Historicus Geert Mak – Op dit moment zie ik alleen maar tendensen die problemen voorspellen

Geert Mak: ‘Mijn belangrijkste reden tot optimisme is de jongste generatie. Ze blijft niet stil, goddank.’ Beeld Humo / Jildiz Kaptein

‘May you live in interesting times’: het is een Chinese vloek die historicus Geert Mak (77) in één van zijn boeken aanhaalt, en een beleefde manier om te zeggen dat je hoopt dat iemand in zijn ongeluk loopt. Vandaag leven we helaas in zulke tijden, volgens Mak omdat we de lessen van de geschiedenis vergeten. Die dient namelijk als waakvlam om ons bij te lichten bij het tasten in het donker. De geschiedenis als troost én zingeving.

Jonas Mortier – De Morgen/Humo


De boeken van Geert Mak, zoals De eeuw van mijn vader, Grote verwachtingen en natuurlijk In Europa, zijn zoals de vogeltjesdans of de schilderijen van Rubens: gekoesterd erfgoed.

Ze combineren dan ook twee kwaliteiten die bijna nooit samen voorkomen: ze zijn én goed geschreven én buitengewoon inzichtelijk.

Mak weet uit een grote hoeveelheid chaos, alternatieve feiten en uiteenlopende meningen te distilleren wat ertoe doet. Dankzij hem begrijp je opeens die lawine aan feiten die dagelijks op je afkomt.

We treffen elkaar in Bergen, in het hoge noorden van Nederland. De naam van het dorp lijkt eerder een vorm van Hollandse humor, want bergen zie je in de verste verte niet.

We hebben afgesproken in het Huis met de Pilaren. Ik kan me dan ook makkelijk inbeelden dat ik in een Romeinse tempel zit met de god van de geschiedenis, ware het niet dat daarbuiten op dat moment nog de laatste EK-gekte rondwaart, maar ook daarin vindt Mak een mooie aanleiding om het over geschiedenis te hebben.

Geert Mak: “Ik ben geen groot voetballiefhebber, maar vanuit geschiedkundig oogpunt ben ik blij dat het EK voetbal bestaat: ik ben er namelijk zeker van dat het bevorderlijk is voor de vrede.

“De Eerste Wereldoorlog is niet het minst begonnen omdat er in de zomer van 1914 een sfeertje hing van ‘Hier moet dringend nog eens gevochten worden!’

“Het was, zeker in het begin, een bewust gezochte lozing van overtollige agressie. De termen waarmee de partijen ten strijde trokken, waren ook voetbaltermen.

“Evenementen als het EK hebben een deel van die nationale agressie gekanaliseerd. Hoe harder ze ruziemaken en schreeuwen op het veld, hoe minder ze het daarbuiten doen (lacht).”

U duikt weer meteen de geschiedenis in. Wat trekt u daar zo in aan?

“De geschiedenis heeft me altijd gefascineerd. Als ik ergens kom, wil ik meteen weten wat zich daar heeft afgespeeld. Van elk huis dat ik in mijn leven heb bewoond, onderzocht ik eerst de geschiedenis. Dat zit in me.”

Waarom is die geschiedenis zo mooi? Omdat ze het nu rijker maakt?

“Ja, het is een manier van wortelen. Het verleden schroeft me op mijn plek. Ik zou er niks aan vinden als ik alleen maar in het heden zou leven.

“Ook als journalist – wat ik in wezen ben – ben je een chroniqueur van je tijd, je ordent telkens opnieuw een onvoorstelbare hoeveelheid feiten en meningen tot een verhaal.

“Journalistiek en geschiedschrijving liggen wat dat betreft vlak naast elkaar.

“Bovendien leer je ontzettend veel van geschiedenis. In wat er vandaag in Europa gebeurt op politiek vlak, zie je een herhaling van heel wat bekende gedragspatronen, met name een normalisering van het extreme.

“In Nederland hebben de conservatieve partijen zich nu laten verleiden door de PVV van Geert Wilders, en dat gebeurde op precies dezelfde manier als in 1932 en ’33 in Duitsland.

“Het hoeft daarom niet net zo te eindigen, maar de patronen zijn wel dezelfde.

