Zoals paddenstoelen groeien in het donker, waar ze zich voeden met rotting en bederf, zo groeit de aanhang van extremisten wanneer deze worden uitgesloten, schrijft Ilja Leonard Pfeijffer in zijn vierde essay.
Toch is een cordon sanitaire boven regeringsdeelname te verkiezen.
Ilja Leonard Pfeijffer – De Morgen
In het Japanse budo wordt het ‘tomoe nage’ genoemd, wat letterlijk ‘cirkelworp’ betekent, maar wat meer tot de verbeelding spreekt als het vertaald wordt als ‘offerworp’.
Nage werpt uke door zich schijnbaar weerloos voor uke op zijn rug te laten vallen, waarna de volledig verraste uke, al dan niet met behulp van een voet van nage in zijn lies (yoko tomoe nage), in een spectaculaire duikvlucht voorover over de liggende nage heen wordt geslingerd.
Dit is een strategie die vaak wordt geopperd als klassieke politieke partijen nadenken over manieren om de confrontatie aan te gaan met de groeiende populariteit van rechts of extreemrechts populisme.
Ze liggen al weerloos op hun rug ten gevolge van de peilingen of verkiezingsuitslagen en proberen dat met terugwerkende kracht te zien als een bij voorbaat uitgekiende techniek waarmee zij hun tegenstander vloeren.
Laat ze maar regeren.
Het idee is dat het afstaan van regeringsverantwoordelijkheid aan de populisten de effectiefste manier is om populisme te neutraliseren.
De incompetentie van de demagogen en de onhaalbaarheid van hun voorstellen zou onmiddellijk aan het licht komen zodra hun geen strobreed meer in de weg wordt gelegd.
Hun kiezers zouden zich vervolgens binnen de kortste keren teleurgesteld van hen afwenden.
Deze dikwijls voorgestelde strategie lijkt logisch en aanlokkelijk. Maar de vraag is of zij ook daadwerkelijk werkt.
Italië biedt een interessante casestudy.
In de aanloop naar de landelijke verkiezingen aldaar op 25 september 2022 had Giorgia Meloni met haar in het neofascisme gewortelde partij Fratelli d’Italia al een dusdanig beslissende voorsprong genomen in de peilingen dat de andere partijen zich bij voorbaat bij hun nederlaag leken neer te leggen.
Met name de Partito Democratico, de grote socialistische middenpartij, die toen tweede stond in de peilingen, voerde een onthutsend fletse campagne.
De even keurige als kleurloze politicoloog en ex-premier Enrico Letta was naar voren geschoven als de leider die tegen de ontketende Meloni in het strijdperk moest treden.
Het was een doelbewuste nederlagenstrategie. Het idee was dat Meloni toch wel zou winnen en dat zij haar dus net zo goed expres zouden kunnen laten winnen en dat dat de beste manier zou zijn om haar te verslaan.
Regeringsverantwoordelijkheid zou haar in een oogwenk vermorzelen tot een zielig hoopje zelfbeklag.
Toen zij op 22 oktober 2022 aantrad als premier die werd gesteund door een rechtse en extreemrechtse coalitie, was de verwachting dat haar regering na luttele maanden ten val zou komen, waarna haar politieke rol definitief uitgespeeld zou zijn.
Die regering zit er nu nog.
We hoeven niet te klagen over gebrek aan incompetentie, dat is het punt niet. De juistheid van de strategie die ervan uitging dat Meloni en haar bewindslieden fouten zouden maken en dat zij hun verkiezingsbeloften niet zouden kunnen waarmaken, wordt bijna dagelijks aangetoond.
Maar we hebben het politieke instinct van Meloni onderschat. Hoewel de weerbarstige werkelijkheid haar keer op keer tot compromissen dwingt, houdt zij haar coalitie met strakke hand bijeen.
Zijn er dan tenminste tekenen van onvermijdelijke teleurstelling bij haar electoraat?
In een recente peiling, die is uitgevoerd door het Engelse bureau Portland Communication en die deze week in Italië in het nieuws is, geniet Meloni’s partij op dit moment de steun van 28 procent van het electoraat.
