Bieke Purnelle – De toenemende homohaat is geen geïmporteerd probleem

Een muurschildering in Dublin, ten tijde van het referendum over het homohuwelijk in Ierland (2015). © getty

Daders van homofoob geweld zijn doorgaans autochtone jonge mannen, schrijft Bieke Purnelle. De schuld afschuiven op mensen met migratieroots is wat al te makkelijk.

Bieke Purnelle – De Standaard


Als de wereld naar de haaien lijkt te gaan, is nostalgie een begrijpelijke reflex.

Iets in ons verlangt naar beter, en aangezien we geen idee hebben of de toekomst fraaier oogt, smukken we het verleden op tot het lijkt op wat we ontberen.

Nostalgie wordt doorgaans gedefinieerd als een soort heimwee naar vervlogen tijden, naar dingen die we onderweg zijn kwijtgeraakt.

Mensen die vroeger echt niks mochten, hebben doorgaans wat minder last van zulke sentimenten.

Vrouwen die geen bankrekening mochten openen of niet meer mochten werken zodra ze trouwden, bijvoorbeeld, en iedereen met een andere seksuele voorkeur dan de heteroseksuele, of een genderidentiteit die niet keurig in het hokje m of v paste.

Zij konden zich beter gedeisd houden.

Ik ben geen vooruitgangsoptimist, maar het is een feit dat het met de rechten van vrouwen en minderheden stukken beter is gesteld dan in de pseudo-idyllische jaren 50.

Rechten en wetten volstaan helaas niet om harmonieus en gelijkwaardig samen te leven.

Dat het met de acceptatie van lgbti-mensen verrassend tegenvalt, blijkt uit een onderzoek door het Europees Bureau voor de Grondrechten.

  • Meer dan de helft van lgbti-mensen in België werd het afgelopen jaar lastig gevallen.

  • 15 procent van hen werd fysiek aangevallen.

  • 67 procent geeft aan pesterijen en beledigingen te moeten ondergaan op school.

De cijfers passen in een ruimere Europese trend.

Zodra het thema lgbti het nieuws haalt, wordt er in de richting gekeken van de superdiverse samenleving, volgens velen een mislukt project dat zo snel mogelijk op de schop moet.

De onderliggende boodschap is dat lgbti-mensen pas veilig zullen zijn als we alle mensen met migratieroots hebben weggetoverd.

Het bekt lekker weg en simpele oplossingen vinden nu eenmaal makkelijker ingang dan gedegen analyses.

Internationaal onderzoek naar ‘homohaat’ en weerzin tegenover lgbti-mensen biedt nochtans interessante inzichten.

Homohaat kan worden gelinkt aan een traditionele kijk op rolpatronen van mannen en vrouwen, een visie die sterk verbonden is met religie en cultuur, maar daarnaast ook gender­gerelateerd is.

Meisjes en vrouwen vertonen een veel tolerantere attitude tegenover lgbti-mensen dan jongens en mannen, een kloof die lijkt te groeien.

Het merendeel van de plegers van homofoob geweld blijkt van autochtone afkomst te zijn, en vooral: het gaat bijna uitsluitend om mannen, veelal jonge mannen.

Dat is allemaal nuttige informatie als je werkelijk oplossingen wilt zoeken voor een breed maatschappelijk probleem.

In de plaats daarvan krijgen lgbti-mensen vooral homo-nationalisme door de strot geramd: minderheidsgroepen, voornamelijk moslims, worden lijnrecht tegenover het westerse liberalisme geplaatst om de onverenigbaarheid van beide te benadrukken.

Radicaal-rechtse groeperingen en partijen werpen zich op als koene ridders die de rechten van “onze” vrouwen en holebi’s beschermen tegen de “achterlijke religie” die hen bedreigt.

Geen wonder dat rechts-populistische partijen als het Duitse AfD opmerkelijk goed scoren bij de lgbti-gemeenschap.

Intussen ziet niemand de balk in zijn eigen oog. Natuurlijk stelt interculturaliteit ons voor maatschappelijke uitdagingen inzake genderrollen en seksualiteit.

Die uitdagingen onderzoeken en benoemen is nuttig en nodig.

Maar wat zeker niet helpt, is een maatschappelijke kwestie als de moeizame acceptatie van lgbti-mensen exclusief toeschrijven aan etnische minderheden.

Omdat die analyse eenvoudigweg niet klopt, en dus niet helpt om het probleem op te lossen.

De werkelijkheid is zoals gewoonlijk complex en daardoor wat moeilijker verteerbaar.

Veel asielzoekers ontvluchten net hun land omdat ze er vervolgd of bedreigd worden vanwege hun seksuele voorkeur of genderidentiteit.

In Europese landen met een extreemrechts beleid, zoals Italië, Hongarije en Polen, wordt met de grove borstel door lgbti-rechten gegaan.

Het Russische Hooggerechtshof stemde in met een nieuwe wet die de lgbti-beweging labelt als een extremistische organisatie.

We weten dat er een sterke internationale antigenderlobby actief is in Europa, die miljoenen dollars krijgt van:

  • Amerikaanse evangelisten
  • De Russisch-orthodoxe kerk
  • De Russische inlichtingendiensten
  • Diverse rechts-conservatieve actoren

Dit blijkt onder meer uit het transparantieregister van de EU en uit academisch onderzoek naar de antigenderbeweging.

Lgbti-mensen worden steeds vaker online bedreigd door extreemrechtse en streng christelijke actoren.

Op Youtube is het aantal intolerante en haatdragende reacties op lgbti-posts verdrievoudigd, op Instagram is er sprake van een verdubbeling in drie jaar tijd.

Het aantal negatieve tweets over lgbti op X is sinds de overname van het platform door Elon Musk met 42 procent gestegen.

Influencers als Andrew Tate en andere rolmodellen uit de manosphere besmetten miljoenen jonge jongens met tragische en ronduit gevaarlijke ideeën over traditionele mannelijkheid en seksualiteit.

Ideeën die door alt-right en extreemrechts gretig worden gedeeld en verspreid op sociale media.

Wie echt bezorgd is om de rechten en veiligheid van lgbti-mensen, kan de pijlen beter daarop richten dan op de diverse samenleving.


Bieke Purnelle is freelance­­schrijver en directeur van Rosa, kennis­centrum voor gender en feminisme. Haar column verschijnt tweewekelijks op vrijdag.


Een muurschildering in Dublin, ten tijde van het referendum over het homohuwelijk in Ierland (2015). © getty
Een muurschildering in Dublin, ten tijde van het referendum over het homohuwelijk in Ierland (2015). © getty

Lees ook

Klik op de hyperlink en ontdek meer berichten van

Bieke Purnelle


Bron: De Standaard

Welkom op Facebook

Naar de website


Scroll naar boven