Eremagistraat Henri Heimans – Dries Van Langenhove maakte mij belachelijk via sociale media

‘Breendonk heeft mijn vader nog zwaarder getekend dan Auschwitz. De gevangenen werden er systematisch vernederd en met zwepen geslagen door Vlaamse SS’ers.’ (Foto: Heimans in de slaapzaal van Breendonk.)Beeld Geert Van de Velde

‘Als magistraat zag ik moordtaferelen en autopsieën op kinderen: ik dacht dat ik wel tegen een stootje kon. Tot ik de grappen van Schild & Vrienden over de Holocaust zag. Ik was compleet ontredderd.’
Eremagistraat Henri Heimans (76), kind van Holocaust-overlevers, bond vijf jaar geleden een juridische strijd aan met de extreemrechtse organisatie en is sindsdien de grootste kwelgeest voor Dries Van Langenhove & co.
Dat heeft alles te maken met het oorlogsverleden van zijn ouders, waarover hij samen met Dirk Verhofstadt een ijzingwekkend boek schreef.
KZ-syndroom verschijnt dinsdag, toevallig de dag waarop het vonnis wordt geveld in de zaak-Schild & Vrienden.

Annemie Bulte – De Morgen/Humo


‘Wat Schild & Vrienden heeft verspreid is walgelijk en mensonterend’

Henri Heimans
Eremagistraat


We pikken Henri Heimans op met de auto. Net wanneer hij instapt, is op Radio 1 reclame te horen over een podcast over de onopgeloste moord op Ingrid Caeckaert, een 26-jarige vrouw uit Knokke-Heist die in 1991 werd omgebracht met 62 messteken.

Ingrid Caeckaert! Die zaak heb ik nog onderzocht toen ik onderzoeksrechter was”, zegt Heimans, die in zijn herinneringen duikt en meteen de beelden voor zich ziet.

“De muren in de trappenhal hingen vol bloed, het lichaam van de jonge vrouw was vreselijk toegetakeld. We hebben veel energie in het onderzoek gestoken, maar de zaak is tot op heden niet opgelost. Ze is me altijd bijgebleven.”

Het is één van de vele opzienbarende zaken in de lange carrière van Henri Heimans – eerst als parketmagistraat en onderzoeksrechter, later als assisenvoorzitter en raadsheer bij het hof van beroep.

“Hij voerde onderzoeken naar de moord op rijkswachter Peter De Vleeschauwer, de fraude bij Lernout & Hauspie en de rol van hoge Brusselse magistraten in het Fortisgate-dossier.

“Hij zette zich ook jarenlang in voor het lot van de duizenden geïnterneerde personen die, dixit Heimans, “in dit land wegkwijnen in vergeetputten.”

Die oud-magistraat, met zijn aangeboren allergie voor machtsmisbruik, staat volgende week voor het laatst op het proces van Schild & Vrienden in Gent, waar na bijna zes jaar eindelijk een vonnis wordt uitgesproken over het verspreiden van racistische en negationistische haatberichten.

Heimans is er niet als rechter, maar staat aan de andere kant, bij de slachtoffers. Hij is duidelijk een doorn in het oog van de beklaagden, zo bleek begin januari tijdens het proces.

Dries Van Langenhove, die zijn kat stuurde naar de zitting, noemde je op de sociale media ‘een clown die betekenis zoekt in zijn zielige bestaan.’

Henri Heimans: “Ik was vooral geschokt door de timing van zijn bericht: op het moment dat Van Langenhove in de rechtbank moest zijn, maakte hij mij belachelijk via sociale media.

“Ach, hij is boos, omdat ik ervoor gepleit heb dat hij zich moet verantwoorden voor negationisme. (Van Langenhove werd daar aanvankelijk niet voor vervolgd, maar Heimans ging in beroep tegen de beslissing van de raadkamer, red.)

“Ook de advocaten van de andere beklaagden speelden het smerig.

“‘Wat heeft die Heimans hier eigenlijk verloren?’ was de teneur.”