“Als je je geschiedenis kent, gaan nu alle alarmbellen af.

“Ook buiten Europa zijn er opvallende overeenkomsten met vroeger.

“In november vorig jaar had de Amerikaanse president Joe Biden het in verband met de oorlog in Oekraïne over hoe het Westen ‘het arsenaal of wapenmagazijn van de democratie’ moest zijn.

“In 1942 werd exact diezelfde term gemunt door de hoofdpersoon van het boek dat ik nu schrijf, Harry Hopkins, de rechterhand van president Roosevelt. Zo sterk zijn die parallellen.”

In De eeuw van mijn vader citeert u de schrijver Klaus Mann. Hij zegt: ‘Elk ogenblik dat we beleven, dankt zijn zin aan het voorgaande. Tegenwoordige tijd en toekomst zouden zinloos worden als de sporen van het verleden uit ons bewustzijn gewist waren. Tussen ons en het niets staat ons herinneringsvermogen, een problematisch en breekbaar bouwwerk.’ Heeft hij gelijk?

“Zeker. Al zijn we ook ontzettende opportunisten, hoor. Je herinnert je de dingen die je goed uitkomen (lacht).

“Iedere mens heeft bovendien krachtige verdringingsmechanismen. Maar het is belangrijk om de geschiedenis onder ogen te zien. Dat hoort bij volwassenwording, zowel op persoonlijk als op nationaal vlak. Het is belangrijk dat een land zich bezint over zijn koloniale verleden.

“Goede historici maar ook overheden kunnen daar een belangrijke rol in spelen.”

Het mooie aan uw boeken is dat ze de kleine geschiedenis aan de grote koppelen. Een goedkope Japanse fiets die in de periode voor WO II onder de kerstboom ligt, wijst op de opkomst van Japan als supermacht. Waarom doet u dat zo?

“Omdat je zo meer greep op de gebeurtenissen krijgt. Alles wordt begrijpelijker en hanteerbaarder.

“Het is heel verleidelijk om de grote lijnen van de geschiedenis alleen maar uit officiële documenten af te leiden, en voor sommige historici is dat zelfs de enige manier waarop je geschiedenis kunt bedrijven, maar je mist dan geweldig veel.”

In Grote verwachtingen haalt u een jonge Duitse vrouw aan die over de opkomst van de nazi’s getuigt: ‘Iedereen marcheerde opeens in mooie uniformen. Het had een verpletterend effect. Al die arme mensen waren opeens iemand. Ze zongen de grootste onzin, maar ze hadden nieuwe schoenen!’ Die schoenen vertellen meer dan allerlei grote theorieën?

“Ja, uit dat soort details heb ik heel veel geleerd. De meeste mensen denken dat de Duitsers nazi werden uit overtuiging. Maar nee, velen waren zo arm als de pest en plots kregen ze een mooi uniform en schoenen. Ze kregen waardigheid. Dát maakte voor hen het verschil.”

Het zorgt op zijn minst voor levendige lectuur. in De eeuw van mijn vader vertelt u over uw grootvader, die zijn hond zo gedresseerd had dat hij geen worstje aannam als je zei: ‘Het komt van Hitler.’

“Ik zag deze week toevallig een Oekraïner op televisie die zijn hond op net dezelfde wijze gedresseerd had. ‘Dit worstje komt van Poetin,’ zei hij dan, en dan moest die hond het niet meer hebben (lacht). Het is iets van alle tijden.”

‘De Duitsers werden geen nazi uit overtuiging. Ze waren zo arm als de pest en kregen plots een mooi uniform en schoenen. Ze kregen waardigheid. Dát maakte voor hen het verschil’ Beeld Humo / Jildiz Kaptein

GEMAKZUCHT

U hebt zich meer dan dertig jaar in de geschiedenis verdiept. Welk mensbeeld komt daaruit naar voren?

“Ik ben het met Sigmund Freud eens: we zijn dieren met daarbovenop een dun laagje beschaving.

“Tijdens de Eerste Wereldoorlog waren veel mensen verbijsterd over hoe dat kon gebeuren. Tot de zomer van 1914 ging alles er heel beschaafd aan toe: veel Duitsers gingen in Oostende op vakantie, er werd overal verbroederd, iedereen was erg beleefd tegen elkaar. En opeens had je die moordpartij van heb ik jou daar.

