait. Diepgang en complexiteit lijken vandaag uitgesloten.”
Iemand in acht minuten interviewen voor Terzake is veel moeilijker dan iemand drie uur spreken voor een groot interview in de krant, wat wij hier doen.
“Akkoord, maar dat is het gevolg van het format, natuurlijk. Dan is de vraag toch: wat is de VRT in godsnaam aan het doen?
“Terzake op Canvas, dat zou het beste van het beste moeten zijn. Voor dat programma ligt de lat het hoogst. En als ik ernaar gekeken heb, ben ik in wezen niet geïnformeerd.
“Ja, ik weet of een politicus ergens mee is weggeraakt, of hij zijn verhaal verkocht kreeg, maar ik kan niet zeggen dat ik inzicht heb gekregen in hoe de zaken echt in elkaar zitten.
“Je ziet of iemand kwaad of zenuwachtig of vlot of sympathiek is. Maar inhoud? Nee, dat is te moeilijk.”
Bent u ook streng voor de kranten?
“Ik zie dat kranten sterk inzetten op sociale media om meer bereik te krijgen. En de dingen die daar circuleren, zijn niet de artikelen die diepgang brengen, maar de sensationele en controversiële onderwerpen.”
Ik kan u zeggen dat onze meest doorwrochte artikelen het beste worden gelezen. En dat geldt vast ook voor onze collega’s bij De Standaard en De Tijd.
“Dat vind ik fenomenaal. En zeer hoopgevend. Ik heb geen inzage in die cijfers zoals u die misschien wel hebt. Maar dan is mijn vraag: waarom brengen jullie niet meer diepgang?
“Ik heb toch gemerkt dat alle artikelen over Tom Waes de voorbije weken overal het meeste werden aangeklikt.
“Dat voldoet aan alle wetten van de medialogica: het gaat over iemand die we allemaal kennen, het maakt grote emoties los, enzovoort.”
U hebt ook geklikt, toch?
“Natuurlijk heb ik ook op artikels over Tom Waes geklikt. We klikken allemaal. Dat is nu eenmaal de economie waarin we ons bevinden.
“We worden allemaal opgeleid tot een goed en efficiënt publiek, dat klikt waar geklikt moet worden volgens de commerciële logica. Ik ben zelf ook maar een deel van het publiek.
“Het gaat niet alleen over de krant, maar over het samenspel met sociale media in de aandachtseconomie.
“Het is menselijk om te klikken op Tom Waes, maar terwijl die stukken onze aandacht opeisen…”
Zijn we geen Tolstoj aan het lezen.
“Juist. En ik denk dat dat een probleem is. En dat het de komende tien, twintig jaar nog erger zal worden. Daar ligt het kalf gebonden: bij de commercialisering.
“Die is natuurlijk allang bezig: begin deze eeuw, toen Siegfried Bracke nog bij de VRT-nieuwsdienst werkte, overheerste de marketing het nieuws al. Hij wilde brengen wat de mensen wilden zien.
“Op die trend zetten sociale media nu nog een turbo. Wij zijn een generatie aan het opleiden die geen boeken leest..”
En dat, zo lees ik in uw boek, is hoe we onze democratie ‘herscheppen’.
“Dat is een van de elementen.
“Het gevolg van die evolutie is dat we een fundament onder de democratie wegslaan: de mogelijkheid om een rationeel debat te voeren met opgeleide, democratische burgers die de krant lezen, kennis verwerven en zo hun eigen positie ten aanzien van de macht op een degelijke manier kunnen begrijpen.”
Heeft die burger ooit bestaan?
“Ideaaltypes zijn er om ons wakker te houden. Maar als ik lezingen geef voor een wat ouder arbeiderspubliek, zijn die mensen vaak politiek zeer bewust.
“Veel meer dan de jonge generaties. En ook beter geïnformeerd.
“Ik denk niet dat je dat mag veralgemenen, maar er is iets wezenlijks aan het veranderen.”
In de tijd van de verzuiling waren mensen ook niet correct geïnformeerd. Men kreeg maar één kant van het verhaal te horen en te lezen: dat van de eigen zuil.
“Dat is juist, maar mensen waren wel politiek geschoold.”
Maar eenzijdig.
“Eenzijdig, ja. Ik bied geen wonderoplossingen in mijn boek, hoor. En ik voer geen pleidooi om terug te keren naar de verzuiling.
