Joël De Ceulaer schrijft elke week een bevlogen, boze, blije of baldadige brief aan een Bekende Medemens. Die brief kan sporen van spot en satire bevatten.
Joël De Ceulaer – De Morgen
‘Beste Jos D’Haese, Stalin was een totalitaire massamoordenaar’
Joël De Ceulaer
Beste Jos D’Haese,
Ik wist het al een hele tijd, maar ik heb een week geleden voor de zoveelste keer moeten lezen dat u ooit ergens een stevige leerachterstand hebt opgelopen – en zulks in het pre-coronatijdperk, dus aan het virus kan het niet gelegen hebben.
Misschien zat u veel te vaak te dagdromen in de klas, of moest u altijd maar mee gaan betogen met uw moeder, die net zoals u mandataris is voor de PVDA: zij in de Antwerpse gemeenteraad, u in het Vlaams Parlement, waar u fractieleider bent.
Nu goed, wat ook de oorzaak is van het gat in uw cultuur – deze brief, mijnheer D’Haese, om uw kennis wat bij te spijkeren.
Omdat het Kerstmis is voor iedereen en we in deze eenzame tijd allemaal hunkeren naar wat liefde en begrip, begin ik toch maar met het goede nieuws.
Ik sluit niet uit dat er hier en daar een paar betekenisvolle raakpunten bestaan tussen uw politieke wereldbeeld en het mijne. Zo ben ik net als u een voorstander van een extra fiscale greep in het inkomen van televisiekoks en andere multimiljonairs.
Zeker als de vermogensopbouw is geschied met openbare middelen en door quasi-malafide vriendjespolitiek, zoals dat met een paar quizmasters en tv-komieken het geval zou kunnen zijn, mag de fiscus daar wel wat extra oogsten.
Ook mensen die geluk hadden met de wieg waarin ze ter aarde kwamen of met de onderneming die ze uit de grond stampten, mogen van mij zeker een tandje bijsteken qua solidariteit.
U en ik, wij zijn allebei volgelingen van Paul De Grauwe, op dat punt.
GELUKZAKKEN
We mogen ook onszelf niet vergeten, vind ik.
Journalisten en volksvertegenwoordigers, en heel wat andere beroepsgroepen, hebben dit jaar geen inkomen verloren. En ook dat was puur geluk.
Ik vind dat wij nu wel wat meer belast mogen worden om kunstenaars, cafébazen en talloze andere slachtoffers van deze pandemie te steunen. De gelukzakken moeten de pechvogels helpen.
Ook daarover zullen wij niet van mening verschillen.
Nog een punt van overeenkomst is onze eerbied voor de artsen van Geneeskunde voor het Volk.
Ik maak hier een diepe buiging voor Kris Merckx, voor wijlen Dirk Van Duppen, voor uw moeder en vele andere dokters die zich zonder veel trommels en trompetten heel hun leven inzetten voor de medemens, met name de zwakkeren onder ons.
Het zijn ook juist díé artsen die deze zomer in Antwerpen corona-alarm sloegen. U mag hen bij gelegenheid daarvoor zeker nog eens mijn diepe erkentelijkheid overmaken.
En toch laat ik nog liever mijn twee wijsvingers amputeren dan dat ik ooit op het bolletje van uw partij zou duwen terwijl ik mij in het stemhokje bevind.
Dat klinkt nogal heftig, daarvan ben ik mij bewust. Laten wij daarom, mijnheer D’Haese, terzake komen.
ONBEVLEKT
Vorig weekend werd u geïnterviewd door de collega’s van De zondag.
Eén korte passage uit dat interview verbaasde mij niet, omdat ik zelf een tijdje geleden ook de gelegenheid had om u eens grondig te bevragen.
Het is een vraag die ik al sinds 2009 elke keer stel wanneer ik een PVDA’er interview – noem het maar een vorm van stalking. Ik ben blij dat sommige collega’s die goede journalistieke gewoonte hebben overgenomen.
Ik heb het natuurlijk over – u raadt het al – de Stalin-vraag!
Er was een tijd dat uw partij onbeschroomd in de voetsporen van de Man van Staal had willen treden.
Sinds de PVDA zichzelf zogezegd heeft vernieuwd, in 2008, is dat officieel niet meer het geval.
Maar toch zegt zélfs u – een onbevlekte jongeling van 28 lentes – wanneer iemand u de Stalin-vraag stelt, wat aarzelend: “Ik ga die historische balans niet maken.”
Het verschaft mij veel vreugde, mijnheer D’Haese, om u op dit punt van dienst te kunnen zijn, als was ik een soort geschiedkundige geneesheer voor het PVDA-volk.
Zet u schrap, ik ga dat ontbrekende puzzelstukje in uw intellectuele bagage hier onthullen.
U hoeft die historische balans niet meer te maken. Dat! Is! Al! Lang! Gebeurd!
TOTALITAIR
Jawel, een mens staat nergens meer van te kijken, tegenwoordig.
Ofschoon hij nog geen zeventig jaar dood is, hebben historici toch al een handvol feitjes en gegevens over Jozef Stalin kunnen verzamelen.
Uit een eerste voorzichtige analyse daarvan blijkt dat hij een enorme stouterik was, die we verantwoordelijk mogen houden voor het onzegbare leed en de gruwelijke dood van pakweg – een paar tientallen miljoenen mensen.
Stalin was een totalitaire massamoordenaar die thuishoort in de historische schuif waar ook lieden zoals Adolf Hitler en Mao Zedong moeten worden ondergebracht.
Zij belichaamden Het Kwaad elk op hun eigen bloedstollende manier, maar ze bevinden zich gezellig samen in de onderste en hardst brandende kring van de hel, waar de plaatsen zéér beperkt zijn.
Omdat ik ervan uitga dat u destijds tijdens de lessen over nazisme misschien beter hebt opgelet, deze suggestie – een onderwerpje voor het volgende partijbestuur: bent u klaar om de historische balans over Hitler te maken?
Begin daarmee, de rest volgt vanzelf.
De groeten van Solzjenitsyn!
Joël De Ceulaer, senior writer
Lees andere berichten in deze categorieën
Bron: De Morgen