Dat je daar was, heeft te maken met het oorlogsverleden van je ouders, vertelde je in de rechtszaal.

Heimans: “Mijn ouders waren tijdens de Tweede Wereldoorlog actief in het antifascistisch verzet.

“Ze werden door de Gestapo opgepakt, gemarteld en gedeporteerd. Ze hebben de nazikampen maar net overleefd.

“Mijn vader Genia, die van Russisch-Joodse afkomst was, doorstond Breendonk en Auschwitz en een dodentocht naar Ebensee.

“Mijn Nederlandse moeder Rie heeft drie jaar in het Duitse concentratiekamp Ravensbrück gezeten. Ze werd in 1942 met negen vrouwen naar daar afgevoerd, maar is als enige teruggekomen.

“Dat had ze te danken aan haar sterke gestel: voor de oorlog was ze een zwemster.

“Mijn ouders leerden elkaar na de bevrijding kennen op een bijeenkomst voor overlevenden. Ze waren allebei getraumatiseerd, maar toch hebben ze elkaar gevonden.

“Mijn moeder leed aan het KZ-syndroom, een vorm van posttraumatische stressstoornis. Ze had last van zware migraineaanvallen en angsten, en ze ondernam verschillende suïcidepogingen.

“Dat heeft mijn kindertijd – en eigenlijk mijn hele leven – getekend.”

Maar dat heb je pas veel later beseft, toen je al bijna 70 was.

Heimans (knikt): “Toen ik in september 2018 de Pano-reportage over Schild & Vrienden zag, maakte dat iets bij mij los wat ze in de traumaverwerking een trigger noemen.

“Een beetje zoals de uitzending Godvergeten bij veel slachtoffers van seksueel misbruik oude wonden heeft opengereten.

“Bejaarde mannen die als kind werden misbruikt door priesters kwamen in de parlementaire onderzoekscommissie – ik treed er op als expert – getuigen hoe ze zwaar beschadigd door het leven gingen, maar pas ten volle beseften hoe dat kwam nadat ze Godvergeten hadden gezien.

“De Pano over Schild & Vrienden was een soortgelijke trigger voor mij.

“Ik herinner me die avond nog goed: ik was alleen thuis en zat versteend in de zetel naar het scherm te staren. De beelden kwamen binnen als een mokerslag.

“Ik kon bijna niet geloven dat er vandaag bij ons een groep jonge mensen is die naar een autoritaire voorman luistert, die sympathiseert met Hitler en het naziverleden, en die de spot drijft met de uitroeiing van miljoenen mensen in de gaskamers.

“Daags nadien ben ik vol verontwaardiging naar het parket van Gent gestapt, en heb ik een klacht ingediend. Dat deed ik eigenlijk heel impulsief, ik had er nauwelijks over nagedacht.

“Ik voelde de pijn en de trauma’s van mijn ouders, hoewel ik zelf nooit gemarteld was. En in de maanden nadien bleef dat gevoel van ontreddering nazinderen.

“Ik wist niet goed wat me overkwam. Als gewezen magistraat had ik zware strafzaken onderzocht, moordtaferelen gezien en zelfs autopsieën van baby’s bijgewoond. Daar kon ik altijd mee om. Maar dit was anders.

“De beelden waarin Schild & Vrienden de spot dreven met gaskamers en verbrandingsovens, bleven me overspoelen. Ik had last van onrust en slapeloosheid. Als kind van migranten was ik ook enorm gechoqueerd door de racistische haatzaaierij.

“Uiteindelijk heb ik hulp gezocht bij Birsen Taspinar, een psychologe die gespecialiseerd is in traumaverwerking.

“Zij begon vragen te stellen over mijn kindertijd en de relatie met mijn moeder. Zo groeide het besef dat ik de oorlogstrauma’s van mijn ouders als een rugzak met me meedroeg.

“Een ‘transgenerationeel trauma’ heet dat in de psychologie: ouders kunnen hun pijn en verlieservaringen doorgeven aan hun nakomelingen, zonder dat die de gebeurtenissen zelf hebben meegemaakt.