Freud schreef in 1915 een brochure waarin hij zich afvroeg hoe dat kon gebeuren. Zijn theorie was dat ons laagje beschaving uiteindelijk toch maar heel dun is. Daaronder zitten miljoenen jaren van vechten en elkaar de hersens inslaan. Dat kan zo weer naar boven komen.”

Waar leeft de mens volgens u voor, als u de geschiedenis bekijkt? Zoeken we iets dat groter is dan wijzelf, zoals nationalisme of religie? Of willen we vooral simpele dingen: eten, een dak boven ons hoofd, geen zorgen?

“Volgens mij willen we het allebei. Het is een spanningsveld.

“Mensen vinden het doorgaans heerlijk om bij iets te horen dat groter is dan zijzelf: een land, een religie of een leger. Ze zijn bereid om daar grote offers voor te brengen.

“Dat zie je ook aan al die grote bewegingen in de 20ste eeuw: de sociaaldemocratische, de communistische en de arbeidersbewegingen kenden stuk voor stuk een grote gezelligheid.

“Er waren bijeenkomsten, manifestaties, parades: dat fysieke samenzijn had een enorm bindend karakter.

“Zoiets zag je opnieuw bij de Franse gele hesjes: rond die vuurtjes op de rotondes was er opeens weer de oude gezelligheid van de 20ste-eeuwse bewegingen.

“Of denk aan de manifestaties van de Trump-kiezers. Het gaat mensen vaak om meer dan een politieke overtuiging. Ze willen ergens bij horen. Het gaat om het groepsgevoel.

“Tegelijkertijd hebben mensen de neiging om, als ze het goed hebben, de status quo te willen handhaven en de ogen af te wenden voor alles wat dat leventje verstoort.

“Ik denk bijvoorbeeld aan de terug duw operaties van de Griekse immigratiedienst: het blijkt dat ze daar migranten gewoon geboeid in zee hebben gegooid. Dat is niets minder dan moord, en dat onder Europese auspiciën.

“Toch ontstond er bijna geen publieke deining, behalve een boze column hier en daar. We kijken weg. Om van te kotsen vind ik het.

“Dat is dus het concrete resultaat als vreemdelingenhaat normaal wordt: de vreemdeling, de ander, is geen medemens meer, maar een vod dat je kunt weggooien.

“Het is het gevolg van ministers zoals wij die nu in Nederland hebben die zeggen: ‘Mensenrechten? Nee, aan dat gekeutel doen we niet.’

“Goddank zijn er nog wakkere journalisten die dat uitzoeken en aan de kaak stellen, maar die moordpartijen gebeuren wel namens ons, namens Europa. En de collectieve woede blijft achterwege.

“Al die waarden waar de hele Europese Unie ooit om begonnen is – vrede, mensenrechten enzovoort – worden nu door het toilet gespoeld. Dat is het verpletterende effect van gewenning, van geen gedonder willen.

“Die gemakzucht is helaas ook een menselijke eigenschap.”

Toen u in 2005 het pamflet Gedoemd tot kwetsbaarheid schreef, had u het over de handelaren in angst. Vandaag is die handel weer booming business. Of is het van alle tijden?

“Het is nu veel sterker. De vraag is dan: waarom bloeit dat handeltje zo? Dat heeft alles te maken met een fundamentele onzekerheid. We zitten in een overgangsfase, de wereld is overal aan het veranderen, alle oude zekerheden gaan op de schop.

“Het internet zet de verhoudingen net zo op zijn kop als de uitvinding van de boekdrukkunst in de 15de eeuw, het fenomeen AI stormt op ons af.

“Internationaal zijn de machtsverhoudingen aan het verschuiven, met onder anderen Donald Trump die een goede kans maakt om opnieuw president te worden.

“En dan is er die grote olifant in de kamer: het klimaatprobleem.

“Het verdwijnen van de wereld zoals we die gekend hebben, roept almaar meer angst op. En de reactie op die angst is vandaag geen vlucht vooruit, maar een vlucht achterwaarts, in de nostalgie.

