Klimaat – klimaatactivisten Jolien Paeleman (Extinction Rebellion) en Aviel Verbruggen (Scientist Rebellion)


De klimaatactivisten domineren de krantenkoppen, of ze zich nu vastlijmen aan kunstwerken of privéjets blokkeren. Jolien Paeleman (Extinction Rebellion) en Aviel Verbruggen (Scientist Rebellion) leggen uit wat het doel is.

Stijn Cools – De Standaard


In witte stofjassen lijmden ze vorige week donderdag hun manifest op de triomfboog in het ­Jubelpark.

‘Stilzwijgen staat gelijk aan schuldig verzuim’, viel er te lezen.

Het was meteen de eerste publieke actie van de ­Belgische afdeling van Scientist Rebellion, een klimaatprotestbeweging van wetenschappers onder de vleugels van Extinction Rebellion.

Na afloop las professor emeritus Aviel Verbruggen (72) een verklaring voor waarin hij een radicale transformatie bepleit om niet in een klimaatcatastrofe te belanden. Burgerlijke ongehoorzaamheid dringt zich op, meldde hij voor de camera.

Een opmerkelijke uitspraak voor iemand die altijd zijn weg vond binnen de instituties – zo was hij een druk bevraagde energie-expert van de Universiteit Antwerpen, lid van het klimaatpanel IPCC van de Verenigde Naties en zelfs kabinetschef van voormalig minister Vera Dua (Groen). Maar zo kan het niet verder, vertelt hij.

Dat inzicht deelt hij met de soepgooiers, de schilderijlijmers en de privéjetblokkeerders van de voorbije weken.

In een recente bijdrage voor het tijdschrift Samenleving & Politiek heeft Extinction Rebbelion-woordvoerder Jolien Paeleman (38) geprobeerd te vatten waarom het nodig is om die acties te voeren, al maakt ze daarbij een onderscheid tussen radicaal en te radicaal.

We brachten Verbruggen en Paeleman samen rond een tafel en één iets viel meteen op: hun afkeer voor de fossiele industrie ­overstijgt iedere generatiekloof.

Bent u nu officieel lid van Scientist Rebellion, professor Verbruggen?

Verbruggen: ‘Ik sta achter de open brief en achter de aanpak van burgerlijk ongehoorzaamheid.’

Bent u bereid u te laten arresteren?

Verbruggen: ‘Daar heb ik geen probleem mee, maar ik ben natuurlijk wel 72 jaar. Ik ga niet op iets klimmen om een bedrijf te blokkeren, bijvoorbeeld. Al kan ik wel ­achter dat soort acties staan.’

Is soep gooien of je vastlijmen aan een kunstwerk een goed actiemiddel?

Verbruggen: ‘Ik zou dat nooit doen. En ik zou ermee stoppen. De boodschap is ge­geven.’

Paeleman: ‘Was er een verband tussen het gekozen doelwit en de boodschap? Dat was moeilijk te leggen, maar die actievoerders zijn er wel in geslaagd om een debat op gang te brengen. Het stond vooraan in de kranten en kwam aan bod in de tv-journaals. Die credits moet je hen geven.

‘Een van de jonge vrouwen die vorige maand soep gegooid hebben in de National Gallery in Londen, heeft daar ook een pakkende speech bij gegeven. Of kunst meer waard is dan een mensenleven? Wie de moeite heeft gedaan om te luisteren, zou veel beter de legitimiteit van die actie begrijpen.’

In een opiniestuk in ­deze krant vroeg Joren Vermeersch van de N-VA zich af wat, na soep gooien of je vastlijmen, de volgende stap is. Een rituele zelfverbranding of een nieuwe Baader-Meinhofgroep?

Paeleman: ‘Wat Vermeersch schreef, was bij de haren getrokken. Het handvest van Extinction Rebellion benadrukt het prin­cipe van geweldloos verzet, in de geest van Martin Luther King en Mahatma Gandhi.

‘Natuurlijk stellen we onszelf continu de vraag hoe radicaal acties mogen zijn – dat is het activist dilemma. Hoe radicaler ze zijn, hoe meer aandacht ze krijgen en hoe meer ze in de hoofden van mensen spelen.’

‘Hoe denk je dat het vrouwenstemrecht er is gekomen? Of dat de Apartheid is afgeschaft? Niet omdat het van ­bovenaf cadeau gedaan is. Er is voor ge­streden.

‘Die burgerlijke ongehoorzaamheid – die wij ook hanteren bij Extinction Rebellion – is daar belangrijk in geweest. Daarom vind ik het kwalijk dat de drie activisten die zich vastplakten aan Het meisje met de parel beschouwd worden als criminelen.’