“Er is uitgebreid wetenschappelijk onderzoek naar gevoerd bij Holocaustoverlevers, omdat het bij hen zo vaak voorkomt.”

Eén van de advocaten van de beklaagden trok het levensverhaal van je ouders in twijfel en vroeg om je te schrappen als burgerlijke partij.

Heimans: “Daar was ik zeer boos om, want hij had nooit om enig bewijs gevráágd. Anders had ik een grote kartonnen doos vol materiaal voor hem kunnen meebrengen.

“Mijn moment komt nog wel, dacht ik – mijn boek was bijna af. Daarin vertel ik, samen met moraalfilosoof Dirk Verhofstadt, het verhaal van het oorlogsverleden van mijn ouders.

“Mijn vader is, toen hij de 90 al voorbij was, zijn herinneringen aan de concentratiekampen beginnen neer te pennen in Atoma-schriften.

“Drie maanden voor zijn dood heeft hij ze mij gegeven: ‘Lees dit eens rustig als je er klaar voor bent.’

“Hij heeft me niet gepusht, en ik heb het toen vluchtig gelezen en opzijgelegd. Hoe gaat dat? Mijn werk slorpte al mijn energie op, ik had ook nog kleine kinderen. Het leven vliegt voorbij, en ik keek niet meer achterom.

“Nu heb ik daar spijt van, want ik had er graag met mijn vader over gepraat.

“Pas na mijn pensioen ben ik in de archieven gedoken om die stille, onverwerkte familie geschiedenis te reconstrueren. Toen pas begon het me te dagen dat het allemaal nog veel verschrikkelijker was dan ik dacht.

“Die uitzending over Schild & Vrienden doorkruiste mijn opzoekingswerk, en kwam daardoor extra hard aan.

“Samen met Dirk heb ik alle plekken bezocht waar mijn ouders opgesloten werden. Dirk heeft het verhaal historisch sterk onderbouwd.”

Jullie stellen KZ-syndroom dinsdag voor, een paar uur nadat het vonnis voor Schild & Vrienden zal zijn geveld.

Heimans: “Dat die twee samenvallen is toeval, maar het wordt alleszins een emotionele dag.

Toen Dirk en ik aan dit boek begonnen, dachten we dat het proces al lang achter de rug zou zijn. Maar door vertragingsmanoeuvres van de advocaten van de beklaagden heeft het zo lang aangesleept, en het is nog altijd niet gedaan.

Dries Van Langenhove heeft al aangekondigd dat hij in beroep gaat.”

Dries Van Langenhove met zijn advocaat Hans ­Rieder. Heimans: ‘Dries Van Langenhove heeft niks geleerd van zijn bezoek aan de Dossinkazerne: hij vindt dat kinderen Breendonk niet meer mogen bezoeken.’
Beeld Photo News

NUMMER 159429

Het boek begint met een scène uit je kindertijd die me erg raakte: hoe je als 7-jarig jongetje moet zorgen voor je zieke moeder, zonder goed te begrijpen wat er met haar aan de hand is.

Heimans: “We woonden in een sober appartementje op de bovenverdieping van een oud herenhuis in Gent.

“Bijna elke nacht hoorde ik mijn moeder tot in mijn kleine slaapkamer kreunen van de hoofdpijn.

“Ze werd geplaagd door nachtmerries, beelden en geluiden uit de kampen. Ze schrok dan angstig wakker, badend in het zweet.

“Elke week kwam de dokter vroeg in de ochtend om haar een inspuiting te geven met een zware pijnstiller.

“Mijn vader stak dan de kachel aan, en ik trok haastig mijn kleren aan om naar de apotheek te lopen, nog vóór schooltijd, om haar medicatie op te halen.

“Er hing thuis altijd een soort etherlucht, zoals in de ziekenhuizen.

“Ik kan niet zeggen dat ik een ongelukkig kind was. Ik was wel eenzaam. Er kwam bijna niemand over de vloer bij ons thuis, er kwamen nooit vriendjes spelen, omdat mijn moeder niet tegen het lawaai kon.

