Caroline Pauwels – Summertime, and the living is easy


Caroline Pauwels mag dan noodgedwongen door ziekte gestopt zijn als VUB-rector, stilzitten is niets voor haar. Zo cureerde ze de expo Summertime, and the living is easy, die vandaag start in de Brusselse Schönfeld Gallery. Het werd zoals de titel verraadt een ‘zomerse’ expo, over de nood aan traagheid, vrouwen en vrolijkheid. ‘Ik ben heel intuïtief en impulsief te werk gegaan.’

Danny Ilegems- De Morgen


Caroline Pauwels (58) installeert zich aan de grote tafel in de keuken. Haar kinderen Anna Violette en Emil scheppen orde en zetten koffie. Haar huis staat in een groene, lommerrijke hoek van Watermaal-Bosvoorde, op een steenworp van het Zoniënwoud. Haar tuin bevindt zich in de levensfase tussen weelderig en wild. Een veldje met ongemaaid gras, afgezoomd met hortensiastruiken.

Het is donderdag 23 juni. Caroline Pauwels is jarig vandaag. In twee uur tijd zullen er zes ruikers met bloemen aan huis worden geleverd. Tot Anna Violette zich luidop afvraagt waar ze in ’s hemelsnaam de vazen vandaan moet blijven slepen.

Pauwels kijkt naar buiten, knippert eens met de ogen, tegen de overmacht van zonlicht in, en zegt: “Ik ben een zomerkind. Ik heb altijd van de zomer gehouden. Maar hij kan ook iets dreigends hebben, vind je niet? Alsof de behaaglijke warmte en de vrolijkheid ieder moment kunnen omslaan in iets anders.

“In de films van Eric Rohmer zie je dat gebeuren. Ook als ik terugdenk aan de mooie zomers die ik heb gekend, komt dat unheimliche gevoel soms opnieuw opzetten. Die valse rust, die verraderlijke kalmte, stilte voor de storm.

“Ook typisch voor de zomer is dat hij voorbijgaat. (lacht) Tegen de winter verlang je er weer keihard naar terug.

“Zoals Albert Camus schreef: ‘Au milieu de l’hiver, j’apprenais enfin qu’il y avait en moi un été invincible.’ 

“In het midden van de winter ontdekte ik dat er een onoverwinnelijke zomer in me zat.”

Onoverwinnelijk, zo heeft ze zich lange tijd gevoeld. Ofschoon er in 2019 maag- en slokdarmkanker bij haar was vastgesteld, begon ze in 2020 toch aan een tweede termijn als VUB-rector.

“Er zit tot nog toe betrekkelijk weinig verlies op mijn energie”, zei ze in een interview met deze krant.

“Ik hoop dat het zo blijft. Ik hoop ook nog altijd dat ik gewoon genees. Dan weet ik niet waar het met mijn energie gaat eindigen.”

'Achter de voederbak in de Molenlei' van Svelte Thijs, een van de kunstenaars van wie werk te zien is op de expo 'Summertime, and the living is easy'. Beeld Svelte Thijs
‘Achter de voederbak in de Molenlei’ van Svelte Thijs, een van de kunstenaars van wie werk te zien is op de expo ‘Summertime, and the living is easy’. Beeld Svelte Thijs

Begin dit jaar was het vat plots af. Op 23 februari kondigde ze haar afscheid als rector aan, met onmiddellijke ingang. De functie viel niet langer te combineren met de ziekte.

Je verwacht dan dat je lange tijd niets van haar zult horen. Dat ze de wanen van de wereld even, of misschien voorgoed, aan zich voorbij laat gaan. En het nieuws dat je vreest, hoop je niet te horen.

Maar kijk, daar is Caroline Pauwels weer. Met een kort kapsel en een gezicht dat praktijkervaring met lijden verraadt, maar met ogen die fonkelen als vanouds.

Begin deze week dook ze op aan de zijde van Jan Danckaert, haar gewezen vicerector aan de VUB die net tot haar opvolger was verkozen. En vandaag gaat er in de Brusselse Schönfeld Gallery een tentoonstelling open die zij heeft gecureerd.

Wat is uw schoenmaat?

Caroline Pauwels: “Ik heb maat 36, waarom?”

Omdat Jan Danckaert, de nieuwe VUB-rector, over u zei: ‘Het zijn grote schoenen om te vullen.’ Dat valt dus wel mee.