“Heel Europa zoemt van de nostalgie, het intense verlangen naar een glorieus nationaal verleden dat nooit heeft bestaan. Overal zijn mensen bang dat hun kinderen het slechter zullen hebben dan zij.

“De Amerikaanse publiciste Barbara Ehrenreich heeft een briljant boek geschreven over de angst van de middenklasse om naar de armoede af te glijden, Fear of Falling.

“Die angst heeft op dit moment een heleboel mensen in zijn greep.”

‘Alle oude zekerheden gaan op de schop. Dat hele verdwijnen van de wereld zoals we hem kenden, roept steeds meer angst op’

Als je het allemaal zo goed volgt als u doet, slaapt u dan nog goed ’s nachts?

“Nee (lacht). Op dit moment gaat het wel weer, maar recent waren er nachten dat ik heel slecht sliep.”

En dat had te maken met de woelige tijden?

“Ik krijg altijd jeuk wanneer ik stress heb, of ik nu een examen moet afleggen of een boek moet afwerken. Wel, het heeft de laatste tijd flink gejeukt.

“Mijn collega’s hebben precies hetzelfde. Iedereen die op dit terrein bezig is, is op dit moment erg zenuwachtig.

“Bijna alle internationale veiligheidskleppen zijn dichtgeschroefd, de diplomatieke binnenlijnen zijn grotendeels weggevallen.

“Een vriendin en collega van me interviewde onlangs één van de belangrijkste Europese veiligheidsexperts. Hij gaf na afloop van het gesprek toe dat ook hij stervenszenuwachtig is. Ik hoor hetzelfde van andere specialisten.”

We hadden het over de menselijke neiging om de kop in het zand te steken. Vindt u het een plicht om zich te informeren? U citeert in De eeuw van mijn vader de filosoof Zygmunt Bauman over de Holocaust: ‘De Holocaust is geen afgesloten periode, geen op zichzelf staand schilderij, maar een raam. Hoe deprimerend dat uitzicht ook is, het is van het grootste belang om te kijken. Niet alleen voor de daders, slachtoffers en getuigen van deze misdaad, maar voor iedereen die vandaag leeft en morgen hoopt te leven.’

“Ja. Je maakt deel uit van een gemeenschap. Van een stad. Van een land. Van een continent. Daar heb je ontzettend veel voordelen van.

“Er zijn weliswaar ook problemen, maar de meeste mensen hier hebben het over het algemeen niet slecht. Dan is het je plicht om goed op te letten wat er gebeurt. Net zoals het belangrijk is dat je goed weet op wie je stemt.

“Heel wat gewone mensen, Henk en Ingrid zoals wij ze hier noemen, hebben nu voor Wilders gestemd, maar zijn partij is er één op maat van de rijken.

Henk en Ingrid zullen binnenkort dan ook wel merken dat hun stem hen niet veel heeft opgebracht. Daar heb ik dan geen medelijden mee: je stem is jouw verantwoordelijkheid. Je roept het over jezelf af.

“Onderwijs, cultuur en milieu zullen nu harde klappen krijgen. Daar zitten ook degenen die niet voor Wilders hebben gestemd, én hun kinderen, mee opgescheept.

“Democratie is geen consumptiegoed.

“Je hebt als burger de verantwoordelijkheid om goed om je heen te kijken en je te informeren. Daarna mag je gerust links of rechts stemmen, maar het kluitje mensen dat nu bij koning Willem-Alexander op het bordes stond, is een ander verhaal.

“Jullie weten niet half hoe erg het met jullie noorderburen gesteld is. Het komende jaar wordt het hier, vrees ik, een bananenrepubliek, een gekkenhuis zoals we nog nooit hebben meegemaakt.”

Het is niet voor iedereen altijd even makkelijk om wegwijs te raken in de lawine aan meningen en feiten. Wellicht is dat een deel van uw succes: mensen hebben in turbulente tijden nood aan overzicht en duiding.

“Ik kom uit een familie van schoolmeesters. Overzicht geven zie ik wel als mijn werk.

“Ik zou heel makkelijk een succesvol boek voor academici kunnen schrijven, compleet met voetnoten, bronnen enzovoort, maar ik wil dat het ook door mijn vrienden in het dorp gelezen kan worden.

