Een premier die meent dat oorlog hem toestaat om raketten op hulpverleners af te schieten, gedraagt zich als een ordinaire warlord en verdient geen internationaal begrip.
Koen Vidal – De Standaard
De drievoudige droneaanval op de wagens van World Central Kitchen (WCK) in Gaza, waarbij zeven hulpverleners om het leven kwamen, was geen betreurenswaardig ongeluk.
Het was het gevolg van een bewuste beslissing van Israëlische leiders om het oorlogsrecht te negeren en te tolereren dat hun militairen geen voorzorgen hoeven te nemen om burgerlevens te sparen.
De WCK-hulpverleners hadden alle mogelijke veiligheidsmaatregelen genomen:
- Ze hadden de toestemming van het Israëlische leger
- Ze gebruikten een weg die als veilig werd bestempeld
- Hun wagens droegen duidelijke logo’s.
De Israëlische militair die de dodelijke raketten afvuurde, wist dat hij of zij op de wagens van een bekende en wereldwijd gerespecteerde hulporganisatie schoot.
De verklaring van premier Benjamin Netanyahu dat het om een “tragische vergissing” gaat, is dan ook weinig geloofwaardig.
Ook de laconieke manier waarop de Israëlische premier zijn zogenaamde spijtbetuiging afsloot, is zorgwekkend: “Dat gebeurt in een oorlog.”
De dappere mensen van WCK kregen geen enkele concrete garantie dat ze hun levensreddende werk in veiligere omstandigheden kunnen verderzetten.
Integendeel: wat blijft hangen is een akelig gevoel dat zij ook in de toekomst als loslopend wild beschoten kunnen worden.
Gevolg: een WCK-schip dat met 240 ton noodhulp voor de kust van Gaza lag, maakte begrijpelijkerwijze rechtsomkeert naar Cyprus, waardoor deze aanval niet alleen het leven zal gekost hebben aan zeven humanitaire medewerkers, maar ook aan een onbekend aantal hongerlijdende Palestijnen.
Netanyahu vergist zich trouwens.
Zulke zaken gebeuren niet “in een oorlog”, maar ze voltrekken zich in een bepaalde soort oorlog waarbij strijders geen rekeningen meer hoeven te houden met de waarde van een mens.
Zo verlaagt het Israëlische leger zich tot het niveau van een ordinaire rebellenmilitie en de Israëlische leiders tot het niveau van warlords.
Een belangrijke vraag is hoe de rest van de wereld omgaat met dit pijnlijke verhaal van menselijke ontwaarding.
Wereldleiders die Netanyahu nog steeds ondersteunen, de Amerikaanse president Joe Biden op kop, kunnen zich niet langer beperken tot woorden van medeleven voor de slachtoffers.
Een groot deel van de bommen die ook massaal op Palestijnse burgers wordt afgevuurd, is van Amerikaanse makelij.
Als Biden Palestijnse levens wil redden, heeft het geen zin om zich te hullen in troostende en verongelijkte woorden, maar moet hij de wapenleveringen bevriezen.
Lees ook
Overzicht
Lees alle berichten in deze categorie
Bron: De Standaard