Geachte heer,
Ik durf u aan te schrijven omdat ik denk dat u, ondanks het feit dat u een liberaal bent (mijn grootvader sprak altijd over ‘de glibberalen’), toch een mens van goede wil bent.
Om te voorkomen dat in Vlaanderen ook de laatste overgebleven moerassen en voetbalvelden worden volgebouwd, is de Vlaamse regering bezig met een ingewikkelde regeling die de ‘bouwshift’ wordt genoemd.
Vroeger dacht ik dat er maar drie shiften bestonden: de vroege, de late en de nacht. Maar nu blijkt er dus ook de bouwshift te zijn.
Enfin, dankzij de bouwshift zullen de gelukkige eigenaars van moerassen en zompige voetbalvelden een sloot geld krijgen als ze op hun moerassen en zompige voetbalvelden geen borden zetten waarop staat: ‘Bouwgrond te koop.’
Ze krijgen die sloot geld omdat ze ‘planschade’ oplopen. Hun investering in grond, waarvan ze vroeger dachten dat het bouwgrond was omdat de overheid vroeger alle grond als bouwgrond beschouwde, is een fiasco geworden en dus moeten ze vergoed worden.
Uw liberale partij gaat er bovendien op toezien dat ze extreem goed vergoed worden.
Nu wil het toeval dat ik zelf ook met een investering zit die door kazakkendraaierij van de overheid een fiasco is geworden.
Op 16 januari 2016 berichtte minister Joke Schauvliege (ik heb het krantenbericht in mijn bezit) dat er binnen de kortste keren statiegeld op blikjes zou worden geheven.
Sindsdien heb ik een dermate volumineuze berg blikjes verzameld dat de leefruimte in mijn gemeubelde kamer er meer dan gehalveerd door is.
Dat allemaal in de gedachte dat ik voor die blikjes een sloot geld zou gaan krijgen.
Stilaan begin ik echter te geloven dat uw regering naast de bouwshift ook een blikjesshift heeft bedacht.
Kunt u mij bevestigen of dat inderdaad zo is? En zo ja, heb ik dan ook recht op een ruime planschade? Het lijkt mij een kwestie van gelijke kansen, en dat is tenslotte uw bevoegdheid.
Eventueel kan ik u nog tal van andere dossiers bezorgen van overheidsbeloftes die niet werden gehouden en waarvoor ik – mijn gelijke kansen indachtig – denk planschade te moeten krijgen, maar ik zou de blikjeskwestie graag opgelost zien omdat mijn maatschappelijk werkster dreigementen uitspreekt.
Zij kijkt namelijk met andere ogen naar mijn blikjesinvestering dan ik.
In afwachting van uw welwillende antwoord, groet ik u met Hoogachting,
Frederik de Meester,
alom gekend als Dikke Freddy.
Bron: De Standaard