Essay – Ilja Leonard Pfeijffer – Wat ik zag bij Ponte Alto in Modena, was de dood van links

Ilja Leonard Pfeijffer

Bij recente verkiezingen in onder meer België, Frankrijk en Duitsland veroverde (radicaal-)rechts vele harten, maar ook links zorgde voor spektakel. Niet sociaaldemocratisch links, dat de neoliberale status quo allang heeft aanvaard. Wel, dixit Ilja Leonard Pfeijffer, ‘linkse politiek die de moed opbrengt om zich principieel en consequent te keren tegen het neoliberale dogma van de vrije markt’.

Ilja Leonard Pfeijffer – De Morgen


Op vrijdag 11 september 2020 was ik om literaire redenen te gast op het Festa de l’Unità nazionale in Modena.

Hoewel ik een onwetende Nederlander ben, die ongevoelig is voor de charmes van bancarelle, of kraampjes, was ik op de hoogte van de rijke en eerbiedwaardige traditie van het jaarlijkse feest van het trotse rode Italië, waar de socialisten met gnocchi fritti, focaccette en polenta aan het watertandende volk demonstreerden dat het paradijs in het ondermaanse te realiseren viel.

Terwijl er ter stichting van de arbeiders ook enkele debatten werden georganiseerd in een tent in een uithoek van het feestterrein, dromden de linkse kiezers van het Belpaese in groten getale samen in rijen voor de catering en hadden ze aan een begerige blik op de menukaart genoeg om ervan overtuigd te raken dat de mensheid een rode dagenraad en een stralende toekomst tegemoet ging.

Ik had mij dan ook erg verheugd op mijn bezoek aan dit evenement. Maar het was anders dan ik mij had voorgesteld.

Het feestterrein bij Ponte Alto, dat zich over vele hectaren uitstrekte, was zo goed als verlaten. Er waren meer vlaggen met het logo van de Partito Democratico (PD) dan mensen.

Vrijwilligers hingen verveeld en doelloos tegen de infobalie. Ze droegen hesjes om zich te onderscheiden van het gemene volk, maar die hesjes waren overbodig, want het feit dat zij aanwezig waren onderscheidde hen al meer dan afdoende van het gemene volk.

Verbijsterd liep ik langs de onmetelijke paviljoenen, waar honderden lege plastic stoelen en tafels uitnodigend stonden opgesteld en waar hier en daar een enkele bejaarde in de ontzagwekkende leegte in zijn eentje van een plastic bordje zat te eten.

Bij de kermisattracties klonk geen gejoel van kinderen. Er wáren geen kinderen.

Een oude man met een stok wandelde langs de botsautootjes, die doelloos stonden geparkeerd als showroommodellen in een failliete autowinkel.

Het jongste gezicht dat ik zag, was het gezicht van de toen 55-jarige partijleider Nicola Zingaretti op de posters, blakend van vertrouwen in de toekomst, met de blik schuin omhoog gericht naar een oord waar de oplossingen van alle problemen in Italië voor hem zichtbaar waren.

Als we voor de bestrijding van de nostalgie van rechts zijn aangewezen op linkse nostalgie, gaan we een moeilijke tijd tegemoet

Wat ik zag bij Ponte Alto in Modena, was de dood van links.

Het ommuurde feestterrein ver buiten de bewoonde wereld was geen epicentrum van macht of politieke vernieuwing, maar een reservaat, waar de weinige resterende leden van een ooit machtige stam hun oude rituelen konden opvoeren zonder de moderne wereld daarmee te storen.

Het was een demonstratie van nostalgie.

Hier werd geen toekomst meer vormgegeven, hier werd uitsluitend nog de heimwee gevierd naar de tijd waarin links nog kon geloven dat het de toekomst in handen had.

Twee jaar en elf dagen na mijn bezoek aan Modena werd Giorgia Meloni de eerste naoorlogse fascistische premier van Italië.

Inmiddels heeft de Partito Democratico een jonge, dynamische partijleidster, Elly Schlein, maar de aanhang van de partij is sindsdien alleen maar nog vier jaar ouder geworden.

Linkse privileges

Als we voor de bestrijding van de nostalgie van rechts zijn aangewezen op linkse nostalgie, gaan we een moeilijke tijd tegemoet.