“De openbare omroep en de kranten waren toen niet noodzakelijk veel beter – alles moest in overleg met de partijen. Dus daar wil je niet terug naartoe.
“Eigenlijk zouden we voor media een regulator moeten hebben die zorgt dat er een veelheid aan stemmen te horen is, dat er geen monopolies zijn. En dat de openbare omroep een duidelijke democratische taak krijgt.”
De VRT zit volledig in de zak van de Vlaamse regering, weten we ondertussen.
“En dat is een fundamenteel probleem.”
Ik merk die schatplichtigheid ook in de politieke verslaggeving.
“Het gaat zelfs nog verder. Zelfs het zogenaamd onschuldige amusement op de VRT is puur politiek.
“Ik heb ooit les gegeven aan het Ritcs in Brussel, een vak Cultuur en Politiek. En ik wilde de studenten vooral deze boodschap geven: alles wat je doet als cultuurproducent, is politiek – of je je daar nu van bewust bent of niet.”
Hoezo is pakweg een programma als De Columbus politiek? Twee BV’s rijden met een busje rond en kletsen wat over het leven. Dat mag, maar het hoort niet op de openbare omroep, vind ik.
“Ik heb van dat programma misschien maar tien minuten gezien. Het is brood en spelen. Het heeft geen enkele diepgang. Het informeert niemand over wat dan ook.
“En dat is het dus: je hebt een hele dag hard gewerkt, zit een uur te scrollen op Instagram en kijkt daarna naar De Columbus. En dan kruip je totaal leeghoofdig je bed in.
“Er is geen enkel programma dat nog bijdraagt aan de vorming van kritische burgers. Noem mij één programma dat wel aan dat criterium beantwoordt.”
Het is er niet.
“Dat is toch sterk. Er bestaat geen enkel programma op de openbare omroep dat mensen helpt om te verbeelden in welke structuren ze leven.”
Wat bedoelt u met ‘verbeelden’?
“Die verbeelding is een concept uit de sociologie. Het komt erop neer dat je een idee hebt hoe de wereld functioneert, hoe bepaalde zaken in je dagelijkse leven passen in een groter geheel, in grotere structuren.
“Neem nu de lessen die ik geef. Dat is allemaal in het Engels. Mijn studenten vinden dat normaal, maar dat past in een beslissing die ooit door de Nederlandse politiek genomen is om te internationaliseren. Vanuit de Europese gedachte.
“Als je de burger geen sociologische verbeelding aanbiedt, nemen andere spelers – zoals complotdenkers – het over.”
Hoezo precies?
“Extreemrechts is er zeer goed in om pakweg de klimaatwetenschap te verbeelden als een samenspel van donkere krachten die het op onze welvaart gemunt hebben.
“Met de pandemie zag je vergelijkbare theorieën circuleren, ook aan die rechterzijde: corona was een complot, met de vaccins willen ze ons vergiftigen.
“Dat raakt allemaal kant noch wal, maar zulke verhalen, zulke manieren om de werkelijkheid te verbeelden, kunnen zeer krachtig zijn, juist omdat ze een irrationele verklaring geven voor onze dagelijkse ervaringen.
“Zo wordt de rationele democratie vandaag aangetast.”
De pers moet harder werken.
“Ja, maar de pers moet ook en vooral stoppen met denken dat Vlaanderen het centrum van de wereld is.
“Denk nogmaals aan de formatie die nu bezig is: wat zogezegd ‘nodig’ is, wordt op Europees niveau beslist. Daarover horen en lezen we te weinig.
“Extreemrechts heeft wel allang begrepen hoe belangrijk die internationale dimensie is.”
Niets zo internationaal als het nationalisme tegenwoordig, is een van uw inzichten. U toont het aan in uw boek Nieuw rechts.
“Inderdaad. Democraten moeten zich ook op dat Europese niveau verenigen. De macht zit niet op het Vlaamse niveau.
“Door te doen alsof dat wel het geval is, houdt men ons als het ware klein.
“Dat is geen bewuste strategie. Journalisten houden geen vergaderingen om te beslissen wat ze ons nu eens zullen wijsmaken, maar de pers verzaakt aan haar plicht: de burgers uitleggen hoe onze complexe wereld in elkaar zit.
