Tweewekelijkse nieuwsbrief van journaliste Katrin Swartenbroux.
Beste lezer,
Dat je goed beseft dat geen letter hieronder haar eer aandoet. Dat ik eigenlijk niet over haar wou schrijven, maar dat, als ik dan toch iets moet schrijven, ik enkel kan schrijven over haar. Mijn kat.
Mijn kat die een week geleden stilletjes in mijn armen is ingeslapen. Tegen alle afspraken in.
We zouden binnenkort haar twintigste verjaardag nog samen vieren, en droomden van een eenentwintigste in Las Vegas, Cat Roulette style. Maar mijn eigenzinnige tijger was altijd al goed in de wereld subtiel naar haar poot zetten. Niet met tenenkrullend gekrijs, maar met een klein smakje liet ze bijvoorbeeld weten dat die braadkip die je aan het kluiven was er best wel smakelijk uitzag.
Wanneer een film haar interesseerde, volgde ze iedere beweging aandachtig mee vanop onze schoot, als ze het niet boeiend vond, ging ze ostentatief voor het scherm zitten.
Het spreekt voor zich dat we de afgelopen maand, toen ze plots achteruit ging, Ratatouille drie keer hebben gezien.
De week voor haar dood bracht ik dag en nacht op de koude stenen vloer van de leefkeuken door, mantelzorgend voor een pelsdier.
Ik hield haar pootjes recht, lette erop dat ze niet voorover in haar drinkbak viel, veegde haar plas op en maakte haar voorzichtig schoon met een warm washandje.
De wekkerinstellingen op mijn smartphone vertonen nog restanten van hoe ik haar ieder half uur voederde via een tube in haar bekje, in de hoop dat ze zou aansterken. Dat deed ze niet. En dus ging ze slapen. Voor altijd.
Een huisdier nemen is hartzeer met garantie. Dat weet je zelf ook wel. Een hond is zo’n veertien jaar aan je zijde, een kat een paar jaar meer en konijnen of kanaries houden het doorgaans zelfs geen decennium vol.
Ik besef dat ik nog van geluk mag spreken, dat ik zo lang lief en leed en af en toe stukjes braadkip met haar mocht delen, maar toch overviel de rouw me als een smorend branddeken.
Het was nochtans niet de eerste keer dat ik een huisdier moest afgeven – haar zus kwam drie jaar geleden om het leven – maar waar ik er toen nog in slaagde om mijn gevoelens door een tekstverwerker te jagen was ik de voorbije week met stomheid geslagen. Ik kon niet slapen, kreeg geen hap door mijn keel, geen laptopscherm opengeklapt.
‘Het is maar een huisdier’ gaat niet op. Dat beschreven Herman Brusselmans, Els Pynoo en Koen Wauters eerder al in deze krant.
Toch wordt er nog al te vaak smalend over gedaan, toont journaliste Antoinette Scheulderman aan met haar boek ‘Dan neem je toch gewoon een nieuwe’ (2022) waarin ze aan de hand van haar eigen ervaringen na het verlies van haar hond en interviews met experts anderen hun verdriet wilt helpen verwerken.
Het is namelijk ontzettend belangrijk om het diepe verdriet dat je ervaart uit te spreken, bevestigt rouwexpert Manu Keirse.
“Verlies wordt al weinig erkend door de maatschappij, en het verlies van een huisdier nog minder. Dat maakt het moeilijker om te rouwen.”
Collega Kelly Van Droogenbroeck tekende al op dat de pijn die met het verlies van een huisdier gepaard gaat, ook wel ‘rechteloos verdriet’ genoemd wordt in wetenschappelijke literatuur. Als onze omgeving het verlies van een dierbare niet voldoende erkent, kunnen we zelf ook moeilijker verder, grote psychologische impact als gevolg.
Ikzelf heb het geluk dat mijn omgeving heel goed wist hoe belangrijk mijn katten voor mij waren. Zijn. Dat ik ook mijn cheffen bij deze krant kon zeggen dat ik deze week niet in staat was om … nuja, ook maar iets te doen.
Voor de archieven werd dit gestaafd met een doktersattest, maar het begrip had ik al voor ik bewijs aanleverde.
