Het verdeelde land – Historicus Rolf Falter schrijft ultiem boek over België


Historicus Rolf Falter fileert 200 jaar taalstrijd en communautaire problemen in een vuistdik boek – wellicht het belangrijkste geschiedenisboek over België van 2025. “Als De Wever zich niet langer kan afzetten tegen een links Wallonië, is hij zijn ‘fonds de commerce’ kwijt.”

Bart Brinckman – De Standaard

30 april 2025

Leestijd: 14 min


“Wat gaan we als Vlamingen meer hebben als we van de Walen zijn verlost?”

Rolf Falter
Historicus


Rolf Falter (1958) is historicus. Hij werkte als politiek journalist en adviseur van verschillende politici. Eerder verscheen van hem 1830. De scheiding van Nederland, België en Luxemburg (2005) en 1302. Het jaar van de mythe (2023).


In de Wintertuin, het oudste deel van de Koninklijke Serres, ontving koning Filip afgelopen dinsdag Belgische en buitenlandse media. Na een korte toespraak nam hij samen met koningin Mathilde een bain de foule.

Te midden van de subtropische vegetatie keuvelde het echtpaar erop los – met respect voor het apolitieke keurslijf.

Zou België ooit hebben kunnen bestaan zonder dat vorstenhuis?

In Rolf Falters nieuwe boek Het verdeelde land. België 1830-2025 spelen koningen zelden de hoofdrol.

Toch stelt Falter scherp op die ene Filip.

“Als koning maakte hij de omwenteling door Bart De Wever vanaf 2014 serieus te nemen en hem zijn kans te gunnen.

“Tijdens de jongste formatie schermde hij de N-VA-voorzitter zelfs af door te verhinderen dat MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez een triomfronde liep. Filip herstelt de verstoorde relatie met de Vlaamse beweging. (grijnst)

De Wever moet haast vrezen dat de vorst hem te veel omarmt.”

Het blijft de ultieme paradox, een Vlaams-nationalist als eerste minister.

Falter: “Kan iemand zich voorstellen dat de Schotse politica Nicola Sturgeon Downing Street 10 binnenwandelt, of de Catalaanse separatist Carles Puigdemont premier van Spanje wordt?

“In België is dat logisch, we zijn de enige staat ter wereld waar de meerderheid zich van de minderheid wil afscheiden.

“En als die meerderheid nationalistisch stemt, wordt het premierschap de grootste fractie in de schoot geworpen.”

Falter, historicus en voormalig journalist (onder meer bij De Standaard), werkte ook als Europees informatieambtenaar.

“In 2014 stapte de N-VA voor het eerst in een regering, met de bevoegdheden Defensie en Binnenlandse Zaken. Mijn collega’s waren verbijsterd, zij kennen hun geschiedenis.

“Na de oorlog waren de communisten in Oost-Europa steeds op het leger en de politie uit, dan konden ze de boel overnemen.

“Vervolgens vertelde minister Jan Jambon met een uitgestreken gezicht dat hij een onafhankelijk Vlaanderen voorstond. Maar het punt stelde zich niet, de bevolking was tegen. Mijn collega’s vonden dat hilarisch.”

Met de dag lijkt dat separatistische artikel in de N-VA-statuten meer en meer een folkloristisch relict uit het verleden.

In zijn boek legt Falter haarfijn uit hoe de Duitse bezetter tijdens de Eerste Wereldoorlog dat zaadje voor het eerst plantte. Zo wilde de bezetter de Vlamingen tegen Wallonië en het idee van België opzetten.

Niet dat die “activisten” echt een rol van betekenis speelden, de weerzin tegen het beestachtige gedrag was daarvoor te groot. Maar het idee zou nooit meer verdwijnen.

En wij dachten dat het de schuld was van Jules Destrée. In zijn open brief ‘Sire, Il n’y a pas de Belges’ bepleitte hij een administratieve scheiding.

