Tom Heremans steekt zijn nek uit en vraagt zich af hoelang Karel Verhoeven nog op zijn stoel kan blijven zitten.
Tom Heremans – De Standaard
Beste politici,
Mijn naam is Tom en sinds 2000 ben ik als journalist vast in dienst bij De Standaard.
Met deze open brief, die vandaag naar alle media wordt verstuurd en die ik tevens op al mijn socials plaats, wil ik de gang van zaken aanklagen op de redactie van De Standaard.
Net zoals veel collega’s blaakte ik jarenlang van trots om te kunnen zeggen: “Ik werk voor De Standaard.” Van die trots schiet tegenwoordig bitter weinig over.
De kentering kwam er, dat zag u al van ver aankomen, nadat Peter Vandermeersch in 2010 afscheid had genomen als hoofdredacteur van deze krant.
Sindsdien is het steil bergaf gegaan met de toxische sfeer op de redactie.
En toen ik onlangs las hoe levendig het er tegenwoordig aan toegaat bij de openbare omroep en hoeveel aandacht wij daar dan ook nog eens zelf aan besteden in onze kolommen, is er iets in mij geknakt.
Voor het eerst in al die jaren ben ik als een baby beginnen te huilen voor het bedrijf waarvan ik mezelf nochtans had wijsgemaakt dat ik er al lang emotioneel afstand van had genomen.
Ik wil hier daarom, in een laatste poging om te redden wat er te redden valt, in de scherpste bewoordingen het totale gebrek aan toxisch leiderschap in dit bedrijf aan de kaak stellen.
Dat is nu al veertien jaar aan de gang en heeft zich als een olievlek over de redactie verspreid.
Werkelijk alles verloopt hier op een menselijke, beschaafde manier, het is om hoorndol van te worden.
Om maar het recentste voorbeeld te geven: laatst waren in de hightech espressomachine alleen de milde varianten zonder melk beschikbaar en bleken in de snoepautomaat de vakjes van de Snickers (code 943) en de M&M’s (code 946) leeg.
Op elke zichzelf respecterende redactie zou zoiets tot een opstand leiden, hier passeert dat geruisloos.
Alles passeert hier geruisloos.
Ik zit deze open brief te schrijven op de redactie (wat eigenlijk niet mag, wegens oneigenlijk gebruik van bedrijfsmateriaal, maar dat wordt allemaal door de vingers gezien) en het enige wat ik kan horen is het getik van mijn vingers op het toetsenbord.
Het is hier muisstil, hoewel er meer dan zestig man op de vloer zit. Geen hoogoplopende discussies, geen rinkelende telefoons, niets.
Wie ooit de film All the president’s men zag, weet hoe het er op een krantenredactie aan toe hoort te gaan: dat moet zoemen als een wespennest, telefoons moeten rinkelen, ruzie moet gemaakt worden, deadlines overschreden.
Niets van dat alles bij De Standaard.
De redactievergaderingen? Theekransjes. Complimentjes alom, zelfs voor de slechtste stukken. Nieuws gemist? Kop op, jongens en meisjes, morgen is er weer een dag. Heeft de eindredactie weer de goorste stommiteiten laten staan? Ach, het moet ook altijd zo snel gaan.
Natuurlijk zitten ook op onze redactie enkele lastige mensen. Ik zal geen namen noemen, maar ze hebben niet toevallig allemaal een verleden bij De Morgen, behalve Steven De Foer dan.
Bij De Morgen zijn ze allemaal lang geleden aan de deur gezet omdat ze wel een grote bek opzetten, maar voor de rest te lui zijn om hun laptop op te heffen. Hier blijven ze zitten tot aan hun pensioen. Sommigen blijven hier zelfs daarna nog zitten. Dat wordt allemaal gedoogd.
Beste politici, een echte krantenredactie haalt haar energie uit conflict, botsende meningen, dwarsliggerij.
De redactie van De Standaard haalt haar energie uit gezellige samenkomsten op de middag, waar gekeuveld wordt bij zelfgebakken rabarbertaart. Verorberd met een vorkje.
Er is één lichtpunt: men is zich bewust van het probleem. Er is daarom enige tijd geleden besloten een bruggenopblazer aan te stellen, een intrigant, iemand die tweedracht kan zaaien op de vloer, iemand die twee stenen met elkaar kan laten vechten.
Er zijn al enkele kandidaten gepolst, maar er komt niet echt schot in de zaak.
Kris Hoflack en Siegfried Bracke hebben bedankt voor de eer.
Jörgen Oosterwaal werd ook gepolst, maar die laat in Apache weten “niet zo geïnteresseerd te zijn in De Standaard”.
Ook Apache hoofdredacteur Karl van den Broeck kreeg een uitnodiging, maar die heeft niet gereageerd.
Gwendolyn Rutten hapte wel toe, maar ze nam alweer ontslag voor ze goed en wel begonnen was. Iets met Aarschot. Ze was ook boos omdat we haar niet als eerste hadden gepolst.
Daarna dacht ik: waarom vragen ze het eigenlijk niet aan mij? Dat bewijst toch dat het hen niet echt menens is? Dat ze niet echt verandering willen?
Er is natuurlijk maar één man voor dit alles verantwoordelijk: Karel Verhoeven.
Onder geen enkele hoofdredacteur in de geschiedenis van De Standaard waren dit soort praktijken denkbaar: inspraak, overleg, empathie, geduld, welvoeglijkheid, kortom: alles wat een redactie kan missen als kiespijn.
Hoe is het in godsnaam mogelijk dat Verhoeven nog altijd op die stoel zit?
Beste politici, u denkt nu wellicht dat het van mij veel moed vereist om deze open brief te schrijven en te verspreiden.
Dat mijn toekomst bij De Standaard wel erg onzeker moet zijn, nu ik zo snoeihard van leer ben getrokken en de vuile was heb buiten gehangen.
U dwaalt. Ik hoef geen represailles te vrezen, zo werkt dat hier niet. Al negen jaar ben ik trouwens voor De Standaard een coming-of-old-age-reeks aan het schrijven over onze complexe samenleving. Het is mijn levenswerk.
Daar ga ik gewoon mee door tot aan mijn pensioen. En misschien daarna ook nog.
Lees ook
Overzicht
Lees meer berichten in deze categorie
Bron: De Standaard