Reuzegom – Twee cruciale vragen blijven onbeantwoord


Niemand zou Sanda Dia (20) op dag twee in Vorselaar een ­dodelijke hoeveelheid vissaus toegediend hebben. En niemand zou voordien in ­Leuven gelogen hebben tegen een professor geneeskunde die zag hoe slecht Dia eraan toe was en ermee dreigde om de politie te bellen. ‘Het collectieve geheugenverlies is wel héél opvallend’, stelt advocaat Sven Mary.

Pieter Huyberechts – De Standaard


    1. Wie zei wat tegen de professor geneeskunde?

    ‘De doop is voorbij, we gaan binnenkort huiswaarts.’ Met die boodschap stuurden de Reuzegommers in de ochtend van 5 december 2018 een professor geneeskunde huiswaarts. De vrouw is verbonden aan de KU Leuven, maar werkt ook in Bazel.

    Die ochtend was ze gaan fitnessen toen ze in de garagebox haar wagen ophaalde. Voor haar, knielend op de grond: drie schachten met de hoofden naar beneden. Ze stelde vast dat de middelste jongen, Sanda Dia, er heel beroerd aan toe was.

    Ze vroeg de Reuzegommers of alles wel oké was. Hun antwoord luidde dat de doop bijna voorbij was en dat de bende gewoon een hele zware nacht had gehad.

    De professor reed weg, maar keerde vrijwel meteen op haar stappen terug. Ze vroeg om de drie schachten, zeker Sanda Dia, goed te checken en dreigde er volgens haar latere verklaring mee om de politie te bellen.

    Ze gaf de Reuzegommers de raad om de schachten naar bed te sturen en hun toestand nogmaals te verifiëren voor het slapen. Daarop loog een van hen dat hij een ­medische achtergrond had.

    De professor reed weg, waarna het zwaarste deel van de doop begon. Tot vandaag is de vrouw van de kaart door wat er gebeurd is.

    Na de ondervraging van de achttien Reuzegommers viel op dat niemand toegeeft dat letterlijke ­gesprek met de professor te hebben gehad. Het Openbaar Ministerie twijfelt echter niet aan haar verhaal.

    Uit alle getuigenissen blijkt dat alvast Sondage (A.V.) en Pronker (V.K.) met de vrouw spraken. Ze blijven echter op de vlakte over wat ze precies zeiden. Of ze hebben gelogen? Dat kan niemand zich herinneren.

    Schachtentemmer Janker ontkent dan weer dat hij aan de garagebox was. ‘Ik was even naar het kot.’

    2. Wie diende de vissaus toe?

    Een tweede cruciale vraag gaat over de vissaus. Er is met zekerheid een grote ­bidon aangekocht, waarin meer dan vier liter vissaus zat.

    Hoeveel daarvan precies op 4 en 5 december 2018 in de monden van de drie schachten is beland, blijft tot vandaag onduidelijk.

    Volgens het Openbaar Ministerie opereerden de Reuzegommers aan de put als groep en zijn ze dus allen schuldig aan alle kwalificaties

    Zeker is dat ingenieursstudent Sanda Dia het equivalent van 114 gram zout in zijn lichaam had. Een dodelijke dosis die nog nooit gemeten was in het Universitair Ziekenhuis Antwerpen.

    ‘Het toedienen van schadelijke stoffen met de dood tot gevolg’ is vooralsnog dan ook de voornaamste kwalificatie. Alleen schacht Christof gaf gisteren toe dat hij een deel van de ­bidon stiekem heeft weg­gegoten.

    Ondanks de achttien ondervragingen van de Hasseltse rechtbankvoorzitter is er dus nog steeds geen antwoord op de vraag wie de vissaus nu effectief aan Dia heeft toegediend.

    Volgens het Openbaar Ministerie opereerden de Reuzegommers aan de put als groep en zijn ze dus allen schuldig aan alle kwalificaties. Sommigen geven wel toe een papje te hebben geprepareerd waarin vissaus vermengd zat.

    Het Openbaar Ministerie lijkt schachtentemmer Janker te beschouwen als een van de protagonisten.

    De burgerlijke partijen koesteren – ondanks een expliciete ­oproep van het Openbaar Ministerie ‘om de omerta alsnog te doorbreken’ – alvast weinig illusies.

    ‘We kunnen dat collectieve geheugen­verlies enkel vaststellen’, zei advocaat Sven Mary.


    Openbaar Ministerie houdt strafmaat aan

    Het Openbaar Ministerie ziet geen reden om de gevorderde straffen voor de achttien leden van Reuzegom aan te passen na de opmerkingen van de rechtbankvoorzitter maandagavond.

    De procureur had nog maar net gevangenisstraffen van achttien tot zestig maanden, geldboetes en ontzettingen uit de rechten gevorderd, toen de voorzitter liet weten dat haar rechtbank enkel bevoegd was om te oordelen over de tenlasteleggingen waarvoor ze door de raadkamer naar de rechtbank zouden zijn verwezen.

    Daaronder vielen, volgens de rechtbank, niet de gebeurtenissen en handelingen tijdens de rozenverkoop en afzuip in Leuven. Volgens het Openbaar Ministerie is de rechtbank wel degelijk bevoegd om over de feiten in Leuven te oordelen omdat in de verwijzingsakte alleen voorlopige kwalificaties zijn voorzien. ‘

    De beklaagden werden verwezen onder de hoogst mogelijke kwalificaties, maar die kunnen worden aangepast zolang de continuïteit van de feiten niet wordt gewijzigd. Eventuele verzachtende omstandigheden blijven natuurlijk ook gelden bij een aanpassing.’

    Volgens het Openbaar Ministerie slaan de tenlasteleggingen die voorliggen op zowel de (voorbereidende) handelingen in Leuven, als die in Vorselaar, zolang ze betrekking hebben op de doopactiviteiten die de dood van Sanda Dia en de verwondingen van de twee andere schachten hebben veroorzaakt.

    De procureur overliep alle tenlasteleggingen en kwalificaties en kwam tot de conclusie dat de rechtbank wel degelijk bevoegd is om te oordelen over alle tenlasteleggingen die slaan op mensonwaardige handelingen die de drie schachten moesten ondergaan en de inbreuken op de dierenwelzijnwet die daarbij gepaard gingen. De zaak wordt volgende maandag voortgezet. (belga)


    Volgens het Openbaar Ministerie opereerden de Reuzegommers als groep.  rr

    Lees ook


    Bron: De Standaard

    Naar Facebook

    Naar de website


    Scroll naar boven