Voor de veronderstelling dat sporten, mediteren of contact met de natuur mensen gelukkiger maakt, is geen hard bewijs.
Hilde Van den Eynde – De Standaard
Ga wandelen in de natuur, beoefen meditatietechnieken zoals mindfulness, ga hardlopen.
Met de regelmaat van de klok verschijnen op de lifestyle-pagina’s van kranten en tijdschriften adviezen als deze, omdat ze uitzicht zouden geven op een gelukkig(er) leven.
Maar de wetenschappelijke bewijzen die voor dat geluksbevorderende effect worden aangevoerd, rammelen, tonen twee Canadese psychologen aan.
Dunigan Folk en Elizabeth Dunn van de University of British Columbia, in het Canadese Vancouver, kamden honderden artikels over geluksbevorderende activiteiten uit, die tot dusver in de psychologische vakliteratuur zijn gepubliceerd.
Ze zochten uit welke ervan een voldoende grote groep mensen hadden bestudeerd om statistisch relevante effecten te ontdekken – als de steekproef te klein is, kunnen resultaten aan het toeval liggen.
Ook turfden ze welke onderzoeken vooraf geregistreerd waren, wat betekent dat onderzoekers van tevoren moesten aangeven hoe ze hun onderzoek zouden gaan uitvoeren.
Op die manier konden ze niet halverwege hun studie het opzet aanpassen, door bijvoorbeeld datapunten die een beoogde conclusie leken te gaan ondermijnen, weg te laten.
Docu over boekbinden
Folk en Dunn vonden bijna vijfhonderd ‘geluksstudies’ in de literatuur, minder dan zestig daarvan voldeden aan een van deze hoge kwaliteitseisen of aan een combinatie ervan.
Zelfs dan waren de bewijzen die ze boden nog steeds zwakker dan je zou mogen verwachten, rapporteren de onderzoekers in het vakblad Nature Human Behaviour.
Wat betreft het geluksbevorderende effect van sporten, vonden de onderzoekers geen enkele studie die én een voldoende grote steekproefgrootte had én vooraf geregistreerd was.
Wel vonden ze een dozijn onderzoeken met voldoende proefpersonen om zinvolle conclusies uit te kunnen trekken.
Vijf van die onderzoeken leverden bewijs dat mensen zich gelukkiger voelen na een enkele keer sporten, ‘maar alleen in vergelijking met saaie activiteiten zoals in stilte op een stoel zitten en foto’s van de omgeving bekijken, of kijken naar een documentaire over archeologie of boekbinden’, schrijven de onderzoekers in het artikel.
Voorts vonden ze vier studies met een voldoende grote steekproefomvang die de hypothese ondersteunen dat tijd doorbrengen in de natuur een mens gelukkiger maakt, maar geen van deze studies was vooraf geregistreerd.
Voor het veronderstelde geluksbevorderende effect van meditatie waren de wetenschappelijke bewijzen evenmin bijzonder overtuigend – slechts één studie met een voldoende groot aantal mensen, maar niet gepreregistreerd, toonde een positief effect van meditatie. Daartegenover stonden twee studies die géén effect aantoonden.
Tijd en geld
De studie zegt niets over de vraag of het advies om meer te sporten, te mediteren of de natuur in te gaan nuttig kan zijn voor mensen met medische problemen zoals een depressie of kanker.
En de onderzoekers beweren evenmin dat zulke adviezen regelrechte onzin zijn voor de grote meerderheid van mensen die geluk najagen zonder dat ze medische problemen hebben.
‘Er is voorlopig alleen niet veel deugdelijk bewijs dat deze strategieën werken’, zei onderzoeksleidster Elizabeth Dunn aan Science News.
‘Terwijl de aandacht in de media ertoe heeft geleid dat de meeste mensen denken dat dit wel het geval is.’
Mensen kunnen daardoor onnodig het gevoel krijgen dat ze gefaald hebben, stelt Dunn.
‘Dat ze gaan denken: “De natuur en meditatie maken iedereen gelukkiger, alleen mij niet.” Terwijl we helemaal niet zo veel bewijs hebben dat de natuur en meditatie mensen effectief gelukkiger maken.’
Daarbij komt, zegt Dunn, dat activiteiten zoals een natuurwandeling maken of mediteren, tijd en inspanning vergen, en soms ook geld.
‘En als iemand die een kind en een baan heeft, kan ik je vertellen dat tijd en moeite niet altijd in supersterke mate voorhanden zijn.’
Slechts voor twee andere adviezen vonden de onderzoekers aanwijzingen dat ze een gelukkig(er) leven kunnen uitlokken: dankbaarheid en sociaal contact.
Het humeur van mensen die hun zegeningen tellen en erop letten om stelselmatig anderen te bedanken wanneer die hun een dienst bewijzen, is doorgaans beter dan van wie dat niet doet, aldus de onderzoekers.
Daarop wijzen twee studies die én bouwen op een voldoende grote steekproef én vooraf geregistreerd waren.
Hetzelfde gold voor wie een ‘sociale strategie’ aanhoudt. Niet binnen blijven zitten, maar contact zoeken met andere mensen, zelfs al zijn dat volslagen onbekenden, verhoogde het welbevinden van deelnemers aan twee gepreregistreerde studies met een voldoende grote steekproef.
Lees ook
Bron: De Standaard