“Op de terugweg van school deed ik boodschappen, en als ik thuiskwam, was het altijd een beetje spannend: zal ze op zijn of niet?

“Als ze zich beter voelde, was ze bijzonder lief en fijngevoelig. Dan had ze een vieruurtje voor me klaargemaakt en zaten we gezellig bij elkaar. En als mijn vader ’s avonds thuiskwam van het werk, kookte hij voor ons.

“Financieel hadden we het niet makkelijk. Mijn vader werkte bij een Brussels reclamebureau voor een te laag loon, maar hij was al blij dat hij werk had: dat was na de oorlog met zijn statuut van staatloze vluchteling niet vanzelfsprekend.

“Mijn moeder kon niet meer werken. Vóór de oorlog was ze een levenslustige, zelfbewuste en creatieve vrouw, een professioneel violiste. Maar na de oorlog was ze nog maar een schim van wie ze vroeger was.

“Mijn hele jeugd ben ik samen met mijn vader haar mantelzorger geweest. Ik stelde me daar toen weinig vragen bij.

“Mama was ziek, en ik wist dat het iets met de oorlog te maken had, maar ik voelde dat ik er beter geen vragen over stelde. Ik deed gewoon mijn best om haar te helpen.

“Als kind was ik heel gesloten. Het was een grote verantwoordelijkheid voor mijn jonge schouders, maar voor mij was dat iets vanzelfsprekends.

“Ik besefte ook dat ik goed moest studeren om mijn ouders niet te ongoochelen.

“Pas als student rechten ben ik socialer geworden en in 1968 was ik heel actief in de studentenbeweging. Op mijn 24ste ben ik gaan werken voor justitie.”

Je vader had een serienummer van Auschwitz op zijn linkerarm getatoeëerd, nummer 159429. Wist je als kind wat dat betekende?

Heimans: “Ja, mijn vader was wat opener en vertelde er soms iets over. Hij had ook een opvallende deuk in zijn schedel, een litteken dat hij tijdens zijn dwangarbeid in Breendonk had opgelopen.

“Mijn vader was optimistischer en slaagde er redelijk in om zijn trauma te verwerken. Misschien wel omdat hij een ontsnappingsroute had door zijn werk in Brussel, waar hij met een jonge ploeg werkte.

“Thuis werd er vooral gezwegen. Mijn ouders waren samen een nieuw leven gestart en wilden, zeker toen ik werd geboren, niet meer in het verleden blijven hangen.

“Ik wist bijvoorbeeld niets van het forse litteken dat mijn moeder op haar rug had. Het was een gevolg van de folteringen door de Gestapo, net na haar arrestatie in hun kantoren op de Brusselse Louisalaan.

“Vorig jaar vond ik in de archieven een fiche van haar, waar dat litteken wordt vermeld als ‘bijzonder kenmerk’.

“Het was een emotionele ontdekking, één van de vele.

“Na de bevrijding uit Ravensbrück werden de geredde vrouwen onder de hoede genomen van het Zweedse Rode Kruis, en ze is na de oorlog een tijdje in Zweden gebleven.

“Ik ben naar Mälmo gereisd, waar ik een krantenartikel uit 1945 teruggevonden heb met een foto van haar. Het artikel gaat over een feest voor de bevrijde vrouwen van Ravensbrück.

“Mijn moeder heeft die avond viool gespeeld, ‘Solveigs lied’ van Edvard Grieg. De aanwezigen waren onder de indruk.

“Dat heeft ze nooit verteld, ook niet aan mijn vader.

“Ik ben de woorden van dat lied gaan opzoeken. Het gaat over het verlangen om een geliefde terug te zien. Destijds zal niemand het beseft hebben, maar dat lied speelde ze eigenlijk voor haar eerste man, Rudolf Schönberg, de liefde van haar leven.

