Rouwen – Hoe Leuven een warme herdenkingsplaats gaf aan rouwende ouders

Leuven wil het anders aanpakken met een specifieke kinderbegraafplaats. Beeld Hannes Blockx

Op een begraafplaats voor kinderen hangt altijd verdriet in de lucht, maar de stad Leuven wil met een vooruitstrevend plan meer warmte brengen. Voor ouders die een kind verloren hebben klinkt een herdenkingsplaats met ruimte voor collectieve rouw als muziek in de oren.

Paul Notelteirs – De Morgen


“We willen dat mensen zich hier beter voelen.”

Op de zonovergoten begraafplaats van Leuven beseft deskundige Roel Van Roosbroeck dat zijn woorden wat bevreemdend klinken, maar hij zoekt al lang mee naar manieren om de dood draaglijker te maken.

Jarenlang gingen de hekken rond de begraafplaats om 16 uur op slot, maar de stad Leuven besliste enkele jaren geleden het park de klok rond toegankelijk te maken.

Met een plantenlaboratorium en een troostmuur wil de stad Leuven al langer bijdragen tot een toegankelijkere en warme rouwcultuur, en sinds kort is er ook een andere omgang met graven van kinderen.

In overleg met rouwende ouders werd een nieuwe indeling van de begraafplaats uitgewerkt.

“Vroeger werden kinderen begraven zoals volwassenen, iedereen werd naast elkaar gelegd. Nu willen we het meer op een organische manier doen”, zegt Van Roosbroeck.

De kinderen liggen daarmee verder uit elkaar en tussen de graven staan grote planten, waardoor ouders meer privacy hebben.

In een ideale wereld zouden ouders helemaal niet moeten nadenken over hoe de laatste rustplaats van hun nageslacht eruit moet zien, maar Van Roosbroeck weet uit eigen ervaring hoe belangrijk het is om een geschikte herdenkingsplek in te richten.

Zijn vrouw stond in 2000 op het punt om te bevallen toen een dokter vaststelde dat het hart van hun dochter niet meer klopte.

Na de thuisbevalling kregen ze wel nog de kans om even voor haar te zorgen en zelf een doodskist in elkaar te timmeren.

Die ervaring maakte het verdriet iets draaglijker, al was het op het kerkhof van Leuven toen nog minder evident om de ruimte te claimen om met het verlies om te gaan.

“We kregen geen toelating om van de begraafplaats van onze dochter ook onze eigen plek te maken, want wij wilden het helemaal niet afstandelijk en kil inrichten.”

Eilanden

Voor de herinrichting van de begraafplaats gingen Van Roosbroeck, coördinator Dirk Geuens, landschapsarchitect Joeri Steeno en bevoegd schepen Bieke Verlinden (Vooruit) aan tafel met ouders die een kind verloren.

Samen namen ze de beslissing om het deel waar kinderen liggen een stuk groener en uitnodigender te maken. Er zijn nu banken waar families kunnen samenkomen om iemand te herdenken en de graven zijn als eilanden die kunnen groeien naarmate er meer tekeningen of speelgoed bijkomen.

Beeld Hannes Blockx

Oprichter van het expertisecentrum Verbinding in Verlies en professor psychologie An Hooghe (VUB) gelooft dat zulke gelegenheden om collectief te rouwen belangrijk kunnen zijn om met het noodlot om te gaan.

Op een begraafplaats kunnen mensen niet alleen een connectie met de overledene zoeken, maar ook verbinden met familieleden.

“Als het moeilijk is om over emoties te praten, kan een bezoek aan de begraafplaats toch iets zijn waarmee je toont dat je samen in een rouwproces zit”, vertelt ze.

In het onderhoud van een graf kunnen ouders soms ook een deel van de liefde kwijt die ze niet meer rechtstreeks aan hun kind kunnen geven.

Samen met haar moeder bezoekt Sandra Spitaels (49) uit Appelterre zo elke dag de plek waar haar zoon Glenn (15) begraven is. Ze branden er kaarsen, leggen er verse bloemen neer en zorgen ervoor dat het gras rond de zerk netjes gemaaid is.

“We kunnen fysiek niets meer voor hem doen, maar zo willen we toch nog voor hem zorgen”, vertelt ze.

De begraafplaats speelde ook een belangrijke rol in haar verwerkingsproces omdat de dood van Glenn erg onverwacht kwam. Hij stapte in 2017 uit het leven toen een naaktfoto van hem verspreid werd via Instagram.

