Haar eigen moeder had door een hersenziekte jaren als een plant geleefd, dat zou nooit hĂĄĂĄr lot worden. Toen Els Vyt na een hersenbloeding verlamd raakte, restte haar na een lange strijd geen andere beslissing dan euthanasie. Een jaar later praten haar man en haar twee dochters over hoe je dat doet, naar de dood toeleven.
Toen Joe Biden op 20 januari vorig jaar wakker werd, wist hij dat hij âs avonds president zou zijn. Toen Jolien en Liselot Praet diezelfde dag wakker werden, Âwisten ze dat ze âs avonds moederloos zouden zijn. Een paar uur later zou hun moeder de euthanasie krijgen waar ze twee maanden eerder om gevraagd had. âIk hoorde de dokter die middag de Âoprit op rijden,â vertelt Liselot, âen ik dacht: ga weg, nu nog niet. Mensen Âzeggen vaak dat mama âde beste keuzeâ heeft gemaakt. Maar het was geen Âkeuze. Het was het beste van de slechte Âscenarioâs.â
In de woonkamer waar Jolien en LiÂselot opgroeiden â in een vrijstaand huis in een wijk zoals er zoveel in Vlaanderen zijn, met in de tuin een boom waar Els graag bij zat â praten de zussen en hun vader over de dood, en het leven, van hun moeder en echtgenote. Over het bed waarin Els een jaar geleden stierf, en dat na haar dood plots veel meer werd dan gewoon een bed. Voor het eerst, het zou niet voor het laatst zijn, voelden ze toen hoe individueel rouw is. Kris wou het ziekenhuisbed in de woonkamer zo snel mogelijk weg, zijn dochters hadden het daar moeilijk mee.
Jolien: âHet rook nog naar mama.â
Liselot: âHet was iets tastbaars dat van haar overbleef. Maar papa woont hier, hij wou er niet voortdurend aan herinnerd worden. Wij begrepen dat, maar we vonden het ook lastig dat hij zo rationeel was.â
Kris: âIk weet dat ik de dingen vaak verkeerd aanbreng. Maar ik wou niet dat jullie van dit huis een bedevaartsoord maakten. De eerste dag na de dood van Els ging Jolien meteen in het bed Âliggen. Ik kon dat niet aan. âIk heb ook verdriet,â heb ik toen gezegd, âmaar ik wil er niet elke dag op die manier mee geconfronteerd worden.ââ
Liselot: âPapa wou zichzelf beschermen, denk ik. Ook in de weken voor de dood van mama dachten wij vaak: wat doet hij toch? Jolien en ik wilden elke minuut met mama pakken. Papa zat vaak boven in een kamer al aan de rouwkaart te werken.â
Kris: âOmdat alles wat Els en ik elkaar te zeggen hadden, was gezegd. Wij waren hier elke dag, uren hebben we gepraat. Na 32 jaar huwelijk ken je elkaar wel. Ik wou vooral dat de meisjes nog alle tijd kregen om met hun moeder te praten en te zeggen wat ze belangrijk vonden.â
âToen ik zou worden ingeleid, ben ik mama gaan vertellen dat ik ging bevallen. âNu wil ik doodâ, zei ze. Dat was keihard. Ze zou haar kleinkind zien, het was genoeg geweestâ – Jolien
Liselot: âAls oud-collegaâs van mama op 1 september een berichtje sturen dat ze op school nog altijd gemist wordt, vind ik dat fijn. Jou doet het schijnbaar niets.â
Kris: âOmdat ik elke dag aan Els denk. Ik wĂ©Ă©t wat ze voor anderen betekend heeft, ik heb daar geen smsâjes voor nodig. Daarin verschil ik erg van de meisjes. Als je rouwt, is het elk voor zich.â
Nochtans: de eerste voorwaarde die hij voor dit interview stelde, was dat ze alle drie samen zouden spreken, of niet. Onder de verschillen en de eenzaamheid van het verdriet is vooral begrip en een grote verbondenheid voelbaar. Een warm nest, waarvan hun moeder en vrouw de spil was maar dat ze in ere houden.
