Afgelopen weekend werd in de bibliotheek van ‘zijn’ Zele een hommagetentoonstelling voor Stijn De Paepe geopend. Dat de dichter net in de bib wordt herdacht is geen toeval. ‘De bibliotheek en de boekhandel, dat waren zijn biotopen.’
Frank Van Laeken – De Morgen
De mooiste dagverzen
Stijn De Paepe zorgt ook postuum voor vervoering en ontroering
Hij lééft.
Althans, de gedichten van Stijn De Paepe (1979-2022) leiden sinds het veel te vroege heengaan van de ‘moderne rederijker’ een eigen bestaan. Alsof hij ze heeft geschonken aan de grote, boze buitenwereld, een beetje balsem op onze ziel (en bijwijlen ook wel een druppel vitriool).
Vrijdag werd in de bibliotheek van ‘zijn’ Zele een hommagetentoonstelling geopend.
Er werden gedichten van hem voorgelezen en songteksten gezongen, de aanwezigen onderdompelend in een warm bad.
Helemaal in het begin hoorde je hem zelf een gedicht voorlezen. Herkenning. En tegelijk een schok, want: stem uit het verleden.
Scherpe stem, scherpe observator, scherpe schrijver. Goedaardige scherprechter van het dagelijks bestaan, chroniqueur van alledaagse waanzin, maar net zo goed liefhebbende man en vader en genereuze handelaar in troost.
Vanuit mijn linkerooghoek las en herlas ik de hele tijd het gedicht dat hij in mei 2018 voor pagina 2 van deze krant schreef na de dood van de Koerdisch-Iraakse peuter Mawda, getroffen door een verdwaalde politiekogel.
Niet kunnen blijven waar je was.
Niet kunnen slapen waar je sliep.
Niet kunnen leven waar je leefde
om het gevaar dat je er liep.
Niet in jouw land. Niet in dit land.
Niet in dat land over de zee.
Niet in de armen van je moeder.
Voor altijd weg. Voor altijd twee.
ALTIJD TO THE POINT
Het is geen toeval dat Stijn De Paepe tot eind dit jaar geëerd wordt op deze plek. Naast de bibliotheek bevindt zich het Henri van Daelecentrum, vernoemd naar de Zeelse jeugdauteur (1946-2010) die gretig gelezen werd door het jonge volkje.
Een van die lezers was vanaf halfweg de jaren 80 de prille Stijn De Paepe, vertelt Patrick Van Vaerenbergh, medeorganisator van de avond, initiatiefnemer van de tentoonstelling en een ‘maat’ van Stijn bij het lokale theatergezelschap Rhetorika.
“Henri was de chroniqueur van het Zeelse leven van toen. Stijn heeft veel van hem geleerd.
“Henri was ook hoofdredacteur van de Gazet van Zele, een lokaal krantje, mijn vrouw en ik deden de eindredactie daarvan.
“De vijftienjarige Stijn kwam dan bij ons in de boekhandel de kopij afgeven voor een rubriek die hij zelf ‘(P)aepekuren’ had genoemd. Hij spotte daarin, soms tot schrik van zijn katholieke ouders, met lokale toestanden.”
Een minder bekend aspect van Stijn: hij was een begenadigd imitator.
Van Vaerenbergh: “Hij speelde Kamiel Spiessens niet, hij wás het. Qua taal, accent, gelaatsuitdrukking.
“Toen hij bij Rhetorika kwam, heeft hij ons gezelschap weer tot leven gewekt. In komische rollen was hij het best.
“Iedereen in Zele die met cultuur begaan was, kende Stijn. Hij acteerde en schreef extravert, maar was het niet. Toneel was voor hem een uitlaatklep om te zeggen: ‘Hier ben ik’.
“Zoals Twitter ook een uitlaatklep werd. En De Morgen.
“Altijd to the point, altijd sprankelend, altijd in perfect Nederlands, altijd met respect voor de vorm die poëzie vereist, en dat zes dagen op zeven.
“Ik heb met hem op een repetitie gestaan waarop hij opeens zei: ‘Verdorie, het is halfzeven en ik heb nog niets.’ Een halfuur later stuurde hij dan een gedicht door naar de krant. Fameus.
“Ik vroeg hem weleens waarom hij geen proza schreef. ‘Daar begin ik aan als ik oud ben’, zei hij. Helaas.”
De Zeelse bib hangt tot 30 december vol gedichten van Stijn. Ze zijn twee tot zeven jaar oud, en toch klinken ze nog opmerkelijk actueel.
Onwillekeurig vraag je je af: wat zou Stijn over de terreur van Hamas geschreven hebben, over de burgerslachtoffers in Gaza, over Poetin en Oekraïne (Stijn stierf twee dagen voor de inval), over de koppensnellers binnen Open Vld, over belangrijke maar ook triviale dingen die vandaag gebeuren?
Er is nog een reden waarom de hommage van Stijn De Paepe thuishoort op een plek die literatuur ademt, zegt Patrick Van Vaerenbergh.
“Je kwam hem niet tegen in het openbaar leven, behalve af en toe in het Gildenhuis, dat door zijn zus werd uitgebaat.
“Je zag Stijn niet op een terrasje of op een concert van Will Tura. De bibliotheek en de boekhandel, dat waren zijn biotopen.”
Bibliotheek Zele, Lokerenbaan 41, nog tot 30 december.
GA WEG
Ik had gedacht de honderd net te halen,
rollatorloos en in gestrekte draf.
Ik wou nog een miljoen gedichten af.
Musea wachtten. En theaterzalen.
Ik wilde nog oneindig vele malen
verwijlen waar ik mij het liefst begaf.
Ik fietste fluitend tussen wieg en graf,
de voeten geen moment op de pedalen.
Helaas. Daar is ineens de eindigheid
die plotsklaps als een niets ontziende tanker
de gevel sloopt, de kamer binnenrijdt.
Het leven gaat genadeloos voor anker,
gehoorzaam aan de grillen van de tijd.
Ga weg, gezwinde grijsaard. Met je kanker.
Stijn De Paepe
Bestrijd het leed dat Gertje heet
Zie ook
- Stijn De Paepe
Dagvers - In memoriam
Stijn De Paepe - Uitkijkpost
Joël De Ceulaer – Beste Stijn De Paepe, jij, je vrouw en je dochters moeten weten wat je voor ons betekent
Bron: De Morgen