Met de dood van Brenda Froyen (46) verloor Vlaanderen een bevlogen leerkracht, schrijfster en mensenrechtenactivist. Jan De Vliegher (48) raakte zijn vrouw en de moeder van zijn drie zonen kwijt. ‘Haar strijd is zeker ook de mijne. Mijn verontwaardiging is even groot.’
Sara Vandekerckhove en Pieter Gordts
21 december 2024
Leestijd: 14 min
De kerstboom staat buiten op het terras, leunend tegen de achtergevel. Binnenshuis is er van vakantiestemming nog weinig te merken in de laatste examenweek voor kerst.
Op een bureau ligt Kinderen helpen bij verlies, van rouwspecialist Manu Keirse en in een hoek aan de keukentafel blinkt haar urne geflankeerd door een kaarsje en droogbloemen.
Hier is nog geen laagje eelt op het verdriet. De wonde is vers. Het voelt allemaal leger en stiller dan enkele maanden geleden. Ook voor ons.
Net geen anderhalf jaar geleden zaten we aan dezelfde keukentafel, toen met Brenda Froyen. De tuin stond in bloei en Froyen nam de ruimte in. Ze lachte, sprong midden in het gesprek op en illustreerde wat ze bedoelde met: ‘Ik danste voor die agenten.’ Eens performer, altijd performer.
Achterom kijken, lukt Jan De Vliegher voorlopig niet.
“Het is heel raar, maar ik slaag er niet goed in herinneringen op te halen”, zegt hij. Behalve dan aan dát moment natuurlijk, wanneer hij en de kinderen Brenda Froyen thuis dood aantroffen.
“Dat is best traumatiserend geweest. Ik volg daar nu therapie voor en ik heb wel het gevoel dat het werkt.”
Froyen stapte begin oktober uit het leven. Ze vocht op dat moment tegen een depressie. Een jaar eerder kampte ze al met psychoses, met als trigger een escalatie in werkdruk en stress als slachtoffer van pestgedrag op het werk.
Dat was haar elf jaar eerder een eerste keer overkomen. Het dagenlang in afzondering zitten, vastgebonden worden en het gebrek aan inspraak maakten Froyen zo woest dat ze jarenlang streed voor meer inspraak voor patiënten in de geestelijke gezondheidszorg.
Ze schreef boeken, opiniestukken en gaf lezingen. Ook richtte Froyen mee PsychoseNet België op en zetelde ze drie jaar in de Hoge Gezondheidsraad.
Haar dood maakte veel los. Bij De Morgen, waar Froyen verschillende van haar opinie stukken publiceerde, reageerden een heleboel lezers aangeslagen en op de website altijdlentenadewinter.nl, die haar vrienden oprichtten, moet je intussen meer dan tachtig webpagina’s doorklikken.
“Zelfs minister Frank Vandenbroucke heeft gereageerd”, zegt De Vliegher.
“Daar schrok ik toch van. Het toont hoeveel ze heeft betekend en veranderd. Die mens móét dat niet doen, hé.”
Na die zware terugval in de zomer van 2023 ging het deze zomer merkelijk beter met Froyen.
“We zijn met het hele gezin naar Canada geweest. Dat was een prachtige reis.”
Maar in september werd het plots gitzwart.
“Ik wist dat het niet goed ging met haar, maar ik dacht echt dat het gewoon opnieuw een hobbel was waar we over moesten. Alle zorg was opgestart en wij waren er voor haar. Ik had nooit verwacht dat dit zou gebeuren.”
Overpeinzen wat er juist is misgelopen, doet De Vliegher niet. Of toch niet meer.
“Ik kijk ernaar zoals naar het verkeersongeluk waarbij dat 14-jarig meisje onder een bus terechtkwam en overleed deze week. Er spelen verschillende factoren mee.
“Waarschijnlijk hadden die in 99,9 procent van de tijd anders kunnen lopen en was zo’n ongeluk niet gebeurd. Maar het is wél gebeurd.”
Toch kan hij zich niet van de indruk ontdoen dat er fouten zijn gemaakt, dat belangrijke elementen te lang over het hoofd zijn gezien.
“Het is heel raar dat ik dit als man moet zeggen, maar de manier waarop we met vrouwen omgaan in de medische wereld, daar val ik echt van achterover.”