“Bij haar arrestatie was ze getrouwd met hem, een Jood die in het verzet zat. Ze wist toen nog niet wat er van Schönberg geworden was. Pas een jaar na de oorlog heeft ze ontdekt dat hij door de nazi’s was gemarteld en geëxecuteerd.

“Die avond kon ik niet stoppen met huilen. Omdat het me duidelijk werd hoe hard ze had afgezien. Ze was kapotgemaakt in Ravensbrück, maar had toen nog de hoop om haar man terug te zien. Achteraf bleek dat hij op een vreselijke manier aan zijn einde was gekomen.

“Nadien heeft ze haar viool nooit meer aangeraakt. Als kind zag ik ze altijd liggen in haar slaapkamer. Ik heb haar vaak gevraagd om eens iets te spelen, maar ze vond altijd wel een uitvlucht.

“Dat instrument zegt alles over haar trauma, en daarom is het ook de cover van het boek geworden: haar viool, met snaren van prikkeldraad.”

‘In feite is Rie nooit uit Ravensbrück weggegaan’, schreef je vader in een brief aan een kampvriendin van haar, op het einde van haar leven.

Heimans: “Nee, in haar hoofd is ze nooit bevrijd.

“In de loop der jaren nam haar lijden nog toe en ondernam ze meerdere zelfmoordpogingen. Mijn vader was radeloos en ik wist niet hoe ik ermee moest omgaan.

“‘Het gaat niet meer, Sonja’, schreef ze aan diezelfde kampvriendin.

“‘Ik denk aan de dood als een bevrijding.’ Ze stierf in 1989, op 78-jarige leeftijd.”

ETEN VOOR DE VARKENS

We bezoeken samen het Fort van Breendonk, het Belgische concentratiekamp waar de vader van Henri Heimans opgesloten werd voor hij naar Auschwitz werd afgevoerd.

Door de klamme gangen lopen we naar de binnenplaats, waar Yevgenys Genia Heimans op 24 april 1943 binnenkwam en hardhandig met zijn hoofd tegen de grijze betonnen muur werd gesmakt, bij wijze van verwelkoming.

Heimans: “Breendonk was het ergste, zo schreef mijn vader in zijn oorlogsdagboek. Hij had verschrikkelijk afgezien in Auschwitz, maar de zes maanden dwangarbeid in dit folterkamp hebben hem psychisch nog meer getekend.

“‘We werden systematisch geslagen door de kampbeulen, vernederd en tot beesten herleid’, schreef hij.

“De kampoverste, Schmitt, had een herdershond die afgericht was om de gevangenen te bijten.

“Ze kregen amper iets te eten en moesten hard werken, grind uitgraven en in laadbakken scheppen, onder het gebrul en de zweepslagen van twee Vlaamse SS’ers. Er werd aan de lopende band gemarteld en gemoord.”

‘Het is een mirakel dat ik geboren ben: mijn ouders zijn een paar keer door het oog van de naald gekropen in de kampen.’ (Foto: de 8-jarige Henri Heimans met zijn ouders.)
Beeld privé-archief

Heimans neemt ons mee naar het oude varkenshok aan de overkant van het binnenplein, dat zijn vader op een dag moest schoonmaken.

Heimans: “’s Middags gaven ze hem twee emmers vettige stoofschotel uit de keuken mee voor de varkens. Hij moest de eetbakken vullen, maar hij was zo uitgehongerd dat hij er wat van opslobberde. (Draait zich om en wijst naar het dak)

“Daar zat de kampcommandant die hem betrapte. Mijn vader kreeg een lijfstraf van 25 zweepslagen, met een zweep die tien slingers had, verzwaard met een loden kogel. Hij moest op zijn buik slapen omdat de bloederige wondes op zijn rug te veel pijn deden.

“Daarover heeft hij me nooit iets verteld.

“Ik ben na zijn dood verschillende keren naar Breendonk gekomen om te zien waar mijn vader werkte, sliep, at… En dan probeerde ik me voor te stellen wat voor drama’s zich hier hebben afgespeeld.”

