Kathleen, Monique en Claire, drie hartsvriendinnen van de op 4 mei vermoorde Julie Van Espen, brachten haar deze week even weer tot leven in een filmpje: ‘Wij proberen nu veel meer Julie te zijn.’
Douglas De Coninck – De Morgen
“Ze zei wat ze zou doen als het haar zou overkomen: vechten”
We zitten in het flatje van Kathleen Mariën (24), op het Antwerpse Zuid, waar Julie Van Espen die avond naartoe zou fietsen. Met Monique Theunissen (24) erbij zouden ze op restaurant gaan. Zaterdagavond onder vriendinnen. Claire Van Roey (22) was in Montpellier, waar ze op Erasmus-uitwisseling zat.
Kathleen: “Ik had hapjes gemaakt, wat apero’s. Er was feest op het Marnixplein. Misschien zouden we daar naartoe gaan. We probeerde haar te bereiken. Het werd altijd maar later.”
Monique: “Kathleen en ik hebben de eerste zoekacties in gang gezet.”
Kathleen: “Eerst doe je het kleinschalig, met Thomas, haar vriend. Een oproep op Facebook. Uiteindelijk ga je flyeren. Op zondagochtend had Thomas het hele traject langs het kanaal onderverdeeld in zones. Elke groep kreeg een kleur: ‘Jullie geel, jullie groen.’ Thomas heeft die actie echt heel knap gecoördineerd. Op een gegeven moment werden haar kleren gevonden. De politie nam het over.”
Jullie bleven tegen beter weten in flyeren.
Kathleen: “Op een gegeven moment was ik met de ouders van Julie flyers naast flyers aan het plakken. Het was bezigheidstherapie, maar je voelde je anders zo machteloos. Drie dagen lijkt niet lang, maar drie dagen onwetendheid is keilang.”
Monique: “Eigenlijk sliepen we niet. Ik kon niet stoppen met zoeken. Ik heb vuilniszakken geopend (stil). Je kon nooit weten dat Julie ergens tussen lag. Ik was die maandagnamiddag nog aan het flyeren naast de Theunisbrug. Toen hoorde ik dertig sirenes tegelijk. Toen pas kon ik stoppen.”
Jullie filmpje, met beelden van een door het leven dansende Julie, ging deze week viraal.
Kathleen: “Eigenlijk is het filmpje bedoeld om geld in te zamelen voor de vzw Punt, een organisatie die zich inzet voor slachtoffers van seksueel geweld. Maar zoals in het echte leven zoog Julie ook in het filmpje alle aandacht naar zich toe (lacht). Het initiële idee achter de vzw kwam van de Universiteit Antwerpen. We hadden erg veel beeldmateriaal van Julie. Nu denk ik dat weinig mensen hebben begrepen dat het is bedoeld om geld in te zamelen. Dus (richt zich tot het microfoontje, DDC): mensen, het is om geld in zamelen!”
“Als zich een drama als dit voltrekt, hoor je nabestaanden vaak strengere straffen eisen of foeteren over justitie. Bij familie en vrienden van Julie Van Espen is dat volstrekt afwezig.”
Kathleen: “Uiteraard willen we dat die man gestraft wordt, maar het is niet aan ons om met vingers te wijzen. Julie zou trouwens niet hebben gewild dat we verdrietig waren.”
Monique: “Hoe zei Julie het ook weer? ‘Ge verliest iemand, maar juist daardoor komt ge bij elkaar. En door bij elkaar komen, wordt ge sterker, en komt ge nog meer samen.’ Daar heb jij toch nog een filmpje van?”
Kathleen (knikt): “We waren met Allerzielen naar een herdenking gegaan in het Vondelpark. Je kon daar een bootje te water laten met een kaarsje in. Ik heb Julie gefilmd. Dit is hoe ze over dood en verdriet dacht.”
Claire: “Julie was eigenlijk alleen maar bezig erover te waken dat iedereen rondom haar gelukkig was. Ze probeerde elke dag iedereen de beste versie van zichzelf te doen zijn.”
Monique: “Camille, een van onze vriendinnen, geraakte altijd moeilijk uit haar bed. Julie stond gewoon wat vroeger op, fietste naar daar om die uit haar bed te halen: ‘Komaan, opstaan, het is een prachtige dag!’”
Julie kende geen angst
Kathleen: “We waren een groep van veertien meisjes. Als je nu naar die foto’s kijkt en je vraagt je af wie via wie met wie is verbonden, dan is het antwoord altijd hetzelfde. Julie.”
Monique: “Ik kon gewoon grumpy worden als ik haar een paar dagen niet had gezien. Je kon haar niet bezitten, maar zij maakte je leven zo leuk. Je kon nooit genoeg Julie hebben.”
Was ze altijd zo?
Monique: “In het middelbaar was ze ook al lief en spontaan, maar die drang om mensen diep te raken, dat is pas sinds Australië. Heel gek ook: ze heeft daar haar blonde haarkleur opgepikt. Het waren geen highlights, het was natuurlijk, en het is gebleven. Je kon niet naast haar kijken.”
Kathleen: “Ik ben haar in Australië gaan bezoeken. Dat was het semester na haar bachelor, in 2016. Julie hield erg van de natuur, van zwemmen en zon. Elke dag zat ze aan zee, of lag ze naast een meer. Dat fietsen, dat is ook daarna pas zo fel geworden.”
Monique: “Dat traject, van Antwerpen naar Schilde, waar ze woonde, deed ze soms drie keer per dag. Ze hield van fietsen, zelfs in de regen. Ze kon helemaal verzopen bij je aankomen en haar kleren over de verwarming hangen. Hier, of bij mij op kot. Dan zei ze: ‘Mo, kan ik snel wat kleren van je lenen?’”
