Anderhalf jaar na het overlijden van haar zoontje Hector stopt Maud Vanwalleghem (cd&v) als senator, om te herstellen van haar trauma en verdriet.
Lotte Beckers – De Morgen
5 mei 2023
‘Dit is een daad van verzet: het is eervol om te vertrekken als een situatie je ziek maakt.’
Maud Vanwalleghem
Het afgelopen jaar heeft ze geen muziek gemaakt, zo kondigde Maud Vanwalleghem (34) vorige week aan op sociale media.
Letterlijk: sinds de dood van haar kind heeft ze haar piano, waar ze vroeger zo graag op speelde, amper aangeraakt. Maar ze bedoelt het ook figuurlijk.
“Mijn lichaam was louter een instrument, maar er kwam geen muziek uit (…) Het werd me duidelijk dat ik niet zal herstellen van dit trauma als ik in de politiek blijf.”
Het is dinsdag, de eerste dag dat Vanwalleghem officieel senator af is, en we ontmoeten haar omdat ze nog één keer wil in gaan op de vraag vanwaar die beslissing komt.
“Veel mensen denken dat ik in volle crisis verkeer, maar dat moment ligt al even achter mij. Ik voel me eigenlijk heel goed. Het blijft dubbel uiteraard, zo’n mandaat leg je niet zomaar neer. Maar het is nu tenminste duidelijk.”
‘Hector werd geboren op een volle maan. Op de eerstvolgende volle maan zou ik hem zien sterven’, schreef Vanwalleghem toen haar zoontje stierf.
Na zijn geboorte bleek Hector te lijden aan een zeer ernstige stofwisselingsziekte.
“Het ging allemaal heel snel. Twee dagen zaten we op een grote roze wolk, tot we hoorden dat onze baby heel ziek was.
“Een paar uur later lag hij al aan de bloeddialyse, waarbij ze zijn bloed uit hem haalden, het filterden en terugpompten. Een ingrijpende behandeling voor een baby van amper een paar dagen oud.
“Hector had niet lang kunnen leven, dat is maanden later ook bevestigd door genetische testen, maar dat wisten we niet meteen.
“Voor mij is het gekeerd toen hij een paar dagen mee naar huis mocht maar snel weer heel ziek werd: je ziet dat je kind erg lijdt, dat er geen perspectief is en dat hij bijna een medisch experiment wordt. Maar we hebben een lang gevecht moeten voeren om palliatieve zorg bespreekbaar te maken.
“Dat is een heel absurde positie om in te verkeren als ouder: niemand wil zijn kind laten gaan. Maar ook dat is die onvoorwaardelijke oerliefde: je ziet je kind zodanig graag dat je jezelf over dat egoïstische gevoel zet en bereid bent om hem te laten gaan omdat je niet wil dat hij lijdt.
“Het blijft een zeer pijnlijk verhaal: onze bezorgdheid over de levenskwaliteit van Hector werd steeds van tafel geveegd. Elke crisis werd hij er doorgesleurd, zonder enig perspectief op genezing.
“Daarmee is bovenop de onvermijdelijke pijn van zijn dood een extra laag pijn en trauma gelegd die de verwerking bemoeilijkt.”
HET PLOETEREN BEU
Een paar weken na het overlijden van Hector keerde Vanwalleghem terug naar de Senaat, waar ze enkele maanden voordien, in oktober 2021, hoogzwanger de eed had afgelegd als gecoöpteerd senator. Dat was belangrijk voor haar, zegt ze, daar staan met haar dikke buik.
“Het was een statement over de thema’s waarop ik wilde wegen, zoals vrouwenrechten.”
En in die eerste maanden na de dood van Hector deed het werk haar deugd: het gaf betekenis en houvast, als een anker naar de echte wereld die wel voortdraaide.
“Want als je rouwt, leef je toch een beetje op een parallel spoor.
“Ik heb in de Senaat veel gedaan waar ik trots op ben, ik heb bijvoorbeeld het probleem van spiking (het stiekem verdoven van mensen, LB) op de politieke agenda gezet.
“Maar ik ben dat jaar ook doorgekomen op adrenaline. Want het was veel: ik moest mij inwerken in een nieuwe, onvoorspelbare wereld zonder routines. Op een bepaald moment merk je dat je zo niet verder kan.
“Er is geen grote breakdown geweest, wel de vaststelling: ik wil dit niet meer, ik ben het ploeteren beu. Mijn job heeft me veel gegeven, maar heeft me ook vaak over het randje geduwd.
“Het is iets chemisch, denk ik: de politiek wakkerde mijn vechtmodus aan. Je kan niet kwetsbaar zijn in de Wetstraat, ook al vond ik steun en begrip bij mijn collega’s.
“Maar mijn vechtmodus was uitgeput door die maand met Hector en het gevecht om hem te mogen laten gaan.
“Ook het cynisme vond ik heel triggerend, net als de trivialiteiten of het puur strategische spel.
“Als je zoiets extreems hebt moeten meemaken als het stervensproces van je eigen kind, dan is het alsof je de waarheid hebt gezien, de essentie van het leven. Daarna moet alles heel echt en authentiek zijn.
