Plage Centrale – Christophe Busch en Fatena Al-Ghorra

Christophe Busch en Fatena Al-Ghorra: “Ik heb nog nooit de moed verloren.” © Christophe De Muynck

De Palestijns-Belgische dichteres Fatena Al-Ghorra zat maandenlang vast in de zwaar belegerde Gazastrook. “Mijn moeder was vier toen ze blootsvoets op de vlucht moest, en nu gebeurt het opnieuw.” Christophe Busch heeft veel Joodse kennissen en is een Holocaustexpert. “Shoah en nakba betekenen precies hetzelfde: de grote catastrofe.” Aan zee ontmoeten ze elkaar.

Ine Roox en Koen Vidal

De Standaard


“Jouw levenskracht op een moment van extreem collectief geweld is zeer inspirerend”

Christophe Busch


Al die tijd dat haar geboortestreek met bommen en artillerie onder vuur werd genomen, is dichteres Fatena Al-Ghorra in verhalen blijven denken.

“Of ik ooit de moed heb verloren? Eigenlijk niet. Het ligt niet in mijn aard. Ik hoorde een sterke, innerlijke stem die zei dat ik uit die benarde situatie zou raken. Bovendien kon het toch niet zomaar daar en dan eindigen, na al wat ik had meegemaakt? Dan was mijn leven het script van een slechte film.”

Al-Ghorra gelooft in de maakbaarheid van het leven.

Schrijft ieder van ons dan volledig zijn eigen script?

“Dat beweer ik niet”, zegt ze. “Maar bij sommige mensen denk ik: doe nou toch eens moeite om jezelf de held te maken in je eigen verhaal, het iets beter te schrijven en er vooral ook zelf in te geloven.”

Vijftien jaar geleden vluchtte Fatena Al-Ghorra, een voormalige tv-journaliste in Gaza, naar ons land, weg van de fundamentalistische groepering Hamas, maar ook weg uit de bij momenten verstikkend conservatieve omgeving waarin ze was opgegroeid.

“Ik was de enige dochter in een gezin met negen broers. Wat zij als bescherming zagen, voelde als beknotting. Het viel niet mee om me los te worstelen.

“Dat ik de hoofddoek heb afgelegd, nam zeker niet iedereen me in dank af. Ik botste met die autoriteit, en met onze familie.”

In oktober keerde ze naar Gaza terug, voor een langverwacht familie­bezoek.

“Ik wilde de plekken van mijn jeugd bezoeken, van ons lekkere eten genieten, en naar het graf van mijn broer gaan die was overleden aan kanker tijdens mijn lange afwezigheid. Dat laatste is het enige wat gelukt is. Vier dagen na mijn aankomst in Gaza was het 7 oktober.”

Die zaterdag voerde Hamas een aanval uit op dorpen in Zuid-Israël, waarbij 1.200 Israëlische en buitenlandse doden vielen en 252 gijzelaars naar Gaza werden ontvoerd.

Israël antwoordde met een militair offensief, dat al aan meer dan 38.000 Palestijnen het leven heeft gekost, onder wie een recordaantal kinderen.

Volgens het VN-kinderrechtenfonds Unicef lijdt in het noorden van Gaza 31 procent van de kinderen jonger dan twee jaar aan acute ondervoeding.

Is er behalve “Hoe gaat het nu met u?” eigenlijk een passende openingsvraag voor een zomeravondgesprek en ontbijt in Oostende met iemand die recent ontsnapte aan die hel op aarde?

Voor dit gesprek hebben we ook Christophe Busch uitgenodigd.

Hij denkt vermoedelijk hetzelfde, want tijdens het aperitief is hij stil en observeert hij zijn Palestijnse gesprekspartner aandachtig.

Busch is criminoloog, heeft de Kazerne Dossin geleid en is nu directeur van het Hannah Arendt Instituut.

Het instituut is vernoemd naar de Duits-Amerikaanse Joodse politieke denker, Hannah Arendt, die het nazifascisme al enkele jaren na de Tweede Wereldoorlog zo haarfijn analyseerde dat haar inzichten vandaag nog altijd inspireren.

Busch zegt “veel Joodse kennissen” te hebben en is een kenner van de Holocaust.

In zijn boek De duivel in elk van ons zoekt hij een antwoord op de vraag waarom schijnbaar gewone mensen in staat blijken tot oorlog of terreur.

