Asiel en migratie – Het nieuwe terugkeerbeleid – Kafka zonder papieren

Vluchtelingen bij het Klein Kasteeltje in Brussel. Het beleid wordt alsmaar hardvochtiger, volgens drie onderzoekers.

Als het over het asielbeleid gaat, blijven onze politici maar inzetten op repressieve maatregelen. Tegen beter weten in, schrijven Pascal Debruyne, Sylvie Van Dam en Kaat Van Acker.

De Standaard


“Het is alleen vanwege hun domheid dat ze zo zeker van zichzelf kunnen zijn”, klinkt het in het boek Het proces van Franz Kafka.

In dat boek ontvouwt zich de absurditeit van bureaucratische staatsmacht wanneer Joseph K., een jonge bankbediende, een jaar na zijn lukrake arrestatie en na een lang maar willekeurig proces gedood wordt “in naam van de wet”.

Diezelfde domheid, of liever wereldvreemdheid, klinkt door in het nieuwe terugkeerbeleid, dat volgens deze krant schippert tussen zachte hand en harde dwang (DS 4 mei).

In ons lopende onderzoek naar gezinnen zonder wettig verblijf zien we al te vaak dat ouders en kinderen terechtkomen in een kafkaiaans doolhof.

Hoewel de bestaande beleidspraktijk soms harder wordt voorgesteld dan ze in werkelijkheid is, riskeert het afgeklopte wetsvoorstel aanklampend terugkeerbeleid tot nog meer hardvochtigheid te leiden, met meer repressie en wantrouwen.

Eerst het ‘goede’ nieuws.
Er zijn aanzetten tot echt beleid. Zo kwam er tijdens deze regeerperiode een erkenning van staatloosheid als verblijfsprocedure.

Ook zijn er in diverse steden sinds 2021 Icam-coaches aan de slag. Die worden ‘terugkeercoaches’ genoemd, maar in de praktijk bekijken ze ook de mogelijkheden voor wettig verblijf, door ‘Integraal Case Management’ – Icam, dus.

Er waren trouwens ook al de cellen ‘vrijwillige terugkeer’ van Fedasil, die gedegen werk doen voor mensen zonder wettig verblijf die willen terugkeren.

Deze regeerperiode werden ook enkele proefprojecten opgezet op plekken waar mensen zonder wettig verblijf voor onbepaalde duur mogen verblijven terwijl ze begeleid worden tot ze een wettig verblijf hebben, of tot ze vrijwillig terugkeren naar hun thuisland of een derde land.

Al die alternatieven werken op basis van vertrouwen in plaats van dwang.

Tot zover ‘het goede nieuws’.

Willekeur

Het slechte nieuws?

Als het over terugkeer gaat, hoor je politici vaak zeggen: “Vrijwillig als het kan, gedwongen als het moet.”

Politici weten nog altijd niet wat werkt en wat niet. Welke beleidspraktijken zijn het efficiëntst om een duurzame uitkomst te krijgen (wettig verblijf of vrijwillige terugkeer)?

Dat wordt onderzocht noch geëvalueerd. Er heerst nog altijd willekeur, waarbij het beleid wetenschappelijke evidentie naast zich neerlegt over projecten zonder dwang.

Dwangmaatregelen domineren het beleid. Zo telt ons land zes detentiecentra, met een totale capaciteit van 751 plaatsen.

De federale regering bouwt nog drie bijkomende centra en een vertrekcentrum, waardoor de capaciteit tot 1.145 plaatsen zal stijgen.

Dwangmaatregelen zoals de medewerkingsplicht en potentiële dwang bij medische onderzoeken worden nog verder opgedreven.

Toch weten we dat het verblijf in detentiecentra mensonwaardig en inefficiënt is. Veel mensen worden telkens weer vrijgelaten, omdat ze niet repatrieerbaar zijn.

We weten dat dwang de weg vrijmaakt voor mishandeling, met het risico op blijvende fysieke en psychische gevolgen voor de gezondheid van mensen.

De discussie over kinderen opsluiten bij gedwongen terugkeer verloopt al even hardvochtig.

Dat idee werd dan wel geweerd uit het wetsvoorstel aanklampend terugkeerbeleid, maar sommige partijen waren er wel voorstander van. Het is een politiek opbod.

Dat je een kind niet opsluit omdat zoiets lijnrecht ingaat tegen de universele rechten van het kind en omdat de psychologische gevolgen verwoestend kunnen zijn, is blijkbaar niet langer evident.

Individueel schuldmodel

Het is makkelijk om mensen zonder wettig verblijf de schuld te geven van hun verblijfstoestand.

In ons onderzoek bij vijf opvangpraktijken van gezinnen met kinderen stoten we op complexe en gelaagde verhalen waarin het beleid ook een rol speelt: te lange en bureaucratische procedures en te weinig toegang tot (sociaal-)juridische ondersteuning en hulpverlening.

  • Iemand valt door ontslag uit een verblijfsstatuut, krijgt te maken met intrafamiliaal geweld en een scheiding en komt in een neerwaartse spiraal terecht.

  • Iemand wordt zwanger van een man met de Belgische nationaliteit, maar die wil het kind niet erkennen, waarna een jarenlange patstelling volgt.

We horen ook verhalen van lokale diensten burgerzaken of OCMW’s die de medische kaart weigeren tot de Dienst Vreemdelingenzaken die veel mensen als erg ontoegankelijk ervaren – velen hebben het over “een black box” als het gaat over humanitaire regularisatie.

Waarom maakt men geen pragmatischere keuzes?

In Duitsland geeft men onverwijderbare mensen een verblijfsstatuut (het Duldung-statuut), waardoor ze recht hebben op onderwijs, werk en huisvesting.

  • Waarom niet meer legale wegen proberen, bijvoorbeeld via arbeidsmigratie in knelpuntberoepen?

  • Waarom de bestaande opvang- en oriëntatiepraktijken die echt werken aan duurzame oplossingen niet verder opschalen?

Door de huidige politieke keuzes om bestaande verblijfsprocedures nog strenger te maken, verzanden wellicht nog meer mensen langdurig in onwettig verblijf.

Samenwerken aan duurzame oplossingen vergt vertrouwen, zo leert ons onderzoek, niet nog meer op wantrouwen gebaseerde repressie.

Het proces

Pascal Debruyne, Sylvie Van Dam
Kaat Van Acker

Onderzoekers verbonden aan de
Odisee Hogeschool.


Vluchtelingen bij het Klein Kasteeltje in Brussel. Het beleid wordt alsmaar hardvochtiger, volgens drie onderzoekers.
Vluchtelingen bij het Klein Kasteeltje in Brussel. Het beleid wordt alsmaar hardvochtiger, volgens drie onderzoekers.
© Kristof Vadino

Lees ook



Bron: De Standaard

Welkom op Facebook

Naar de website


Scroll naar boven