“De socialist wilde vooral het oproer in goede banen leiden. In 1912 raakte tegen de verwachtingen in de katholieke meerderheid niet gebroken, in Wallonië braken spontane stakingen uit.

Destrée zag een opportuniteit en lanceerde het idee van een administratieve scheiding, weg van dat dat katholieke Vlaanderen.”

“Na Groot-Brittannië brak de industriële revolutie het eerst in Wallonië door. Maar dat ging gepaard met een gruwelijke vorm van uitbuiting, we kunnen ons de ellende van de Borinage niet voorstellen.

“Als arbeiders in opstand kwamen, sloegen ze de boel kort en klein. Vervolgens schoot de rijkswacht een dozijn of wat dood.

“Socialisten wisten als geen ander dat je na zo’n explosie de luchtverplaatsing moest kanaliseren naar een politiek doel. Met het algemeen stemrecht was dat gelukt.

“De actie van Destrée bleef zonder gevolg. Pas in 1960 ging de Luikse vakbondsman André Renard opnieuw de strijd om dat federalisme aan, en ook zijn poging mislukte.”

De geest van Guido Gezelle

Het verdeelde land leest als een weergaloze geschiedenis van een land dat toevallig ontstond, maar ondanks sombere voorspellingen terugkijkt op haast tweehonderd jaar geschiedenis.

Door de jaren heen evolueerde het van een Franssprekende natie tot een federaal land met, op Brussel na, netjes afgetekende taalgebieden.

Falter legt scherpe verbanden en maakt uitstapjes die de persoonlijkheid van de hoofdrolspelers schetsen.

Zeven hoofdstukken en 700 bladzijden komen met een strakke rode draad: hoe kwam deze unieke want geweldloze omvorming tot stand?

Soms loopt de lezer wat verloren in de techniciteit van de zes staatshervormingen, maar ongetwijfeld schrijft Falter hiermee het belangrijkste geschiedenisboek over België van 2025 op zijn conto.

Het ontstaan van België, in 1830, was een toevallige gebeurtenis. De keuze voor het Frans als landstaal was dat niet.

“Het Frans was vanzelfsprekend. Traditioneel hanteerden de administratie en de diplomatie in onze streken al vier eeuwen die taal. Bovendien bracht de verlichting het Frans volledig tot ontplooiing.

“De elite, het Nederlands koningshuis incluis, sprak Frans. Die had genoeg aan enkele woorden Vlaams om te converseren met het huispersoneel. De Vlamingen maakten er geen punt van, integendeel. Er was sprake van een spontane verfransing.

“Antwerpen besliste om de zittingen van de gemeenteraad in het Frans te organiseren. Toen ook de opschriften in het ziekenhuis verfransten, schoot de schrijver Hendrik Conscience wakker.

“‘Is dat voor de patiënten uit Luik’, vroeg hij zich af.”

“Toch waren er nog voldoende mensen van een zeker niveau – leerkrachten, ambtenaren – die met dat Nederlands werkten. Een brede kleine burgerij stond op haar strepen.

“De versoepeling van het cijnskiesrecht verhoogde het politiek belang van dat Vlaamse karakter. Tel daarbij enkele toevalligheden. De romantiek maakte het modieus om terug te grijpen naar middeleeuwse teksten.

“Bovendien wilde koning Leopold I komaf maken met het imago van België als Franse satellietstaat.

“Daarvoor werd het Nederlandstalig karakter van dat verleden gepromoot. Zo verschenen de standbeelden van Jan Breydel en Pieter De Coninck (Brugge) of Ambiorix (Tongeren) in het straatbeeld.”

Behalve aan Conscience hecht u veel belang aan de figuur van dichter Guido Gezelle, wat heeft hij volgens u betekend?

“De rol van die wereldvreemde, gezagsgetrouwe onderpastoor kan niet worden overschat. Als democraat wees hij alles wat nieuw was resoluut af: de trein, de telegraaf, de krant, de industrialisering …

“Zijn bij momenten populistische pen richt zich tegen de liberalen, de promotoren van die nieuwlichterij. De kerk recupereerde mede via hem de Vlaamse beweging.