Al-Ghorra en Busch hebben elkaar vóór vanavond nog niet eerder ontmoet.

Omdat Al-Ghorra ook de Belgische nationaliteit heeft, bood ons land aan om haar te evacueren uit Gaza. Ze weigerde te vertrekken zonder haar ouders. Ze bleven samen en raakten via de grensovergang met Egypte het land uit.

“Ik zorg nu al maanden voor hen”, zegt Al-Ghorra, die haar moeder en vader heeft meegenomen naar Oostende. Geregeld loopt ze even naar hen toe, om te vragen of ze iets nodig hebben.

Haar moeder is niet meer goed ter been, haar vader is fysiek in orde en houdt zich kranig, maar ziet er verloren uit. De zee voelt wel enigszins vertrouwd; Gazanen zijn mensen van de kust.

“Ik weet zeker dat papa aan Gaza denkt wanneer hij naar de zonsondergang boven de Noordzee tuurt.”

“Om poëzie te schrijven die niet politiek beladen is, moet ik luisteren naar de vogels. En om de vogels te kunnen horen, moeten de gevechtsvliegtuigen zwijgen”, schreef de Palestijnse dichter Marwan Makhoul.

Van de weken dat ze vastzat met haar ouders in Gaza, bracht Al-Ghorra 23 dagen door in het Al-Quds-ziekenhuis in Gaza-Stad, samen met meer dan 10.000 andere ontheemden.

Ze wilde het wel, daar al alles van zich afschrijven, maar door praktische bezwaren – geen stroom, te veel lawaai – of omdat het haar ontbrak aan de energie, lukte dat niet.

Brieven schrijven lukte wél. Eén per dag, gericht aan familie en vrienden. Terug thuis in Merksem, werkte ze die 23 brieven verder af.

Uittocht uit Gaza, de bundeling daarvan, verschijnt vlak voor de eerste verjaardag van 7 oktober.

Het gespreksonderwerp is zwaar, de sfeer is lichter. Dat is voor een groot stuk te danken aan Al-Ghorra’s energie. De schrijfster is flamboyant, vult de ruimte en houdt van de aandacht die ze krijgt. Ze instrueert de fotograaf langs welke zijde ze bij voorkeur wordt gefotografeerd.

Rond haar hals hangt een Palestijnse ketting met een universele sleutel in de Palestijnse kleuren zwart, wit, groen en rood – een symbool voor het recht op terugkeer naar hun voorvaderlijke huis dat de Palestijnen sinds 1948 claimen.

Af en toe, als ze denkt dat niemand erop let, wrijft ze even over de getatoeëerde boodschap op de binnenkant van haar pols: Made in Gaza.

© Christophe De Muynck

“Verzet tegen de Israëlische onderdrukking zit in de Palestijnse genen”, vertelt Al-Ghorra. En verzet schuilt ook in levenslust.

“Zelfs in de meest miserabele omstandigheden, en in de tentenkampen van Gaza, vinden Palestijnse kinderen wel een manier om met elkaar te spelen, terwijl hun moeders elkaar grappen vertellen, zingen of dansen.

“Gazanen klampen zich gretig vast aan elk stukje leven.”

Niet alles tijdens die noodlottige maanden in Gaza was kommer en kwel?

Al-Ghorra: “Zelfs toen heb ik van Gaza genoten. Natuurlijk was ik tijdens de beschietingen en bombardementen doodsbang. Tegelijk was ik mij ervan bewust dat ik een stuk geschiedenis live beleefde.

“Dat geeft me de geloofwaardigheid om erover te getuigen. Ik heb het gevoel gezegend, of uitverkoren te zijn.”

“Vijftien jaar geleden begon ik in België aan een nieuw leven. Ik werd dichter en ik kreeg buiten Gaza een stem en respect. Maar thuis was ik alleen. Vaak zette ik de tv aan om andere stemmen te horen.

“Vóór mijn terugkeer naar Gaza had ik een burn-out. Die reis naar mijn geboortegrond was het slotstuk van mijn therapie. Ik heb sterk het gevoel dat alles liep zoals het moest lopen, en dat ik de juiste keuzes heb gemaakt.”

Christophe Busch, die tot nu heeft geluisterd, neemt het woord.

“Ik heb twaalf jaar in een forensisch psychiatrisch ziekenhuis gewerkt. Een burn-out heeft vooral te maken met het gebrek aan een doel.