Jolien: âWe hebben nooit grote meningsverschillen gehad omdat we mama altijd voorop hebben gezet.â
Liselot: âWaarover het ook ging, we vroegen wat zij wou. Mama was er mentaal nog helemaal bij, we hebben nooit Âboven haar hoofd moeten beslissen. ÂAnders was dit een heel ander verhaal Âgeweest.â
Levenslijn
Een bitterkoude dag was het toen Els Vyt op 2 februari 1965 in het ziekenhuis van Beveren geboren werd. Zo werd het haar indertijd door haar ouders verteld, en zo vertelde zij het op haar beurt aan haar dochters toen die in die laatste maanden nog van alles wilden weten. Liselot had een boek gekocht, Mam, Âvertel eens, met vragen die daarbij als richtsnoer konden dienen. Van âwat voor type kind was je?â en âwat vind je het leukste aan moeder zijn?â tot âwat is het beste voornemen dat je ooit hebt gehad?â Een ultieme poging om de gaten in de levenslijn van hun moeder te dichten.
Liselot: âIk had berekend hoe snel we het boek moesten invullen, ik wou Ă©cht dat het klaar was tegen de dag van haar euthanasie.â
Jolien: âWij bleven maar vragen, mama vond er op de duur niets meer aan. (lacht)â
Het boek raakte niet vol, in de tweede helft bleven de paginaâs steeds vaker wit. Maar erin bladeren blijft voor de zussen door het leven van hun moeder struinen. Haar kindertijd, in een welÂgesteld, gelovig gezin, met een oudere zus en een poes. Haar jeugd, met de Âeerste fuiven en de eerste liefjes (Liselot: âEen uur nadat ik het boek had dichtÂgedaan, bleven er nog namen van jongens komenâ). De eerste kennismaking met Kris (âZe was het enige meisje dat een hoed droegâ), de geboorte van de kinderen, haar professionele pad â dat van een job bij de bank naar leerlingenbegeleiding op een school leidde (âOp de bank was het te commercieel en Âonmenselijk gewordenâ, zei ze daarover in het boek). De reizen met vriendinnen, haar engagement voor een Syrische vluchtelinge.
Tot die vrijdag in april 2019, als Els met hevige pijn opstaat. Kris: âPijnstillers hielpen niet, op de spoeddienst van Sint-Niklaas gingen ze uit van een nierontsteking. Ze moest een weekend in observatie blijven. Maar zondagnacht werd ik wakker gebeld door de spoeddienst van het UZ Gent. Els had een hersenbloeding en was naar daar onderweg.â
Kris: âAl op de spoed hadden ze mij Âgezegd: bereid u voor op het ergste. Maar na Ă©Ă©n week op intensieve werd Els tegen alle verwachtingen in wakker. Ze moest zo snel mogelijk geopereerd worden, de bloeding moest worden gestopt. We hebben toen samen over die operatie gepraat. Els grapte nog dat mijn kraag niet goed zat, en dat het wel goed kwam met de kinderen, want zij had hen toch opgevoed.â
Liselot: âNa de operatie kregen we een hersenscan te zien van de schade die de bloeding had aangericht. Volgens de dokters was de operatie goed verlopen, ons leek de schade behoorlijk groot. Die eerste maand wisten we nooit hoe we mama zouden aantreffen. Soms zag ze er goed uit, soms erg slecht. De ene dag sliep ze de hele tijd, de andere was ze verward of rusteloos. Dan bonden ze haar vast omdat ze weg wou.â
Jolien: âIk pak een taxi, zei ze dan.â
Liselot: âOf ze smeekte: pak me mee in je auto, ik weet dat je hier geparkeerd staat.â
Een hoofd vol vloeipapier
Na een maand op intensieve verhuist Els naar high care. Er volgen nog twee operaties om pompjes in haar hoofd te zetten, want er zit nog altijd te veel vocht in haar hersenen. Ook krijgt ze voor het eerst oefeningen om weer te Âleren zitten, staan en stappen.