Psychologische veiligheid is een topic dat volgens burn-outexperts steeds belangrijker zal worden op de werkvloer. De mentale geruststelling dat je op de eerste plaats een mens bent, die haar eigen, persoonlijke grenzen heeft.
Grenzen die je zelf moet stellen, zeker, maar het is ook eens zo krachtig wanneer iemand in een leidinggevende positie het voorbeeld geeft.
Het signaal dat de Nieuw-Zeelandse premier Jacinda Ardern deze week de wereld instuurde toen ze aankondigde afstand te doen van haar rol omdat “de tank leeg is” is misschien wel één van de meest impactvolle verwezenlijkingen van haar legislatuur. De moed om te zeggen: het gaat niet meer. Het vat is af. Jullie verdienen beter.
Ook jullie, beste lezers, verdienden beter dan wat de voorbije week uit mijn pen zou zijn gekomen.
Dit prachtige stuk over mannelijke vriendschap van Michiel Martin, bijvoorbeeld, waarin hij uiteenzet waarom mannen moeilijker nieuwe makkers oogsten onder meer te maken heeft met het feit dat vrouwen meestal opgezadeld worden met het bijhouden van de sociale contacten.
Kin keeping, zoals dat heet in gespecialiseerde kringen. Of hoe iedereen, m, v, x, baat heeft bij het in vraag stellen van heersende gedachtengoed over wat mannelijke of vrouwelijke ‘skills’ zijn.
Paul Notelteirs stelt in een achtergrondverhaal over nepo babies (hét woord van 2022) dan weer de meritocratie in vraag – is succes enkel het resultaat van hard werken en talent, of maken de vrienden van je ouders en de ouders van je vrienden ook niet een beetje het verschil?
En wat doet dat met de sociale mobiliteit, vroeg Notelteirs zich af.
Een OESO-rapport toont aan dat het in België gemiddeld vier generaties duurt voor kinderen uit de laagste inkomensklasse het gemiddelde loon verdienen.
Ons land doet het als verzorgingsstaat een stuk beter dan naties als de Verenigde Staten (vijf generaties), maar reden om te vieren is er niet. “Zowel bovenaan als onderaan de ladder is er weinig mobiliteit”, vertelt Van Lancker.
Deze nieuwsbrief afsluiten doe ik graag met mijn stokpaardje genaamd hoop, het enige huisdier dat me niet zal verlaten.
Lotte Beckers analyseerde het jaar van de angst – het jaar dat gekleurd werd door stijgende energieprijzen, inflatie, de oorlog in Oekraïne en het algemeen overheersende gevoel dat alles ‘naar de wuppe’ is.
In haar bijzonder lezenswaardig stuk gaat ze ook ten rade bij psycholoog Bram Vervliet, auteur van het boek ‘Waarom we bang zijn‘ (2022).
‘Gevaarlijke incidenten zijn van alle tijden, alleen vergeten we snel hoe bang we waren en tot wat we in staat zijn’, zegt hij.
‘De economische crisis van 2008 of de coronapandemie zijn immers niet vanzelf verdwenen. We waren toen bang, hebben actie ondernomen en de problemen opgelost.’
In zijn boek ‘The Audacity of Hope’ (2006) beschreef Barack Obama al dat het soms minder overweldigend kan zijn om de wereld te verbeteren dan om je blind te staren op je eigen leven.
‘Wacht niet tot je goede dingen overkomen. Als je ervoor zorgt dat er goede dingen gebeuren, dan zul je de wereld met hoop vullen en zul je jezelf met hoop vullen.’
Misschien kan u daarvoor wel inspiratie halen uit deze lijst met écht goede voornemens.
Prettig weekend gewenst. Geef uw huisdier een extra aaike.
Katrin Swartenbroux
Elke twee weken de interessantste verhalen over leven in deze eeuw in uw mailbox? Schrijf u in voor de nieuwsbrief van journalist Katrin Swartenbroux.
Lees ook
- Katrin Swartenbroux
12 goede voornemens - Huisdieren
Wie rouwt er nu om een huisdier? - Huisdieren
Hoe rouw je om een huisdier
Vul hieronder de zoekopdracht Katrin Swartenbroux in en vind meer berichten.
Bron: De Morgen