Samen met Dirk Verhofstadt bezocht je vorig jaar ook Auschwitz, Ravensbrück, Mauthausen, Melk en Ebensee…

Heimans (knikt): “Het was een zeer intens jaar.

“Van Ravensbrück, het vrouwenkamp waar mijn moeder zat, bleef nog weinig over: het was herleid tot een grote keienvlakte met de fundamenten van woonbarakken, hier en daar nog stukken muur rond het kamp, en het gebouw van de verbrandingsovens.

“Het waren vooral de getuigenissen van medegevangenen uit de archieven die ik heel heftig vond: over de wreedheid van de bewaaksters, de stok- en zweepslagen, het sadisme, de medische experimenten…

“Ik wist dat mijn moeder dat ook allemaal had meegemaakt, hoewel ze er nooit over heeft gesproken.

“Wel wist ik dat ze in de Siemens-fabriek werkte: dat bedrijf heeft tijdens de oorlog duizenden gevangenen uit de concentratie kampen in zijn fabrieken laten werken.

“In Ravensbrück zochten ze vrouwen met slanke vingers om precisiewerk te doen, en mijn moeder had als violiste zeer fijne handen.”

Heb je ooit een toestel van Siemens in huis gehaald?

Heimans (lachje): “Nee. En mijn ouders ook niet.”

Over het verblijf van je vader in Auschwitz had je een gedetailleerd verslag.

Heimans: “Wat me het meest bijblijft, is zijn beschrijving van hoe hij dagelijks te voet van het hoofdkamp naar het werk in de munitiefabriek stapt en de rook en gloed uit de schoorsteen van het nabijgelegen Birkenau ziet komen.

“De verbrandingsovens werkten dag en nacht, op industriële schaal. Hij wist wat daar gebeurde – iedereen wist het. De stank van de lijken moet niet te harden zijn geweest.

“Er was altijd die onvoorstelbare angst: ‘Als ik niet meer kan werken, als ik nutteloos word, dan vlieg ik ook naar daar.’

“Hij zag karren voorbijkomen, volgestapeld met lijken, met hier en daar een arm of een been dat uitstak.

“Mensen stierven ofwel door ontbering, honger en ziekte.

“Ofwel werden ze ‘geselecteerd’ voor de gaskamer. Dat was zijn grootste nachtmerrie.

“Toen ik voor de verbrandingsovens stond, flitsten de grappen en memes van Schild & Vrienden door mijn hoofd.

  • “Een foto van een schop die as opschept, met daarboven: ‘How to pick up Jewish chicks’.

  • “Een polshorloge in de vorm van een gasmeter, met als onderschrift ‘Joodse Rolex’.

  • “Een versnellingsapparaat in de vorm van een hakenkruis, met als commentaar: ‘When you decide to go full gas’.

“Walgelijke beelden, die ik ook getoond heb aan onze gids in Melk. Zij was onthutst dat dit soort beelden in België circuleerden. In Oostenrijk staan daar zware straffen op.”

Wat heeft het meest indruk op je gemaakt tijdens je reis langs de kampen?

Heimans: “Het besef dat het een mirakel is dat ik geboren ben.

“Mijn moeder én vader zijn in de kampen een paar keer door het oog van de naald gekropen. Ze hebben het maar net gehaald.

Dirk en ik zijn op het einde van onze zoektocht ook naar Letland gereisd, naar het stadje waar mijn vader is geboren.

“Mijn grootouders zijn er weggevlucht toen hij nog een baby was, voor de Russische pogroms tegen de Joden.

“Die reis heeft misschien nog het meest indruk op me gemaakt, omdat we daar de sporen ontdekten van een verschrikkelijke genocide van de Joden in 1941.

“Er worden vandaag nog altijd massagraven in de duinen ontdekt. Waren mijn grootouders destijds niet gevlucht, dan was ik nooit geboren.”

Ik weet dat je als magistraat altijd gevoelig was voor het lot van geïnterneerde personen, maar ook voor dat van vluchtelingen.

