Busramp Sierre – Mama van Bart – Else van Basten Batenburg – Ik ben klaar met de tunnel


Hoe behoud je de controle over je verdriet wanneer de dood van je kind een moment van nationale rouw wordt? Tien jaar na het tragische busongeval in Sierre vertelt moeder Else van Basten Batenburg haar verhaal en dat van haar zoon Bart.

Sarah Vankersschaever – De Standaard

26 februari 2022


Opeens begreep ik ten volle hoe groot het ongeluk was en hoe klein wij waren.

Else van ­Basten Batenburg
Mama van Bart


Op dinsdag 13 maart 2012 botste een Belgische bus op een betonnen muur in een tunnel in het Zwitserse Sierre. Tweeëntwintig schoolkinderen en zes volwassenen verongelukten.

Pas op 14 maart 2012 rond halfzeven ’s avonds hoorden Else van ­Basten Batenburg en haar man Remko dat hun tienjarige zoon Bart niet meer leefde.

In haar boek De appels blijven liggen en de piano is stil beschrijft Else nu voor het eerst wie en wat die dag verloren ging, hoe het ­leven zonder hen en hem verder ging, maar ook welke collateral beauty rouw met zich brengt.

Dan toch, na tien jaar … Voelt spreken vandaag troostender dan zwijgen?

‘De eerste jaren na de dood van Bart zijn we inderdaad op onszelf teruggeplooid. Er was zoveel ­media-aandacht voor het bus­ongeval, er waren zoveel ongevraagde confrontaties en harde beelden.

‘Wij hadden de intimiteit van ons huis nodig om het ­verdriet af te schermen en om ­onszelf te beschermen. Maar na verloop van tijd gaat zoiets tegen je werken.

‘Ik herinner me dat Luc en Roos, de broer en zus van Bart, zeiden dat ze het hier zo klein vonden. Ze wilden de wereld in, weg van het verdriet dat ons huis moeilijk toegankelijk maakte voor buitenstaanders.

‘Niet dat we niemand zagen, maar onze gevoelens en belevingswereld waren op elkaar gericht.

‘Ik kon de wereld er destijds niet bij hebben. Ik had geen woorden om anderen bij ­onze pijn te betrekken. Dus zweeg ik, ons verhaal hoefde niet gedeeld te worden.’

‘De moeilijkste momenten waren die waarop anderen beslisten dat de pijn mij zou overvallen. De tv aanzetten en onverwacht beelden van de bus zien’

Else van ­Basten Batenburg

Welk verhaal wil je vandaag ­bewust wel delen?

‘Ik heb in het begin meermaals gedacht:

“Hoe doen mensen dit? Krijg ik dit écht ooit verwerkt?”

‘Rouwen voelt vaak als twee stappen voorwaarts en drie achterwaarts. Dat was ik niet gewoon, want ik was een zondagskind, alles zat heel lang mee in het ­leven.

‘En plots verandert de tijdrekening in je leven: er is een ­leven voor en een na Bart en die periodes zijn onvergelijkbaar.

‘Om zoiets groots en onverwachts te vatten heb ik hulp gezocht en veel gelezen.

‘Uit elk boek dat ik las, pikte ik een zin op of een stukje inzicht. Hoe meer ik begreep, hoe meer ik mezelf begreep en hoe beter het lukte om het leiderschap over mijn leven en dus over mijn verdriet te nemen.

‘Ik hoop dat mijn boek, het verhaal van een rouwende moeder, iets voor anderen kan betekenen. Dat het een zin of een inzicht bevat dat kan helpen om een volgende stap te zetten.’

‘Het leek alsof er een beweeglijkheid was geweest in de sfeer in huis, die nu verdwenen was omdat de geluiden die bij Bart hoorden er niet meer waren. Ergens op de achtergrond hoorde ik wel de wasmachine, de honden die over de vloer trippelden, de kinderstemmen of Remko die een deur dichttrok in een andere kamer, maar de geluiden vormden niet langer een geheel. Het leek alsof we in een nieuw huis woonden, waarin een andere geluidssfeer heerste die ik niet wilde ervaren.
Ik was huisgeluidendoof.