(lacht) “Het tegendeel is waar! Het zijn kléíne schoenen om te vullen. Wat dat betreft moet Jan zich absoluut geen zorgen maken.”

Bent u gestopt als rector omdat uw tijd steeds kostbaarder werd, en u die helemaal voor uzelf wou hebben?

“Nee, ik ben gestopt omdat ik móést stoppen. Omdat ik fysiek gewoon op was. De dokters hebben me op dat moment heel streng toegesproken. Maar ik voelde het zelf ook wel, hoor, dat het niet meer ging. Een mens trapt al eens op zijn adem…”

Dat kan bij u ook altijd liggen aan het feit dat u zoveel dingen tegelijk wil doen, zoveel tegelijk wil vertellen.

“Neenee, dat heeft te maken met mijn kankerdiagnose. Dat was in februari ook al zo. Net op het moment dat die grote zaak van grensoverschrijdend gedrag speelde. (In januari werd een prof uit de vakgroep archeologie ontslagen, na 23 meldingen van grensoverschrijdend gedrag, red.) Ik wou daar nog van alles over zeggen, maar het ging gewoon niet meer. Ik kon letterlijk niet meer spreken.”

Was dat verhaal de killer? Waardoor u het plots niet meer kon opbrengen?

“De killer was dat ik de kracht niet meer had om het uit te leggen. Waardoor ik het gevoel had dat ik de instelling in de steek liet. Terwijl ik niets liever wou dan erover communiceren. Ik was op alles voorbereid. Ik had intern gezegd: ‘Zelfs al moeten we door het slijk: we gaan het aanpakken, en grondig ook.’

“Ik heb wel één grote fout gemaakt in januari. In mijn eerste reactie heb ik me niet uitdrukkelijk geëxcuseerd tegenover de slachtoffers en de studenten. Terwijl ik met niks anders in mijn hoofd zat: de slachtoffers, de slachtoffers, de slachtoffers. Zij waren mijn drijfveer, zij waren het hogere belang.

“Ik volg dat dossier trouwens nog altijd op. Ik trek aan de VUB de ‘klankbordgroep’ rond grensoverschrijdend gedrag. Weet u, die zaken zijn in de regel complex. Er wordt weleens geïnsinueerd dat er een zwijgcultuur heerst aan de universiteiten, en dat we het belang van de instelling en de proffen laten primeren. Dat is niet mijn ervaring. Wat ik zie, is dat er een transitie bezig is in de samenleving, en dat die zich in versneld tempo ook voltrekt aan de universiteiten. En wat ik in concrete gevallen zie, is vaak gewoon een gebrek aan moed. Liever wegkijken dan kordaat in te grijpen.

“Anderzijds mag je niet vergeten dat het de slachtoffers zijn die in zulke zaken het tempo bepalen. Mensen melden iets en trekken hun melding terug in. Mensen willen eerst anoniem blijven, en kiezen er daarna toch voor om met naam en toenaam in het strijdperk te treden.

“Dat is normaal, dat is menselijk, we moeten dat respecteren. Mensen, zeker jonge mensen, hebben tijd nodig voor zo’n soort zaken. Maar dat betekent meteen ook dat we niet kunnen verlangen dat al die zaken binnen de kortste keren worden opgelost. Aan haastige wraakoefeningen doe ik in elk geval niet mee.”

Beeld Tim Dirven
Officieel bent u gestopt, maar in feite bent u nu een thuiswerkende adviseur, als ik het goed begrijp. Wat vinden uw dokters daarvan?

“Ik voer nog bepaalde opdrachten voor de VUB uit, ja. In mijn tempo. En zolang het nog kan. (lacht ongemakkelijk, hoest) Er zijn dagen dat ik alle afspraken afbel.”

Is de tentoonstelling bij Schönfeld Gallery een manier om uw zinnen te verzetten? Om er niet voortdurend aan te denken?

“In mijn geval is kunst een vorm van zelfmedicatie. Uiterst effectief en heilzaam! (lacht)

“Hoe is het ook alweer gegaan? Ongeveer een half jaar geleden was Greet Umans hier op bezoek, de galeriehoudster van Schönfeld. We zaten in deze keuken, en Greet keek de hele tijd naar de kleurrijke stillevens tegen de muur achter jou. Allemaal schilderijen van Lidia Szynkiewicz.