“En op den duur denken we dat er geen alternatief is voor dit neoliberale systeem.”
Met die term, neoliberaal, wordt snel gezwaaid. Thatcher en Reagan voerden in de jaren 80 een neoliberaal beleid, maar België kun je toch niet neoliberaal noemen?
“Dat hangt ervan af hoe je de term definieert. In de enge betekenis kun je verwijzen naar het Britse en Amerikaanse beleid van de jaren 1980. Maar sinds die periode is het ook cultureel de dominante ideologie geworden.
“Ook in België staat de welvaartsstaat sinds de jaren 80 onder druk. Er wordt voortdurend in de sociale zekerheid geknipt. Tot vandaag, op de formatietafel.
“Er wordt steeds meer druk gezet op de onderkant van de samenleving. Mensen met een uitkering, werklozen, zieken, mensen in invaliditeit, gepensioneerden.”
En zelfs als het over de actieven gaat, weten we sinds kort zeker, dragen de sterkste schouders niet de zwaarste lasten.
“Precies. Neoliberalisme gaat in essentie over een herverdeling van de lage en middenklasse naar de rijke klasse.
“Dat is wat we zien. Dat is wat er gebeurt.”
En de PVDA is de enige partij die dat echt begrijpt?
“De vakbonden en een groot deel van het middenveld begrijpen dat natuurlijk ook. Maar op het politieke veld komt de druk de voorbije tien jaar zeker van de kant van PVDA.”
Volgens uw leermeester Jan Blommaert zijn PVDA’ers de ‘sossen’ van vroeger.
“Dat is gewoon waar. Heel dat discours van De Wever waarmee hij de PVDA als communisten wil wegzetten, dat is dezelfde framing die Trump gebruikt in de VS, waar Democraten als communisten worden bestempeld.
“Dat is een succesvol frame, want niemand wil in een stalinistisch regime leven.
“Als je mensen kunt wijsmaken dat PVDA een communistische partij is, haal je je slag thuis. Maar het is niet correct.”
Ze noemen zichzelf ‘eigentijdse communisten’ en ‘socialisten’.
“De betekenis van woorden is niet stabiel. Kijk je naar het programma van de PVDA, dan is daar geen stalinisme, geen nationalisatie van de productiemiddelen in te bespeuren.
“Haar socialisme of ‘eigentijds communisme’ lijkt heel sterk op wat de voormalige BSP voorstond. Maar dat is niet wat De Wever bedoelt. Hij wil duidelijk de link leggen met de periode van de Sovjet-Unie. Dat is niet eigentijds.”
De PVDA worstelt wel met dat verleden. Zweert het nog niet volledig af.
“De partij slaagt er inderdaad niet in om dat beeld in de media bij te stellen.”
Om terug aan te knopen bij het begin: heeft Conner Rousseau stilaan door dat hij ook die kant op moet: opnieuw de onderkant van de samenleving verdedigen?
“Ik hoop het. Je kunt die mensen niet blijven wijsmaken dat je voor hen opkomt, dat je goed bestuur wil dat hen ten goede komt, als je voortdurend instemt met maatregelen die een slag in hun gezicht zijn.
“Dat is in Gent ook gebeurd. Veel mensen die via de lijst Voor Gent op Vooruit hadden gestemd, rekenden op een coalitie met Groen, en hebben daarom het akkoord met N-VA weggestemd.”
BIO
- Geboren in 1978
- Cultuurwetenschapper
- Verbonden aan de Universiteit van Tilburg
- Schreef eerder onder meer:
- N-VA. Analyse van een politieke ideologie (2012)
- Nieuw rechts (2018)
- Vooruit! Politieke vernieuwing, digitale cultuur en socialisme (2021)
Ik vind: als je wilt dat Groen mee bestuurt, moet je voor Groen stemmen.
“Dat weet ik nog zo niet. Als je in Gent op Vooruit hebt gestemd, en een coalitie met Groen heeft de grootste meerderheid, mag je het redelijke vermoeden hebben dat men opnieuw zal proberen om een progressief bestuur te vormen. Zoals ondertussen wel gebeurd is.”
Het akkoord met N-VA is weggestemd door een paar honderd leden van Vooruit in Gent. Hoe democratisch is dat? Zij waren niet verkozen, de gemeenteraadsleden wel en die laatsten hadden dat akkoord gevormd.