De rechtse nostalgie is veel aanlokkelijker dan de linkse, want de rechtse nostalgie is revolutionair.

Zij wil verandering. Zij wil met geweld de klokken terugdraaien naar een sprookjesachtig verleden dat misschien nooit echt heeft bestaan.

De linkse nostalgie die hierop het antwoord wil zijn, is laf en behoudzuchtig.

Zij is blind, want zij sluit de ogen voor elke vorm van verandering en houdt krampachtig vast aan het ooit wellicht iets minder merkwaardige idee dat alle linkse privileges vanzelfsprekend zouden moeten zijn.

En zij is vooral muf en onsexy als de afgedragen jas van je opa.

Terwijl extreemrechtse partijen het publieke discours kapen met goedkope rancune en gemakzuchtige pleidooien om de globalisering terug te draaien, hullen de voormalige revolutionairen van links zich stamelend in de mottige koningsmantel van hun vanzelfsprekend gelijk.

Waar het links aan ontbreekt, is visie. Hun vermeende morele superioriteit is hun genoeg.

Waar het links aan ontbreekt, zijn idealen.

Hoewel de socialisten idealen zo ongeveer hebben uitgevonden, met hun rode dageraad en streven naar de socialistische heilstaat, zijn ze ergens onderweg tijdens hun lange mars door de instituties verbleekt tot regenten, die geen ander ideaal kennen dan het behoud van hun positie.

Links heeft zijn idealen in de jaren negentig afgeschaft, toen het nieuwe rechts nog niet was opgekomen, toen alles nog voor zichzelf leek te spreken en toen de socialistische heilstaat leek te zijn waargemaakt, althans voor de bestuurders.

Socialistische leiders als Tony Blair en Wim Kok spraken van de Derde Weg.

De ideologische veren moesten worden afgeschud om de socialistische bewindslieden niet te zeer te hinderen bij de uitoefening van hun macht.

Het kapitalisme werd omarmd als een noodzakelijkheid en het bestaansrecht van de linkse partijen is sindsdien louter nog gebaseerd op hun verleden.

En we hebben links nodig. Er is genoeg strijd te leveren, misschien wel meer dan ooit tevoren.

We beginnen te begrijpen dat het kapitalisme een inherent onrechtvaardig en onmenselijk systeem is.

Het is een spel waarbij steeds minder spelers steeds meer winnen ten koste van steeds meer verliezers. De ongelijkheid neemt steeds beschamendere proporties aan.

De premisse van een ongelimiteerd groeiende economie is in theorie onhoudbaar en in de praktijk verantwoordelijk voor de vernietiging van onze planeet.

Er zijn vluchtelingen die moeten worden opgevangen en de democratische rechtsstaat moet worden verdedigd.

Maar de traditionele linkse partijen slagen er niet in om al deze urgente thema’s over het voetlicht te brengen als een coherent en aanstekelijk verhaal.

Extreemrechtse agenda

Frans Timmermans, die het vicevoorzitterschap van de Europese Commissie heeft opgegeven om terug te keren naar Den Haag en als partijleider van de nieuwe linkse fusiepartij van PvdA en GroenLinks de verkiezingen te winnen en premier van Nederland te worden en die nu de oppositie aanvoert tegen de extreemrechtse regering-Schoof, die de facto wordt geleid door Geert Wilders, is een bevlogen, principieel en weldenkend man van onversneden linkse signatuur, daarover hoeft geen twijfel te bestaan.

Maar nu het kabinet-Schoof onder pressie van Wilders een asielcrisis wil uitroepen en een beroep wil doen op het staatsnoodrecht om het parlement buitenspel te zetten, horen we hem bepleiten dat een spoedwet, die met voorrang door de Tweede en Eerste Kamer behandeld zou worden, een even efficiënt instrument zou zijn om asielmigratie in te dammen.

Hij laat geen gelegenheid voorbijgaan om te benadrukken dat hij asielzoekers ook heus als een levensgroot probleem beschouwt, omdat hij denkt dat het electorale suïcide zou zijn om dat te ontkennen, maar dat de oplossingen voor dat probleem gezocht moeten worden binnen de kaders van de democratische rechtsstaat.

Het is een schoolvoorbeeld van de mechanismen die het Overton venster doen opschuiven naar rechts.

