De overheid vertrouwt de bevolking niet meer, en omgekeerd, schrijft Marc Reynebeau. Het Vlaamse woonbeleid typeert dat.
Marc Reynebeau – De Standaard
Het is een complex verhaal, maar eigenlijk is het bekend en toch simpel tegelijk.
Het is dat van de overheid, de Vlaamse regering voorop, die niets dan paranoïde vermoedens koestert over de burger, die ze verdenkt van systematische fraude.
Het kwam vorige week opnieuw aan het licht, met wat op het eerste gezicht iets vrij technisch leek te zijn, omtrent – eerst even diep ademen – het centraal aanspreekpunt van rekeningen en financiële contracten (CAP).
Het CAP levert via de Nationale Bank informatie over alle bankrekeningen en financiële contracten in het land.
De toegang daartoe is strikt beperkt. Sommige ambtenaren bij de fiscus of justitie mogen dat inkijken, en de bekendste gebruikers ervan zijn de notarissen, die eruit kunnen afleiden wat een overledene aan nalatenschap heeft.
Tot de Nationale Bank merkte dat plots veel CAP-uittreksels werden opgevraagd door mensen die wilden weten wat ze zelf zoal aan bank- en spaarrekeningen hadden.
Ze hadden die nodig om te bewijzen dat ze niet overdadig veel geld op die rekeningen hebben, als voorwaarde om een sociale woning toegewezen te krijgen.
Er staan voor die sociale woningen meer mensen op de wachtlijsten dan er nu sociale huurders zijn en wie zo’n woning nodig heeft, wil daar wel een inspanning voor doen, bijvoorbeeld door zo’n CAP-uittreksel voor te leggen. Zo wilde het Vlaams minister van Wonen Matthias Diependaele (N-VA).
Sociale huurders mogen al langer geen vastgoed bezitten, via de zogeheten middelentoets mogen ze nu ook maar een kleine spaarpot hebben. Vandaar dat CAP-uittreksel.
Let wel, het gaat om een middelentoets, het checken van ‘middelen’, wat een wat vage term is voor wat beter een vermogen zou heten. Maar dan zou het weleens delicaat kunnen worden.
Dat de overheid inzicht krijgt in ieders vermogen, is een absoluut taboe voor liberale en rechtse partijen als de N-VA. Een vermogenskadaster kan helemaal niet.
Nu in de verkiezingscampagne weer stemmen opgaan die een of andere, nu onbestaande vermogensbelasting bepleiten, duikt dus, voorspelbaar, meteen de karikatuur op van de fiscus die bij iedereen thuis de kunstcollectie en de wijnkelder komt taxeren.
Maar een sociale huurder, die paria die niet eens in staat is om te doen waarin 70 procent van de Vlamingen wel slaagt, woningeigenaar zijn, moet zijn plaats kennen.
Discretie over het vermogen is een privilege, gereserveerd voor wie veel vermogen heeft. Armoedzaaiers moeten hun financiële schamelheid wel prijsgeven.
Dat doen via het CAP is volgens de Nationale Bank evenwel strijdig met de wet, want een ernstige schending van de privacy.
Een te verdelgen verschijnsel
Diependaele laat zich niet ontmoedigen. Voortaan moet een verklaring op eer volstaan (wat overigens nu al bij de inschrijving op de wachtlijst is vereist). Controle zal volgen, al is niet duidelijk hoe.
Maar “als dan zou blijken”, aldus de minister, “dat er frauduleuze verklaringen zijn, kan de huurovereenkomst worden opgezegd”.
Alleen de termen geven al aan dat dit alles niet stoelt op een zorg om billijkheid, maar op wantrouwen, ingegeven door een systematische verdenking van fraude.
De Vlaamse praktijk is dan ook vooral een middel om de wachtlijsten in te korten en de kans op een sociale woning te beperken. Al maakt dat de woningnood er niet kleiner op.
De Vlaamse regering bestrijdt dus niet zozeer de woonbehoeftigheid zelf, ze snoeit in het aantal woonbehoeftigen. Dat past in het mens- en wereldbeeld dat zulke politieke keuzen verklaart.
Over werkloosheid is dat niet anders – het is, zoals gezegd, een bekend, simpel verhaal.