Liselot: âIk herinner me een filmpje waarin mama plots rechtstond en Âsupertrots zei: âIk kan weer stappen.â Het komt goed, dacht ik toen. âZie jij iets anders aan mij?â, vroeg ze eens. âNeeâ, antwoordde ik. âIk dacht dat je ging sterven, maar nu ben je weer Âgewoon de mama die je was.ââ
Jolien: âMaar ze bleef wel overgeven, haar evenwicht en concentratieverÂmogen waren nog niet in orde. En toch wilde ze naar huis. Het maakte ons kwaad dat ze niet de tijd nam om echt te revalideren. Ze had voortdurend discussies met de verpleging. Als de pompjes aangesloten werden, moest ze zich stilhouden, want die moesten waterpas staan. Maar dan hield ze haar hoofd toch weer schuin. Ook dĂĄt was mama: ontÂzettend koppig.â
Els haalt haar slag thuis, ze mag naar huis. Maar ze zal er niet lang blijven. Al in de eerste week gaat het weer fout: ze valt om, kan niet meer stappen, moet opnieuw naar het UZ Gent.
Liselot: âHet leek alsof haar hoofd vol vloeipapier zat, zei ze.â
Kris: âSoms bleef ze in Gent, soms mocht ze naar het ziekenhuis in Beveren, dichter bij huis. Toen ze weer wat stabieler leek, ergens in september 2020, mocht ze van de dokters mee op vriendenweekend naar de Ardennen. Maar zodra ze daar een paar slokken van een pintje had genomen â wat toegelaten was â ging het mis. Haar gezicht trok scheef, ze keek scheel, haar lip Âbegon te hangen. Ik heb toen in paniek het UZ Gent gebeld, maar zoân gezichtsvervorming zou even snel verdwijnen als ze was gekomen, zeiden ze daar.â
Liselot: âIk herinner me dat we er in het ziekenhuis eerst nog om konden lachen. Maar het ging niet weg, het was verschrikkelijk. Ik kan me niet voorstellen hoe dat voor mama moet zijn geweest, plots scheel kijken en niet goed meer kunnen praten omdat je hele gezicht vervormd is.â
Jolien: âDe meeste mensen raken door een hersenbloeding aan Ă©Ă©n kant verlamd, zij had het aan beide kanten.âMaar ze was wel helder?
Kris: âOp die eerste twee maanden na is ze altijd bij de pinken geweest. Ze onthield meer dan ik.â
Jolien: âToen haar gezicht verlamd raakte, hebben we alles geprobeerd. We zijn naar de oogarts gegaan, naar de plastisch chirurg, we hebben een tweede opinie gevraagd, met ziekenhuizen in het Âbuitenland gemaild waar ze gelijkaardige cases hadden.â
Liselot: âIk wou per se dat ze nog leerde typen om te kunnen communiceren. âLiselot,â zei ze dan, âje gaat weer zagen.â Ze probeerde wel, maar ze was op.â
Kris: âDat is een keerpunt geweest, toen heeft ze de hoop opgegeven. Sindsdien kwam steeds vaker de vraag: wat is dit leven nog, als ik niet meer kan eten, niet alleen naar het toilet kan, nauwelijks nog kan praten?â
Liselot: âIk vond dat vreselijk omdat ik wist wat ons boven het hoofd hing. Ik wist dat papa en mama al vaak over Âeuthanasie hadden gesproken. Moeke, de moeder van mama, had jarenlang als een plant in bed gelegen, mama heeft altijd duidelijk gemaakt dat zij nooit zo zou willen leven.â
Afscheidsparcours
âNee, ik heb nooit echt over mijn emoties kunnen praten met mijn oudersâ, liet Els optekenen bij de vraag of er indertijd bij haar thuis over gevoelens werd gesproken. âNu heel soms met pepe. Hij is nu heel lief tegen mij. Hij zegt nu dat Moeke 6 jaar eerder had moeten sterven. Hij heeft spijt dat hij toen euthanasie geweigerd heeft. Hij wil me komen groeten.â
Kris: âHaar vader, die begin deze maand overleden is, was erbij toen Els is ingeslapen. Achteraf heeft hij gezegd dat hij het mooi vond.â
Wanneer zijn jullie concreet over Âeuthanasie beginnen te praten?