Kathleen: “Ze fietste altijd. Ze kon er niet tegen om afhankelijk te moeten zijn van een bus of een auto. Het gebeurde vaak dat ze ’s ochtends en ’s namiddags in Antwerpen moest zijn, maar dan fietste ze twee keer heen en weer.”
Monique: “Winter? Sneeuw? Het maakte haar niks uit. Gewoon iets warmers aantrekken. Ze deed het ook in het donker, na twee of drie uur ’s nachts. Julie kende geen angst.”
‘Julie was extreem gelukkig.
Zij heeft een niveau van levensvoldoening bereikt waar de meeste mensen op hun tachtig jaar nooit zijn geraakt.’
Kunnen jullie je voorstellen hoe haar ontmoeting met Steve Bakelmans moet zijn verlopen?
Claire: “Ze heeft daarover gesproken, wat ze zou doen als het haar zou overkomen. Vechten. Altijd vechten. Ze zou zich nooit laten doen.”
Kathleen: “Dat heeft ze letterlijk gezegd. Het was een gesprek over verkrachting. Iemand zei: ‘Ja maar, als je alleen bent en fragiel, kun je je beter laten doen.’ Julie reageerde heel fel: ‘No way, ik laat mij niet doen, ik vecht!’”
Monique: “En ze hééft gevochten. Ik pieker er soms over. Wat als ze dit had overleefd? Dan, denk ik, zou er zich een karakterknip hebben voorgedaan. Zou de Julie die wij nu beschrijven er ook niet meer zijn geweest.”
Kathleen: “We zetten nu onze schouders onder die vzw omdat het heel dicht bij ons is gekomen. Nu het met onze beste vriendin is gebeurd…”
Monique (onderbrekend): “Het is niet gebeurd. Het was de aanleiding om haar van haar fiets te sleuren.”
Kathleen: “Wij leefden tot vijf maanden geleden in een bubbel. En ook Julie. Ik zou vijf maanden geleden eerder een ander goed doel hebben gekozen.”
Monique: “Toen ik voor het eerst hoorde over een dakloze, dacht ik: Julie moet zijn gestopt om hem wat te eten te geven. Ik ken Julie sinds m’n eerste middelbaar, toen ik twee maanden naar Oxford moest voor mijn Engels, was dat de eerste keer dat we van elkaar werden gescheiden. Julie kwam me bezoeken, en ik zie ons nog zitten in die koffiebar. Daar zat die dakloze. Julie bestelde een koffie en bracht die naar hem. Ze zei: ‘Geld is zo koud, ik geef u liever iets warms.’ Als ze op de Meir een dakloze zag, dan kocht ze frambozen voor hem.”
Hoe is het leven zonder haar?
Monique: “We hebben nog herinneringen, maar Julie zal altijd op diezelfde plaats blijven. Zij zal niet gaan werken, ze zal geen kinderen krijgen, ze zal altijd drieëntwintig blijven. Dat is zo raar.”
Claire: “Dat er levensfases zullen zijn die we niet samen kunnen beleven. Anderzijds heeft ze zoveel moois achtergelaten. Wij blijven haar liefde voelen. Julie was extreem gelukkig. Zij heeft een niveau van levensvoldoening bereikt waar de meeste mensen op hun tachtig jaar nooit zijn geraakt. En dat gevoel geeft het voor mij een klein beetje zin. Haar energie is er nog.”
Monique: “Ze laat het niet toe dat we in een hoekje gaan zitten of ons bed niet uitkomen. Ik voel mij al schuldig als ik niet blij ben omdat de zon schijnt.”
Claire: “Ik fiets nu ook heel vaak. Regen? Wind? Ik denk: ‘Wat zou Julie nu doen?’”
Monique: “Die zou zeggen: ‘Oh, dan worden we lekker nat en kunnen we binnen theetjes gaan drinken!’ En dan zou ze je ook van dat moment doen genieten.”
Claire: “We proberen allemaal veel meer Julie te zijn. Complimentjes uitspreken. Dat soort dingen”
Monique: “Weet je nog, die Sofie van bij de Pain Quotidien? Ze had een mindere dag. Julie merkte dat, sprak haar aan: ‘Jij bent de allerbeste hier, ik ga een geweldige recommendation op Facebook schrijven. Dat jij die keileuke bent die ons heeft geholpen. Wat was je naam?’ Toen Julie vermist was, meldde dat meisje zich meteen. Ze herinnerde zich heel precies wie Julie was.”
Kathleen: “Dat had je tijdens de zoekacties vaak.”
De zaak komt wellicht volgend jaar voor assisen. Daar komen jullie oog in oog te staan met de dader.
Monique: “Nu kun je dat even nog van je wegduwen. Heel af en toe is het in het nieuws: ‘De raadkamer heeft beslist…’ Of hij, die weigert deel te nemen aan de wedersamenstelling.”
Kathleen: “Ik zie hem als iemand zonder emoties.”
Monique: “Ik wil niet dat die opeens sorry zegt. Hij gaat dat doen, omdat het hem zo is aangepraat door z’n advocaat, maar het maakt niks uit.”
Kathleen: “Voor mij zou het de dingen moeilijker maken. Zou ik zoiets hebben van: gast, waarom heb je het dan gedaan? Hij bood via de krant zijn excuses aan aan de ouders omdat hij niet wou deelnemen aan de reconstructie. Allee, dat je zoiets durft!”
Monique: “Wat heeft die man trouwens eigenlijk nog te willen?”
Lees ook
Bron: De Morgen