Afgelopen zomer linkte een gynaecoloog Froyens psychoses voor het eerst aan haar hormonen. Voor Froyen en haar gezin was het een aha-erlebnis: ‘Tuurlijk, die hormonen.’
Haar psychoses hadden telkens plaats gevonden op momenten dat haar hormonen gekke bokkensprongen maakten: na de geboorte van haar derde zoon, in volle perimenopauze…
“Haar psychische kwetsbaarheid kreeg zo misschien een verklaring. Dat was belangrijk voor haar”, vertelt De Vliegher.
“Het stigma dat aan psychoses kleeft is enorm.” Wat iets ongrijpbaars en onverstaanbaars was, werd op die manier iets wat te verklaren viel.
Begin deze zomer ging het ook beter met Froyen, en ze bouwde in samenspraak met de psychiater haar antidepressiva af.
Tegelijk startte haar gynaecoloog een hormoonbehandeling op, “zonder overleg met de andere behandelende artsen. Terwijl niet iedereen goed reageert op zo’n behandeling en die volgens de bijsluiter kan leiden tot sombere of depressieve gedachten.”
Zekerheid zal hij nooit hebben, maar De Vliegher denkt dat tussen die twee bewegingen iets is fout gelopen.
“Je zit met twee handen aan het stuur, eentje stuurt naar links, de ander naar rechts. Natuurlijk knal je dan tegen een boom.”
“Hyperfrustrerend”, zucht hij. Vooral dan omdat ze hulp zochten, kregen en het mogelijk de situatie nog erger heeft gemaakt.
“Dat is toch een steeds wederkerend patroon in de geestelijke gezondheidszorg.”
Hoe kan het, vraagt hij zich af, dat er zo weinig geweten is over het vrouwelijk lichaam. Over hoe hormonen en geest samenhangen en wat de effecten daarvan kunnen zijn.
“Ook in de eerste lijn liep het fout. Toen Brenda met typische klachten ging aankloppen bij de huisarts, zoals ’s nachts zweten, legde die evenmin de link met de menopauze. Terwijl dat dus wel een courant symptoom is.
“Volgens mij ligt daar een gigantisch gat en lopen daardoor enorm veel zaken fout – hopelijk niet met dezelfde gevolgen zoals bij Brenda.
“De helft van de bevolking krijgt te maken met de menopauze en eigenlijk wordt het mentale aspect daarvan geminimaliseerd. Ook wordt er weinig samengewerkt tussen verschillende specialisten.
“Er zijn maar weinig artsen die zich de bedenking maken dat zoiets psychische gevolgen kan hebben.
“Ik vind het eerlijk gezegd een heel moeilijke gedachte om te aanvaarden dat we tussen de plooien zouden zijn gevallen.”
Het is die onrechtvaardigheid die Brenda Froyen vroeger in haar pen zou hebben doen kruipen.
De Vliegher ook?
“Ik deelde absoluut haar verontwaardiging. Op bepaalde momenten heb ik het zelfs aangewakkerd, denk ik. Maar we hebben gewoon een andere stijl.
“Kom ik zoiets tegen, dan ben ik eerder geneigd dat goed te willen bekijken om erop terug te komen en ten gronde aan te pakken – of te laten gaan. Ik heb minder behoefte aan de spotlights.”
Het is het enige waar ze destijds een tijdlang over hebben gediscussieerd: of Froyens eerste boek Kortsluiting in mijn hoofd onder haar eigen naam moest verschijnen of niet.
“Voor haar kon het niet anders dan zo, terwijl ik mij daar wel heb moeten overzetten. De kinderen waren toen nog heel jong, wat zou dat betekenen voor hen?
“Terwijl intussen al vaak is gebleken dat Brenda gewoon gelijk had. Eerst en vooral omdat het helemaal niet zo’n ding was, wij hebben daar geen hinder van ondervonden. Terwijl het van haar wel een schrijfster heeft gemaakt en ze daar terecht trots op was.
“Dat ze haar verhaal zo openhartig met de wereld heeft gedeeld, verklaart voor een deel ook het succes van dat boek. En vooral de impact ervan. Ze heeft zo op een authentieke en geloofwaardige manier een stem gegeven aan een onrecht dat velen ervaren en die niet gehoord worden.”
Het zorgde er ook voor dat ze haar zaak zelf kon verdedigen, vol vuur.