“Geschiedschrijving is in wezen een verhaal dat een grootouder aan zijn kleinkind vertelt. Dat vind ik mijn opdracht. En ik vind het bovendien zeldzaam leuk (lacht).”

Als het een verhaal is van een grootouder aan zijn kleinkind, is het wel een heel spannend verhaal. Geschiedenisboeken, ook de uwe, lezen als een aaneenschakeling van oorlogen, crisissen en ellende. Waarom focussen geschiedenisboeken daar altijd op?

“Ik heb thuis een prachtig boek over het Romeinse Rijk van Edward Gibbon. Hij schrijft over een bepaalde periode dat de zaken goed werden geregeld en zich geen grote oorlogen voordeden. ‘Kortom,’ schrijft hij, ‘ik kan het kort houden over deze periode.’ (lacht)

“Maar ik weet niet of het klopt wat je zegt. Er is ook almaar meer geschiedschrijving over het dagelijkse leven, of over pakweg de rol van vrouwen in de geschiedenis.

“Voor mij heeft de geschiedenis ontzettend veel kleurschakeringen: er is de werkelijkheid van het topoverleg tussen de groten der aarde, en daarnaast de werkelijkheid van de trouwe secretaresse in het Witte Huis die instort na persoonlijke spanningen.

“Een goede geschiedschrijver heeft oog voor de grote en de kleine elementen.

“Zo las ik vandaag nog een voortreffelijke reportage in de Volkskrant over een militaire eenheid aan het Oekraïense front.

“Het ging over het gebrek aan granaten en de militaire situatie aan het front, maar ook en vooral over wat de soldaten bezighield: hun kinderen, en hoe ze langzaam van hun familie vervreemdden.

“Over hoe het er echt aan toegaat dus. Vaak vervalt de journalistiek in nietszeggende clichés: ‘Het leger rukt op.’

“Ja, goed. Maar hoe terreinwinst of verlies er echt uitziet, en wie de mensen zijn die daar vechten: dát is boeiend.”

Een historicus wordt vaak geraadpleegd als een soort waarzegger, die moet voorspellen wat de toekomst zal brengen. Maar is de geschiedenis wel zo goed in het voorspellen van de toekomst?

“Bij elke lezing die ik geef, krijg ik die vragen: wat zal er gebeuren? Maar telkens als een historicus daar uitspraken over doet, gaat hij op zijn bek.

Pieter Jan Bouman was in de jaren 50 een heel populaire historicus in Nederland. In de jaren 60, in een beschouwing over de cultuur en muziek van toen, deed hij ook enkele voorspellingen voor de nabije toekomst.

“Iedereen was geweldig onder de indruk, maar één ontwikkeling had hij over het hoofd gezien: het ontstaan van de popmuziek (lacht). Nou, dat is typisch een historicus.

“Eén van mijn begeleiders bij het boek dat ik nu over de jaren vóór WO II aan het schrijven ben, is Alfons Lammers, een emeritus hoogleraar in de Amerikaanse geschiedenis.

“Wanneer ik weer eens geneigd ben al te sterke parallellen te zien tussen toen en nu, en dus ook voorspellingen te doen van waar dat mogelijk naartoe gaat, vermaant hij me:

‘Denk eraan: de geschiedenis herhaalt zich nooit. De omstandigheden zijn altijd heel anders.’

“Dat knoop ik dus in mijn oren. Je verwacht maar beter het onverwachte.”

Een historicus heeft het alleen over feiten die zich al hebben voorgedaan. U haalt in Grote verwachtingen een citaat aan van een verzetsstrijder die u ooit hebt gesproken: ‘Jullie hebben makkelijk praten vanuit het licht van nu. Wat moesten wij in de jaren 30? Wij liepen in het donker met een kaarsje te zoeken.’

“Ja, zo lopen wij allemaal natuurlijk: in het donker te tasten.”

Moet de geschiedenis ons een beetje licht verschaffen?

“Ja. De geschiedenis is dat kaarsje uit het citaat. Maar het schijnt natuurlijk niet zo ver.”

Gelooft u in vooruitgang? U had het daarstraks over ons dunne laagje beschaving. Wordt dat laagje door de jaren heen dikker?