Heimans: “Met mijn familiegeschiedenis mag dat niet verbazen. Ook mijn moeder was een ‘inwijkeling’ uit Nederland.

“Als rechter kreeg ik soms ook te maken met vluchtelingen zonder verblijfsvergunning, maar meestal kon ik niet verhinderen dat ze werden opgesloten en het land werden uitgezet. Daar had ik het altijd moeilijk mee.

“Ik ben vandaag heel bezorgd als ik politici bewust termen als vluchtelingen, illegalen, terroristen en criminelen door elkaar hoor halen.

“Alleen al dat woord, ‘illegaal’. Hoe kan een mens nu ‘illegaal’ zijn?

“Ik heb als magistraat altijd een hekel gehad aan alles wat in de buurt komt van een politiestaat.

“In mijn achterhoofd speelde altijd wat mijn ouders meemaakten: ze werden gearresteerd en in de kelders van de Gestapo gegooid, zonder enige vorm van proces. Ze werden afgevoerd naar de kampen zonder dat ze wisten waarvan ze beschuldigd werden.

“Mijn verontwaardiging voor mensenrechtenschendingen is aangeboren, letterlijk.”

Dries Van Langenhove noemde je op de sociale media ‘de Jood Henri Heimans’. Voel je je Joods?

Heimans: “Ik ben geen religieuze Jood, maar ik ben voor de helft wel van het Joodse ras.

“Mijn vader was vrijzinnig en heeft me geen enkel religieus gebruik geleerd. Ergens vind ik dat jammer. Hij was ook een overtuigd antizionist.

“Het idee om een staat voor de Joden op te richten in Palestina vond hij onzinnig: hij voorzag niets dan ellende, en hij heeft gelijk gekregen.

“Natuurlijk kun je de geschiedenis niet terugdraaien. De Joden zitten daar nu. Maar ik vraag me af wat mijn vader zou zeggen als hij vandaag die oorlog in Gaza zag.”

Hoe kijk jij daar zelf naar?

Heimans: “Hamas heeft op 7 oktober een barbaarse, onmenselijke moordpartij aangericht op onschuldige burgers, daar bestaat geen twijfel over.

“Maar die terreurdaad is geen excuus voor de zware oorlogsmisdaden van Israël tegenover de hele Palestijnse bevolking.

“Ik sta daar niet alleen in: steeds meer Joodse organisaties in het Westen kijken daar zeer kritisch naar, en je kunt hen toch niet verdenken van antisemitisme?

“Als kind van Holocaust-overlevers ben ik ook geschokt omdat ik besef dat ook dit conflict zware trauma’s zal nalaten bij de nakomelingen.”

ETEN VOOR DE VARKENS
Beeld Geert Van de Velde

HAATZAAIERIJ

Wat verwacht je van het vonnis in de zaak-Schild & Vrienden?

Heimans: “Ik hoop op een principiële veroordeling. Voor mij hoeven de beklaagden niet naar de gevangenis, of hoeven ze niet per se een straf te krijgen.

“Een verklaring, dat ze zich schuldig gemaakt hebben aan negationisme is genoeg.

“Én een erkenning dat ik morele schade heb geleden. De Holocaust is een onderdeel van mijn identiteit, en daar is mee gespot.”

Van Langenhove lijkt alvast niet van plan om je die erkenning te geven. Hij erkent niet eens de rechtbank die erover moet oordelen.

Heimans: “Die kans is klein, ja. Tijdens het onderzoek heeft de rechter Van Langenhove opgelegd om de Dossinkazerne te bezoeken, maar daar heeft hij niets van geleerd.

“Een paar weken later postte hij op Facebook dat we onze kinderen Breendonk niet meer mogen laten bezoeken, omdat we hen dan opzadelen met ‘misplaatste schuldgevoelens’.

“Blijkbaar weet hij van geen ophouden, want tijdens een lezing van het NSV aan de KU Leuven deed hij opnieuw racistische uitspraken, waarop de universiteit vorige week een klacht indiende.”