In die visie is de sociale huurder zelfs een ongewenst en dus te verdelgen verschijnsel.
Diependaele heeft dan ook geen streefdoel om meer sociale woningen te laten bouwen of de wachtlijsten te verkorten.
Sociaal wonen is alleen maar een tijdelijke gunst. Dat verklaart ook waarom sociale huurcontracten sinds kort tot negen jaar zijn beperkt.
Dan worden ze “geëvalueerd” – wat al tot onrust leidt bij onder anderen huurders met een klein pensioen.
Overigens, hoe moeten mensen die geen spaarpot mogen hebben, ooit een huis kopen?
De officiële retoriek over sociaal wonen verbergt niet alleen dat de Vlaamse regering niet in staat is om een efficiënt sociaal woonbeleid te voeren – al kan ze daar tegenoverstellen dat haar woonbeleid erop gericht is zichzelf overbodig te maken.
Maar in haar verregaande achterdocht en controlezucht is die visie ook schadelijk voor de maatschappelijke cohesie.
Haar retoriek zet mensen tegen elkaar op en deelt, in dit geval, de bevolking op in een categorie ‘goede’ Vlamingen, zij die een huis bezitten, en een categorie onwaardige Vlamingen, die, zoals wordt gesuggereerd, de hand ophouden bij de overheid en dan principieel geneigd zijn tot fraude en luiaardij.
Nu wordt het creepy
Diependaele organiseerde alvast de verdeeldheid onder de sociale huurders zelf.
De middelentoets, zei hij, moet “de eerlijkheid terugbrengen in dat systeem” – gaat het er dan nu oneerlijk aan toe? Moeten sociale huurders nu ook elkaar verdenken van fraude?
Maar Diependaele mikte vooral op de “goede” Vlaming, om “de Vlaming die meebetaalt aan die solidariteit” te tonen “dat zijn centen worden gebruikt om de juiste mensen te helpen”.
De middelentoets is dus in feite een louter symbolische maatregel, die blijkbaar al dan niet breed verspreide vooroordelen tegen sociale uitgaven moet bekampen.
Dat dachten ze anderhalf decennium geleden ook in Nederland: dat veel scherper moest worden toegekeken op sociale toeslagen.
Toch wist de ambtenarij dat de fraude er vrij beperkt was, maar daar wou de bevoegde minister niet op letten, omdat hij een gebaar wilde stellen tegenover een ‘aanvoelen’ bij zijn achterban.
Het resultaat was de zogeheten toeslagen affaire, die vele duizenden mensen onnodig in de sociale ellende stortte, een nog altijd niet opgeloste politieke crisis uitlokte en leidde tot het ontstaan van de nieuwe partij NSC, prompt de op twee na grootste van het land.
En Diependaele gaat verder.
Tot de vele nieuwe regels die sociale huurders in hun autonomie beperken, behoort ook de plicht om zich in de schrijven bij de VDAB.
De minister vindt het “fantastisch”, zei hij ook vorige week, dat mensen ervoor kiezen om huisvrouw of huisman te zijn.
Maar natuurlijk niet als ze sociaal huren, “als je dat doet vanwege de ondersteuning die je krijgt van de rest van de bevolking”.
En zo kan het weleens creepy worden, als ieders intieme keuze moet worden voorgelegd aan een volksreferendum dat oordeelt of ze wel gemeenschapsgeld mag kosten.
Wat, bijvoorbeeld, met mensen die kinderen willen, waarvoor iedereen mee de kosten betaalt, voor zwangerschaps- en ouderschapsverlof, kinderbijslag, crèches, scholen, medische zorg, tot pensioen toe.
Als een overheid niet in staat is om een robuust sociaal beleid politiek te beargumenteren zonder te vrezen voor een of ander buikgevoel, dan mist ze elke democratische legitimiteit.
En nog erger: als de Vlaamse regering voortdurend haar wantrouwen laat blijken tegenover de bevolking, of segmenten daarin, dan hoeft ze niet verbaasd te zijn dat die bevolking het compliment retourneert en alle vertrouwen in de politiek opzegt.
Marc Reynebeau – Journalist verbonden aan De Standaard. Zijn column verschijnt wekelijks op woensdag.
Lees ook
Lees ook
Lees meer berichten van
Marc Reynebeau
Bron: De Standaard