Bij de landelijke verkiezingen van 2022 was dat 26 procent. De strategie om haar electoraat van haar te vervreemden door haar te laten regeren heeft vooralsnog spectaculair gefaald.
De voornaamste reden voor deze mislukking is dat de regering van Meloni op één punt bijzonder voortvarend en succesvol is geweest. Zij heeft haar machtspositie benut om het discours in de pers te domineren.
Een nog spectaculairder voorbeeld van een populist die geen dag van zijn ambtsperiode onbenut heeft gelaten om zijn eigen ongeschiktheid voor dat ambt aan te tonen, is Donald Trump.
Hoewel het record aan blunders, leugens en wetsovertredingen dat hij tijdens zijn ambtstermijn als president van de Verenigde Staten op zijn naam heeft gezet alleen door hemzelf lijkt te kunnen worden gebroken, heeft zijn aanhang niets aan omvang en enthousiasme ingeboet.
De ontluisterende realiteit van zijn periode in het Witte Huis, zijn weigering om de verkiezingsuitslag te accepteren, een mislukte, verkapte staatsgreep en de verschillende zware aanklachten waarvoor hij zich thans voor het gerecht moet verantwoorden, kunnen niet voorkomen dat zijn herverkiezing in november van dit jaar als een serieuze mogelijkheid moet worden beschouwd.
De Amerikaanse verkiezingen zijn te belangrijk om aan Amerikanen over te laten. Ik heb het al vaker beweerd.
Maar dat gezegd zijnde, moet ik bekennen dat kiezers niet alleen in Amerika in staat zijn om vol overtuiging een stem uit te brengen die in strijd is met hun eigen belangen.
Wat het succes van Trump verklaart, is dat zijn kiezers niet geïnteresseerd zijn in feiten. Er zijn zoveel feiten.
Zij hechten evenmin aan resultaten. Dat hun man wint, is het enige resultaat dat voor hen telt.
Kiezen voor Trump is een kwestie van identiteit.
Zoals een supporter van Sampdoria of Genoa zijn team blijft steunen, ook wanneer het belabberd speelt, hetgeen in het geval van Sampdoria meestal zo is, zo kan Trump zijn steun niet verliezen door erbarmelijk te regeren.
BEZWAREN
Tegen de vaak geopperde strategie die ervan uitgaat dat extremisten en populisten vanzelf hun populariteit verliezen als zij hun positie als buitenstaander verliezen, en dat zij gedoemd zijn te bezwijken onder het gewicht van daadwerkelijke verantwoordelijkheid, zijn drie bezwaren aan te voeren.
- Zelfs als die strategie werkt, biedt zij de demagogen de gelegenheid om in de tussentijd tot hun geplande deconfiture enorme schade aan te richten.
- Ten tweede onderschat deze strategie de mogelijkheden die door de macht worden geboden om de publieke opinie te beïnvloeden en te domineren.
- Ten derde werkt de strategie niet.
De meest voor de hand liggende alternatieve strategie is de collectieve afspraak van de middenpartijen om samenwerking met extremisten uit te sluiten.
België heeft geruime ervaring met een dergelijk cordon sanitaire.
Een nadeel van een dergelijk pact is dat het weinig democratisch overkomt om de stemmen van een deel van het electoraat bij voorbaat ongeldig te verklaren als het aankomt op regeringsdeelname.
Een ander bezwaar is dat populisten floreren als ze door de door hen verfoeide politieke elite in een door hen geliefde slachtofferrol worden geduwd.
Zoals paddenstoelen groeien in het donker, waar ze zich voeden met rotting en bederf, zo groeit de aanhang van extremisten wanneer deze worden uitgesloten.
Anderzijds lijken de recente ontwikkelingen in Nederland het tegenovergestelde te suggereren.
De VVD van Mark Rutte heeft, na het debacle van Ruttes eerste kabinet, dat van 14 oktober 2010 tot 5 november 2012 regeerde met gedoogsteun van de PVV van Geert Wilders, samenwerking met de PVV altijd categorisch uitgesloten, waarmee er in feite sprake was van een cordon sanitaire rond Wilders.
