Hoofdcommentator Bart Eeckhout reageert op de beslissing van de Antwerpse cultuurschepen Nabilla Ait Daoud om een pro-Palestijns cultuurfeestje te verbieden.
Bart Eeckhout – De Morgen
Plots gaat het snel met het afbrokkelen van vrijheden waarvan je toch hoopte dat ze in marmer gebeiteld stonden. Nu is er weer het Antwerpse stadsbestuur dat een artistieke benefietactie voor de slachtoffers in Gaza verbiedt in het Middelheimmuseum.
Die annulatie komt vanuit dezelfde ideologische hoek die vorige week nog maar – terecht – waarschuwde voor censuurgevaar nadat Eurocommissaris Breton een dreigende brief naar X-eigenaar Elon Musk had gestuurd. Merkwaardig toch.
De argumenten die schepen van Cultuur Nabilla Ait Daoud (N-VA) aandraagt om het initiatief van kunstenaar Dennis Tyfus te schrappen, rammelen aan alle kanten.
Het heet dat de beslissing genomen is “na een risicoanalyse”, maar ook dat de benefiet “niet tegemoetkomt aan de doelstelling om verbinding na te streven tussen de verschillende gemeenschappen”. Er zou met andere woorden een veiligheidsrisico kunnen ontstaan, maar er zijn ook inhoudelijke bezwaren.
Dat slaat twee keer nergens op.
Lokale overheden die schermen met veiligheidsproblemen, dreigen een bredere trend te worden, van rechts tot links.
Eerder werden al betogingen, een extreemrechts muziekfestival en ook sportwedstrijden met Israëlische deelnemers verboden, en nu dus een pro-Palestijns cultuurfeestje.
Veiligheid was daarbij meestal een drogreden. Het is niet meer dan een handig excuus voor burgemeesters om een activiteit te verbieden die ze eigenlijk gewoon niet op hun grondgebied wensen.
Voor de goede orde: er zijn goede argumenten om een culturele of sportieve boycot tegen Israël te organiseren.
Het extreme geweld dat de Israëlische regering uitoefent en toestaat op Palestijnse burgers in Gaza en in andere Palestijnse gebieden is zo excessief en disproportioneel dat het ethisch minstens ongemakkelijk aanvoelt om tegelijk feestjes te bouwen of wedstrijden te houden met vertegenwoordigers van die Israëlische staat.
Maar zo’n boycot zou iets helemaal anders zijn dan de ad-hocbeslissing om een activiteit uit veiligheidsoverwegingen te verbieden.
Een boycot is een politieke beslissing die je kunt toejuichen of verwerpen.
Veiligheidsoverwegingen inroepen om een bijeenkomst te verbieden, haalt de verantwoordelijkheid weg van het politiek-democratische niveau. Het klinkt juist verontrustend en, welja, onveilig.
Dat geldt uiteraard ook voor het annuleren van een Gaza-benefiet.
Maar ook het argument van de ‘verbinding’ klinkt hol. Eigenlijk wordt de kunstenaar gevraagd in de pas te lopen, terwijl we van een kunstenaar juist het tegendeel mogen verwachten.
Niet voor het eerst proberen N-VA-bestuurders in te grijpen in de artistieke vrijheid en te schrappen wat hen stoort. Foto’s worden weggehaald, subsidies in vraag gesteld, activisme actief ontmoedigd.
Een overheid hoeft heus niet elke artistieke uiting te sponsoren, maar van inhoudelijke inperking van kunstenaars houdt een staat zich maar beter ver af.
Niet de balorige kunstenaar bedreigt de verbinding in de samenleving, wel de politicus die enkel gezagsgetrouwen tolereert. Voor je het weet, zit je bij dansende meisjesscharen die verplicht het heil van de staat toezingen.
Lees ook
Bron: De Morgen