“Velen die meemaken wat jij achter de rug hebt, krijgen posttraumatisch stresssyndroom. Een klein aantal mensen ontwikkelt posttraumatische groei. Zij vinden dat hogere doel.

“Volgens mij behoor jij tot die laatsten. Jouw familie beschouwt je inmiddels vast ook als een rolmodel. Op een moment van extreem collectief geweld is zo’n levenskracht voor velen erg inspirerend en mooi om te zien.”

Al-Ghorra bedankt Busch met een stralende glimlach, het ijs tussen de twee is gebroken.

Hoe vinden wij, mensen, dat hogere doel?

Busch: “De zin van het bestaan is een boek van Viktor Frankl, een Weense psychiater die een naziconcentratiekamp had overleefd.

“Op zijn 67ste leerde Frankl vliegen. Velen denken dat piloten leren vliegen van punt A naar B, maar ze leren vliegen met tegenwind, en zo hun bestemming te bereiken.

“Uiteraard zag Frankl dat als een metafoor voor het leven. Wie een grote mentale weerbaarheid heeft, maakt een betere kans om een extreme uitdaging te overleven.”

“Wij leiden ons leven hier niet denkend dat elke dag ons een stap dichter brengt bij de dood. Nee, wij zien, zoals Hannah Arendt zei, elke dag juist als een nieuw begin.”

“Het gevoel ‘uitverkoren’ te zijn, dat Fatena net beschreef, brengt ons naar de vraag: wat is de essentie in het leven? Het is niet die leuke auto of de mooiste kleren.

“Als je alles van waarde verliest, word je naar de essentie geduwd: je relatie met andere mensen.

“Ook tijdens de gruwel van de Holocaust waren er momenten van kleine goedheid. Mensen die een stukje brood met elkaar deelden.

“Connectie met anderen heb je nodig om te overleven. Ook om succes te boeken in het leven moet je werken aan je relaties.”

Al-Ghorra zegt dat ze veel tijd nodig had om zich los te weken uit enkele toxische relaties.

“Ik was nog geen achttien jaar toen ik in een huwelijk werd geduwd met een man die fysiek gewelddadig bleek. Eraan ontkomen was geen optie, dus aanvaardde ik, op voorwaarde dat hij me liet studeren. Het werden islamstudies. Enige tijd voelde ik me ook aangetrokken tot de politieke islam. Ik las elk boek dat ik onder ogen kreeg.”

Het leidde tot haar emancipatie, weg van de politieke islam, die, aldus Al-Ghorra, “net als andere religies vrouwen beknot”, maar niet weg van het Palestijnse verzet.

“Ik keur hun methodes niet goed, en in elke Palestijnse familie vind je verschillende meningen, maar zoals veel Palestijnen respecteer ik Hamas wél als Palestijnse verzetsbeweging.”

Meneer Busch, is Hamas een legitieme verzetsbeweging?

Busch: “Het is internationaalrechtelijk legaal voor de Palestijnen om zich te verzetten tegen de Israëlische bezetting. Zoals ook in ons land tijdens de Tweede Wereldoorlog is gebeurd, toen we door nazi-Duitsland werden bezet.

“Maar in hun verzet dienen de Palestijnen uitsluitend militaire doelwitten uit te kiezen, en geen burgers te treffen, zoals op 7 oktober. Want dat maakte het een daad van terreur.”

Terreur. Het hoge woord is eruit.

Busch maakt een vergelijking met Rusland en Oekraïne, zegt dat in elk gewapend conflict oorlogsmisdaden worden gepleegd.

“Zoals in Boetsja, tijdens de massamoord op Oekraïense burgers en krijgsgevangenen, in de begindagen van de Russische invasie, twee jaar geleden. En al is duidelijk dat Rusland hier de agressor is, tegelijk is ook in deze oorlog niet alles zwart-wit.”

“Als Poetin beweert dat hij ‘tegen nazi’s vecht’, dan is dat framing die we gerust strategische desinformatie kunnen noemen.

“Tegelijk moet je erkennen dat er bij het Oekraïense Azovbataljon rechts-extremisten zitten. Strijders die tot het uiterste gaan en die Zelenski daarom, begrijpelijkerwijs, bij zijn leger wil. Maar daar betreed je dus de grijze zone van een oorlog.”

“Legitieme verzetsdaden en terreur raken altijd met elkaar vermengd. Wij hadden in België ook verzetsstrijders die vlak na de bevrijding zeiden: ‘Kom, we gaan die collaborateurs nog snel liquideren.’ Dat was een oorlogsmisdaad.

