Niemand wordt vrolijk van het laatste rapport van de Europese klimaatdienst Copernicus en de VN-weerorganisatie WMO. Valerie Trouet, klimaatwetenschapper aan de Universiteit van Arizona (VS) en auteur van Wat bomen ons vertellen.
Valerie Trouet – De Morgen
Misschien is het een gepast moment om nog eens een verhaal te vertellen. Het is een waargebeurd verhaal, voor zover we dat wetenschappelijk kunnen achterhalen.
Er was eens, lang, lang geleden, een groot en machtig rijk: het Romeinse Rijk. Het was meer dan duizend jaar lang het machtigste rijk ter wereld en spreidde zich uit over drie continenten.
De Romeinen waren een trots volk en gebruikten de slagzin Senatus Populusque Romanus – afgekort als SPQR en te vertalen als ‘De Senaat en het Volk van Rome’ – als de officiële naam van hun rijk op monumenten, munten, en documenten.
De trotse Romeinen zagen graag over het hoofd dat ze hun rijkdom aan cultuur, infrastructuur, onderwijs, oorlogsvoering en politiek niet alleen te danken hadden aan hun eigen vernuft.
De hoogdagen van het Romeinse Rijk vonden namelijk plaats tijdens het Romeinse klimaatoptimum van ca. 300 v.Chr. tot 200 n.Chr.
Het opvallend milde en stabiele klimaat tijdens die periode hielp de Romeinse agrarische economie om te floreren, de bevolking om voorspoed te kennen, en het rijk om zich uit te breiden.
Al snel barstte het Romeinse Rijk uit zijn voegen en in 285 n.Chr. werd het opgesplitst in een oostelijk en een westelijk deel, waardoor het aan kracht inboette en zijn innerlijke samenhang verloor.
Tot overmaat van ramp kwam er ook een einde aan het klimaatoptimum, dat plaats ruimde voor drie eeuwen aan klimaatinstabiliteit.
In die periode van afwisselend droge en natte decennia, vergezeld van uitzonderlijk koude zomers, viel het West-Romeinse Rijk uit elkaar.
Maar correlatie is natuurlijk geen causatie en als je als wetenschapper wil postuleren dat een grillig klimaat bijdroeg aan de desintegratie van een machtig rijk, dan moet je dat kunnen staven met realistische scenario’s.
Het meest evidente scenario is dat het onbetrouwbare hydroklimaat en de lage temperaturen nefast waren voor de landbouw en dus voor de economie van het Romeinse Rijk.
De geografische diversiteit en de sociale en technologische innovaties van het rijk boden weliswaar een buffer tegen de gebruikelijke nukken van het weer, maar waren niet opgewassen tegen grootschalige klimaatveranderingen.
Daarnaast was de laat-Romeinse samenleving topzwaar en voedde een relatief klein boerenbestand een grote natie van stedelingen en soldaten.
In magere jaren was het vooral de plattelandsgemeenschap die het meeste hongersnood te verduren had, wat de landarbeid verlamde en de landbouw productiviteit nog meer deed dalen.
En alsof dat nog niet erg genoeg was, was de laat-Romeinse samenleving niet alleen topzwaar, maar ook genotzuchtig.
De beste landbouwgronden werden gereserveerd voor winstgevende gewassen zoals druiven en olijven, terwijl hoofdgewassen zoals tarwe en gerst naar marginale gronden werden verdreven.
Het wisselvallige klimaat oefende onevenredig veel invloed uit op die marginale gronden, wat leidde tot een nog sterkere daling van de landbouwproductiviteit.
Natuurlijk speelden ook andere factoren een rol bij de val van het West-Romeinse Rijk, maar dat is een verhaal voor een andere dag.
Denk vandaag eerst maar na over de mogelijke gevolgen van de combinatie van een elitaire, topzware, en genotzuchtige samenleving – SPQR – met klimaatverandering.
Daarvoor hoeft u vast niet ver te kijken
Valerie Trouet
- 1974: Geboren in Heverlee
- 1999: Bio-ingenieur (UGent)
- 2004: Doctor in de bio-ingenieurwetenschappen (KU Leuven)
- 2007-2010: Verbonden aan het Zwitserse Federale Instituut voor Bos-, Sneeuw- en Landschapsonderzoek, het meest prominente jaarringlab van Europa
- 2011: Assistent-professor aan de University of Arizona
- 2016: Medeontdekker van Adonis, de oudste levende boom van Europa
- 2020: Gewoon hoogleraar paleo-klimatologie aan de University of Arizona.
- Publiceert Wat bomen ons vertellen
- 2023: Directeur van het Belgische klimaatcentrum
Lees ook
Bron: De Morgen