In Gaza zijn krachten aan het werk die je als individu niet kunt beteugelen, schrijft Bert Moerman.
Bert Moerman - De Standaard
Hoe kan het eigenlijk allemaal gebeuren, dat vraag ik mezelf vaak af. Wat zich voltrekt in Gaza, tart de grenzen van het menselijke. Enfin, eigenlijk overschrijdt het die.
Op 7 oktober vond een sadistische slachting plaats. Hamasstrijders hadden het op onschuldige Israëli’s gemunt. Het Israëlische leger heeft dat vergolden met een veelvoud aan wreedheid in opdracht van een zich aan zijn macht vastklampende Benjamin Netanyahu, geflankeerd door extreemrechtse trawanten als Bezalel Smotrich of Itamar Ben-Gvir.
Het is gewetenloze koehandel: zij houden hem in het zadel - lees: uit de gevangenis - en mogen in ruil hun haat botvieren.
Ook over de Shoah of de Rwandese genocide wordt de vraag vaak gesteld: hoe kon dat in godsnaam ooit gebeuren?
Wel, we krijgen hier in realtime een geschiedenisles. We zíén het gebeuren, het staat iedere dag in de krant.
Onder het mom van zelfverdediging zien we in Gaza een slachting van burgers, onder wie disproportioneel veel vrouwen en kinderen.
De semantische discussie over of dit een genocide is, laat ik aan historici. Maar alleszins is er sprake van een totale ontmenselijking van ‘de ander’ die de agressors toelaat om zelfs haat te voelen voor een baby.
Duitsland durft diplomatisch niet in te grijpen omdat het de historische verantwoordelijkheid denkt te hebben om aan de kant van Israël te staan. Terwijl de les net was om altijd de kant van de menselijkheid te kiezen.
Er zijn krachten aan het werk die je als individu niet kunt beteugelen.
Alleen door zich te groeperen, kunnen mensen uitdrukking geven aan hun afschuw, en tonen dat ze zich het lot van de slachtoffers aantrekken.
In Antwerpen mag een gepland benefiet ten voordele van de Hope Foundation - en dus onrechtstreeks voor Palestijnse kinderen - niet doorgaan.
“Het stadsbestuur levert voortdurend inspanningen om verbinding na te streven tussen de verschillende gemeenschappen die Antwerpen rijk is”, liet het kabinet van schepen Nabilla Ait Daoud (N-VA) daarover weten, en dat klinkt nog relatief valabel.
Maar tegelijk: als een artistiek benefiet voor oorlogsslachtoffers, zonder intrinsieke politieke boodschap, al kan worden aanzien als een provocatie, dan hou je de kerk al niet meer in het midden.
Dat iemand als N-VA’er Koen Metsu zoete broodjes bakt met de extremistische Israëlische kolonistenleider Yossi Dagan zal er misschien niet vreemd aan zijn.
Nog problematischer aan de demarche van Ait Daoud, is dat ze hiermee ook het recht ontneemt van vele Antwerpenaren om iets te doen.
We moeten niet willen schrijven dat we puntige messen willen proppen in de kelen van iedereen die Joods is.
Maar mensen het recht ontnemen om zich vreedzaam te kanten tegen groteske wreedaardigheid, is evenzeer verkeerd. Zeker als je naar eigen zeggen tegen de cancelcultuur en zo bent.
Of dat schuldig verzuim is of medeplichtigheid, is een semantische discussie die ik overlaat aan historici.
Ik wil maar zeggen: dit is hoe het gebeurt.
Bert Moerman is schrijver, onder meer van de roman Shampoo.
In ‘De mening’ geeft elke week een andere gastschrijver zijn mening over de actualiteit.
Lees ook
Overzicht
Lees alle berichten in deze categorie
Bron: De Standaard