Liselot: âEen echt gesprek is er nooit gekomen, omdat we wisten hoe papa en mama erover dachten. En papa heeft ons voorbereid vanaf de eerste operatie die mama onderging: âAls er iets fout gaat en mama komt er niet goed uit: jullie weten wat zij ervan zou denken.ââ
âIk wou weten hoe het Ă©cht met haar ging. Maar ze blokte dat af. âWat ga je met mijn as doen?â, vroeg ze dan. Of ze somde namen op van vrouwen die een goede vriendin voor papa zouden zijnâ – Lieselot
Kris: âEr stond nog niets op papier â Els en ik hadden er vaak over gepraat, maar nog niets officieel in orde gebracht. In het UZ Gent hebben ze toen genoteerd dat Els niet tot elke prijs erdoor gehaald wou worden als het fout zou gaan. Later, in de loop van 2020, hebben we dat op papier concreter gemaakt: wou ze bij een operatie nog geĂŻntubeerd, nog Âbeademd, nog kunstmatig gevoed worden?â
Liselot: âZe heeft in die laatste maanden wĂ©l nog met een sonde ingestemd, omdat Jolien intussen zwanger was en ze haar eerste kleinkind nog geboren wilde zien worden.â
Jolien: âToen ik zou worden ingeleid, ben ik mama aan het raam van de instelling waar ze zat â we mochten vanwege corona niet naar binnen â gaan vertellen dat ik ging bevallen. âNu wil ik doodâ, zei ze. Dat was keihard. Ze zou haar kleinkind zien, het was genoeg geweest.â
Kris: âToen hebben we de echte euthanasieprocedure opgestart. De dokter heeft Els alles uitgelegd, ik heb haar neurochirurg gevraagd of hij als tweede getuige wou optreden, en we hebben met een Leif-arts contact opgenomen.â
Vonden jullie snel artsen die Els wilden helpen?
Kris: âIk was er een beetje bang voor, maar de procedure is zonder grote problemen verlopen.â
Liselot: âIk had gehoopt dat het minder vlot zou gaan. (flauw lachje)â
Kris: âAls je aan Els vroeg wanneer ze haar euthanasie wou, zei ze: morgen. Maar dat kon ze tegenover de kinderen niet maken, Jolien en Liselot wilden nog het een en ander doen. We hebben nog een grote wandeling georganiseerd waarbij langs het parcours vrienden en kennissen van Els stonden â zodat iedereen in volle lockdown toch afscheid kon nemen. En we zijn met het gezin, met de twee schoonzonen en kleinzoon Lou erbij, nog een weekend naar zee Âgegaan. Daarna kon het niet snel Âgenoeg gaan. Els wou haar euthanasie meteen nadat we van de zee waren Âteruggekeerd, op vraag van Jolien en ÂLiselot is het twee dagen later geworden. Tussen de aanvraag en de uitvoering zaten ongeveer twee maanden.â
De kleine vragen
Hoe doe je dat, met je moeder, je echtgenote een datum prikken voor haar dood? Els zelf bleef erg nuchter, maar in haar hoofd moet het ontzettend eenzaam zijn geweest, denkt Liselot. Nog altijd wordt ze gek van de gedachte aan wat haar moeder die laatste weken doorstaan moet hebben. âIk heb mijn uiterste best gedaan om door te vragen, te weten hoe het Ă©cht met haar ging. Maar ze blokte dat af. âWat ga je met mijn as doen?â, vroeg ze dan. Of ze begon namen op te sommen van vrouwen die een goede vriendin voor papa zouden zijn. Ze vond het belangrijk dat alles goed Âgeregeld was, maar het moet ontzettend pijnlijk zijn geweest.â
Kris: âDoor de lockdown hebben we het bezoek in die laatste weken kunnen beperken, maar dan nog kwam hier veel volk over de vloer. Dat deed deugd, al die mensen die haar nog wilden zien, maar als ze vertrokken waren, bleven wij wel achter met al die emoties.â
Legde het niet ook een enorme druk op jullie? Hoe minder tijd rest, hoe Âbetekenisvoller die moet zijn.