Hoe heeft de rouw jou veranderd?

‘Er is een Else van vroeger en een Else van nu. Mijn karakter is natuurlijk mijn karakter, dat verandert niet, maar je drijfveren passen zich aan. Rouw leert je zoveel: je weet wat het diepste verdriet voor een mens betekent.

‘Standaardzinnen als “je vergeet het nooit” krijgen een grotere ­gelaagdheid en je gaat normen en waarden zoals eerlijkheid en loyauteit veel intenser beleven.

‘Niet dat ik plots een andere taal ben gaan spreken, maar mijn oude ­leven dat doorliep – dan denk ik aan mijn werk – ging me steeds minder goed af.

‘De tabellen, de processen … Het lukte niet meer.’

‘Ook dat is deel van de pijn. Er zijn dagen geweest dat ik me ­afvroeg: “Huil ik nu om Bart of om mezelf of om mijn leven zoals het was?” Dat liep door elkaar, het werd stapelrouw .

‘Ik heb enkele ­jaren gezocht en gestruikeld en ben vandaag rouwbegeleider in bijberoep. Ik heb een balans gevonden waarin ik gelukkig ben.’

Een moeder vertelde me ooit dat de rouw om haar kind een wild beest was. Ze kon niet voorkomen dat het haar beet, maar ze had wel geleerd om te bepalen wanneer het haar vond.

‘Dat herken ik. Ik heb zelf geen beeld voor mijn verdriet, maar die controle is veel waard.

‘Als ik naar de voorbije tien jaar kijk, waren de moeilijkste momenten ook die waarop anderen beslisten dat de pijn mij zou overvallen.

‘De televisie aanzetten en onverwacht beelden van de bus zien. Ik kromp ­elke keer in elkaar.

‘Bij de kapper zitten, proberen te ontspannen, een tijdschrift openslaan en in een ingezonden brief de zin ­lezen: “Wie stuurt z’n kind nu op skireis naar Zwitserland?”

‘En moeten blijven zitten. Want je haar moet nog geknipt.

‘Als je in je rauwste rouw bent, komt het allemaal zo hard binnen. Vandaag weet ik: mensen zijn mensen. Ik mag daar even boos om zijn, dat helpt om het te verwerken, maar nadien ga ik verder.’

‘Trots is een groot woord, maar ik voel blijdschap: het is ons gelukt. We hebben een manier van leven gevonden. Het verdriet heeft een cadans gevonden’

Else van ­Basten Batenburg

Na het ongeval werd een dag van nationale rouw afgekondigd. Maakte die collectieve rouw het voor jou dan moeilijker?

‘Voor ons was dat pittig, ja. Niet omdat we het mensen niet gunnen, maar het was zo groot en je wordt zelf zo klein. En dat op een moment waarop je je kind verliest, je leven, jezelf en ook nog eens de privacy die we zo hard ­nodig hadden.

‘Mensen vinden er bovendien allemaal wat van, denk aan de lezersbrief in het tijdschrift. Je krijgt ook rare kaartjes:

“Ik heb contact met je zoon, hij is een vogeltje”.

‘Die persoon bedoelt het goed, maar je vraagt er niet om. Het kwam bovenop het trauma van het ongeval zelf: het hele verloop van die dag, het lange wachten op duidelijkheid …

‘Het liefste van al wil je als ouders ­meteen met je wagen naar Sierre rijden, maar dat mocht niet, we moesten allemaal in een bus ­stappen.

‘In Sierre was het opnieuw een enorme beproeving om tot bij Bart te raken.’

Hoe doorsta je zoiets?

‘Je draagt het. Iedereen die daar was, droeg het. Dat was bijzonder.’

Barts leven begon met het idee dat het nooit zou eindigen. Met dat gevoel beginnen we er toch allemaal aan?

Else van ­Basten Batenburg

Wie was Bart?

‘Dat is de moeilijkste vraag. Met alles wat ik over hem zeg, doe ik hem ook weer tekort.