Verbruggen: ‘De echte criminelen zitten ­ergens anders. In de fossiele industrie.’

Burgerlijk ongehoorzaam zijn betekent dat je ervoor kiest om jezelf buiten de wet te plaatsen.

Verbruggen: ‘Dat is niet voor ons eigen­belang. Ik denk dat je een aantal normen en ethische principes hebt die boven wetten staan.’

Paeleman: ‘Legaal is niet hetzelfde als ­legitiem.’

Verbruggen: ‘Als burger heb je de morele plicht om je te verzetten tegen een groot onrecht.’

Tijdens zijn toespraak op de klimaattop in Sharm-el-Sheikh waarschuwde premier Alexander De Croo voor polarisering. ­Activisten zouden beter coalities smeden. Hij veroordeelde eerder ook al de acties in musea als vandalisme. Voelden jullie je aangesproken?

Paeleman: ‘We proberen die coalities te smeden. Wij hebben al samengezeten met medewerkers van De Croo en met andere beleidsmakers. Maar er wordt niet geluisterd. Ze vinden ons niet relevant. Dat sterkt ons alleen maar in onze acties.

‘Wij willen machthebbers zeggen waar het op staat, van onderuit, met zo veel mogelijk mensen, om op die manier een signaal te geven dat niet genegeerd kan worden.’

Verbruggen: ‘Wat stelt die klimaattop in Sharm-el-Sheikh voor? Ik ben ook naar zo’n top geweest, in 2000, in Den Haag. Concrete verbintenissen worden daar niet aangegaan, wel worden er vage beloftes gedaan die erop neerkomen dat de verantwoordelijkheid doorgeschoven wordt naar de volgende generaties machthebbers.

‘Toen hij nog president van de VS was, verkondigde Barack Obama dat zijn land ­tegen 2050 koolstofvrij zou zijn. Hij wist goed genoeg dat niemand hem op die belofte zou kunnen afrekenen. Nochtans is het perfect mogelijk om landen concrete doelstellingen op te leggen en die jaar na jaar te controleren.’

Zien jullie de opwarming van het klimaat als een veruitwendiging van een gebrek aan politieke moed?

Paeleman: ‘De politiek draagt een zware verantwoordelijkheid, maar uiteindelijk hebben we gefaald als maatschappij. We ­leven in een absurde tijd.

‘In het Klimaat­akkoord van Parijs uit 2015 is afgesproken om te streven naar een maximale opwarming van 1,5 graad. Meer en meer wetenschappers waarschuwen dat we daar al binnen de tien jaar zullen zijn.

‘Laat dat goed doordringen. Dat is geen arbitraire grens, dat is een fysieke, planetaire grens. We bevinden ons in een noodtoestand.’

Het voelt zo niet aan natuurlijk. Er komt ­water uit de kraan, de rekken van de supermarkten zijn vol, Thuis en Familie zijn op tv.

Paeleman: ‘Het zou pervers van ons zijn om te hopen op een grote ramp opdat ­iedereen in actie schiet. Ik geloof wel in de kracht van kleine, disruptieve acties, zoals het bezetten van een publieke weg.

‘De minicrisis die je daarmee veroorzaakt, maakt mensen duidelijk dat we in een echte crisis zitten. Het is een speldenprik. In dat opzicht vond ik het blokkeren van privéjets op de luchthaven van Schiphol twee weken geleden een geslaagde actie.

‘Vliegen met die privéjet is vijftig keer meer vervuilend dan rijden met de trein.’

Een van die activisten bleek zelf ge­regeld vliegreizen te hebben gemaakt.

Paeleman: ‘Niemand staat buiten het systeem. Als je zo redeneert, zou niemand nog actie mogen voeren.

‘Het idee van de ecologische voetafdruk – de carbon footprint – is vroeger gepromoot door British Petroleum. Zo verschoof het oliebedrijf de verantwoordelijkheid naar de individuen, terwijl de grootste vervuilers toch de grootste verantwoordelijkheid dragen.

‘En trouwens: als je als holbewoner zou leven, volledig zuiver in de leer, dan word je afgeschilderd als een halvegare. Zo is het nooit goed.’

52.540 miljard dollar winst

De twee rebellen kennen elkaar sinds een klimaatdebat op de Gentse Feesten af­gelopen zomer. Een sympathisant van ­Extinction Rebellion sprak er Verbruggen aan. Of hij niet wilde helpen? Dat wilde hij wel.

‘Dat vraagt moed’, merkt Paeleman op.

‘Ik heb een harde kop’, zegt Verbruggen lachend. ‘Daar is al veel op geklopt.’

Zien jullie de fossiele industrie als de grootste vijand in de strijd tegen klimaatopwarming?