“Na zijn overlijden was er niet veel tijd om te kiezen tussen cremeren of begraven, zoiets bespreek je normaal ook niet met je kind. Nu ben ik blij dat hij niet in een urne bij ons thuis staat, ik vind het belangrijk dat er een plek is waar ik en anderen heen kunnen gaan.”

De bloemen en vlinders die de grafzerk van Glenn sieren, fleuren de anders vrij grauwe omgeving op.

Het is geen unicum: wie een willekeurige begraafplaats in Vlaanderen bezoekt, wordt niet zelden geconfronteerd met een onpersoonlijke reeks betonnen grafzerken en een kille sfeer.

Zo divers als mensen tijdens hun leven zijn, zo eentonig lijken de plekken waar ze de eeuwigheid doorbrengen. Zeker klassieke kerkhoven zijn zo weinig sfeervol dat de gemiddelde burger er liever in een wijde boog omheen loopt.

Sandra Spitaels (49) voor het graf van van haar zoon Glenn (15). De bloemen en vlinders fleuren de anders vrij grauwe omgeving op. Beeld Saskia Vanderstichele

Langzaamaan proberen gemeentebesturen daar wel verandering in te brengen. Een begraafplaats is dan niet zomaar een plek om lichamen te stockeren, maar een concrete gelegenheid waar mensen door de jaren heen kunnen nadenken over welke rol overledenen nog in hun leven spelen.

“Een begraafplaats kan ook een mooie plek zijn, het hoeft er niet alleen over de dood te gaan”, zegt Hooghe.

Net daarom is het belangrijk dat er ook ruimte is voor gezamenlijke activiteiten, zoals een picknick.

Naast de grafzerk van Glenn staat nu bijvoorbeeld een fraaie bank waar iedereen die hem wil gedenken even kan uitrusten.

Uitnodigend

Het verdriet om een kind snijdt bijzonder diep. Zodoende is het misschien nog belangrijker dat begraafplaatsen voor jonge mensen enigszins uitnodigend aanvoelen en dat bijvoorbeeld ook jonge broers en zussen zich er comfortabel voelen.

Het is meteen ook een van de redenen waarom alle gestorven kinderen bij elkaar liggen in Leuven en dat ze niet meteen tussen tachtigers of negentigers terechtkomen.

Voor een buitenstaander kan het misschien wat stigmatiserend aanvoelen dat ouders voor de rest van hun leven naar een ‘speciaal’ deel met dode kinderen moeten lopen, maar volgens Hooghe heeft die aanpak wel degelijk een meerwaarde.

“Je hoort weleens dat mensen na de dood van hun kind vrienden verliezen, maar op de begraafplaats kunnen ze ook nieuwe contacten met lotgenoten leggen. Die kunnen zeer waardevol zijn”, zegt Hooghe.

De moeder van Glenn vertelt zo dat ze zelf ook een goede vriendin tussen de grafzerken leerde kennen. Uit een vreselijke ervaring kan zo toch iets troostends groeien.

Uiteraard voelt niet iedere ouder de noodzaak om vaak naar de plek te komen waar het lichaam of de assen van hun kind bewaard worden.

Rouwen is als leven, het valt op oneindig veel manieren te doen.

Naarmate er meer tijd verstrijkt, kan de houding tegenover een begraafplaats bovendien ook veranderen.

In de eerste vijf à zes jaar na de dood van Filip (19) ging er geen dag voorbij zonder dat zijn moeder Monique Hauquier (64) zijn graf bezocht.

“Een begraafplaats zou niet doods mogen zijn”, zegt ze.

Daarom zorgde ze ervoor dat zijn laatste rustplek ook altijd met mooie planten en bloemen bedekt was. Het was voor haar ook een manier om met het harde lot van haar zoon om te gaan.

Veertien jaar geleden kreeg hij op de ochtend van zijn proclamatie in het zesde middelbaar een hartstilstand. Hij werd nog naar het ziekenhuis gebracht en vocht daar vier maanden voor zijn leven, maar door het zuurstoftekort in zijn hersenen was het een ongelijke strijd.

“Een van onze andere kinderen kon er niet mee leven dat Filip gecremeerd zou worden en ik had het er zelf ook moeilijk mee. Hij was een gast van een meter negentig groot, het voelde niet juist om hem in een urne te stoppen.”

De begraafplaats in Stekene voelde voor Hauquier lang aan als de ideale plek om zo dicht mogelijk bij haar zoon te komen, maar na tien jaar was er ook een periode waarin het te zwaar was om er langs te gaan.