“Nu komen we bij een cruciale vraag: wat is democratie? In uw verbeelding is dat blijkbaar iets heel individueels en stoelt de democratie alleen op de stem van alle individuele burgers.”
Absoluut. De kiezer stelt vertegenwoordigers aan, die vanaf hun verkiezing als het ware de honneurs voor de kiezer waarnemen.
“Ik begrijp dat argument, maar je maakt abstractie van de reële, sociale en politieke wereld.
“Politieke partijen zijn instrumenten van machtsopbouw die opkomen voor bepaalde sociale groepen en zijn drager van een bepaalde ideologie.
“Dat grote verhaal van een partij moet gedeeld worden, en daarvoor heb je procedures en een infrastructuur nodig.
“De verkozene mag niet zomaar zijn of haar zin doen. De partij is een waakhond, zeg maar.”
De waakhond is de kiezer. Die kan mensen weer wegstemmen.
“Maar om dat systeem perfect te laten functioneren, heb je een ideale wereld nodig. Met gelijke machtsrelaties, perfect onderwijs en perfecte media, die de kiezer zo goed informeren dat hij precies weet wat er allemaal aan de hand en aan de orde is.
“Zolang dat niet het geval is, loopt in uw individuele beeld van de democratie de demagoog met alles weg.
“Dan heb je zelfs geen ideologie meer nodig, alleen wat namen op een lijst.”
Voor u is democratie niet alleen een procedure: één persoon, één stem en na de verkiezing een meerderheid vormen?
“Inderdaad. Voor mij is democratie een ideologie op zich. Er zit een ethische component in.
“Om extreemrechts tegen te houden, om te vermijden dat niet alleen de onderkant van de samenleving wordt geviseerd maar ook onze humanistische waarden als het over asielrecht gaat, bijvoorbeeld.
“Daarvoor heb je mensenrechten nodig, die maken deel uit van de democratie.
“Zonder mensenrechten komen de antidemocraten aan de macht.”
Er is ook een rechtsstaat, natuurlijk. Die houdt de meerderheid in bedwang.
“Voor mij is de rechtsstaat inherent onderdeel van de democratie. Dit is het idee van de radicale denkers van de verlichting: voor hen waren democratie en mensenrechten één en ondeelbaar. Voor mij ook.
“Wat je vandaag ziet aan de rechterkant, is dat dat idee wordt aangevallen. Met verstrekkende gevolgen. Denk aan wat socioloog Mark Elchardus doet in zijn boek Reset.
“Voor hen gaat het alleen om het volk dat stemt, ook als dat betekent dat de mensenrechten moeten worden ontmanteld.”
Elchardus en vele anderen verzetten zich tegen de juristocratie, waarbij rechters te veel macht krijgen om het democratisch beleid bij te sturen.
“Niet alleen is dat een mythe, ze hebben ook alleen een probleem met de juristocratie als het over racisme en woke en asielzoekers gaat.
“Als er vergunningen moeten worden verleend aan bedrijven, zullen ze de rechterlijke macht wél essentieel vinden.
“Dat is wat je nu ziet bij nationalisten en de rechterzijde: er wordt een homogeen nationaal volk gecreëerd en de meerderheid mag haar zin doen – rechters zijn wereldvreemd en staan in de weg.
“Sommigen noemen dat tegenwoordig de illiberale democratie, ik noem het de antidemocratie.”
Uw nieuwe boek is een duidelijk antwoord op Reset van Elchardus. Wie dit debat goed wil begrijpen, moet beide boeken lezen.
“Heel eerlijk: ik vond dat boek van Elchardus choquerend. Ik had nooit gedacht dat een vooraanstaand Vlaams intellectueel zich expliciet tot de antiverlichting zou bekennen.
“Want dat doet hij: hij omarmt het ideeëngoed van de antiverlichtingsdenkers, tot en met Alain de Benoist, de Franse inspirator van Nieuw Rechts.
“Voor de antiverlichting primeert niet het idee van gelijke burgers, maar de organische groep die het volk vormt. En dat volk wordt bedreigd door vreemdelingen die ons hier zogezegd overspoelen.”
Maakt u het nu niet te simpel?
“Ik probeer de kern van de zaak te benoemen. En Elchardus zegt en schrijft dat soort zaken expliciet, hoor.