Verbruggen: ‘Weet u welke delegatie op ­iedere klimaattop de grootste is? De ­lobbyisten van de fossiele industrie.’

‘Ik ben veertien jaar lang lid geweest van het IPCC, het panel dat zich in opdracht van de Verenigde Naties buigt over de klimaatverandering. Drie werkgroepen zijn daarin actief.

‘De twee werkgroepen over de oorzaken en de gevolgen van klimaatverandering en over hoe we ons eraan aanpassen, leverden goed werk.

‘De derde werkgroep, over concrete maat­regelen, was een neoliberaal wespennest. Ik zag Shell en ­Exxon mee aanschuiven in die vergaderingen. Ik heb kletterende ruzie met hen gehad. Zij zijn niet met wetenschap bezig, wel met het beïnvloeden van het beleid, zodat ze er zelf niet slechter van worden.’

Paeleman: ‘Regel nummer 1 om naar een koolstofvrije samenleving te gaan, is stoppen met het uitbaten van die fossiele industrieën: olie, kolen en gas. Het per­verse is dat overheden daar nog steeds ­miljoenen en miljoenen euro’s in steken.’

Professor Verbruggen, deze week heeft u een wetenschappelijke studie gepubliceerd over de winsten van de olie- en gasindustrie. Een eerdere versie veroorzaakte af­gelopen zomer enige verontwaardiging in het VK. Kunt u de conclusie samenvatten?

Verbruggen: ‘Tussen 1970 en 2020 heeft die industrie – bedrijven en staten – liefst 52.540 miljard dollar winst gemaakt.

‘Dat komt neer op gemiddeld 1.030 miljard dollar per jaar, al verwacht ik dat dat cijfer voor 2022 eerder zal stijgen richting 2.500 tot 3.000 miljard dollar, door onder meer de oorlog in Oekraïne.

‘Mijn analyse is ­gebaseerd op data van de Wereldbank. Dat is enorm veel geld. Maar ik vind het ­belangrijk dat we in de discussie over klimaat leren te denken in geld. 

Show me the money: waar komt het vandaan, waar gaat het naartoe?’

‘In dat opzicht vind ik het systeem van de Europese Emissiehandel zoals het nu bestaat leugenachtig. De bedoeling er­achter is goed, een prijs geven aan CO2. ­

‘Beprijzing leidt tot een responsabilisering, uitstoten kost geld. Maar we zien bijvoorbeeld dat energieleveranciers die hogere prijzen gewoon doorrekenen aan de consumenten.

‘Sommige grote vervuilers slagen er zelfs in om winst te maken met emissiehandel. Zij krijgen het grootste deel van hun emissierechten gratis – soms is dat zelfs meer dan hun totale emissie. Het ­teveel verkopen ze dan door. We worden bedrogen terwijl we erbij staan.’

Paeleman en Verbruggen delen hun afkeer voor de fossiele industrie. Sebastian Steveniers
Hoe kijken jullie naar de stijgende energieprijzen? Ergens, en dat klinkt cynisch, ­versnellen ze wel de overstap naar bij­voorbeeld zonnepanelen. Of toch voor wie het zich kan permitteren.

Verbruggen: ‘Ik ben niet tegen liberale principes, integendeel. Maar al die oligopolies en monopolies van de Shells en ­Exxons van deze wereld hebben niets meer met de vrije markt te maken. Zij gebruiken hun macht om zichzelf in stand te houden en grote winsten te innen, op de kap van de klanten. Het kan anders.

‘De productie van elektriciteit op wind en zon is technisch-economisch een veel beter alter­natief. Daarnaast moeten we veel meer bottom-up over onze energie nadenken, met coöperaties bijvoorbeeld. Ik ben aangesloten bij Ecopower, dat mij niet als een klant ziet maar als een deelnemer. Ik heb geen probleem met mijn energiefactuur.’

Paeleman: ‘De vrees voor het einde van de wereld en de vrees om financieel het einde van de maand niet te halen moet je samen bekijken, niet als tegengestelden.’

Principes boven geld

In november 1997, op de kop af 25 jaar geleden, ondertekende professor Verbruggen een oproep om maatregelen te nemen tegen klimaatverandering.

Het was niet de eerste keer dat hij zich in de media scherp uitliet. Van zijn analyse van het te lakse ­milieubeleid in Vlaanderen tot zijn gortdroge vaststelling dat het bruto binnenlands product stijgt als iemand met zijn auto tegen een boom rijdt: zijn engagement was er altijd al. En hij schrok er nooit voor terug om de strijd aan te binden met de grote energiebedrijven.