“Daarom geldt het internationaal humanitair recht als de leidraad. Militairen, militieleden en verzetsstrijders moeten altijd het onderscheid respecteren tussen soldaten en burgers, die bescherming verdienen.”

Mevrouw Al-Ghorra, sluit u zich daarbij aan?

Al-Ghorra: (richt zich tot Busch) “Het internationaal recht draagt er helemaal niet toe bij dat deze vernietigingsoorlog tegen ons stopt of zelfs maar afneemt in meedogenloosheid.

“Het remt deze blinde gek (doelt op de Israëlische premier Benjamin Netanyahu, red.) helemaal niet af.”

“Het internationaal recht is geschreven op maat van de blanken. Over de Oekraïners hoor je de Europeanen zeggen dat ze ‘eruitzien zoals wij, met hun blonde haar en blauwe ogen’.

“Over de Palestijnen zegt een Israëlische regeringsminister dat wij ‘menselijke dieren’ zijn, en nog steeds grijpt niemand in en kijkt de hele wereld toe.”

“Gaza is al vele jaren een gevangenis, die de Palestijnen netjes hebben gedecoreerd. Maar het blijft een gevangenis, omsingeld door Israëlische nederzettingen, op óns land, Palestina.

“In die dorpen in Zuid-Israël wonen niet alleen ‘burgers’, maar ook goed getrainde en bewapende Israëlische soldaten en hun families.

“Trouwens, de Israëlische samenleving is gemilitariseerd omdat mensen die een land bezetten dat alleen met geweld kunnen doen.

“Ook burgers doen mee aan die bezetting, ze hebben wapens en ze hebben van jongs af geleerd om de Palestijnen als vijand en doelwit te zien.”

De dorpen die Hamas aanviel, zijn geen illegale nederzettingen. Ze lagen binnen de internationaal erkende grenzen van Israël. Hamasstrijders schoten er vrouwen en kinderen in koelen bloede dood. Als mens laat zoiets u toch niet onberoerd?

Al-Ghorra: “Ik ben tegen bloedvergieten, ik geef alleen mijn perspectief.

“Toen ik in oktober met mijn bejaarde ouders op de vlucht sloeg, riep een buurvrouw mijn moeder nog na dat ze haar schoenen niet mocht vergeten.

“Mama herinnert zich de Nakba nog (de verdrijving en vlucht van de Palestijnen in 1948, bij de stichting van de staat Israël, red.), ze was toen vier jaar oud. Allicht sloeg ze toen ook blootsvoets op de vlucht, bedacht ik op dat moment, en gebeurt het nu ze tachtig is gewoon opnieuw.”

“Al tientallen jaren worden wij verder in het nauw gedreven en wordt ons leven door de militaire bezetter tot in het kleinste detail gecontroleerd.

“In Gaza bepaalt Israël hoeveel stroom we mogen gebruiken of tot hoever we mogen vissen in de zee. Tegelijk krimpt ons land steeds verder in, omdat kolonisten met geweld de nederzettingen uitbreiden, geruggensteund door hun regering.

“De zoon van mijn broer, net 21 jaar, zat samen met ons in het Al-Quds-ziekenhuis in Gaza-Stad. Hij zette één stap buiten om een koffietje te drinken en kreeg een kogel in het hoofd.

“Was hij dan géén burger die bescherming verdiende?”

“Ik keur de methodes van Hamas niet goed, maar ik kan niet geloven dat Hamasstrijders doelbewust die vrouwen en kinderen hebben geraakt.

“Als je mij decennialang met de rug tegen de muur duwt, dagelijks vernedert en onderdrukt, verwondert het dan dat ik op een dag met volle kracht mijn handboeien afgooi en niet omkijk naar wie of wat ik daarbij raak?”

Meneer Busch, begrijpt u dat de Gazanen het gevoel hebben dat de internationale rechtsorde hen in de steek laat?

Busch: “Ik erken dat er soms een dubbele moraal wordt gehanteerd. Het probleem ligt niet bij het internationaal recht op zich, wel bij de instellingen die het moeten waarborgen. Die zijn maar zo sterk als de mensen die ze besturen willen toelaten.

“Het internationaal recht biedt geen instant oplossing voor een zeer complexe situatie op het terrein. Het is veeleer een preventief wapen, of een middel dat achteraf nog kan worden ingezet met het oog op gerechtigheid.”