Daarin kwam verandering toen Ruttes opvolgster als partijleider van de VVD, Dilan Yeşilgöz-Zegerius, in aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen van 22 november 2023 verklaarde dat zij een coalitie met de PVV van Wilders niet langer wenste uit te sluiten.
Precies vanaf dat moment begon de PVV van Wilders aan een onstuitbare opmars in de peilingen, die werd verzilverd met een klinkende verkiezingsoverwinning.
Zolang de extremisten worden uitgesloten, zijn er substantiële aantallen potentiële kiezers die toch maar op iemand anders stemmen, omdat zij het idee hebben dat een stem op iemand die nooit zal kunnen regeren een weggegooide stem is.
Anderzijds draagt de opheffing van het cordon sanitaire bij aan de normalisering van extreme standpunten, waardoor bij kiezers de indruk ontstaat dat gedachtegoed dat tot voor kort nog als ongrondwettelijk en ontoelaatbaar werd beschouwd, opeens salonfähig is geworden.
Deze geleidelijke normalisering van extreme opvattingen onder invloed van klassieke middenpartijen die in de richting van de extremisten opschuiven omdat zij denken dat daar electorale winst te behalen valt, is het grootste gevaar voor de democratie en de rechtsstaat.
De conclusie moet zijn dat het isoleren van extremisten, ondanks de evidente nadelen die daaraan kleven, een effectievere strategie is om hen te bestrijden dan inclusie, of dan te trachten hen kapot te maken door hen te laten regeren.
Voordat iemand met zijn ogen kan knipperen, is het Overton Venster zo ver naar rechts opgeschoven dat niemand de rechts-extremisten nog weg krijgt, zoals dat in Hongarije is gebeurd, zoals dat in Italië aan het gebeuren is en zoals dat in Nederland zou kunnen gebeuren.
DE KRACHT VAN EUROPA
De opiniepeiling van het Engelse bureau Portland Communication laat echter nog een andere buitengewoon opvallende uitkomst zien, die wellicht noopt tot nuancering van deze voorbarige conclusie.
De respondenten is ook gevraagd naar hun mening over de Europese Unie.
Hoewel de meerderheid van de Italianen ontevreden is over het functioneren van de Unie, is de oplossing voor hen niet gelegen in minder Europa maar in meer Europa.
De stelling dat de Europese Unie veel meer invloed zou moeten hebben op wat er in Italië gebeurt, wordt door maar liefst 42 procent van de Italianen onderschreven.
Slechts 32 procent vindt dat die invloed geringer zou moeten zijn, terwijl het voor 25 procent goed is zoals het is.
Het bureau heeft ook andere landen onderzocht, maar nergens is de roep op versterking van de Unie zo groot als in Italië. Elders overheerst argwaan tegen de Unie en dit wantrouwen is het grootst in Nederland, waar maar liefst 40 procent van de ondervraagden pleit voor een geringere invloed van Europa.
Het is lastig om de Italiaanse uitzonderingspositie in dezen te interpreteren.
Kennelijk is het zo dat de directe ervaring met een extreemrechtse regering weliswaar niet heeft geleid tot verminderde steun aan extreemrechts, maar wel tot het besef van de noodzaak van de rechtsstatelijke garanties die Europa biedt.
Dit zou betekenen dat de tomoe nage niet geheel is mislukt. Hoewel uke er nog niet door is gevloerd, heeft de techniek in elk geval bij de omstanders geleid tot het inzicht dat het een goed idee zou kunnen zijn om zich tegen uke te wapenen.
Belangrijker nog is de conclusie dat Europa als een baken van hoop en zekerheid wordt gezien zodra de rechtsstaat onder vuur komt te liggen.
Laat dat de kracht zijn van Europa. Laat dat haar toekomst zijn en haar rol in de wereld.
Lees ook
Klik hier of op de hyperlink hieronder en vind andere berichten van
Bron: De Morgen