“Ik volg hem in zijn kritiek op de Europese Unie en het neoliberalisme, maar ik begrijp niet hoe hij erbij komt een pleidooi te houden voor rechtse populistische partijen.
“Voor hem is de vraag niet meer: hoe komen we onze internationale verplichten tegen asielzoekers na? Maar wel: kan deze gemeenschap dat wel dragen?”
Is dat een onnozele vraag?
“De vraag is: wil je die mensenrechten loslaten, wil je een samenleving waarin alleen de ‘stem van het volk’ telt?
“Dan vind je het dus geen probleem meer als N-VA samen met het Vlaams Belang een meerderheid vormt.
“Elchardus zegt dat ook: hij stemt voor N-VA en vindt het goed dat Vlaams Belang op lokaal niveau mee bestuurt.”
Hoe erg zijn die lokale coalities met Vlaams Belang? Moeten we hyperventileren?
“Dat moeten we nooit doen. Hyperventileren over coalities met het Vlaams Belang helpt niet. Maar je moet zien dat het een onderdeel vormt van een groter probleem.
“Het wijst erop hoe genormaliseerd een groot deel van de ideeën van Vlaams Belang al is.”
Het is wel interessant dat N-VA de enige traditionele partij is die op lokaal niveau géén coalities vormt met Vlaams Belang. De Wever heeft zijn troepen in de hand.
“Juist. De Wever heeft zijn troepen in de hand. Dat is niet noodzakelijk een geruststelling.
“Het betekent dat zijn troepen óók blindelings kunnen volgen als hij beslist om wel met Vlaams Belang in zee te gaan. Zijn macht is onaantastbaar.
“Hij heeft even wat wankel gestaan, maar sinds juni is hij weer hot in Vlaanderen. Hebt u gezien hoe andere partijvoorzitters naar hem keken in Het conclaaf? Ze beginnen bijna te sidderen als hij tegen hen spreekt. Ook Tom Van Grieken.
“Conner Rousseau en Raoul Hedebouw van de PVDA zijn de enige uitzonderingen.”
U hebt het in uw boek over het fenomeen van ‘The Big Man’.
“Dat is een term uit de antropologie waarmee men verwijst naar figuren zoals wijlen Saddam Hoessein en Mobutu. Het duidt op een vorm van typisch tribalistisch leiderschap.
“Lang werd aangenomen dat deze ‘Big Man’ in onze democratieën niet meer voorkwam, maar tegenwoordig zien we in het Westen een heropleving van dit fenomeen.
“Denk bijvoorbeeld aan Trump, Wilders, en bij ons Bart De Wever.
“Hij heeft het nationalisme en conservatisme in Vlaanderen tot de norm verheven, terwijl deze bij zijn intrede in de politiek nog marginale verschijnselen waren.”
Dat is toch indrukwekkend.
“Dat is een grote tour de force. En die positie verdedigt hij nu, als een soort almachtige koning van Vlaanderen. Die zich veel permitteert.
“Hoe hij de jongste jaren communiceert over tegenstanders, dat is toch ongelooflijk hard? Ik denk niet dat iemand anders zich dat had kunnen permitteren.
“Beeld u in dat Tom Van Grieken zo hard zou communiceren als Bart De Wever. Dan zouden velen hem een fascist noemen.”
Waarmee niet gezegd is…
“Dat De Wever een fascist is?
“Natuurlijk niet, maar hij is wel degelijk een antiverlichtingspoliticus. En die almachtige manier van communiceren spoort met zijn idee over het primaat van de politiek.”
Ook journalisten sidderen een beetje voor hem. En wie dat niet doet, krijgt hem niet meer te spreken.
“Inderdaad. En dat is een probleem. Zo hangt alles samen, ziet u.
- Hij bepaalt wie hem wel of niet mag interviewen.
- Hij bepaalt de voorwaarden van het interview.
- Zijn partij bestelt programma’s bij de VRT, open en bloot.
- Hij bepaalt wie nog subsidies verdient en wie niet.
- Wie niet in de pas loopt, moet vrezen.
- Ook het middenveld, vakbonden en organisaties die mensenrechten verdedigen.
“Dat is het pure primaat van de politiek. Dat gaat zeer ver en het is een groot probleem.
“Als er iets is waarvan ik wakker lig, is het dat wel.”
Lees ook
Klik op de hyperlink en lees meer berichten van
Bron: De Morgen