Bart was een kind dat genoot van het leven, een dromer, een denker, een ontdekker. Hij vond alles interessant.

‘Een helper, ook: als oudste broer wilde hij altijd zijn steentje bijdragen in huis. Ik ben zo trots op hem.

‘Hij was ook bescheiden: hij zei ooit dat hij helemaal niet op televisie hoefde zoals die mensen op het scherm.

‘Dat heeft mee onze beslissing gevormd om de begrafenis apart te organiseren.

‘Het is ook waarom ik liever geen portret van Bart bij dit artikel wil: Bart zou dat niet gewild hebben, denk ik. Hij had z’n eigen wereldje gecreëerd en dat volstond.’

Hoe ging je met die wereld om na het ongeval?

‘Dat was moeilijk. Het stukje ­wereld dat Bart achterliet, zat ­natuurlijk heel uitgesproken in zijn kamer. Je wilt die bewaren ­zoals ze is, maar we zagen ook hoe Luc en Roos erlangs glipten.

‘Soms wilden ze binnengaan, want Bart was er thuis geweest, soms vonden ze het net een enge plek. Het werd ongemakkelijk en het hing in huis …

‘We hebben samen beslist dat Luc, die de kleinste ­kamer had, in de grotere van Bart mocht.

‘We hebben zijn spulletjes en herinneringen gesorteerd, de kamer geschilderd en de naam van Luc groot op de muur geschreven.

‘Als ik vandaag opnieuw in de wereld van Bart wil stappen, kijk ik in zijn dozen en blader ik door zijn tekeningen.’

We zouden ook nog een keer naar de tunnel gaan en daar keken we erg naar uit.

Else van ­Basten Batenburg

Wat betekent de tunnel in Sierre vandaag voor jullie?

‘Nadat we destijds in Sierre Bart eindelijk hadden kunnen omhelzen, zijn we onder begeleiding en samen met andere ouders naar de plek van het ongeval kunnen gaan.

‘We wilden zien waar Bart gestorven was.

‘De voorbije tien jaar hebben we nog eens de kans gekregen om bij de plek stil te staan.

‘Ze moeten de tunnel dan afsluiten, dus je beslist zoiets niet alleen op een blauwe maandag, maar het deed ons deugd om er te zijn.

‘We gaan er binnenkort nog eens naartoe, maar we voelen dat het vooral voor de kinderen is.

‘Ik ben klaar met de tunnel. Dat klinkt hard, besef ik, maar het is genoeg geweest. Het leven met Bart is hier, niet daar.’

Nog een paar maanden en Bart heeft langer niet dan wel geleefd. Is dat een hard kantelmoment?

‘We hebben ons kantelmoment eigenlijk al gehad, toen Luc en Roos hun broer in leeftijd voorbijstaken.

‘Ze waren acht jaar toen Bart stierf. Hij was de oudste en deed dus alles als eerste, maar nu werd hij niet meer groter. Zijn ontwikkeling hield op en je kon niet meer zeggen: “Ah, dat deed Bart ook”.

‘Dat besef was destijds heel emotioneel.’

Hoe kijk je naar jouw ontwikkeling en naar jullie verhaal?

‘Trots is een groot woord, maar ik voel blijdschap: het is ons gelukt. Met z’n vieren. We hebben een manier van leven gevonden.

‘We missen Bart, maar het verdriet heeft een cadans gevonden en ik durf te zeggen dat we kunnen ­genieten van ons gezin, van ons werk en van het nu.

In 1992, toen Remko en ik besloten te trouwen, heb ik een heel goede keuze gemaakt.

‘Ik zou opnieuw “ja” zeggen. En hopen dat het ongeluk niet hoeft plaats te vinden.’

De appels blijven liggen en de ­piano is stil 

Else van Basten Batenburg: ‘Ik wil liever geen portret van Bart bij dit artikel. Bart zou dat niet gewild hebben, denk ik. Hij had z’n eigen wereldje gecreëerd en dat volstond.’ 

Lees ook


Bron: De Standaard

Welkom op Facebook

Naar de website


Scroll naar boven