Bieke Purnelle – De Standaard
‘Houd eens op met mij voor elke toepassing een nieuwe app op te solferen’
Bieke Purnelle
Onwillig als een krakende fietskar trok een nieuw schooljaar zich op gang in ons huis. Welkom terug, wekker op halfzeven, spaarzaam ochtendlijk gemompel, vergeten brooddozen en ongewenste Smartschoolberichten. Niemand heeft jullie gemist.
Nog voor de schoolbel het einde van de eerste dag luidde, had ik instructies gekregen om op Smartschool een nieuwe co-account in te stellen, kwestie van mijn rol als behoeder van het leerproces van de jongste, die de middenschool heeft ingeruild voor het atheneum, optimaal in te vullen.
Terwijl ik me met tegenzin van die ouderlijke taak kweet, probeerde ik simultaan de berichtenstroom in de Whatsappgroep van de voetbalclub bij te houden.
Waar en wanneer er opnieuw getraind en gespeeld wordt, wie er is opgesteld, en hoe de spelers op de bestemming van de uitwedstrijd raken: het vergt allemaal communicatie, veel communicatie.
En dan, als een donderslag: de mededeling dat de praktische communicatie vanaf nu via de nieuwe app Spond zou verlopen, met daarbij de instructies om een nieuwe account aan te maken en in te loggen.
Alles in mij wilde luid en nijdig “nee!” schreeuwen, maar niemand wil die vervelende, tegendraadse ouder zijn die het naadloze verloop der dingen saboteert, dus ik knarsetandde.
Misschien komt het doordat het mij dit jaar vijf maanden tijd en buitensporig veel geduld en ergernis kostte om een relatief eenvoudige transactie als het overzetten van een zakelijke huurwaarborg in orde te krijgen, onder meer omdat de bank in kwestie weigerde die eenvoudige handeling handmatig uit te voeren en mij koppig naar de bankapp bleef verwijzen, terwijl de bankapp mij even koppig bleef negeren.
Mijn vraag om een afspraak te maken in het kantoor om die aanslepende kwestie eens en voor altijd op te lossen, werd beantwoord met: “U kunt een afspraak maken in de app.”
Misschien herinner ik me te levendig in welk voorgeborchte van de hel menige argeloze mens belandt bij het indienen van een projectdossier op het platform van de federale overheid of bij het inloggen op eender welk ander overheidsplatform via Itsme.
Misschien is het gewoon de app te veel.
Voor iemand denkt dat ik een digitaal analfabeet ben of principiële bezwaren heb tegen digitalisering: welnee. Ik klik en scroll lustig en duchtig, beantwoord whatsapp berichten, plaats bestellingen die ik betaal met Payconiq en reserveer theatertickets online.
Maar zijn we niet wat aan het overdrijven?
De belofte dat digitalisering de mensen zeeën van tijd en ongeziene efficiëntie zou bieden, blijkt een flagrante leugen.
Ik wil alle tijd terug die ik zuchtend, vloekend en met de ogen rollend heb besteed aan allerlei volstrekt onhandzame en weerspannige applicaties die bedacht lijken om mensen te treiteren.
Bovendien: ik wil gewoon eens met rust worden gelaten, eens een paar uur onafgebroken kunnen nadenken zonder elke 7 minuten een bericht te hoeven lezen of beantwoorden.
De digitale revolutie heeft overigens nog een veel hogere prijs.
Afgelopen week bevond ik mij toevallig noodgedwongen in de lokettenzaal van Brussel-Zuid. Ik bezoek nog hoogst zelden een loket, wat logisch is aangezien er amper nog loketten bestaan en het gebruik ervan met toewijding wordt ontmoedigd.
Ik moest er een verloren voorwerp van mijn oudste zoon ophalen, waarvan ik het spijtige verlies uiteraard via de app had geregistreerd.
Voorwerpen ophalen lukt tot nader order niet digitaal, dus stond ik onvoorbereid in een veel te kleine en veel te warme zaal waar 17 wachtenden voor mij waren.
Enigszins verbijsterd aanschouwde ik hoe tientallen mensen geduldig hun beurt afwachtten om een abonnement te verlengen of met cash geld een ticket te kopen. Via de stationsautomaat heb je daar hooguit een paar minuten voor nodig, aan een loket blijkbaar twintig minuten, als het wat tegenzit.
Ik miste mijn trein, en ook de volgende.
De mensen bleven nummertjes trekken en wachten. De loketbediende zuchtte hoorbaar. Wie waren al die mensen en waarom verkozen ze het lange wachten in een overbevolkte ruimte boven het relatieve gemak van een paar clicks?
Dat sommige mensen niet meekunnen met de digitalisering en daardoor op allerlei hindernissen botsen, is ons grotendeels ontgaan. Mensen zonder bankrekening of zonder basiskennis digitale geletterdheid staan in de rij terwijl de rest van ons fluitend appt en klikt.
Intussen vullen we kranten met alarmberichten over de bloem der natie. Het gaat immers niet goed met onze jongeren.
Ze zijn notoir smartphoneverslaafd, een aandoening die resulteert in de aandachtsspanne van een goudvis en allerlei mentale issues van depressie tot sociaal isolement.
Ze kampen met leerproblemen en gebrekkige cognitieve vaardigheden, euvels die we gretig toeschrijven aan hun overmatige consumptie van sociale media, via apps die ongegeneerd bepalen wat ze te zien krijgen.
Alsof dat allemaal niet erg genoeg is, blijken onze jongens massaal te vallen voor droeftoeters en driftkikkers van ‘rolmodellen’ die hun bekendheid te danken hebben aan internetplatformen waar gespierde influencers ons mannelijke kroost vrolijk en ongehinderd kunnen wijsmaken dat het leven bedoeld is om stinkend rijk te worden, dat echte mannen een sixpack en biceps nodig hebben en dat meisjes en vrouwen in hoofdzaak gebruiksvoorwerpen zijn.
Sommigen zien heil in een drastisch smartphoneverbod voor jongeren. Ik ben oprecht benieuwd hoe we dat gaan organiseren, tussen het beheren van al onze Smartschool-, Whatsapp- en andere app berichten door.
De terechte paniek over de situatie staat in schril contrast met de dwingende manier waarop we vrijwel alle aspecten van de samenleving radicaal hebben gedigitaliseerd “voor ons gemak”.
Hulpeloos aanschouwen we het slagveld van de digitale droom.
Bieke Purnelle is freelanceschrijver en directeur van Rosa, kenniscentrum voor gender en feminisme.
Haar column verschijnt tweewekelijks op vrijdag.
Lees ook
Klik op de hyperlink en ontdek meer berichten van
Bron: De Standaard