“Ik heb Hector beloofd dat ik hem zou eren door te tonen wat een voorrecht het is om te kunnen leven. Maar het afgelopen anderhalf jaar was niet leven, het was overleven. Ik heb het ervaren als een zeer fysiek jaar.
“Hector heeft langer in mij geleefd dan buiten mij, waardoor er precies ook een stuk van mezelf gestorven is.
“Een maand is niet lang om een band op te bouwen, tegelijk is er geen sterkere band dan die tussen een mama en haar baby. Ik voel die navelstreng nog heel sterk.
“Ik was ook net bevallen, maar mijn fysiek herstel heb ik lang genegeerd. Ik ben pas onlangs begonnen met postnatale kine.
“Trauma en stress zetten zich ook op je lichaam. Ik had veel spierpijn, mist in mijn hoofd en concentratiestoornissen. Er waren dagen dat ik amper iets kon doen omdat de schijfruimte in mijn hoofd bij het opstaan al voor 90 procent was opgebruikt.
“Ik herinner me een commissievergadering over een gemakkelijk thema, ik had gerust kunnen meepraten. Maar het was één van die dagen waarop ik niet functioneerde en mijn aanwezigheid op zich al een prestatie was.
“Ik kon gewoon niet mee met de gesprekken: het ging te snel en ik zat er verdwaasd naar te kijken. Dan voel je je zo’n ellendeling. Maar je hebt een persoonlijk mandaat, je kan niet zomaar een pauze nemen of je laten vervangen.
“Mijn persoonlijk medewerker moest ongelooflijk flexibel zijn. Mijn toestand was heel onvoorspelbaar: soms ging het wekenlang goed, en daarna was ik nauwelijks beschikbaar. Uiteindelijk gebruikte ze kleurencodes in mijn agenda om aan te duiden welke afspraken belangrijk waren en welke we makkelijk konden verzetten.
“Ze is ongelooflijk menselijk geweest, heeft me nooit in vraag gesteld of me gepusht. Haar antwoord was altijd: geen probleem, we lossen dat op. Ze was ongelooflijk, en het erge is dat zij nu ook zonder job zit.
“Thuis had ik nog een zoontje dat toen twee jaar oud was. Het was goed dat we daardoor routines en structuur hadden, maar ook zwaar.
“Heel vaak moest ik gewoon in het moment zitten. Voelen dat ik zo overmeesterd werd door pijn dat ik het niet eens meer verdriet kon noemen en ik stil moest zitten tot ik weer wat dieper kon ademen.
“Ik weet niet of je dat kan begrijpen als je het nog nooit hebt meegemaakt, omdat het zo overrompelend en intens is. Ik ben in die maanden tien jaar ouder geworden.
“Ik had kunnen voortdoen, ja, maar dan wel tegen een hele hoge prijs. En ik had wellicht medicatie moeten nemen om mee te draaien, maar waarom zou ik dat willen?
“Voor de duidelijkheid: ik heb niets tegen medicatie voor mensen die dat nodig hebben, maar ik kan kiezen, en dan doe ik het niet. Dan vind ik het eervol om te zeggen: ik vertrek. Deze situatie maakt mij ziek en ik slaag er niet meer in om mijn werk goed te doen. Dat is echt oké.
“Ik heb enorm veel reacties gekregen, die grofweg in twee categorieën te verdelen zijn: de mensen die zeggen ‘ocharme, zo jammer’, en de mensen die het gewoon snappen. You go girl, dat soort berichten. (lacht) Dat zegt wellicht veel over hoe mensen in het leven staan.
ONTKENNING VAN KWETSBAARHEID
“Want wat ik hier vertel, overstijgt de politiek.
“Er zijn, beleidsmatig, blinde vlekken in onze omgang met rouw en trauma, maar we hebben ook de reflex om steeds weer naar de overheid te kijken: hoe gaan jullie dit oplossen, kunnen we hier nog een premie voor krijgen?
“Dat zijn pleisters op een rauwe wonde, omdat we eigenlijk te maken hebben met een maatschappelijke structuurfout.
´We kunnen niet meer om met sterfelijkheid en kwetsbaarheid.´
Maud Vanwalleghem
“Ik heb vaak gehoord dat zelfs de familie tegen de ouders van een gestorven kind zegt: het is nu al een jaar geleden, het is goed geweest, doe die foto’s maar weg.
“Er wordt van ons verwacht dat we onze problemen zelf oplossen – liefst door ze te outsourcen naar een professionele hulpverlener – in plaats van collectief voor elkaar te zorgen op de momenten dat het moeilijk gaat.
“We leven in een collectieve ontkenning van onze eigen kwetsbaarheid en ironisch genoeg maakt ons dat megakwetsbaar.
“Dat Hector niet kon leven – noem dat het lot of pure pech – is extreem pijnlijk maar ik heb het inmiddels aanvaard.
“Waar ik wel nog steeds kwaad om ben, is dat ik niet wist dat zoiets kon gebeuren. Ik heb lang geloofd dat hij het zou halen omdat wij niet praten over kindjes die sterven, ook vandaag, ondanks alle medische en technische vooruitgang.
