De federale onderhandelaars stonden veel verder dan gedacht met een budgettaire miljardenbesparing. Zo waren er al flinke besparingen op asiel en pensioenen afgesproken.
Jan-Frederik Abbeloos – De Standaard
Door alle discussies over de fiscale hervorming waarover de federale formatie struikelde, raakte die andere miljardenoefening, de budgettaire sanering, wat op de achtergrond.
Nochtans moesten de formerende partijen – de N-VA, MR, Les Engagés, Vooruit en CD&V – 27,5 miljard euro vinden tegen 2029 om te voldoen aan de Europese eisen.
De helft van de inspanning zou daarbij gehaald worden via het verhogen van de werkzaamheidsgraad en de productiviteit – een erg ambitieuze veronderstelling – maar nog eens de helft, een kleine 14 miljard euro, via een ‘klassieke sanering’, lees: een besparingsoefening.
Tot nog toe werd vermoed dat de onderhandelaars dat deel van de oefening angstig voor zich uitgeduwd hadden. Er lekte in elk geval niets van naar buiten.
Maar het Nieuwsblad en De Standaard konden de budgettaire tabel inkijken, zoals ze bij het afspringen van de onderhandelingen op tafel lag.
Een consensus over alle elementen was er daarbij nog niet, maar de marsrichting van de coalitie blijkt er duidelijk uit.
Werkloosheid inperken
Daarbij is er een aantal evergreens, zoals de opgedreven strijd tegen de fiscale en sociale fraude, goed voor 1,5 miljard euro, maar er werd ook een pak ideologisch beladen keuzes gemaakt.
Zo moet de beperking van de werkloosheidsduur tot maximaal twee jaar, samen met enkele andere aanscherpingen van het systeem, liefst 1,7 miljard euro opbrengen.
Het is budgettair meteen de meest renderende maatregel die de coalitie plant.
En ook op de uitkeringen voor langdurig zieken wil de coalitie 362 miljoen besparen, ondanks de prognoses dat het aantal langdurig zieken nog zal stijgen. Een forsere responsabilisering van de werkgevers én werknemers moet dat keren.
Ook gevoelig: de loonindexering wat afremmen, onder meer door fossiele brandstoffen minder te laten doorwegen in de gezondheidsindex. Dat moet 600 miljoen opbrengen.
Ontwikkelingshulp halveren
Bespaart de coalitie zo 2,9 miljard euro op wie (niet) werkt, dan bespaart ze nog ruim 1,8 miljard euro op de overheid zelf, vooral door een lineaire besparing op het overheidspersoneel en de werkingskosten van telkens 2 procent per jaar, goed voor samen 643 miljoen euro.
Een belangrijke kanttekening daarbij is dat de politie en andere veiligheidsdepartementen de dans ontspringen.
Er wordt ook stevig geknipt in de federale subsidies en de domeinen waaraan ook de regio’s al geld uitgeven.
Zo worden de federale budgetten voor ontwikkelingssamenwerking en wetenschapsbeleid simpelweg gehalveerd.
Symbolisch niet onbelangrijk: de politiek bespaart ook op zichzelf, met het bevriezen van de partijdotaties, het afschaffen van de Senaat, het beperken van de kabinetten en het bevriezen van de dotaties van het Koningshuis en de Kamer. Samen 151 miljoen.
Welvaartsenveloppe halveren
Om de stijgende pensioenkosten te counteren, bevatte de supernota van De Wever een hele catalogus van maatregelen om mensen langer te laten werken, waarbij de pensioenmalus het meeste opviel.
Ook het aantal gelijkgestelde perioden – waarbij iemand niet werkt, maar toch pensioenrechten opbouwt – worden flink ingeperkt tot periodes van ziekte, zwangerschap of zorg voor anderen.
Alles samen wil de coalitie 2 miljard euro besparen op de pensioenen, al is dat bedrag nog niet concreet verdeeld over de te nemen maatregelen.
Opvallend: de groeinorm in de gezondheidszorg zou eerst wat zakken, om daarna opnieuw naar 3 procent te klimmen, hoger dan vandaag. Die besparing is dan ook klein: 170 miljoen.
Ook de welvaartsenveloppe, die gebruikt wordt om de sociale uitkeringen te verhogen, zou nog slechts voor de helft uitgekeerd worden, maar dan wel exclusief voor de pensioenen en bijvoorbeeld niet voor werkloosheidsuitkeringen.
Een besparing van meteen 1,4 miljard euro, die vooral past in de N-VA-filosofie dat de uitkeringen al voldoende gestegen zijn tijdens de vorige legislatuur en de kloof tussen werken en niet-werken te klein werd.
Besparen op leefloon nieuwkomers
Een laatste grote besparing die in de sterren geschreven stond, is die op asiel en migratie, zelfs voor 1,58 miljard euro tegen 2029.
Bijna een miljard daarvan wordt gehaald bij de nieuwkomers zelf, die vijf jaar zouden moeten wachten op een leefloon, dat bovendien omgevormd wordt tot een vorm van integratiesteun – een voorstel uit het verkiezingsprogramma van Vooruit.
De Vlaamse socialisten spraken bij de voorstelling ervan tegen dat ze zo geld afnamen van nieuwkomers – want wie zou er niet willen integreren? – maar de maatregel moet toch 300 miljoen euro opbrengen.
Nog besparing op asiel: een efficiënter terugkeerbeleid (150 miljoen) en een beperking van het aantal opvangplaatsen tot wat nodig is volgens de Europese normen (469 miljoen).
Extra’s voor defensie
Maar de tabel voorziet ook in 2,6 miljard extra investeringen, voor politie- en veiligheidsdiensten (500 miljoen) en voor bijna 2 miljard euro aan defensie, wat de totale defensie-uitgaven tegen 2029 op 1,8 procent moet krijgen.
En dan is er dus nog de veelbesproken fiscale hervorming van zo’n 9 miljard euro waarvan 3 miljard euronog niet gefinancierd is.
Tel die investeringen en de 3 miljard euro tax cut bij de goed 14 miljard euro van de sanering die niet gezocht wordt, maar waarvoor men op terugverdieneffecten hoopt, en je landt op een gat van 19,6 miljard euro waar eigenlijk geen inkomsten voor uitgetekend staan.
Een bewuste, maar erg gewaagde operatie.
Correctie: in een eerdere versie van dit stuk werd er abusievelijk gesproken over het “meer laten doorwegen” van fossiele brandstoffen in de gezondheidsindex om de loonindexering af te remmen. Dat moest “minder laten doorwegen” zijn.
Lees ook
Bron: De Standaard