“En toch zal ik er altijd vurig voor blijven pleiten om dit internationale rechtskader te versterken en uit te breiden.

“Internationaal recht is niet perfect, maar we kunnen het aan toekomstige generaties laten om op verder te bouwen. Het heeft ook al geloond, kijk bijvoorbeeld naar het Europese integratieproces.

“Europa is een groot vredesproject, dat ons continent zo’n tachtig jaar vrede heeft opgeleverd. Het was ook een enorme stap vooruit dat zoveel landen het wereldwijd eens zijn geraakt over wat genocide is. En dat als je tekenen van volkerenmoord ziet, je de verantwoordelijkheid hebt om in te grijpen …”

Al-Ghorra onderbreekt: “Vindt in Gaza dan geen genocide plaats?”

Busch aarzelt.

“Mogelijk zullen we binnen enkele jaren, als er toegang is tot de regio, in detail achterhalen dat er in specifieke gevallen sprake was van genocidale acties. Maar als je me nu vraagt of álles wat in Gaza gebeurt genocide is, dan twijfel ik.

“De genocidedefinitie is zeer specifiek. Je moet de intentie om een groot deel van een volk of groep uit te roeien kunnen bewijzen.

“Tijdens de Balkanoorlogen zag je ook dat het collectieve geweld een diversiteit aan geweldsfenomenen bevatte: etnische zuivering, massamoord, verkrachting als oorlogswapen, oorlogsmisdaden en uiteindelijk ook genocidaal geweld, zoals in de casus van Srebrenica.

“Maar een meer cruciale vraag is: heb je die genocide­definitie, met de etnische zuiveringen en alle aanvallen tegen burgerdoelen in Gaza, nog nodig om aan te dringen op een onmiddellijk bestand? Ik denk het niet.”

Wat behelst die genocidedefinitie, als ze zo specifiek is en toch niks verandert op het terrein?

Busch: “Ze maakt het mogelijk om individuele verantwoordelijken in een collectief systeem te vervolgen en te bestraffen.

“Precies daarmee worstelde het internationaal recht en al zeker het Duitse strafrechtssysteem vlak na de Holocaust.

“Door de groei en bloei van het internationaal recht zijn er nieuwe juridische definities gecreëerd, zoals de bevelsverantwoordelijkheid en gezamenlijke criminele onderneming.”

“Legitieme verzetsdaden en terreur raken altijd met elkaar vermengd.”
“Legitieme verzetsdaden en terreur raken altijd met elkaar vermengd.” © Christophe De Muynck

“Sindsdien kan de commandant van soldaten die oorlogsmisdaden plegen niet zomaar zeggen dat hij daartoe geen bevel gaf of het niet wist.

“Daarom is het ontzettend goed nieuws dat de aanklager van het Internationaal Strafhof arrestatiebevelen wil uitvaardigen tegen zowel de leiders van Hamas als tegen verschillende Israëlische politici, onder wie premier Netanyahu.”

Al-Ghorra schuifelt ongeduldig op haar stoel.

“Ik snap niet dat de verschrikkingen blijven plaatsvinden, terwijl de wereld erop toekijkt en iedereen weet wat er gebeurt.”

Busch knikt begripvol.

“Ook in 1942 wisten velen wat er gebeurde, en in 1943 was zelfs wat er in Auschwitz gebeurde genoegzaam bekend.

Shoah en nakba betekenen precies hetzelfde: de grote catastrofe.

“In Israël en Gaza staan twee zwaar getraumatiseerde volkeren nu lijnrecht tegenover elkaar. Eigenhandig komen zij hier niet meer uit, daarvoor heb je een derde partij nodig, zoals de internationale gemeenschap.”

Trauma’s worden bovendien van generatie op generatie doorgegeven, zegt Busch.

“Wetenschappers hebben bewezen dat via opvoeding, familiale copingvaardigheden en zelfs op genetisch vlak trauma’s vaak generaties ver uitdeinen.

“Het verleden werkt steeds door in het heden, ook via wegen waarvan we het niet altijd verwachten.”

We staan er dus best goed bij stil dat we met Palestijnse, Syrische en Oekraïense vluchtelingen zwaar getraumatiseerde mensen opvangen?

Busch: “Voeg daar nog maar Afghaanse en Soedanese aan toe. We mogen dat niet negeren.