“Via de invoering van het algemeen stemrecht zullen de katholieken de liberalen van de macht verdrijven.”

Gezelle ligt aan de basis van de katholiek-conservatieve grondstroom van de Vlaamse Beweging die tot op vandaag onze samenleving kleurt.

“Je vindt zijn filosofie, weliswaar in variaties, terug in politici zoals Staf De Clercq (VNV), Leo Tindemans (CD&V), Filip Dewinter (Vlaams Belang) en zelfs Bart De Wever (N-VA).

“Door die mentaliteit zijn de christendemocraten in België en Vlaanderen tot in 1999 aan de macht gebleven.”

“Aan het einde van de 19de eeuw ontstond een bizarre situatie. Na de invoering van het algemeen (meervoudig) stemrecht werd de helft van de kiezers bestuurd in een taal die ze niet spraken.

“Toch duurde het tot de jaren 20 voor de mentaliteit bij de elite veranderde. Zij vonden die Vlamingen rechts en conservatief. (lachje)

“Die werkten hard, terwijl de Walen niets anders deden dan op socialisten stemmen.

“In 1930 volgden een rist taalwetten en de vernederlandsing van de Gentse universiteit.”

Dat alles gebeurde tegen een achtergrond van een tweetalig Vlaanderen. Maar na de Tweede Wereldoorlog verdween dat volledig. Hoe verklaart u dat?

“Vooraanstaande historici als Henri Pirenne of Godefroid Kurth vonden het gebruik van de volkstaal evident, maar geloofden niet dat die tweetaligheid zou verdwijnen.

“Frans bezat een aantrekkingskracht, de kennis ervan garandeerde sociale promotie.

“De Vlaamse vader van de socialistische voorman Emile Vandervelde stuurde zijn zoon naar een Franstalige school.

“Zelfs de katholieke flamingant Frans Van Cauwelaert gaf toe dat hij veel Vlamingen ontmoette die vlotter Frans spraken. Dat gold ook voor hem.”

“Uiteindelijk zijn die honderdduizenden Franstalige Vlamingen verdwenen, opgelost, aangepast.

“Dat verliep allemaal geweldloos, het kan niet genoeg worden benadrukt.

“Neem de invoering van de taalgrens in 1963. De mensen konden blijven wonen waar ze woonden, de structuren pasten zich aan.

“De splitsing van de Leuvense universiteit verplichtte honderden families om naar Waals-Brabant te verhuizen.

“De Franstaligen lieten het gebeuren, werden er niet eens nationalistisch van. Al groeide het wantrouwen tegenover de Vlamingen.”

“In andere landen werden mensen met bruut geweld verplaatst, etnisch gezuiverd. Wij zijn wel enkele keren aan geweld ontsnapt, zeker met de koningskwestie.

Hugo Schiltz (Volksunie) vond dat geweldloze aspect allesbehalve evident. Hij keek naar Ierland. Toen Groot-Brittannië daar een beperkte vorm van home rule invoerde, grepen de protestanten onmiddellijk naar de wapens.”

Die staatshervormingen werden een bijproduct van de rooms-rode coalities.

“De absolute meerderheid van de CVP in Vlaanderen en de BSP in Wallonië schraagden die hervormingen.

“De socialisten hebben aan alle staatshervormingen meegewerkt, de christendemocraten aan vijf van de zes.

“De logica van premier Gaston Eyskens (CD&V) was: wij Vlamingen zijn in de meerderheid, laten we proberen om België te domineren.

Wilfried Martens (CD&V) vond zo’n mentaliteit in het Europa van vandaag ongepast. Hij introduceerde het federalistische concept.

Jean-Luc Dehaene (CD&V) diende als mecanicien in het verhaal. Uiteindelijk sleepte dat proces dertig jaar aan.”