“Ik had lang het gevoel van wel. Na de Tweede Wereldoorlog was er echt een enorme inspanning om oorlog overal zoveel mogelijk uit te bannen.

“De Europese Unie was één groot beschavingsproject. Maar het proces heeft de laatste jaren zware klappen gekregen, en we moeten door een stevige storm. Dus sjor je maar vast.”

‘De Grieken hebben migranten geboeid in zee gegooid. Dat is dus het concrete resultaat als vreemdelingenhaat normaal wordt: de vreemdeling, de ander, is geen medemens meer.’ Beeld Jildiz Kaptein

ZWIJGEN AAN TAFEL

Uw vader was dominee. Gelooft u zelf in God? En valt geloof te verzoenen met de geschiedenis zoals die is?

“Daar vraag je me wat. Ik geloof wel in de waarde van religie. Religie kan verbinden, het Latijnse woord religare betekent ook verbinden.

“Er zijn natuurlijk godsgruwelijke dingen gebeurd in naam van religies, maar mensen konden ook boven zichzelf uitstijgen.

“Mijn eigen ouders, bijvoorbeeld, hebben mede dankzij hun diepgewortelde geloof de Japanse kampen overleefd, daar twijfel ik niet aan.”

Als we niet de hand van God in de geschiedenis zien, blijft slechts het toeval over. In de tv-reeks In Europa hebt u het over de moord op aartshertog Frans Ferdinand en alle toevalligheden die een rol speelden: de auto waarin ze zaten reed verkeerd, de kogel die hem doodde, zou enkele millimeters lager geen schade hebben aangericht. Die moord heeft vandaag nog altijd immense gevolgen.

“De rol van het toeval in de geschiedenis is gigantisch. Wij hebben vaak het idee dat de gebeurtenissen op dwingende wijze van A naar B gaan, of dat één en ander wel móést gebeuren. We scheppen dat soort verhalen om onszelf gerust te stellen, maar er zijn zoveel momenten waarop de geschiedenis een totaal andere richting had kunnen uitgaan.

“De Amerikaanse legerleiding heeft in de zomer van 1942, bijvoorbeeld, serieus overwogen om de Britten te laten vallen en zich te concentreren op Japan en de Stille Oceaan. Stel je voor dat dat gebeurd zou zijn!

Winston Churchill is in de jaren 30 in New York op een haar na door een taxi overreden. Dan waren de dingen ook anders gelopen.

“Dus die rechte lijn van A naar B is een geruststellende illusie, maar het is niet hoe het er echt aan toegaat.”

U bent geboren in 1946. In welke mate heeft dat simpele feit u gevormd?

“Enorm. Mijn generatie was compleet doordrongen van de Tweede Wereldoorlog. Het grootste deel van de familie had in kampen vastgezeten, mijn oudste zus vertoefde in verzetskringen. Ze hadden allemaal heftige oorlogservaringen. Er werd thuis niet zoveel over gepraat, maar de oorlog zat wel elke avond zwijgend mee aan tafel.

“Het zijn de generaties die de oorlog en zijn gevolgen hebben meegemaakt, die het Europese project hebben vormgegeven.

“De Europese leiders die zelf in kampen hadden gezeten, of bombardementen hadden meegemaakt, of in Stalingrad hadden gevochten, hadden één ding gemeen: dat wilden ze nooit meer. Daardoor ook konden ze over hun nationale schaduw heen springen.

“Die generatie is intussen van het toneel verdwenen en dat beïnvloedt ook de stemming binnen de Europese Unie. De noodzaak van toen is helemaal weg.”

Ik kan me inbeelden dat dat algemene zwijgen na de oorlog de drang bij u heeft opgewekt om de feiten naar boven te halen.

“Nee, het zwijgen bij ons thuis was niet benauwend. Dat had alles te maken met het feit dat ze het overleefd hadden en dat ze het gevoel hadden dat ze tijdens de oorlog nuttige dingen hadden gedaan.

“De hoofdreden waarom ik De eeuw van mijn vader heb geschreven, is ook niet dat ik mijn familiegeschiedenis wilde uitdiepen.

