Child Focus houdt maar nipt het hoofd boven water, zegt de nieuwe CEO Nel Broothaerts. Het aantal oproepen en het aantal dossiers zijn de voorbije jaren flink gestegen, maar de middelen zijn niet gevolgd. ‘Als die toename zich voortzet, kunnen wij dit niet volhouden.’
Yannick Verberckmoes – De Morgen
‘Mediawijsheid op school? Sorry, maar zo ga je de verspreiding van video’s over baby’s die verkracht worden echt niet tegenhouden’
Nel Broothaerts
CEO Chils Focus
“Sinds de coronacrisis zien we de cijfers stijgen”, zegt Broothaerts.
“Maar vorig jaar is er nog een versnelling in gekomen. Onze noodlijn kreeg 39 procent meer oproepen. Dat zijn 22.000 telefoongesprekken. Ook onze dossiers over seksuele uitbuiting en over verdwijningen van minderjarigen stegen met een derde.”
Child Focus is er om hulpvragen te beantwoorden, maar in dit gesprek slaat Broothaerts zelf een noodkreet.
Zij werkt al zeventien jaar voor Child Focus en volgt sinds deze week Heidi De Pauw op als de nieuwe CEO. De toename van de werklast stelt de organisatie zwaar op de proef.
Broothaerts spreekt over een “explosie” in het aantal beelden van seksueel misbruik, waar Child Focus meldingen over binnenkrijgt.
De kinderen worden alsmaar jonger, de inhoud gruwelijker. Ook het aantal meldingen over sextortion is op enkele jaren tijd bijna maal vier gegaan.
“Het is positief dat mensen de weg naar ons vinden”, zegt Broothaerts.
“Maar wij moeten alle zeilen bijzetten om hen de nodige hulp te geven.”
Welke gevolgen heeft dit al gehad voor uw organisatie?
“Behalve de gestegen hulpvragen werden we vorig jaar geconfronteerd met een stevige indexering. Dat zijn structurele, terugkerende kosten.
“Om het hoofd boven water te houden hebben we een fikse besparing doorgevoerd. We hebben de investeringen in preventiemateriaal teruggeschroefd, ook al is daar veel vraag naar. We maken bijvoorbeeld materiaal waar scholen mee aan de slag kunnen, of podcasts om ouders te informeren. In dat departement doen we het nu met een medewerker minder.”
“Besparen in ons operationeel team – dat de hulplijn bemant en de dossiers afhandelt – gaat niet. Als de telefoon rinkelt, moet er iemand kunnen opnemen.
“Dat team kon geen versterking krijgen, ook al kregen we een pak meer oproepen, wat maakt dat de werkdruk serieus is gestegen.
“Vroeger kreeg een medewerker tijdens een nachtshift nauwelijks telefoon en kon die persoon gewoon slapen. Nu is die vaak een hele nacht bezig.”
“Het gevolg is dat collega’s makkelijker uitvallen. Als dat gebeurt, is het moeilijk om hen te vervangen. We kunnen niet snel mensen van buitenaf inschakelen.
“De hulpverleners beschikken over specifieke vaardigheden die we hen binnen de organisatie hebben bijgebracht.”
Waarom is het aantal dossiers sinds corona gestegen?
“In die periode is er een verschuiving gebeurd binnen de criminaliteit. Klassieke diefstallen komen minder vaak voor, maar cybercrime is wel toegenomen.
“Tijdens corona speelde het leven, vooral van jongeren, zich meer en meer online af, omdat ze door de lockdowns thuis moesten blijven. Daardoor werden ze met meer risico’s geconfronteerd.
“Tegelijk heeft artificiële intelligentie zijn intrede gemaakt, waardoor criminelen met valse foto’s fake profielen kunnen maken, die veel realistischer zijn dan vroeger.”
“Maar digitale evoluties zijn niet de enige verklaring. We hebben de voorbije jaren ook een stijging gemerkt in het aantal verdwijningen.
“Vorig jaar hadden we ongeveer 2.000 dossiers van vermiste kinderen. Het gros daarvan gaat over jongeren die weglopen van thuis of uit een instelling.
“Niet elke verdwijning is dus een zaak-Dutroux.
“Dat cijfer is wel bijzonder verontrustend omdat het aangeeft dat het vandaag met heel wat jongeren echt niet goed gaat.”
U noteert ook in stijging in de dossiers over verdwenen minderjarige asielzoekers.
“Ja, dat komt voor een deel omdat we nauwer samenwerken met Asiel en Migratie, waardoor de verdwijningen vaker bij ons worden gemeld. Dat is het stukje goed nieuws.
“Maar we stellen vast dat deze jongeren vaker van de radar verdwijnen. Zij vormen een erg kwetsbare groep.