Ruimteschip

Als journalist katapulteerde de crisis rond de wapenexport Falter begin jaren 90 in het communautaire moeras. Een Waals bedrijf wilde exporteren naar het Midden-Oosten, de Vlamingen lagen dwars. De splitsing van de wapenlicenties bracht soelaas.

Falter schreef een instemmend commentaar, zijn toenmalige hoofdredacteur Manu Ruys vond de oplossing “slecht voor Vlaanderen”. Geprikkeld beet Falter zich vast in de materie.

Nadien verzeilde hij in de politiek, onder meer op het kabinet van premier Guy Verhofstadt (Open VLD). Hij schreef onder andere mee aan een voorstel rond de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde dat het oordeel van het Grondwettelijk Hof niet overleefde. Die ervaring verrijkte ook de historicus.

“Het kabinet van de eerste minister kun je vergelijken met een ruimteschip. Je duikt daarin en de rest van de wereld verdwijnt.

“Ik heb er vooral geleerd dat je in de meeste situaties pragmatisch en genuanceerd moet blijven. En macht is heel relatief.

Henri Kissinger beschrijft dat mooi in zijn memoires. Je mag nog zoveel hebben gestudeerd, een vloedgolf duwt het schip de hoogte in. Het enige wat je kunt proberen, is het drijvend te houden.”

Rolf Falter © Jimmy Kets
Bestond er eigenlijk een democratisch draagvlak voor dat federalisme?

“Wie zal het zeggen? Het federalisme is van bovenaf opgelegd, waarbij de twistpunten werden gesplitst.

“Daarbij hanteerden Dehaene en co. een cynische tactiek: hoe ingewikkelder het werd, hoe minder de Kamerleden ervan zouden snappen.

“De financieringswet is zo complex dat niemand kan uitrekenen wat de andere te veel zou krijgen.

“Dat was mijn conclusie bij het overlopen van alle staatshervormingen: de grote brokken passeren zonder moeite, de botsingen gaan over kleine symbolische kwesties.

Dehaene schreef ooit dat elke hervorming de kiemen bevatte van de volgende. En dikwijls steekt een regering haar onvermogen ook weg achter een gebrek aan homogene bevoegdheden.”

“Het succes van de N-VA is geen gevolg van haar nationalistische programma. De rechtse, conservatieve, katholieke grondstroom voelde zich verwaarloosd door al die rooms-rode coalities. Die zocht eerst zijn heil bij Guy Verhofstadt, die stelde teleur.

“In 2010 volgde een ultieme samenloop van omstandigheden: het migratiedossier, de bankencrisis, drie jaar chaos met Yves Leterme (CD&V) en De Croo die op een communautair thema de regering liet vallen.

“Die 28 procent was fenomenaal.”

“Eigenlijk zijn alle symbolische kwesties sinds het begin van de eeuw opgelost.

“Onze horizon is ook veel internationaler geworden, dat maakt communautaire twistpunten heel relatief.

“Maar dan openbaarde zich die links-rechts tegenstelling in die twee democratieën. Die is ook communautair, in die mate dat die tot een splitsing kan leiden.

“Bij de jongste verkiezingen boekten de MR en Les Engagés in Wallonië een enorme vooruitgang. Dat vormt een volledig ander perspectief.”

“Als De Wever zich niet langer kan afzetten tegen een links Wallonië, dan is hij zijn fonds de commerce kwijt.

“Dan wordt de N-VA een geseculariseerde volkspartij die Vlaanderen herleidt tot symboliek: de koers, de rockfestivals …

“Zoals de CSU in Duitsland, met bierpullen en lederhosen.

“Bindt dat genoeg, zal dat de mensen tevreden stellen? ”

In Vollezele, bij de eerste ontmoeting tussen de N-VA en de PS, spraken de separatisten Frans omdat de Belgicisten het Nederlands niet beheersten. Dat lijkt nu niet heel anders te zijn?

