Uitkijkpost – Beste Koen Kennis


Elk weekend schrijft Joël De Ceulaer een licht satirisch getinte brief aan de (m/v/x) van de week. Hier kunt u die brief lezen of beluisteren.

Joël De CeulaerDe Morgen


´Beste Koen Kennis, kan het lot van onze kinderen u ook maar éne moer schelen?´

Beste Koen Kennis,


Ik ken een aantal mensen die een kind hebben verloren, en telkens als ik zie hoe zij erin slagen om hun leven ondanks alles verder te zetten, maken stilte en ontzag zich van mij meester. Ik weet niet of ik, mocht het mij overkomen, ooit nog in staat zou zijn om zelfs maar de ene voet voor de andere te zetten.

U zult begrijpen dat het dodelijke ongeval in uw stad, waarbij twee meisjes op hun step werden gegrepen door een vrachtwagen, mij maar niet wil loslaten. Ik schrijf u dan ook met een dringende en belangrijke vraag – een vraag waar u en uw partijgenoten volgens mij eens ernstig over moeten nadenken.

Laat ik eerst zeggen dat het mij uiteraard ook aangrijpt als een kinderleven wordt gered. Dat huppelende meisje op de luchthaven van Melsbroek vervult mij met grote vreugde – zij zal niet in duisternis moeten leven met alleen de Koran als informatiebron, maar kan nu een dartel bestaan uitbouwen, in een maatschappij waar de enige vrijheidsbeperking het mondmasker bij de slager is.

De kosmos slaat en de kosmos zalft, een mens kan maar hopen dat hij bij de bofkonten hoort – en dankbaar zijn, want het is niet onze verdienste dat wij hier ter aarde kwamen en niet in, ik zeg maar wat, een IS-gevangenenkamp.

CYNISME

Daarom, mijnheer Kennis, is het zo eng en griezelig wat uw partijgenoot Theo Francken de laatste weken allemaal op sociale media dumpt.

Wat u doet met verkeerslichten, doet hij met tweets: conflicten creëren, in de wetenschap dat hij chaos en misschien onheil sticht. Terwijl radeloze mensen zichzelf en hun kinderen in veiligheid brengen, wakkert hij met een peilloos cynisme de vlam van de vreemdelingenhaat aan.

Zoals uw voorzitter dat deed toen de kleuter Mawda door een politiekogel werd gedood en het volgens hem ook haar ouders waren die eens in de spiegel moesten kijken. Toen hij dat zei, heb ik een dag niet kunnen eten – ja, ik ben best een emotionele duts, als je dat zo nagaat.

Zo heb ik ook geen enkel respect meer voor Ben Weyts, minister van Kinderbesmetting en nóg zo’n cynische partijgenoot van u.

Alle experts van hier tot in Kaboel vragen dat hij CO2-meters verplicht in klassen, om de luchtkwaliteit en dus ook het besmettingsgevaar te controleren, maar hij vertikt dat.

Met de steun van zijn huisideoloog Wouter Duyck, de psycholoog die bij het streven naar excellentie desnoods schedelmetingen zou uitvoeren voor studieadvies, maar die het meten van luchtkwaliteit voor kinderen overbodig vindt. Ook nu delta vanaf woensdag als een vuurzee door het lager onderwijs dreigt te razen.

Voelt u mijn vraag al een beetje komen, mijnheer Kennis? Beeld u in dat u als het ware op een step door de stad zweeft en dat ik enkele straten verder achter het stuur van een vrachtwagen zit – we liggen op ramkoers, zeg maar, en dadelijk duw ik het stilistische gaspedaal in. Binnen de perken van de welvoeglijkheid, welteverstaan.

Ik ben blij dat ik een paar dagen respijt heb gehad voor deze brief. Toen ik dinsdag het nieuws vernam van die twee meisjes, was er gelukkig geen microfoon in de buurt die registreerde en uitzond wat ik allemaal brulde – mocht dat wel het geval geweest zijn, dan zat ik nu naast Eddy Demarez werkloos te treuren op een bank bij een Antwerps basketpleintje.

GENAAID

De krachttermen doen er natuurlijk niet toe. De feiten volstaan. U hebt een verkeerslicht dat conflictvrij was gemaakt opnieuw conflictrijp gemaakt – in de wetenschap, mijnheer Kennis, dat zulks in de ogen van elke verkeersdeskundige op deze planeet gevaarlijk en onverantwoord is – behalve misschien doctor Duyck zal geen academicus u verdedigen.

Toen het tragische gevolg van uw ingreep zich manifesteerde, reageerde u eerst met een leugen en vervolgens met een ambtelijk stukje gewauwel.

Het was voor de doorstroming van de hulpdiensten van het Sint-Vincentius Ziekenhuis, jokte uw woordvoerder in de media. Bij Sint-Vincentius hoorde men het donderen in Keulen: men wist nérgens van, had niets gevraagd, en er was plek zat voor de hulpdiensten, danku vriendelijk.

Daarna luidde het ijskoud dat u het politierapport afwacht en verschanste u zich in de N-VA-bunker waar iedereen elkaar beschermt. Zelfs Michael Freilich, die normaal gesproken moord en brand had geschreeuwd, heeft zijn lippen op elkaar genaaid.

Er is niets mis met collegialiteit, maar als (áls!) de ene N-VA’er de andere belt om te zeggen dat hij zijn vrouw heeft vermoord, vermoed ik dat die niet naar de politie gaat, maar een spade zoekt – een schup, in dat morsige Antwerps van u – om het lichaam te doen verdwijnen.

Vandaar de vraag waarmee ik u schrijf.

Ik neem aan dat u zich bekommert om uw eigen kinderen, en uw partijgenoten ook. Maar die talloze andere kinderen, ónze kinderen zeg maar: kunnen die u ook maar éne moer schelen?

Terwijl u daarover nadenkt, antwoord ik alvast op de vraag wat er in dat politierapport moet staan.

“Zware beleidsfouten. Ontslagen vereist: schepen mag eerst oversteken.”

Conflictrijke groeten!

Joël De Ceulaer, senior writer


Beeld Studio Caro

Bron: De Morgen

Naar Facebook

Naar de website


Scroll naar boven