Liselot: âIk ben in die periode naar een psycholoog gegaan omdat ik houvast wou. Ik was hier elke dag, wou geen Âmoment laten schieten. Maar intussen heb ik gemerkt dat je toch vooral naar je moeder belt om te vragen hoe je die Âbepaalde soep maakt. Voor de kleine dingen, niet voor de grote vragen.â
Kris: âVoor mij was het ⊠nu ja, wel handig dat die datum er was, een eindpunt om naartoe te leven. Alles was gezegd, ik had Els in haar vraag gesteund. Ik was net bang dat de datum voortdurend verschoven zou worden. Soms zei Jolien tegen Els: âDenk er nog eens goed over na.ââ
Jolien: â(onderbreekt) Dat heb ik nooit gezegd. Ik heb gezegd: âJij beslist, je kunt je altijd bedenken.ââ
Kris: âIk begreep dat, maar ik vond het niet fair tegenover Els.â
Jolien: âIk wou niet dat ze het gevoel had voor een voldongen feit te staan, of een last te zijn.â
Liselot: âIk heb haar dat heel vaak gezegd: âMama, je bent geen last voor ons, wij willen nog jaren voor jou zorgen, jij moet echt zelf kiezen.â Soms hoopte ik dat ze ervan zou afzien. Gewoon, omdat ik het niet aankon. Maar ik heb nooit gevraagd of ze nog zeker was. Ik zou het mezelf nooit vergeven hebben mocht ze er vanwege ons niet mee zijn doorÂgegaan.â
Nooit gedacht: kon ze voor ons, of voor haar kleinkind, niet nog wat Âlanger blijven?
Jolien: âIk wist dat ze zo niet wou leven. Een van haar vriendinnen vertelde Âonlangs dat ze had gezegd: âLou is het eerste en het laatste kleinkind dat ik zal hebben gekend.â Ze wou niet dat haar kleinkinderen haar zo zouden leren kennen.â
Liselot: âAls ik naast mama in bed lag en mijn ogen dichtdeed, was ze wel nog echt mijn mama. Dan konden we praten, gaf ze me advies, dan kwam ik voldaan thuis. Voor papa moet dat als partner heel anders zijn geweest.â
Kris: âDe kinderen vergeten soms dat Els en ik op een nieuw punt in onze relatie waren gekomen. Zij waren het huis uit, onze opdracht was grotendeels afgerond.â
Jolien: âMaar ons hoofdstuk met mama was nog niet af. Ook al ben je volwassen, je hebt je moeder nog heel hard Ânodig.â
En wellicht des te meer als je zelf net moeder bent geworden?
Jolien: âIk herinner me nauwelijks iets van mijn zwangerschap. Zelfs niet van de bevalling. De dag dat ik uit het ziekenhuis ontslagen werd, ben ik rechtstreeks met Lou naar mama gereden. We mochten de instelling nog altijd niet binnen, dus we zijn met mama in de rolstoel en Lou in de kinderwagen gaan wandelen. Toen heeft ze haar kleinkind voor het eerst vastgehouden.â
Liselot: âIk vond het vreselijk dat mama niet met Lou kon rondlopen. Als ÂĂĂ©mand indertijd een kind kon sussen, was het mama wel. Maar als Lou bij haar in bed lag en begon te wenen, moest ze hem teruggeven zodat hij door iemand anders getroost kon worden.â
Hoe herinneren jullie je de dag van de euthanasie?
Liselot: âIk weet nog dat ik de week ervoor al dacht: hoe ga ik die dagen doorkomen? Ik heb dat ook aan mama gevraagd: hoe moeten wij voort, de dag Âerna? Gewoon opstaan en verdergaan, zei ze. Het is goed dat we dat laatste weekend nog naar zee zijn gegaan, we zijn erin geslaagd het daar âgewoonâ te houden. Nooit gedacht dat ik me nog zou amuseren.â
Jolien: âWe hebben nog naar Mar adentro gekeken, een film over euthanasie. Mama kon de ondertiteling niet meer lezen, het ging te snel, dus speelde ieder van ons een personage.â
Kris: âEn ze heeft nog lekker gegeten.â
Jolien: â(lachend) Thais en friet. Ik herinner me ook dat ze op de terugreis de Âhele rit mijn hand heeft vastgehouden.â
Liselot: âDie woensdag zelf is in mijn hoofd erg wazig. Ik weet wel nog dat Lou âs ochtends bij mama in bed wakker is geworden en dat Jolien hem daarna naar onze tante heeft gebracht. Dat vond ik erg confronterend, mama wist: nu wordt Lou weggebracht, straks komt de dokter.â