“Dikwijls hebben ze op hun weg naar hier al zware trauma’s opgelopen en kregen ze bijvoorbeeld te maken met seksuele uitbuiting.”
U staat machteloos om hen op te sporen?
“De zoektocht verloopt inderdaad moeilijker, omdat we van hen veel minder gegevens hebben dan van Belgische kinderen. We kunnen niet zomaar hun familie en vrienden contacteren om hen naar informatie te vragen.
“Onlangs hebben we nog samen met andere organisaties aan de alarmbel getrokken over hoe niet-begeleide minderjarigen bij drugsbendes in Brussel belanden en er ingezet worden als voetvolk. Zij ondergaan er verkrachtingen en zware fysieke straffen. We mogen die kinderen zeker niet aan hun lot overlaten.”
Een nieuw fenomeen is sextortion. Hoe gaan criminelen in zulke zaken te werk?
“Het begint vaak met vriendschapsverzoeken van fake profielen die slachtoffers via Facebook, Snapchat of Instagram krijgen toegestuurd.
“Als ze daarop reageren, start er een gesprek waarmee criminelen hun vertrouwen proberen te winnen. Die bevinden zich vaak in het buitenland.
“Vroeger zeiden we: ‘Let op taalfouten’, maar dankzij artificiële intelligentie is het veel makkelijker geworden voor buitenlandse criminelen om vlekkeloos in het Nederlands te schrijven.”
“Meestal deelt het fake profiel als eerste een naaktfoto, die ofwel ergens van het internet geplukt is ofwel met artificiële intelligentie gegenereerd.
“Als het slachtoffer dan ook een foto opstuurt, zit hij in de val – het gaat in deze zaken trouwens meestal over jongens.
“Hij wordt dan afgeperst met zijn naaktbeelden. Om te voorkomen dat de beelden worden verspreid, moet hij geld betalen.”
Welke bedragen komen jullie in zulke dossiers tegen?
“Het begint bij vrij kleine bedragen. Als het slachtoffer betaalt, vragen de afpersers nadien opnieuw geld. De bedragen kunnen flink oplopen.
“In een van onze dossiers vroegen ze uiteindelijk 8.000 euro. Voor de criminelen wordt het een makkelijke manier om geld te verdienen.
“Dat fenomeen hebben we tijdens corona dus sterk zien toenemen. In 2019 hadden we nog maar vijftig dossiers. Vorig jaar hebben we er 183 geopend.”
Ook de meldingen over beelden van misbruik zijn gestegen. Hoe ziet zo’n melding eruit?
“Als we een melding binnenkrijgen via www.misbruikbeelden.be, dan gaat het vaak niet om één foto. Een melding bevat meerdere foto’s en filmpjes. Soms worden er websites aan ons gerapporteerd waar tot honderden beelden opstaan.
“Onze analisten gaan die een voor een onderzoeken en brengen de federale politie of buitenlandse partnerorganisaties op de hoogte.”
Met artificiële intelligentie gaan jullie zelf de strijd aan tegen verspreiding. Kan u dat even uitleggen?
“Dat klopt. Al twee jaar gebruiken we de software Arachnid. Als we daarop beelden van misbruik invoeren, dan speurt die het internet af. De software stuurt zelf verzoeken naar de serviceproviders om de beelden te verwijderen. Zo kunnen we enorme bergen werk verzetten.
“Vorig jaar hebben we 250.000 foto’s en video’s geanalyseerd, die met de hulp van Arachnid geleid hebben tot de verwijdering van 909.000 beelden.
“We hebben dus bijna een miljoen gekende beelden van seksueel misbruik van kinderen offline gehaald.”
Zorgt dat voor een kentering?
“Als ik zie hoeveel beelden er online circuleren, vrees ik dat het maar een druppel op een hete plaat is. Maar voor slachtoffers is het ontzettend belangrijk om te weten dat we de verspreiding van de beelden toch kunnen tegengaan.
“Ik denk dat we daarin nog stappen moeten zetten. Er is dringend nood aan een Europees regelgevend kader om dat te stoppen.
“Zulke beelden circuleren niet enkel op het darkweb. Ze worden ook via WhatsApp, Instagram, Telegram of Snapchat verspreid.”
U hebt geijverd voor een Europese wet die voor meer controle moet zorgen op berichten die via sociale media worden verstuurd?
“Inderdaad, toen België in de eerste helft van dit jaar voorzitter was van de Europese Unie, hebben we erover samengezeten met verschillende ministers. Maar ons land heeft een stemming over het wetsvoorstel uiteindelijk van de agenda gehaald, omdat er zoveel tegenstand was.
“Wij geloven nochtans dat het mogelijk is om de bigtechspelers te verplichten om een vorm van screening toe te passen.”
Volgens dat voorstel zouden ze de berichten van hun gebruikers moeten scannen voor ze verstuurd worden. In ons land stonden privacy-experts op hun achterste poten.