“Ik wilde de geschiedenis van Nederland tijdens de 20ste eeuw beschrijven, met een gewone familie als leidraad. Ik had daarvoor een heel aantal families in mijn hoofd, maar toen ik een proefhoofdstuk met die van mij als voorbeeld schreef, merkte ik dat het werkte als een tierelier.

“Ik heb mijn familie daarna systematisch ondervraagd. Het mooie neveneffect was dat ik daardoor opeens veel dichter bij mijn ouders, broers en zussen kwam te staan. Ze waren opvallend open, en ze hadden ontzettend mooie verhalen. Ik kan het iedereen aanraden.”

U was in uw gezin het nakomertje dat alles moest goedmaken. Voor een door de oorlog getraumatiseerd gezin was u het symbool van een herrijzend Nederland. Volgens collega-historicus Hans Goedkoop bent u ook vandaag de man die de boel vooral wil bijeenhouden. Bent u een bruggenbouwer?

“Het is wel mijn instinct, ja. Ons hele gezin was tijdens de oorlogsjaren verscheurd: mijn vader had in een kamp gezeten, mijn moeder in een ander, twee kinderen waren in Nederland gebleven.

“Mijn natuurlijke rol was die van het keffertje dat hen bijeen moest drijven. Dat was wel een kleine roeping. Ik kan ook ontzettend slecht tegen ruzie. Ik ben een instinctmatig verbindertje, ja.”

‘Toen een oude Amerikaanse vriend van me op sterven lag en ik hem voor de laatste keer belde, zei hij: ‘Eigenlijk ben ik heel nieuwsgierig wat er gaat gebeuren.’ Ik ben ook niet bang voor de dood.’ Beeld Jildzi Kaptein

ERGER DAN DOOD

Wat maakt voor u het leven de moeite waard?

“Het leven zelf (lacht). Ik vind leven echt ontzettend leuk.”

U lijkt me op dat vlak een gulzige man.

“Ja, dat is zo. Ik eet en drink het leven.

“Tot corona dacht ik nog: ik word nooit oud, ik ga nooit dood. Oudemensenmegalomanie. Een klein misverstand.

“Nu ben ik realistischer, ik zie onder ogen dat ik ouder word. Daarom was die koppige blindheid van Joe Biden en zijn omgeving ook zo schandalig.

“Iedereen die ouder wordt, merkt dat het een invloed op je heeft. Je wordt sneller moe, je kunt je minder goed concentreren.

“Ik kan nog prima een boek schrijven, maar ik moet geen veertig lezingen meer na elkaar geven.

“Tegelijk kan het leven op hogere leeftijd ook heel mooi zijn. Je gaat intenser leven, goed kijken en luisteren. Je gaat meer naar de essentie. Al kan ik ook erg genieten van oppervlakkigheid (lacht).”

Wat vindt u moeilijk aan het leven, en waarin vindt u troost?

“Het moeilijkste aan mijn leven nu is dat mensen om me heen wegvallen, en daarmee mijn eigen, oude wereld ineenzakt.

“Ik ben stevig in de 70 en ik zie mijn oude kameraden sterven als vliegen. Ik ben altijd een beetje aan het rouwen. Wat jaren geleden nog volop leefde en dartelde en de toon zette, verdwijnt.

“Maar wat me het meest bezwaart, is dat ik op dit moment alleen maar tendensen zie die problemen voorspellen.

“Ik zei al dat veel mensen bang zijn dat hun kinderen het op financieel vlak minder goed zullen hebben. Wel, ik heb datzelfde gevoel bij de democratie en de beschaving.

“Een democratie is niet alleen maar een stel regels die je te volgen hebt.

“Nee, een democratie is in de kern gebaseerd op welwillendheid.

“Tussen de regels is er een hele verzameling van ongeschreven vanzelfsprekendheden:

  • dat je de uitslag van de verkiezingen accepteert, bijvoorbeeld

  • dat je je tegenstander respecteert

  • dat je de dialoog met je politieke tegenstrevers aan de gang houdt

  • dat je niet sjoemelt of corrupt bent…

“Dat hele weefsel van ongeschreven regels wordt nu aangetast, en het wordt een klus om het te herstellen – kijk maar naar Polen.”