Verbruggen: ‘Wetenschappers zijn een geprivilegieerde klasse. Ik ben bijna mijn ­hele professionele leven betaald door de gemeenschap. Daarom vind ik het belangrijk om die ook te dienen.

‘Zeker omdat ik door het vroege overlijden van mijn beide ouders al snel voor mezelf moest zorgen. Ik heb bijvoorbeeld nog twee jaar in de ­haven van Antwerpen gewerkt en daar een andere wereld leren kennen. Die ervaring is me altijd bijgebleven.

‘Geld beslist niet over mijn leven. Principes zijn belangrijk.’

Herkent u dat ook?

Paeleman: ‘In de lagere school steunde ik met een vriendinnetje al het WWF. We verkochten stiekem kunstwerkjes op school. De directeur heeft ons daar nog voor op het matje geroepen. Die burgerlijke ongehoorzaamheid zat er al vroeg in (lacht).

‘Het ­kantelpunt voor mij was de schoolstaking van Greta Thunberg in 2018. Ik ben me beginnen inlezen en had het gevoel dat de situatie hopeloos was. In mijn omgeving was weinig ruimte om erover te praten, ­behalve met mijn toenmalige vriend.

‘Veel mainstream milieubewegingen vond ik in hun boodschappen soms geforceerd optimistisch, alsof we nog wel wat tijd ­hadden om het tij te keren.

‘Extinction ­Rebellion kwam er gewoon voor uit dat de situatie desastreus is, dat de overheid ons in de steek gelaten heeft en dat het Klimaatakkoord van Parijs eenzijdig ver­broken is. Die eerlijkheid trok me aan.’

Is het niet deprimerend om zo over de toekomst na te denken?

Paeleman: ‘Ik put daar ook kracht uit. En ik doe het voor mijn neefjes van tien en veertien jaar. Bij Extinction Rebellion zitten ook psychologen en sociologen. We moeten vermijden dat we mensen demotiveren door te zeggen dat het een verloren zaak is.

‘Maar we moeten wel de waarheid zeggen en ons op zo’n manier organiseren dat we met die gevoelens daarover kunnen omgaan.

‘Boosheid, verdriet, frustratie: die emoties kunnen net meer authenticiteit geven aan onze handelingen.’

Verbruggen: ‘Ik ben eigenlijk wel optimistisch De oplossingen zijn er, maar de verandering zal niet van bovenaf komen. Iedere grote transformatie in de geschiedenis komt van beneden. Deze ook.’

U hebt neefjes, professor Verbruggen heeft kleinkinderen. Voeren jullie dit gesprek ook met hen?

Paeleman: ‘Ik vind het niet aan die jonge gasten om zich daarmee bezig te houden. Ik juich ze toe, de protestacties van Youth For Climate. Maar in wat voor perverse, zotte wereld leven wij dat jonge kinderen het gevoel hebben dat ze de verantwoordelijkheid van volwassenen op zich moeten nemen?’

Verbruggen: ‘Ik zou het niet zo bekijken. Die protestacties kanaliseren energie en er worden banden gesmeed.’

Paeleman: ‘Ik ga er niet zelf over beginnen tegen mijn neefjes. Ik wil dat ze toch nog een normale jeugd hebben. Je moet die gasten niet …’

Verbruggen: ‘Culpabiliseren?’

Paeleman: ‘Bang maken.’

Verbruggen: ‘Maar je zei daarnet zelf dat we de waarheid moeten zeggen?’

Paeleman: ‘Ik denk dat die jongere gene­ratie al goed weet wat er aan de hand is. Misschien is het beter om het gesprek te focussen op wat ze nog kunnen doen.’

Wie is Jolien Paeleman?
  • Afkomstig van Gent
  • 38 jaar oud
  • Opgeleid als ingenieur-architect
  • Aan de slag als opleidingsverantwoordelijke bij Pixii, een kennisplatform voor koolstofneutraal bouwen
  • Woordvoerder van klimaat­beweging Extinction Rebellion
Wie is Aviel Verbruggen?
  • Afkomstig van Herselt
  • 72 jaar oud
  • Opgeleid als ingenieur en econoom
  • Professor emeritus Energie- en milieueconomie (Universiteit Antwerpen)
  • Voormalig kabinetschef minister van Leefmilieu Vera Dua (Groen)
  • Voormalig lid van het klimaatpanel IPCC van de Verenigde Naties

Jolien Paeleman en Aviel Verbruggen kennen elkaar sinds een klimaatdebat op de Gentse Feesten af­gelopen zomer. 
Beeld Sebastian Steveniers

Lees ook


Vul hieronder de zoekopdracht Klimaat in en vind meer berichten.


Bron: De Standaard

Naar Facebook

Naar de website


Scroll naar boven