“Ze kreeg dingen gedaan die ik soms niet voor mogelijk hield. Dat bedacht ik me vorig jaar nog, toen ik met haar meeging naar Comité P (het vast comité voor toezicht op politiezaken, SV/PG), waar ze gehoord werd na haar klacht na enkele aanvaringen met agenten vorige zomer. ‘Hier zitten we dan toch maar mooi’, dacht ik.”
Shellshock
De eerste momenten en dagen na Froyens dood gingen in een waas voorbij.
“Dat is shellshock”, zegt De Vliegher.
“Veel dingen komen niet echt binnen. In mijn geval heeft zich dat vertaald in veel doen – wat nuttig is, want er wás enorm veel te doen. Die tien dagen rouwverlof, die zaten vol, van ’s ochtends tot ’s avonds.
“Elke keer als ik iets van mijn to-dolijstje schrapte, had ik het gevoel dat er vier of vijf dingen bij kwamen. Dan schoot mij plots te binnen: ‘Ah juist, de gasten hebben nog schoenen nodig voor de uitvaart.’”
Van een bezoek bij de notaris, tot het voorbereiden van de uitvaart en het gedeblokkeerd krijgen van de gemeenschappelijke rekeningen: De Vliegher heeft zich talloze keren verbaasd over hoeveel administratie er op hem afkwam.
“Zelfs voor iemand die zelf voor een bank werkt, heb ik mij verbaasd hoe inefficiënt dat allemaal georganiseerd is.”
Gelukkig voor hem werd hij wel van bij het begin ondersteund. Door slachtofferhulp, maar evengoed door vrienden en familie.
“Een goede vriend van mij die een jaar geleden zijn neefje is verloren, belde mij op een bepaald moment. ‘Ik ga u dingen vertellen, gij gaat luisteren en gij gaat dat doen’, zei hij.
“‘Er gaan veel mensen aan uw deur staan met eten. Ge gaat dat allemaal aanpakken en in de diepvriezer steken.’ En effectief, hij had gelijk. Normaal zou ik zoiets afwimpelen, maar het heeft ons veel tijd bespaard.”
Waar ook veel tijd in kroop die eerste dagen: andere mensen troosten.
“Gek genoeg misschien, maar heel veel mensen kwamen met hun verdriet bij mij. Aan rouwen kwam ik op dat moment eigenlijk nauwelijks toe.”
Al geeft hij toe dat hij ook “niet beter weet” dan continu vooruit te blijven gaan – al was het maar omdat zijn drie zonen in het weekend ook op de voetbal moeten geraken.
“Ik denk dat zowel Brenda als ik altijd veel energie hebben gehad. Met kleine kinderen gaan joggen? Wij deden dat, wij vonden dat normaal. (lacht)
“Het klinkt wat raar, maar het is een beetje zoals fietsen: je vindt een evenwicht door in beweging te zijn. Het geeft ook wel wat rust om iets te doen. Dat voel ik nu ook.
“Dat is niet altijd goed, maar intussen kan ik al een beetje bij mezelf gaan ontdekken wat er gebeurt als ik het gaspedaal los en alles iets meer laat binnenkomen.”
Tijdens het wandelen bijvoorbeeld, dezelfde wandelingen die hij vaak met zijn vrouw maakte. Die doet hij nu opnieuw, soms met andere mensen maar ook vaak alleen.
“Dan kan het wel binnenkomen. Dat doe ik soms ook echt bewust. Dan hou ik drie, vier dagen het gaspedaal ingedrukt en ben ik er minder mee bezig, om er vervolgens bewust plaats aan te geven.”
Dat doet Jan De Vliegher ook bij een psycholoog en die gesprekken deelt hij met zijn drie zonen, inmiddels 17, 15 en 13.
Mentale gezondheid is geen taboe in dit gezin, zeker niet na alles wat hun moeder mee maakte. Al krijgt De Vliegher voorlopig weinig respons.
“Zij rouwen op een andere manier: ze hebben geen behoefte om te praten over hun gevoelens. Ik respecteer dat, maar het is ook lastig.
“Tuurlijk zou het mij helpen mochten ze daarover willen praten of ernaar luisteren. Maar daar bots ik soms op een puberale muur. En dat is oké. Ondertussen weet ik ook dat ik daarmee bij andere mensen terechtkan. Maar toch zou ik het liever anders hebben.”
Het zorgt ook voor ongerustheid. Uiteraard zijn pubers vooral met zichzelf bezig. Maar wat daarna? Wanneer komt de weerslag?