Je zou wel willen dat de namen van de beklaagden worden bekendgemaakt.

Heimans: “Het stoort me erg dat hun namen nooit worden genoemd in de media, net als bij Reuzegom. Waarom niet?

“Andere namen van beklaagden worden wel vlotjes bekendgemaakt, maar in dit geval behandelen de media hen met fluwelen handschoenen.”

Bij Reuzegom besloten de media op vraag van de rechter om de namen niet te noemen omdat de beklaagden een werkstraf kregen, die dus niet op hun strafblad komt.

Heimans: “Maar ze zullen later wel maatschappelijk relevante posities bekleden.

“De aanpak van Acid vond ik verwerpelijk, omdat hij een Reuzegommer noemde die niet eens op het doopritueel aanwezig was, en er ook het restaurant van zijn ouders bijhaalde.

“Maar kijk naar de beklaagden van Schild & Vrienden: de tweede beklaagde hing op het proces de brave hendrik uit en beweerde dat hij zijn zogezegde job bij het Europees Parlement zou riskeren bij een veroordeling.

“Een complete verdraaiing van de realiteit: hij werkt er als parlementair medewerker voor Vlaams Belanger Tom Vandendriessche, de man die onlangs op de vingers is getikt door de voorzitter van het Europees Parlement, omdat hij voortdurend de naziterm ‘omvolking’ in het migratiedebat gebruikt.

“Eén van de andere beklaagden is voorzitter van Vlaams Belang in Sint-Niklaas, ook iemand met een openbare functie.”

Het boek schrijven lijkt voor jou een vorm van verwerking van je eigen Holocausttrauma’s.

Heimans: “Ja, maar het gaat verder dan mijn levensverhaal.

“Ik wil ook waarschuwen voor de wereldwijde opkomst van extreemrechts, dat zijn haatzaaierij en vreemdelingenhaat heel intens verspreidt via sociale media.

“Ik vind het schrijnend hoe weinig weerwerk democratische partijen bieden aan dat extreemrechtse discours.

“Er zijn ook nog steeds websites en chatgroepen waar Holocaustontkenners dwepen met Adolf Hitler.

“Mijn vader eindigde zijn manuscript met een boodschap voor mij.

“‘Het fascisme steekt opnieuw de kop op’, schreef hij – het was net na Zwarte Zondag in 1991, op een moment dat het toenmalige Vlaams Blok in Vlaanderen plots de verkiezingen won.

“‘Het is aan jou, Henri, om samen met mensen van goede wil weer een wereld op te bouwen van liefde en broederlijkheid.’

“Eerst las ik die zinnen als de afsluiting van zijn bijzondere levensverhaal, maar gaandeweg begon ik ze als een opdracht te zien.

“Dit boek is mijn bijdrage.”


Nood aan een gesprek?

Praten helpt, dat kan bij Tele-Onthaal: bel 106 of ga naar de website Tele-onthaal.be.

Wie met vragen zit over zelfdoding, kan terecht bij de Zelfmoordlijn op het gratis nummer 1813 en op de website zelfmoord1813.be. 

Wie nood heeft aan een anoniem gesprek over misbruik, kindermishandeling of zelfdoding, kan terecht bij de gratis hulplijn 1712 of op de website 1712.be.


KZ-syndroom – Een litteken dat nooit verdwijnt

© Humo


‘Breendonk heeft mijn vader nog zwaarder getekend dan Auschwitz. De gevangenen werden er systematisch vernederd en met zwepen geslagen door Vlaamse SS’ers.’ (Foto: Heimans in de slaapzaal van Breendonk.)Beeld Geert Van de Velde
‘Breendonk heeft mijn vader nog zwaarder getekend dan Auschwitz. De gevangenen werden er systematisch vernederd en met zwepen geslagen door Vlaamse SS’ers.’ (Foto: Heimans in de slaapzaal van Breendonk.)
Beeld Geert Van de Velde

Lees ook


Bron: De Morgen/Humo

Welkom op Facebook

Naar de website


Scroll naar boven