‘Goh, zo’n muur vol vrolijkheid vind ik wel tof’, zei ze. ‘Wat zou je ervan vinden om een zomertentoonstelling samen te stellen voor de galerie?’

“Ik was toen nog rector. Ik dacht: mm, zo’n nevenprojectje is misschien goed om mij aan de waggel te houden. (lacht) Het curatorschap van Theater Aan Zee in Oostende, vorige zomer, had mij ook veel deugd gedaan.

“Maar toen brak de oorlog in Oekraïne uit. Toen heb ik wel even getwijfeld.

“Ik zei tegen Greet: ‘Kunnen we dat nu wel doen, een zomerse expo maken vol lichtheid en vrolijkheid? Zal dat niet opgevat worden als de blik afwenden, alsof er niks aan de hand is?’

‘Net wel,’ antwoordde ze, ‘er zal meer dan ooit behoefte aan zijn.’

“En wat deden de inwoners van Kiev, toen ze na de eerste beschietingen terug op straat kwamen? Ze plantten overal bloemen. Overwegend zonnebloemen: hét symbool van Oekraïne, de bloem die zich altijd naar de zon keert. Toen was ik gerustgesteld.”

Werk van Lidia Szynkiewicz. Pauwels: 'Lidia maakt mij altijd blij. Soms heeft een schilder niet meer nodig dan wat bloemen en een mand met fruit om je diep te raken.’  Beeld Lidia Szynkiewicz
Werk van Lidia Szynkiewicz.
Pauwels: ‘Lidia maakt mij altijd blij. Soms heeft een schilder niet meer nodig dan wat bloemen en een mand met fruit om je diep te raken.’
Beeld Lidia Szynkiewicz
De expo is getiteld Summertime, and the living is easy, zoals het liedje van George Gershwin uit Porgy and Bess.

“Ja, een nummer met een dubbele bodem. Net iets meer dan een vrolijk zomerdeuntje.”

Met in de tweede strofe het vooruitzicht: ‘One of these mornings you’re gonna rise up singing, spread your wings and take to the sky.’

“Zeer passend. Daarom heb ik het gekozen.”

Op welke basis hebt u de deelnemende kunstenaars geselecteerd?

“O, ik ben heel intuïtief en impulsief te werk gegaan. Het zijn allemaal vrouwen. (lacht) Vrouwen als Roxane Baines, Anne Germe, Liza François, Paulette Taecke, Janine Vandenbosch

“Ze behoren tot verschillende generaties – de jongste is 24, de oudste 70 – en ze zijn bedrijvig in uiteenlopende disciplines: schilderkunst, fotografie, mode, keramiek. Sommigen ken ik al lang, anderen volg ik al een tijdje.

“Hun werk is niet politiek geëngageerd, maar onderliggend voel je wel een bezorgdheid voor de natuur en de planeet.

Janine Vandebosch, 'Summertime 3'. Beeld Janine Vandebosch
Janine Vandebosch, ‘Summertime 3’.
Beeld Janine Vandebosch

“Het zijn bijvoorbeeld allemaal kunstenaars die ambachtelijk en traag werken. Traagheid hoort bij de zomer, maar in mijn ogen is het ook een maatschappelijk statement, een vorm van stil protest: onze maatschappij zou beter wat vertragen, op vele vlakken.

“Vrouwelijke kunstenaars hebben het over het algemeen niet makkelijk, hè. We kennen de enkelingen die al op jonge leeftijd internationaal doorbreken, maar de meesten moeten voltijds werken om hun kunst te kúnnen bedrijven, en daarnaast ook nog een huishouden runnen.

“Bij de vrouwelijke kunstenaars van de oudere generatie die ik ken, heeft de schildersezel altijd in de living of in de keuken gestaan. Ik heb het gezien bij Lidia (Szynkiewicz): met de ene hand roerde ze in de potten, met de andere doopte ze haar kwasten in de verf.

(zet haar linkervoet op tafel) 
“De sneakers die ik draag, zitten ook in de tentoonstelling. Ze zijn met de hand beschilderd door Bénédicte Lobelle. Dit zijn mijn VUB-sneakers.