“Het debat raakte inderdaad erg gepolariseerd. Ofwel was je voor privacy, ofwel voor kinderbescherming, zo leek het.
“Sommigen zeiden dat je dit kon oplossen met lessen op school over mediawijsheid.
“Sorry, maar zo ga je de verspreiding van video’s over baby’s die verkracht worden echt niet tegenhouden.
“Al vind ik natuurlijk wel dat lessen over mediawijsheid op zich erg belangrijk zijn.”
Hoe houden we die verspreiding dan wel tegen?
“Het is perfect mogelijk om technologie te ontwikkelen, die gevoelig genoeg is om enkel de beelden van kindermisbruik op te sporen, zonder dat socialemediabedrijven alle berichten van hun gebruikers hoeven te lezen.
“Als we een aantal knappe koppen samen zetten, kunnen we zeker tot een oplossing komen. Nu moeten organisaties als de onze constant achter de feiten aanhollen, omdat we pas iets kunnen doen als iemand beelden rapporteert.”
Soms werken socialemediaplatformen niet mee met gerechtelijke onderzoeken. Dat is de reden waarom in Frankrijk de baas van Telegram is gearresteerd. Hoe kijkt u daarnaar?
“Wij ondervinden ook veel problemen met Telegram.
“Voor andere socialemediakanalen zijn wij een trusted flagger. Als wij aangeven dat content op hun platform problematisch is, dan treden ze ertegen op.
“Met Telegram hebben wij geen enkel contact.
“Ik vind het goed dat overheden bedrijven ter verantwoording roepen. Want in de krochten van het internet gebeuren er dingen die we in de offline wereld nooit zouden toelaten.”
Hoe leren we jongeren om veilig om te gaan met smartphones?
“We moeten hen bewust maken van de risico’s en hen leren hoe ermee om te gaan. Daarom is preventie cruciaal.
“Maar niet alles mag op de schouders van de jongeren rusten. We moeten ook voorkomen dat ze het slachtoffer worden van mensen die de technologie misbruiken.
” Zoals ik net zei, ga je met lessen mediawijsheid de verspreiding van misbruikbeelden niet tegengaan. Er is een stok achter de deur nodig voor daders.
“Jongeren zijn uiteraard niet de enigen die een risico lopen. Als wij voordrachten geven, zeggen we soms met een knipoog tegen de ouders: ‘Hetzelfde geldt voor jullie.’”
Jullie zijn burgerlijke partij in het proces tegen Sven Pichal, dat donderdag is ingeleid. In welke gevallen besluiten jullie om in een rechtszaak te stappen?
“We doen dat enkel als het gaat over minderjarigen die uitgebuit worden in de prostitutie, of bij beelden van seksueel misbruik van kinderen, omdat die zaken aansluiten bij onze missie.
“In de rechtbank proberen wij de stem te zijn van de slachtoffers. Bij zaken over misbruik beelden worden heel wat slachtoffers doorgaans nooit geïdentificeerd.
“Wij proberen hen op die manier toch een zekere vertegenwoordiging te geven. We kunnen dat helaas niet in elke zaak doen.”
“De andere afweging die we maken is of we met een zaak deze fenomenen onder de aandacht van het publiek kunnen brengen. We mengen ons dan in een proces, omdat het een maatschappelijke impact heeft.
“Waarmee ik niet zeg dat we ons enkel burgerlijke partij stellen als er een bekende kop bij het proces is betrokken.”
Kunnen jullie al die dingen volhouden als het budget zozeer onder druk staat?
“Als het aantal dossiers blijft stijgen, dan moet ik hier ‘nee’ op antwoorden, vrees ik.
“Van overheidswege kregen we vandaag enkel een dotatie van de Nationale Loterij – die overeenkomt met 19 procent van onze werkingsmiddelen – en subsidies voor projecten.
“We zijn dus vooral afhankelijk van giften en van het werk dat vrijwilligers voor ons verzetten.
“Advocaten die we onder de arm nemen, werken bijvoorbeeld pro bono.Maar dat heeft allemaal zijn limieten. Er is nood aan structurele financiering door de overheid.”
Willen jullie dan een volbloed overheidsorganisatie worden?
“Nee, absoluut niet. We willen onze onafhankelijkheid bewaren.
“Kijk, Child Focus is opgericht na de Dutroux-affaire en de Witte Mars om hulp te bieden in zaken bij verdwijningen en zaken van seksuele uitbuiting.
“Er was toen sprake van de helft overheidsgeld en de helft private fondsen.
“Daar zitten we bijlange niet aan. Er zijn meer middelen nodig om de beloften te blijven nakomen die toen aan de Belgische bevolking zijn gedaan.”
Lees ook
Bron: De Morgen