Jolien: âElke vezel in je lijf stribbelt Âtegen. We hebben nog naar filmpjes Âzitten kijken die familie en vrienden voor Kerstmis hadden gemaakt. Maar op de duur moest het uit, het viel mama te zwaar.â
Kris: âJe kunt de uren blijven rekken. De euthanasie was gepland om twee uur, uiteindelijk is het halfvier geworden. De meisjes hebben het anders ervaren, maar voor mij, en ook voor Els, was dat te lang. Wij zaten echt te wachten. Op zeker moment hebben de Leif-arts en Nancy, een bevriende verpleegster, gezegd dat het tijd was. âEls, wat denk je?â, heb ik haar gevraagd. Toen heeft ze geknikt of ja gezegd, dat weet ik niet meer precies, en zijn we rond haar gaan zitten.â
Jolien: âLiselot en ik lagen bij haar in bed, pepe en tante Hilde zaten naast haar, papa moest aan het hoofdeinde zitten, ze wilde dat hij haar hoofd vasthield.â
âAlles wat Els en ik elkaar te zeggen hadden, was gezegd. Na 32 jaar huwelijk ken je elkaar wel. Ik wou vooral dat de meisjes nog alle tijd kregen om met hun moeder te pratenâ – Kris
Kris: âIk had ook haar hand vast ⊠Tja, dat duurt niet lang, hĂš.â
Liselot: âZe begon eerst te snurken, dat was grappig.â
Kris: âZe viel gewoon in slaap. âEres tĂșâ, een van haar favoriete Eurosongnummers, speelde en ze was vertrokken.â
Jolien: âEn toch vond ik dat je angst in haar ogen zag.â
Liselot: âIk niet. Ze leek rustig, je zag dat ze geen pijn had. Ik vond het vooral Âchoquerend hoe makkelijk doodgaan is. Het ging zo snel.â
Kris: âNadat iedereen vertrokken was, zijn we elk naar vrienden gegaan. Ik had op voorhand gezegd dat we hier niet zouden blijven zitten, ik wou dat we alle drie ergens heen konden waar we ons verhaal mochten doen.â
Van betekenis
Of Jolien een verse zakdoek wil, vraagt Kris. Het is een onmogelijke taak, weet hij, de leegte vullen die een moeder laat â het is ook zijn ambitie niet. âWe praten vaak over Els en ik probeer mijn dochters op mijn manier te steunen, denk ik. Maar ik ben Els niet.â
Jolien: âSoms zeg ik: âHet zou voor Lou toch tof zijn geweest als mama nog hier was.â âMaar het is niet zoâ, antwoordt papa dan. Terwijl hij ook zou kunnen zeggen: âDat is inderdaad rot, Jolien.â Af en toe heb ik behoefte aan iemand die zegt: het Ăs rottig.â
Hoe lastig is het om niet alleen dat beeld van de voorbije twee jaar te onthouden?
Jolien: âIk heb niet echt een beeld van mama, wel een warm gevoel als ik aan haar denk.â
Liselot: âBij mij overheerst toch nog Âaltijd het beeld van toen ze ziek was. Ik ben blij dat mama het leven niet heeft laten liggen. Ze kon goed luisteren, was geĂ«ngageerd, ze inspireerde mensen. We hebben zoveel kaartjes en brieven aan haar moeten voorlezen. Ze is van betekenis geweest.â
Kris: âIk dĂĄcht dat ik goed voorbereid was, maar het blijkt toch moeilijker dan verwacht. Als ik de voorbije jaren iets heb geleerd, dan wel dat ik niet alleen kan zijn. Sommige vrienden vinden het vreemd dat ik snel een vriendin had, maar zonder haar zou ik verloren zijn.â
Jolien: âMama heeft altijd gezegd dat Âpapa iemand nodig heeft. Wij zien hem ook liever gelukkig. Als hij alleen is, gaat het de verkeerde kant uit.â
Hebben jullie negatieve reacties gehad op de beslissing van Els?
Liselot: âNee, dat denk ik niet. Toen Âmama haar beslissing genomen had, hebben we een mail gestuurd om vrienden en kennissen op de hoogte brengen. âIedereen die haar kent, zal het begrijpenâ, heb ik daarin geschreven.â
Kris: âWat ze heeft gedaan, is typisch Els. Eerst vechten, met alles wat ze in zich had. En toen dat gevecht niet te winnen bleek, het niet langer rekken. Daar moet je erg sterk voor zijn. Om te beslissen dat het genoeg is geweest, en daar tot op het eind mee door te gaan.â
âWat zou je doen met 1 miljoen?â, luidt een van de vragen in het boek. Het antwoord van Els: âMezelf genezen. Het uitÂdelen aan vluchtelingen.â
Bron: De Standaard