“Kijk: een vrouw in de houding van De denker van Rodin, een student met een baret, scientia vincere tenebras: wetenschap overwint duisternis, het motto van de VUB, het Atomium van Brussel, de kreeft, mijn sterrenbeeld…

Bénédicte heeft voor mij ook een handtas beschilderd, een oude Delvaux die ik ooit op een rommelmarkt heb gescoord. Onder de sluiting staat de spreuk: ‘You cannot keep spring from coming.’ Ik ga ze dragen bij de opening.”

null Beeld Tim Dirven
Beeld Tim Dirven
Het wordt een vrolijke boel.

“Kunst hoeft niet altijd highbrow te zijn, toch? Wanneer ik ’s morgens opsta en het is nog donker buiten, of het is miezerig weer, dan kijk ik naar de muur van Lidia. Zij maakt mij altijd blij.

“Soms heeft een schilder niet meer nodig dan wat bloemen en een mand met fruit om zich uit te drukken en om je diep te raken.

“In Summertime zal het artistieke met het alledaagse worden verbonden. Dat is een rode draad. Eenvoud, ambacht, naturel. Daar hebben al deze vrouwelijke kunstenaars oog voor.”

Hebt u zelf verborgen artistieke talenten?

(lacht) “Nee, ik kan niks met mijn handen.”

Koken? Uw keuken is uitgerust met een professioneel vuur.

“Dat heb ik heel graag gedaan. Maar nu doe ik het minder vaak. Ik kan niet meer proeven, dus ik vind alles slecht. (stil) Dat zijn de dingen waar je dan afscheid van moet nemen… Jammer. 

(legt haar beide handen op de grote tafel) 
“Deze tafel was mijn eerste aankoop ooit. Mijn eerste loon als assistent aan de unief, in 1988, is er helemaal aan opgegaan. Rond deze tafel heeft het zich allemaal afgespeeld: de etentjes met familie en vrienden. Intimiteit, gezelligheid, geanimeerde gesprekken. En ondertussen eten wat de pot schaft.

“Ik ben hierheen verhuisd in 1999. Binnenkort zal ik er even uit moeten, want we gaan verbouwen. Het huis moet dringend duurzamer worden. De daken gaan eraf, de schouwen eruit, de mazoutketel weg…”

Hebt u daar nog puf voor?

“Ik weet dat het niet het ideale moment is.  (lachje) Maar ik wil dat de kinderen straks een huis hebben waar ze niet te veel naar moeten omzien. Ze zijn hier niet vaak. Emil studeert dit jaar af als antropoloog in Londen. Ik denk dat hij er zal blijven. En Anna Violette gaat naar haar derde jaar architectuur in Parijs. Maar als ze hier zijn, zijn ze hier graag.

“We zijn nu wel een hoop spullen aan het weggooien. Ik zie heel graag kleine kinderen. Heel mijn volwassen leven heb ik alles en nog wat bijgehouden en gespaard voor mijn toekomstige kleinkinderen…”

Ook in volume is uw nalatenschap groot.

(lacht) “Haha, ja. Komende zondag is er een brocantemarktje in de straat. De kinderen gingen er altijd graag naartoe om dingen te kopen. Voor het eerst heb ik er nu een standplaats gehuurd om dingen te verkopen. Het volume moet slinken.”

Hoe moeilijk is dit voor u: stilzitten?

“Geloof het of niet: ik begin het te leren. Het is echt niet zo dat ik vind dat ik nog van alles moet doen. Ik heb ook geen bucketlist of zo.

“Er zijn dagen dat er nog allerlei wilde plannen in mij opborrelen, en er zijn dagen dat ik me erbij neerleg dat ik ze niet zal kunnen realiseren.

“Ik heb bijvoorbeeld altijd graag gereisd. Ik wéét dat dat nu geen optie meer is. Ik heb trouwens altijd beseft dat de dingen aan een zijden draadje hangen, als kind al. Maar toch heb ik altijd plezier gehad in het leven.”

www.schonfeldgallery.com

Caroline Pauwels: ‘De ­sneakers die ik draag, zitten ook in de tentoonstelling. Ze zijn met de hand beschilderd door Bénédicte ­Lobelle.’
Beeld Tim Dirven

In memoriam

23 juni 1964 – 5 augustus 2022

In memoriam Caroline Pauwels

Bron: De Morgen

Naar Facebook

In memoriam


Scroll naar boven