In een poging om de schade aan de democratische rechtsstaat te beperken tracht hij een extreemrechts beleidsvoorstel te mitigeren, waarmee hij de extreemrechtse agenda feitelijk overneemt.

Het is een voorbeeld uit vele, zoals mijn ontluisterende ervaring in Modena een tamelijk willekeurige metafoor is voor fundamenteel politiek onvermogen dat de traditioneel linkse stromingen in heel Europa kenmerkt.

Om te snappen waarom kiezers, en met name die kiezers die tot voor kort tot de traditionele achterban van de socialisten behoorden, steeds massaler vallen voor de verlokkingen van extreemrechts, moeten we beseffen dat zij gelijk hebben.

Zij hebben gelijk in hun diagnose, bedoel ik daarmee.

De neoliberale status quo is onhoudbaar. Alleen kiezen ze voor de verkeerde kuur.

Antikapitalisme

Rancuneus, illiberaal nationalisme en zondebokpolitiek vormen een vals en contraproductief schijnantwoord op gerechtvaardigd ongenoegen en terecht gesignaleerde problemen.

Deze kiezers stemmen niet langer op traditionele sociaaldemocratische partijen, omdat zij de sociaaldemocratie, sinds zij zich comfortabel in het politieke centrum heeft genesteld, beschouwen als representante van de oude politiek, als steunpilaar van de status quo en daarmee als onderdeel van het probleem.

Bij verschillende verkiezingen die de laatste tijd in Europa hebben plaatsgevonden, kreeg de voorspelde winst van extreemrechts een verrassend contrapunt in een onverwacht goede uitslag voor linkse partijen.

Maar daar waar dat gebeurde,

  • bijvoorbeeld in Frankrijk
  • bij de deelstaatsverkiezingen in Saksen en Thüringen
  • bij de gemeenteraadsverkiezingen in Antwerpen van afgelopen weekend

waren de linkse partijen die onverwachts goed scoorden nieuwe linkse partijen, die door hun tegenstanders gretig werden weggezet als extreemlinkse partijen en die hun afkeer van de kapitalistische status quo, van de traditionele politiek en van de klassieke sociaaldemocratie deelden met extreemrechts.

Dit toont aan dat er een groot electoraal potentieel bestaat voor linkse politiek die zich haar marxistische wortels heugt en die de moed opbrengt om zich principieel en consequent te keren tegen het neoliberale dogma van de vrije markt.

Het enige juiste antwoord op de opmars van extreemrechts is een moedige antikapitalistische visie, die een koers uitzet naar nivellering van economische ongelijkheid

Het kapitalisme is het probleem.

De woede van het extreemrechtse electoraat is gerechtvaardigd, alleen zijn de economische ongelijkheid en onrechtvaardigheid die zij ervaren:

  • de woningnood
  • de vastlopende gezondheidszorg
  • de achteruitgang van het onderwijs
  • de klimaatcrisis

niet de schuld van asielzoekers, zoals zij zich hebben laten aanpraten, maar van misplaatst vertrouwen in de zegeningen van de vrije markt en van roofkapitalisme dat geen strobreed in de weg wordt gelegd.

De opmars van extreemrechts kan niet bestreden worden door krampachtig vast te houden aan de verworvenheden van de zogenaamde redelijkheid van het politieke midden en nog minder door uit electorale overwegingen steeds meer punten van de extreemrechtse agenda over te nemen.

Het enige juiste antwoord is een moedige, antikapitalistische visie, die een koers uitzet in de richting van nivellering van economische ongelijkheid, ook op mondiaal niveau, en weldoordachte degrowth en gerichte reductie van productie en consumptie.

Linkse partijen zijn ongeloofwaardig zolang zij binnen het liberale paradigma willen opereren.

Niet armoede is de grootste bron van ongenoegen, maar armer zijn dan anderen.

Het is niet de economische groei die een samenleving stabiel en gelukkig maakt, maar rechtvaardigheid.


Ilja Leonard Pfeijffer
Beeld Rebecca Fertinel

Lees ook


Lees ook

Klik hier of op de hyperlink hieronder en vind andere berichten van

Ilja Leonard Pfeijffer


Bron: De Morgen

Welkom op Facebook

Naar de website


Scroll naar boven