“Het misprijzen voor de Vlaamse boerkes is weg, toch rest er een vorm van inertie.

“Ik heb echt gezocht naar de oorzaak. Eerst was Nederlands symbool voor een verlies van status, maar ook voor een verlies van macht, omdat de Vlamingen de meerderheid uitmaakten.

“Vijftig jaar geleden begon dat ten goede te schuiven, tegenwoordig verzwakt het opnieuw met de opkomst van het Engels.”

“Vlamingen én Franstaligen worstelen met een minderwaardigheidsgevoel. Vlaanderen was een land van keuterboeren.

“De contrareformatie en talloze oorlogen sloegen het land plat, gedurende twee eeuwen viel de cultuurproductie stil. Er was hongersnood, de bevolking kromp.

“Wallonië stond aan de spits van de vooruitgang, maar na de Eerste Wereldoorlog kantelde dat.

“De Duitsers hebben België geplunderd, maar in Limburg werd er steenkool gevonden. De Vlaamse industrie groeide, de Waalse kromp. Zelfs diep in de 20ste eeuw hadden de Vlamingen niet eens door dat ze de boel hadden overgenomen.”

“Met de taalgrens kregen de Vlamingen wat ze wilden, goedgekeurd tegen de wil van de Franstaligen in. Toch slaagden ze erin om dat een kwarteeuw lang als een verschrikkelijke nederlaag voor te stellen. Het inkomen van de Vlaming ligt een derde hoger dan in Wallonië. (lacht) We kunnen toch niet meer zeggen dat we hier gediscrimineerd worden?

“De Franstaligen mogen dan een complex hebben op economisch vlak, ze hebben de tools om daar zelf aan te werken. Hun achterstand op Vlaanderen is nog groot, maar ze zitten boven het Europees gemiddelde. En ze houden op zijn minst gelijke tred.”

Rolf Falter © Jimmy Kets
Ondertussen neemt Vlaanderen de Belgische ziekte over.

“De nationalisten droomden er vanaf de jaren 80 van om Vlaanderen te besturen zoals Nederland. Het is allemaal zeer Belgisch geworden, zeer zuiders: eerder Italiaans.

“Als kind van de contrareformatie is Vlaanderen het meest Latijnse van de Germaanse landen. De decentralisatie gaat bovendien gepaard met provincialisme. Dat geeft een frappant verschil met Wallonië. Dat wordt eigenlijk heel gezapig bestuurd. In Vlaanderen moet er altijd actie zijn, alles moet worden geregeld.”

“Ik geloof niet dat Brussel de belangrijkste reden is waarom België niet uit elkaar valt. Ik denk eerder dat het een kwestie is van vaut mieux, het zou beter zijn. Zoals ook België ontstaan is uit een vaut mieux.

“Waarom zouden we het doen? Wat brengt het op?

“En dan die onzekerheid, de risico’s. Wat gaan we als Vlamingen meer hebben als we van de Walen zijn verlost? Gaan we een rechtser beleid hebben? Gezien het fel verstedelijkte gebied moeten we eerder concluderen dat het niet links genoeg is.”

“En wat moet Wallonië of Brussel doen? Van enig nationalisme is daar geen sprake.

“Het rattachisme slaat niet aan.

“Ik denk dat we 2030 wel zullen halen, en dat voor een land waarvan Charles-Maurice de Talleyrand-Périgord (Franse diplomaat en onderhandelaar met de Engelsen over de Belgische onafhankelijkheid, red.) in 1830 zei:

‘Jongens, laat het gaan. Als we oorlog voeren, verliezen we. Laten we tien jaar wachten, dan valt het vanzelf in onze schoot.’

“Hij was de slimste van zijn tijd.”

Rolf Falter © Jimmy Kets
Het verdeelde land
1302, het jaar van de mythe

Historicus Rolf Falter. © Jimmy Kets

Lees ook


Bron: De Standaard

Welkom op Facebook

Welkom op Bluesky

Naar de website


Scroll naar boven