De Vlaamse meerderheidspartijen duwen het klimaatarrest van zich af. Het dossier is electoraal besmet, de uitspraak is zelfs het signaal om de klimaatafspraken subtiel ter discussie te stellen.
Jan-Frederik Abbeloos – De Standaard
Het is een verpletterend verdict, zo oordeelt toch Nic Balthazar, een van de bekende gezichten achter vzw Klimaatzaak.
Na negen jaar actie voeren en procederen werden de Belgische staat, Vlaanderen en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vorige week veroordeeld omdat ze onvoldoende inspanningen leveren om de emissie van broeikasgassen tegen 2030 met 55 procent terug te dringen in vergelijking met 1990.
Er dreigen dwangsommen bij verdere nalatigheid.
‘Het staat nu zwart op wit: België schendt mensenrechten door mee het klimaat te laten ontsporen’, luidde de conclusie van David Van Reybrouck, een andere drijvende kracht achter het proces.
Balthazar en Van Reybrouck vroegen zich af hoe de politiek hierop zou reageren.
Wel, weinig enthousiast, kunnen we nu wel zeggen.
Een hoofdrol in het bekritiseren van het vonnis is weggelegd voor de Vlaamse regeringspartijen N-VA, CD&V en Open VLD.
Bij monde van minister Zuhal Demir (N-VA) hoopt de regering in Cassatie het vonnis nog te laten struikelen over procedurefouten.
Zo schendt het vooropstellen van een reductiedoelstelling mogelijk de scheiding der machten, en valt een groot deel van de industriële uitstoot onder het Europees emissiehandelssysteem (ETS), buiten de controle van de Belgische overheden.
Sschorsingen en vernietigingen
Maar achter die technisch-juridische bedenkingen, schuilt een duidelijk pragmatische vrees.
Demir bracht woensdag in het parlement de cijfers mee: de Vlaamse doelstelling is nu de uitstoot te verminderen met 40 procent tussen nu en 2030.
‘We zijn ondertussen aan min 14 procent.’
De kans lijkt erg klein dat Vlaanderen doet wat van de rechter dus blijkbaar moet.
De echte vrees, zo erkent Demir, is dat vergunningen die broeikasemissies toelaten, door dit klimaatarrest voortaan vatbaar zijn voor schorsingen en vernietigingen.
Het zou stikstof all over again zijn, maar met een nog grotere inzet.
En daar waar de regeringspartijen qua stikstof al aanvaarden dat de veestapel moet krimpen, is een dergelijk scenario van degrowth voor de industrie onbespreekbaar voor de N-VA, CD&V en Open VLD.
Eerste, ruwe schattingen door het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (Veka), die De Standaard kon inkijken, maken inderdaad gewag van ‘drastische maatregelen’ om te voldoen aan het arrest.
Met behalve een nog forsere reductie van de veestapel, een totaalverbod op de verkoop van wagens op fossiele energie per 1 januari 2024, en zowat een halvering (min 42 procent) van de industriële uitstoot.
Dat komt overeen met de totale uitstoot van de chemiecluster én de raffinaderijen in de Antwerpse haven, zo leert de tabel van het Veka. Of van het grootste staal- (Arcelor) en chemiebedrijf (BASF).
Een dergelijke reductie realiseren zonder de afbouw van bepaalde industriële activiteiten, sluitingen dus, lijkt het Veka niet realistisch.
Horrorscenario
Net dat is het horrorscenario voor de Vlaamse meerderheidspartijen, te meer omdat het niet zeker is dat Vlaanderen straks beloond wordt als het fors het mes zet in de reducties.
De redenering: zelfs al gaat het slot op de Vlaamse industrie, dan nog zal Vlaanderen de gevolgen dragen van een mondiale klimaatverandering waar het als regio al bij al niet zoveel vat op heeft.
Liever herhaalt de Vlaamse meerderheid het mantra dat welvaart en klimaat hand in hand kunnen en moeten gaan.
Dat Vlaanderen zich een weg uit het probleem kan groeien en er zelfs goed aan kan verdienen door de technologie daartoe te exporteren.
Op federaal vlak herneemt premier Alexander De Croo (Open VLD) datzelfde mantra.
Alleen is die winnende combinatie daarmee nog niet gevonden, zelfs al is de Vlaamse industrie voor een groot deel al volledig mee in de klimaattransitie.
Net zoals bij migratie, worden beleidspartijen liever niet herinnerd aan internationale verplichtingen en engagementen waaraan ze niet kunnen voldoen. Of toch niet op een manier die volgens hun eigen inschatting aanvaard zou worden door de burgers – de eigen kiezers dus.
Die engagementen daarom ronduit afwijzen – zoals Vlaams Belang doet – kunnen ze evenwel niet. En dus ontstaat een nogal dubbelzinnig discours waarbij het die internationale engagementen zelf zijn die het ‘draagvlak’ voor actie ondermijnen.
‘Wat doet het ertoe of we die klimaat doelstelling voor 2030 halen in 2028 of in 2032? Als het maar gebeurt.
´Door het klimaatdebat verkeerd te voeren, verliezen we vandaag aan draagkracht’, vatte Vlaams Parlementslid en CD&V-ondervoorzitter Robrecht Bothuyne vrijdag in De Standaard die gedachtegang samen.
En het onderliggende idee is natuurlijk niet dat het effectief sneller kan of moet.
‘Laten we discussiëren vanuit het standpunt van de gewone mensen, die zeggen: “Ik kan dat niet betalen.”
´We zijn hen kwijtgeraakt met dat wereldvreemde klimaatdebat, waarin het altijd maar over de grote doelstellingen gaat.’
Ecosocialisme
Meteen blaast Bothuyne zo de gedachte aan dat de klimaattransitie de gewone mensen op kosten jaagt.
Die vaak gehoorde lezing werd deze week nochtans in breder perspectief geplaatst door professor (en armoede-expert) Wim Van Lancker (KU Leuven).
Niet zozeer de doelstellingen maar net de manier waarop onder meer de Vlaamse regering ze op dit moment probeert te halen, treft lagere inkomens harder.
‘Lage-emissiezones of brandstoftaksen duwen hen dieper de miserie in’, aldus Van Lancker.
Subsidies voor zonnepanelen, isolatie, renovatie of zelfs elektrische wagens blijven gericht op het sturen van het gedrag van een vermogende middenklasse.
Linkse partijen hekelen het Vlaamse klimaatbeleid daarom al langer.
Het zijn geen collectieve oplossingen, ze werken culpabiliserend en herverdelen belastinggeld in het slechtste geval van arm naar rijk, zeggen de PVDA, Groen en Vooruit in verschillende tinten rood-groen.
Wil men op rechts de klimaattransitie vooral hand in hand laten gaan met groei, dan is het mantra op links dat ze hand in hand moet gaan met sociale rechtvaardigheid.
Ecosocialisme, heet dat zelfs bij de PS.
Groei, sociale rechtvaardigheid en het klimaat redden. Het zou makkelijk zijn mochten de drie te combineren zijn.
Alleen weet voorlopig niemand hoe.
Lees ook
Lees ook
Klik op de hyperlink en ontdek meer berichten van
Bron: De Standaard