Coop Centraal – De eerste democratische supermarkt van Vlaanderen


Een supermarkt waar de klanten aandeelhouders zijn, beslissen wat er in de rekken komt en die drie uur per maand ook zelf gaan vullen: dat is de visie van een groep Antwerpse jongeren. “Het sociale conflict bij Delhaize heeft een debat geopend over de werking van traditionele supermarkten.”

Jonas van Boxel – GVA


In deze Antwerpse winkel beslissen klanten zélf wat er in de rekken komt.
“Goedkoper dan gewone supermarkt”


In de Patriottenstraat in Berchem is er sinds kort een nieuwe buurtwinkel. Voorlopig stelt die nog niet zo veel voor: er staan een paar rekken met in totaal een vijftigtal producten.

Toch is Coop Centraal geen doorsnee winkeltje, maar ‘de eerste democratische supermarkt’ van Vlaanderen.

Om er te winkelen, moet je aandeelhouder worden. Je mag er vanaf dat moment niet alleen je winkelkar vullen, maar ook deelnemen aan algemene vergaderingen en mee beslissingen nemen over welke producten er in de rekken komen en hoe de winst wordt gebruikt.

© Joris Herregods

Om de ‘democratische buurtwinkel’ draaiende te houden, moeten de klanten-aandeelhouders ook drie uur per maand rekken komen vullen of aan de kassa staan.

Klimaatspijbelaars

Jakob Cleymans (18) en Tom Seerden (26) zijn twee van de initiatiefnemers van Coop Centraal. Ze leerden elkaar kennen op de schoolstakingen voor het klimaat. Jakob als middelbare scholier, Tom als student.

“Met de spijbelacties zijn we erin geslaagd om de klimaatcrisis echt op de agenda van beleidsmakers te zetten. Politici zijn ook met ons in gesprek gegaan. Maar het beleid dat volgde, was voor ons niet ambitieus genoeg.”

Na de coronalockdowns waren er plannen voor nieuwe spijbelacties, maar het momentum was wat verdwenen. Daarom gingen de jongeren op zoek naar iets nieuws.

“We waren al een tijdje aan het brainstormen over de link tussen voedsel en het klimaat, want de voedingsindustrie is goed voor 26% van de globale CO2-uitstoot. Maar we hadden nog geen duidelijk idee. Toen kwamen we bij de coöperaties terecht.”

© Joris Herregods

De oudste coöperatieve supermarkt staat in Brooklyn, New York. Die is er al sinds 1973. Ook in Europese landen en zelfs Brussel en Wallonië zijn er al te vinden. Jakob en Tom gingen op verschillende plekken inspiratie opdoen.

“We zijn naar Madrid gegaan, waar twee grote coöperatieve supermarkten zijn, Supercoop en La Osa. Daar hebben we veel ideeën gehaald.

“Zo werkt La Osa met twee varianten van één product: een goedkope en een duurzame. Zo zijn mensen die meestal voor het goedkope kiezen, misschien geneigd om ook de duurzame optie eens te proberen.”

Goedkoper dan de gewone supermarkt

Coop Centraal wil duurzame en lokale producten aanbieden, maar ook de prijs is cruciaal.

Volgens Jakob en Tom zullen klanten in hun supermarkt goedkoper kunnen winkelen, omdat ze minder marge nemen op de koopwaar.

“Grote supermarktketens rekenen een marge van ongeveer 50% door aan de klant. Wat ze voor 1 euro kopen bij leveranciers, ligt dus voor 1,50 euro in de winkel.

“Wij hebben maar de helft daarvan nodig, omdat de klanten zelf in de winkel werken en we dus veel minder personeelskosten hebben. Dat is bij traditionele supermarkten de grootste kostenpost.

“Daarnaast gaan bij ons geen winststromen naar aandeelhouders: de winst dient bij ons enkel om de kosten te dekken.”

Het felle sociaal conflict bij Delhaize van de laatste weken illustreert hoe supermarkten kunnen worstelen met de manier waarop ze met hun medewerkers omgaan.

“Wij hebben de indruk dat dat verhaal het debat heeft geopend”, zegt Jakob.

“Het aantal inschrijvers op onze nieuwsbrief is de laatste weken in ieder geval sneller aan het stijgen. Ik zag op het nieuws een Delhaize-klant die sympathie toonde voor de stakers, maar dan toch de winkel binnenstapte.

‘Wat kan ik anders doen?’, was zijn reactie. Wij willen mensen verenigen, zodat ze het ook effectief anders kunnen aanpakken.”

Het pand in de Patriottenstraat
Het pand in de Patriottenstraat © Joris Herregods

Jakob en Tom vinden het belangrijk om met hun initiatief alle lagen van de bevolking aan te spreken.

“De coöperatie is een manier om zelf controle te nemen. Je moet zeker geen activist zijn: iedereen gaat naar de supermarkt.”

Testfase

Coop Centraal zit op dit moment nog in een testfase, met een webshop waarop leden producten kunnen bestellen die ze afhalen in de Patriottenstraat, in het pand waar de echte winkel moet komen. Zo’n zestig mensen zijn al lid geworden, van wie er 25 al één of meer bestellingen hebben gedaan.

Omdat de coöperatieve vennootschap nog moet opgezet worden, hebben de leden nog geen echt aandeel gekocht, maar wel 25 euro lidgeld betaald.

“Tegen deze zomer willen we resultaten hebben van de test, financiers en leveranciers zoeken en echt van start gaan. We schatten dat we zo’n vijfhonderd leden moeten hebben om een stabiele buurtwinkel op te zetten. Hoeveel een aandeel zal kosten, moeten we nog bepalen.”

Jakob en Tom zijn helemaal overtuigd van de meerwaarde van het coöperatieve model, in de voedselketen en daarbuiten.

Nochtans moest NewB, de eerste coöperatieve bank, vorig jaar de bankactiviteiten stoppen omdat ze niet genoeg kapitaal kon verzamelen. Maar dat is volgens de twee jongeren een andere situatie.

“Het probleem bij NewB was dat er wel coöperanten genoeg waren, maar niet genoeg klanten. Je spaargeld onderbrengen bij een coöperatieve bank: dat klinkt nogal riskant. Gaan winkelen in een coöperatieve supermarkt schrikt volgens ons minder af.”

De komende weken plant Coop Centraal een reeks infosessies in Berchemse cafés, om het project meer bekendheid te geven.

Jakob, die studeert aan de UAntwerpen, wil zich alvast volledig smijten voor zijn democratische supermarkt.

“Ik ben heel benieuwd waar dit project mij brengt.”


Tom Seerden en Jakob Cleymans, initiatiefnemers van Coop Centraal © Joris Herregods

Bron: GVA

Naar Facebook

Naar de website


Scroll naar boven