Een baksteen in je maag is één ding, een hoop bakstenen in je hart is iets anders. Een huis is voor veel mensen een vat vol herinneringen en emoties. Er afscheid van nemen is dan even moeilijk als een pleister van een wonde trekken, weet Anne Mijnbeek.
Anne Mijnbeek – De Standaard
20 februari 2025
Leestijd: 5 min
Naast de achterdeur van het huis staan opa’s klompen. Ze zijn met leer bekleed. Aan de kapstok hangt zijn petje, dat door de zon vergeeld is. Op de eettafel ligt de krant opengeslagen. Opa’s favoriete koffiemok staat er rechtsboven. Naast de krant liggen zijn leesbril, en een pen voor het onderstrepen van zijn favoriete series op de televisiebladzijden.
Alles in het huis voelt alsof hij er nog is, alsof hij even naar het toilet is en zo direct weer verder gaat met de krant te lezen. Maar dat is niet zo.
Opa is in november overleden.
De klompen zijn er neergezet, net als de krant op de eettafel is gelegd, om de indruk te wekken dat het huis nog bewoond is. Maar het is een oude krant en in opa’s mok heeft al maanden geen koffie gezeten.
Mijn opa en oma hebben bijna hun hele huwelijk in het huis gewoond, welgeteld 65 jaar. Op de laatste twee maanden van mijn oma’s leven na. Toen werd haar dementie te erg en ging ze naar een verzorgingstehuis met gespecialiseerde zorg. In augustus 2024 overleed ze, in november opa ook. Maar in het huis voelt het alsof ze er nog zijn.
Dat komt ook omdat mijn familie dat gevoel in stand houdt. Die scène van eerder is door mijn familie gecreëerd.
Af en toe verwisselt mijn tante de krant voor een iets recenter exemplaar. Elke ochtend doet iemand van de familie de gordijnen open, elke avond doet iemand ze weer dicht. De lampen in het huis zijn op een automatische timer gezet. Het is een groot toneelspel om de schijn van levendigheid in het huis op te houden.
Voor de buitenwereld, zo verantwoorden we het, maar stiekem ook om de situatie voor
onszelf te verzachten.
Mijn grootouders hadden, zoals ook af te leiden valt uit de duur van hun huwelijk, een zeer respectabele leeftijd toen zij overleden.
Als familie hielden we er al even rekening mee dat ze er misschien niet lang meer zouden zijn. Maar dat we dan ook afscheid zouden moeten nemen van het huis waar onze familie geschiedenis ligt, daar had niemand van ons bij stilgestaan.
Alles blijft levend
Veel mensen wonen niet hun hele leven op dezelfde plek, laat staan in hetzelfde huis. Mensen gaan kleiner wonen wanneer hun kinderen het huis uit zijn, verhuizen naar een appartement wanneer ze het onderhoud van hun tuin niet meer bij kunnen houden, of gaan naar een rusthuis waar ze de nodige ondersteuning krijgen.
Hoe dan ook, er komt ergens tussendoor wel een moment dat er een grote schoonmaak plaatsvindt, dat alle artefacten van iemands leven door de handen gaan en gecureerd worden. Binnenkort moet dus ook onze familie 65 jaar geschiedenis in één keer gaan opruimen.
“Sterven is verhuizen van de buitenwereld naar het hart van iedereen die van je houdt”, stelt rouwexpert Manu Keirse in zijn boek
Rouwen is liefde.
Het huis van mijn grootouders laat nu nog zien hoe hun leven in de buitenwereld geweest is.
Om in de beeldtaal van Keirse te blijven:
Opa en Oma zijn al ingetrokken in hun nieuwe huis, maar hun spullen zijn nog niet meeverhuisd.
Het is een stilleven uit de laatste periode van het leven. Zolang het koffiekopje nog op tafel staat en de klompen nog naast de achterdeur staan, voelt hun overlijden niet als iets definitiefs. Het huis houdt mijn grootouders nog eventjes in leven en het afscheid kan nog even worden uitgesteld.
Het zal straks voelen als de laatste aflevering van Friends, waar het zestal voor de laatste keer in Monica en Rachels appartement staat. Nog één laatste keer kijken ze om zich heen. Alles dat ze er hebben meegemaakt flitst weer voorbij. Dan stappen ze naar buiten en trekken ze de voordeur achter zich dicht, een definitief einde van dat leven.
Die laatste krant die nog op de eettafel lag, zal onvermijdelijk in de papierbak eindigen en niet vervangen worden. Maar ik had zo graag nog een keer de krant op de eettafel verwisseld voor het exemplaar waarin dit artikel staat.
Dat ik nog een keer verse koffie in opa’s mok zou kunnen schenken. Dat hij een slok neemt en zijn leesbril op het puntje van zijn neus zet. Zo graag zou ik nog een keer tegenover hem zitten terwijl hij het artikel aandachtig leest, waarna hij opkijkt en zegt:
“Mooi gedaan, meisje.”
Afscheid nemen van een persoon doe je nooit helemaal. De mensen waarvan je houdt zullen altijd een plekje in je hart hebben. Maar op de fysieke plaats die in je hoofd zo onlosmakelijk verbonden is met die dierbaren, zal vroeg of laat een ander aan hun eigen geschiedenis
gaan schrijven.

Meer gedachten bij het leven
leest u op de blog

Bron: De Standaard