‘Het leven zelf maakt voor mij het leven de moeite waard. Ik eet en drink het leven. Ik vind leven echt ontzettend leuk’

Ziet u ook redenen tot optimisme?

“De belangrijkste reden is toch de jongste generatie. Ze loopt te hoop voor het klimaat, ze schreeuwt het uit om wat er in Gaza gebeurt, ze blijft niet stil, goddank. En ze heeft de kracht van de gezamenlijkheid hervonden.”

Kan de geschiedenis ons troost verschaffen?

“Ja. De geschiedenis leert dat alles voorbijgaat. Dat zei mijn dierbare collega György Konrád altijd.

“Dat Nederlandse kabinet van Dick Schoof is gekomen, maar zal ook weer gaan. Je kunt alleen maar hopen dat de puinhoop niet te groot wordt.»

Hoe kijkt u naar de dood? Uw familie huldigde de nogal vreemde leuze ‘Erger dan dood kan toch niet’.

(lacht) “Die kwam van mijn broer Gjalt, een echte overlever. Dan klom hij in een hoge boom en riep hij: ‘Erger dan dood kan toch niet.’

“De dood is wat mij betreft een natuurlijk einde.

“Toen een oude Amerikaanse vriend van me op sterven lag en ik hem voor de laatste keer belde, zei hij: ‘Eigenlijk ben ik heel nieuwsgierig wat er gaat gebeuren.’ Ergens heb ik dat ook.”

Echt?

“Ja, gek genoeg ben ik heel rustig. Ik ben er niet bang voor. Iedereen die ooit heeft geleefd, heeft de dood onder ogen moeten zien. Ook mijn ouders, mijn broers en mijn zussen. Ik hoop gewoon dat ik met rustige moed de overgang maak.”

Maar voor we sterven, moet iedereen wel zijn verhaal vertellen, toch? Want u schrijft: ‘Te veel verhalen worden elke dag mee in het graf genomen.’

“Nou, nee (lacht). Ik krijg veel familieverhalen toegestuurd, mooie boeken met illustraties en zo. Daar is vaak veel geld en tijd in gestoken, maar ze bevatten vanuit historisch perspectief vaak niets van enig belang.

“Een geschiedenisverhaal moet meer zijn. Er moet drama in zitten. Er moet iets in zitten wat je raakt, en niet alleen leuke anekdotes.”

Zult u uw eigen leven ooit te boek stellen of laten stellen?

“Als een biograaf daarmee aan de slag wil gaan, wens ik hem veel succes. Dat wordt maar een slappe hap, hoor.”

U vindt uw eigen leven niet interessant?

“Nee, totaal niet. Leg mij maar rustig in een graf op een leuk plekje, en laat voor de rest mijn boeken maar voor mij spreken. Dan heb ik mijn rol vervuld.”

© Humo

Geert Mak 

  • Geboren in Vlaardingen op 4 december 1946. Opgegroeid in Friesland
  • Studeerde rechten en sociologie in Amsterdam, doceerde staats- en vreemdelingenrecht aan de Universiteit Utrecht
  • Van 1975 tot 1985 redacteur van het weekblad De Groene Amsterdammer 
  • Vanaf 1985 redacteur bij NRC Handelsblad en buitenland­redacteur bij VPRO-radio
  • Auteur van vaak bekroonde en vertaalde non-fictieboeken, o.a. Hoe God verdween uit Jorwerd (1996), De eeuw van mijn vader (1999), In Europa (2004), De brug (2007), Reizen zonder John (2012) en nu Grote verwachtingen (het vervolg op In Europa)
De eeuw van mijn vader
Grote verwachtingen
In Europa
Gedoemd tot kwetsbaarheid
Fear of Falling

Geert Mak: ‘Mijn belangrijkste reden tot optimisme is de jongste generatie. Ze blijft niet stil, goddank.’ Beeld Humo / Jildiz Kaptein
Geert Mak: ‘Mijn belangrijkste reden tot optimisme is de jongste generatie. Ze blijft niet stil, goddank.’ Beeld Humo / Jildiz Kaptein

Lees ook


Bron: De Morgen/Humo

Naar Facebook

Naar de website


Scroll naar boven