“Ik voelde diezelfde kwaadheid op onze maatschappij tijdens zijn stervensproces. Ik was doodsbenauwd omdat ik zoiets nog nooit van dichtbij had meegemaakt.
“Hadden wij anders geleefd – wat meer intergenerationeel, zoals vroeger – dan had iemand me misschien gezegd: dit is hoe waken bij een stervende eruit ziet, en zo kan je merken dat het einde nabij is.
“Nu zaten wij een week lang alleen in een ziekenhuiskamer te wachten op de dood, zonder te weten hoe of wanneer die zou komen. Dat is absurd.
“Ik voel daar veel wrok over, dat wij heftige, essentiële levensprocessen meemaken, zoals sterven en bevallen, zonder enig idee hoe dat echt is.
“Dat is ook waarom ik deze stap heb gezet: ik heb nood aan de dingen die mij voeden en mij tot mens maken. Rust, de natuur, de moestuin, mijn oudste zoontje, schrijven.
“We zijn van het drukke Brussel verhuisd naar het platteland. Ook dat doet me deugd: ik was te gevoelig voor de stad, alsof mijn zenuwstelsel helemaal open lag.
“Nu gaat het veel beter, al klinkt dat alsof alles prima gaat en dat is natuurlijk niet zo. Ik wil erover waken dat ik nu geen positieve draai geef aan mijn verhaal.
“Het eerste jaar heb ik erg gezocht naar bevestiging en erkenning dat wat ik meemaakte en voelde heel erg was, maar wat je vindt zijn de terugblikverhalen waarin mensen vertellen hoe ze zijn gegroeid dankzij trauma. Die verhalen mogen ook bestaan, maar je moet ook kunnen zeggen dat het niet goed gaat.
MENSELIJKHEID OPEISEN
“Na een jaar waarin ik overspoeld ben door rouw en niet kopje-onder gaan een verwezenlijking op zich was, doet het wel weer deugd om zelf keuzes te kunnen maken over mijn leven.
“Ik ben in een fase beland waarin ik veel vastberadenheid en helderheid voel over wie ik ben en wat ik wil.
“Ik ben meer mezelf geworden, dat is het. En nu er weer ruimte is, voel ik mijn energie en vechtlust weer terugkomen, dat hoort nu eenmaal bij mij en op een dag zal ik dat weer ten dienste stellen van de maatschappij.
“Ik heb het privilege dat ik tijd en ruimte kan nemen, en ik wil dat anderen dat ook kunnen.
“Als politica heb ik me ingezet voor een betere omkadering bij perinataal overlijden.
“De grootste lacune situeert zich volgens mij bij het gebrek aan erkenning voor moeders die bevallen tussen de 140 en 180 dagen zwangerschap.
“Die baby’s zijn meestal niet levensvatbaar maar de moeders moeten wel bevallen en vaak zijn er complicaties. Dat is heel traumatiserend maar die vrouwen hebben nergens recht op. De kinderen krijgen enkel een voornaam, wat een zeer arbitraire keuze is, en de moeders krijgen geen bevallingsrust.
“Je kan dat symboolpolitiek noemen, maar het gaat om potentieel levensgevaarlijke situaties.
“Ik heb het verhaal gehoord van een vrouw die een paar dagen na zo’n bevalling nog nabloedend weer moest gaan werken omdat ze financieel niet anders kon: de uitkering voor ziekteverlof ligt lager dan bevallingsrust. Dat is een dossier dat maar niet beweegt en ik vind het heel erg dat we er niet in slagen om die mensen beter te ondersteunen.
“Ik wil hier duidelijk maken dat het oké is om je menselijkheid op te eisen. Ik mag hier ook zijn, als een mens met een rugzak, zonder dat ik iets hoef te produceren of meelopen in de ratrace.
“Ik heb het ook gevoeld, die druk om snel weer mee te draaien, vooral vanuit mezelf. Ik ben opgegroeid in deze maatschappij, dat oordeel zit ook in mij.
“Ik denk dat er nu ook naar mij zo gekeken wordt: allé, dat is dat toch al anderhalf jaar geleden?
´Mijn keuze voelt daardoor als een daad van verzet.´
Maud Vanwalleghem
“Ik wil dat we mensen naar waarde schatten, ook als ze in de zetel de longen uit hun lijf schreeuwen omdat ze verdriet hebben. Sterker nog: dat is wat ons tot mens maakt, niet onze productiviteit.
“Kristien Hemmerechts heeft ooit gezegd, over de dood van haar zoontjes en haar man: op een gegeven moment zie je alle brokstukken liggen en moet je beslissen wat je ermee doet. Maak je er nog iets van of niet?
“Dat is wat ik nu doe, al lijkt het voor sommigen dat ik net extra brokstukken maak door mijn ontslag in te dienen. Maar voor mij is dit een stap vooruit, niet achteruit. Een manier om iets van mijn leven te maken op een menselijke manier.”
“Dit is echt mijn laatste interview hierover, ik voel het. Ik hoor mezelf er niet meer graag over praten. Maar dat is een goed teken, denk ik.”
Lees ook
Bron: De Morgen