“Binnenkomen gaat het op een gegeven moment toch. Ook zullen er zeker dingen zijn waarvan ik nu denk dat het slim is, maar waarvan achteraf blijkt dat zij dat toch anders hebben beleefd of waarvan ze aangeven dat het verkeerd was.”
Hoe dan ook dendert het leven voort, moeten er examens gemaakt worden en pubers gestimuleerd om aan hun bureau te zitten.
“Ah, maar snel klaar zijn, is niet per se een teken dat het goed ging, hé”, countert De Vliegher als de jongste zoon de keuken binnenstuitert na zijn eerste examen Engels en verkondigt hoe makkelijk het wel niet ging.
Nieuw boek
De hond Wifi komt vanuit de grote tuin aangehold en krabt aan het raam op zoek naar warmte terwijl de jongens zich parkeren achter hun schoolboeken. In de rust en stilte sluimert het gemis.
Ook op het publieke toneel, overigens. Wie zal nu nog de almacht van de onderwijskoepels in vraag stellen? Wie zal zich nog kwaad maken over wantoestanden in de psychiatrie?
Is Brenda Froyens strijd door de jaren heen ook de zijne geworden?
“Ja, zeker wel. Alleen weet ik nog niet wanneer en hoe ik daar een rol in ga spelen. Het zal sowieso anders zijn dan hoe zij het deed. Maar er zijn absoluut zaken waar ik heel erg verontwaardigd over ben.”
Dat ziekenhuizen nog steeds niet registreren hoe vaak ze iemand in afzondering stoppen bijvoorbeeld. Of hoelang een patiënt daar dan moet blijven.
“Je kan niet eens officieel aantonen dat ziekenhuis A drie isolaties heeft in een maand en ziekenhuis B, 10 kilometer verderop, vijftig. Hoe kan je dat sturen en verbeteren als ziekenhuizen dat afblokken?
“Zo krijg je in sommige ziekenhuizen baronieën van psychiaters in een machtspositie die hun eigen plek tot elke prijs beschermen – ten koste van patiënten. Stuitend, vind ik dat”
Of dat onder zijn naam moet, daar is De Vliegher nog niet over uit. Hij kijkt eerder naar PsychoseNet om aan de kar te trekken, of professor klinische psychologie Stijn Vanheule (UGent), die aan een blauwdruk voor goede geestelijke gezondheidszorg werkt.
“Ik wil het mee helpen trekken, maar ik hoef er niet per se het gezicht van te zijn.”
En natuurlijk in naam van Brenda Froyen, nog een laatste keer. Vlak voor haar dood stuurde ze nog een manuscript voor een boek op naar de uitgever.
Er was twijfel: kan dit wel? Hoe pakken we dit aan?
Voor De Vliegher en zijn omgeving een dilemma. Maar inmiddels lijkt iedereen het erover eens dat dit boek er volgend jaar komt.
“Het is zoals iemand op de begrafenis van Brenda zei: ‘We kunnen hier treuren en schelden, maar wie wordt daar beter van?
“We moeten iets doen met de dingen waar we tegenaan gelopen zijn. Waar Brenda tegenaan liep.’
Wat? Dat moet blijken.”
Maar eerst zijn er dringender zaken. Zoals een kerstboom versieren.
“Ik zie er gigantisch tegenop om dat te doen”, zegt De Vliegher.
“Dat was altijd een familieritueel. Dat wordt dus pittig. Maar het niet doen, dat gaat ook niet. Dat zou Brenda niet gewild hebben.”
Wie met vragen zit over zelfdoding kan terecht op de Zelfmoordlijn, op het gratis nummer 1813, of op zelfmoordlijn1813.be
Nood aan een gesprek? Dan kan u 24/7 terecht bij Tele-Onthaal op het nummer 106.
U kan ook chatten via www.tele-onthaal.be
Jongeren kunnen terecht bij Awel op telefoonnummer 102, of via chat op awel.be
Wat is een psychose
In Dendermonde schoot de politie een man neer die in een psychose zat.
Dat deed heel wat vragen oproepen.
Hoe werkt een psychose precies?
Wat gaat er om in het hoofd van iemand die in een psychose zit ?
Inez Germeys, hoogleraar psychiatrie aan de KU Leuven en Leen Verhaert, coördinator van PsychoseNet en ervaringsdeskundige,
vertellen je er hier alles over.
Bron: De Morgen