“Het voelde zo fout aan om mijn eigen kind daar te bezoeken, hij had hier gewoon nog moeten zijn”, vertelt Hauquier.

Een bezoek aan het graf voelde dan als een rechtstreekse confrontatie met de verloren jaren van haar zoon die zoveel plannen had en nooit de kans kreeg om ze uit te werken.

Na die periode kreeg Hauquier het idee om het stoffelijk overschot van Filip op te graven en te cremeren. De assen zou ze dan samen met haar familie verspreiden over mooie plekken in de wereld, maar haar dochter voelde zich niet comfortabel bij die gedachte.

Uiteindelijk heeft Hauquier de rol van de fysieke grafzerk zelf ook weer meer leren appreciëren.

“Ik mis alles aan Filip. Dat kan ik niet terughalen door hem te laten cremeren en zijn assen in een urne op de kast te zetten. Bovendien zou ik anderen zo de kans ontnemen om hem makkelijk te bezoeken”, vertelt ze.

De kinderen van Filips broer en zus laten nu bijvoorbeeld tekeningen achter voor de nonkel die ze nooit kenden en af en toe vindt Hauquier nieuwe bloemen bij de zerk zonder dat ze weet wie die achterliet.

Het plan om delen van hem in de wereld achter te laten, werd op een andere manier vormgegeven.

Familieleden die op reis gaan, schrijven zijn naam in het zand van exotische stranden of vormen hem met bloemen. Zo is de tiener onrechtstreeks toch op de plekken die hij zelf nooit kon bezoeken.

Sterrenkinderen

De moeder van Filip heeft bewondering voor de Leuvense aanpak en heeft ook lof voor de manier waarop de stad met sterrenkinderen omgaan. Zij krijgen voortaan een plek tussen de graven van de iets oudere kinderen.

Het is een grote en belangrijke stap, want Van Roosbroeck herinnert zich nog dat er aan het begin van de eeuw niet altijd aandacht voor de herdenking van stilgeborenen was.

Ondanks de vooruitstrevende houding van de Leuvense bewindvoerders, ligt de erkenning van sterrenkinderen in ons land nog altijd behoorlijk gevoelig.

Pas na 140 dagen zwangerschap kan een levenloos kind wettelijk aangegeven worden en een voornaam krijgen, een akte van overlijden is pas aan te vragen als de moeder minstens 24 weken zwanger was.

Sinds dit voorjaar is er wel een sterrenregister voor baby’s die binnen de twintig weken na de bevruchting stierven, maar daar zijn geen juridische voorwaarden aan gekoppeld.

“Niet-erkend verlies is bijzonder pijnlijk, steden en gemeenten moeten ervoor zorgen dat kinderen die vroeg in de zwangerschap overlijden toch een plekje krijgen”, vertelt Hooghe.

De beslissing om sterrenkinderen bij de iets oudere overledenen te leggen, kwam er volgens Van Roosbroeck omdat er pijnlijke situaties waren.

Sommige sterrenouders die in een ivf-traject zaten en meerdere kinderen verloren, moesten afhankelijk van de wettelijke erkenning schipperen tussen de klassieke kinderbegraafplaats en de sterrentuin.

“Door de nieuwe aanpak valt dat probleem weg en we weten nu ook telkens precies waar ieder sterrenkind begraven ligt.”

De empathische houding van het team in Leuven leverde hen al de titel Warmste Begraafplaats van Vlaanderen op.

Van Roosbroeck hoopt dat anderen geïnspireerd kunnen raken door hun verhaal en werkt aan een lessenpakket waarin hij zijn bevindingen deelt.

De fijngevoeligheid zou alvast een groot verschil kunnen maken voor wie met een groot verdriet als het verlies van een kind geconfronteerd wordt.

“Het verdriet wordt minder rauw, maar het gemis groeit door de jaren heen”, zegt de moeder van Glenn.

“Afval kan je verwerken, maar verdriet niet. Je moet op een andere manier leren leven en proberen om je kind op een andere manier dichtbij je te houden.”

Een fijne laatste rustplaats die op een weloverwogen manier ingericht is, kan de slepende jaren van gemis daarom enigszins draaglijker maken.


Leuven wil het anders aanpakken met een specifieke kinderbegraafplaats. Beeld Hannes Blockx
Leuven wil het anders aanpakken met een specifieke kinderbegraafplaats.
Beeld Hannes Blockx

Lees ook


Bron: De Morgen

Welkom op Facebook

Naar de website


Scroll naar boven