Gaza – ‘Wat voelde u?’ – Israëlische ambassadeur krijgt open doekje in ‘De zevende dag’


Gie Goris is ex-hoofdredacteur MO*. Leo A. De Bock was bij VRT televisiejournalist, hoofdredacteur en directeur communicatie op federale kabinetten.

Gie Goris en Leo A. De Bock

De Morgen

27 mei 2025

Leestijd: 5 min


De openbare omroep had zondag in De zevende dag de Israëlische ambassadeur Idit Rosenzweig-Abu te gast.

Daarin zegt zij: “We hebben hulp nodig”.

Ze zegt dat de kritiek op Israël is uitgegroeid tot een gevaar voor de Joodse gemeenschap. Ze verwijst naar de moord op twee Israëlische diplomaten.

Ook zegt ze, zonder daar enig bewijs voor aan te dragen dat er “ook in België veel mensen zijn die Hamas steunen”.

Nog een uitspraak van de ambassadeur:

“Hoe komt iemand erbij om een geweer vast te nemen en iemand neer te schieten op straat?

“Het begint met het toelaten van pro-Palestijnse betogingen waarbij demonstranten vernielingen mogen aanrichten en opruiende graffiti mogen aanbrengen.”

Het gesprek zit van meet af aan fout.

De Israëlische ambassadeur had twee weken eerder in de studio moeten zitten over de inmiddels 53.000 doden, grotendeels vrouwen en kinderen, in Gaza en het toenemende geweld van kolonisten op de westelijke Jordaanoever, over de doelgerichte uithongering van Gazanen…

Nee, het gesprek gaat over de laffe moord op twee Israëlische diplomaten in de VS door een dader die geen onderscheid maakt tussen Joden en Israëlische machthebbers. Dat kan je alleen maar heel erg fout vinden.

De openingsvraag – “Wat voelde u?” – was melig en irrelevant; wat voelen zovelen bij de etnische zuivering door Israël?

Voor een gesprek dat ertoe doet, was een relevante Palestijnse tegenstem gewenst.

Genocidair

Maar eigenlijk zit het nog veel eerder fout.

Mevrouw Rosenzweig-Abu vertegenwoordigt een genocidaire staat waarvan de aard en activiteiten ook door Joden in ons land worden afgekeurd.

Als de Belgische overheid zou erkennen dat de Israëlische staat zich bezondigt aan genocidair beleid, zou dat mogen volstaan om daar diplomatieke conclusies aan te verbinden. Daar ligt de eerste verantwoordelijkheid.

Wij vinden een een-op-een interview met de woordvoerder van een genocidair regime op de openbare omroep zoals dat zondag in De zevende dag gebeurde minstens discutabel.

De ambassadeur vertegenwoordigt een regering waarvan sommige extreemrechtse leden expliciet steun betuigen aan en openlijk oproepen tot een etnische zuivering.

Intussen overstijgen de verwoestingen van de Israëlische regering de gruwel die Hamas op 7 oktober 2023 beging, een aanslag die wij samen met velen voor alle duidelijkheid zonder reserve veroordelen.

Dat België “veel mensen herbergt die Hamas steunen” is een loze bewering.

We kunnen ons voorstellen dat sommige Palestijnen in ons land, doorgaans zonder daar openlijk uiting aan te geven, sympathie hebben voor Hamas.

Daarbuiten overheerst vooral en in steeds heviger mate verontwaardiging, degout, afwijzing, misselijkheid over de genocide door Israël.

De ambassadeur vraagt om hulp. We mogen B-Fast sturen.

Wij juichen alle hulp aan wat nog overblijft van de Palestijnse bevolking hard toe, maar vinden het uitermate cynisch een volk, welk volk ook, doelgericht uit te moorden of te verdrijven en dan om buitenlandse hulp voor dat volk te vragen.

Dat lijkt meer op collaboratie dan op hulpverlening.

Laten we niet vergeten dat recentelijk hulpverleners – duidelijk herkenbaar als hulpverleners – om het leven werden gebracht, dat diplomaten werden beschoten.

Laten we niet vergeten dat twee medewerkers van het Internationale Comité van het Rode Kruis zaterdag jl. gedood werden bij een luchtaanval op hun woning in de Gazastrook. Maar we mogen B-Fast sturen.

Negationisme

“Hoe komt iemand erbij om een geweer vast te nemen en iemand neer te schieten op straat?”

Dat is een belangrijke vraag, en ze noopt tot voortdurende en verhoogde alertheid voor antisemitisme.

Maar de volgende vraag is minstens even relevant: hoe komt een staat erbij zich te bezondigen aan verschrikkelijk, genocidair geweld en om openlijk op te roepen om Gaza te zuiveren en zelfs om de Palestijnen te vernietigen?

Omdat die staat zich bedreigd voelt door een aanwijsbaar deel van het Palestijnse volk en het slachtoffer is van terrorisme?

Tegelijk: hoe kan je een volk zo lang expliciet en aanhoudend discrimineren, vernederen, knechten, rechten en kansen ontzeggen, behandelen als inferieur, koloniseren?

Hoe komen die mensen er dan toch bij zich te organiseren en zich te verzetten?

Moet dat verbijsteren?

De tegenvraag is verre van een vergoelijking. Het is een antwoord op de ambassadeur die een splinter ziet in de ogen van een volk, maar niet de balk in haar eigen ogen en die van haar regering.

In welke verhouding staat opruiende graffiti tegenover 53.000 doden, onder wie voor het overgrote deel burgers?

De Israëlische staat doet aan een vorm van negationisme door een deel van de geschiedenis te ontkennen.

Hij bedient zich van het argument ‘antisemitisme’ om élke, werkelijk élke kritiek op zijn moorddadig beleid, van wie de kritiek ook komt, te smoren en de vervolging ervan te orkestreren.

Israël is een staat die niet meer voor rede vatbaar is, een staat die zijn eigen waarheid en logica heeft en daarin totaal verstrikt en verstard is geraakt.

Het is onmiskenbaar deze moorddadige Israëlische regering die van Israël een paria maakt.

De openbare omroep zou deze brutale realiteit beter met gepaste journalistieke middelen brengen. Een uitgebreid een-op-een interview met de officiële vertegenwoordiger van de dader-staat is dat voor ons duidelijk niet.


Idit Rosenzweig Abu. ‘Van haar mogen we B-Fast sturen. Cynisch om een volk doelgericht uit te moorden of te verdrijven en dan om buitenlandse hulp voor dat volk te vragen’, vinden Goris en De Bock. Getty Images


Lees ook

Lees meer berichten over

Gaza


Bron: De Morgen

Welkom op Facebook

Welkom op Bluesky

Naar de website


Scroll naar boven