“De Joden kregen na de Tweede Wereldoorlog de kans niet om hun trauma te verwerken. Wie de kampen had overleefd, kreeg prompt het verwijt dat hij jarenlang geen belastingen had betaald.

“Snel volgde ook de vraag, die als een verdachtmaking klonk, wat hij dan wel gedaan had om het kamp te overleven. Dus hielden de overlevenden liever hun mond.

“We moeten de oorlogsvluchtelingen in onze maatschappij de juiste mentale zorg bieden. Anders zadelen we onze kinderen en kleinkinderen ermee op.”

Ook in dadergemeenschappen overleeft een collectief trauma. Busch geeft het voorbeeld van Duitsland.

Door de nazivervolging en uitroeiing van miljoenen Joden is vandaag in Duitsland zelfs de voorzichtigste kritiek op Israël een taboe.

En dat gaat zeer ver, zegt de criminoloog, die onlangs een symposium voor Europese politieagenten in Boedapest bijwoonde.

“Het thema was hoe de politie het best kon optreden tijdens betogingen over Gaza, om zowel antisemitisme als moslimhaat te vermijden.

“Bij de Duitse politie, werd gezegd, is dé centrale stelregel dat Joodse levens te állen tijde worden gered. Je kunt dat natuurlijk niet loszien van het collectieve schuldgevoel na de Holocaust.”

“Israël beschouwt 7 oktober als de gruwelijkste terreuraanval op de Joodse gemeenschap na de Holocaust”, zegt Busch.

“Veel Israëli’s voelen sindsdien hun omgeving aan als volkomen vijandig. Hun reactie is meedogenloos, omdat zij een existentiële bedreiging voelen. Maar die existentiële angst, die voelen de Palestijnen even sterk.”

En dus hebben ook zij keihard teruggeslagen. Want voor de Palestijnen begon dit allemaal niet op 7 oktober, maar minstens al bij de militaire bezetting van 1967, en eigenlijk al bij de stichting van Israël in 1948.

De laatste jaren stond de wereld nauwelijks nog stil bij de dagelijkse vernederingen van de Palestijnen, bij hun penibele leefomstandigheden in de hermetisch afgesloten Gazastrook, of bij het systematische geweld.

Het Palestijnse leed, weggestopt achter een hoge ‘scheidingsmuur’, werd vergeten. De Israëlische jongeren die aan de andere kant van het grenshek gingen fuiven, waren de Palestijnen in Gaza vergeten.

De Israëlische regering eveneens. Die stuurde liever soldaten naar de Westelijke Jordaanoever, om daar de kolonisten in hun illegale nederzettingen te beschermen.

Het verklaart waarom de dorpen in Zuid-Israël op 7 oktober onbeschermd waren, en het leger zo tergend lang op zich liet wachten.

In Noord-Ierland zette het IRA met aanslagen de zware discriminatie van de katholieken op de agenda. Het mondde uit in zelfbestuur. Na 7 oktober gaat het constant over het lot van de Palestijnen. Luidt de conclusie, hoe akelig ook, dat terreur werkt?

Al-Ghorra: “Ik blijf moeite hebben met de term ‘terreur’. Dit is géén evenwichtig conflict tussen twee even sterke partijen.

“Welke term geven we dan aan alle opeenvolgende oorlogen en moordpartijen door Israël in Gaza? Kunnen we dat dan alsjeblief omschrijven als staatsterreur?

“En wat de vraag betreft: het antwoord is ‘ja’. Helaas. De geschiedenis toont aan dat geweld werkt – hoe verschrikkelijk dat ook is – om iets weer op de agenda te zetten.”

De wereld weet weer waar Gaza ligt. Maar de menselijke prijs is loodzwaar. Had Hamas dat vooraf ingecalculeerd?

Al-Ghorra: “Nee, nee, zeker niet. Dit konden ze niet voorzien.

“Ik had van in het begin het gevoel dat Israël niet zou reageren met nog een ‘gewone oorlog’, maar dit niveau van dood en verwoesting overstijgt ieders verbeeldingskracht.”

Busch: (gedecideerd) “Terreur is propaganda omgezet in daden.

“Ik ben het to-taal oneens met het standpunt dat terreur werkt. Als je die logica volgt, eindig je in een eindeloze cirkel van geweld.

“Onlangs gaf ik aan de universiteit van Gent een lezing over polarisering. Als de studenten de entreehal van de universiteit blokkeren, is dat hun democratische recht.

“In een democratie is burgerlijke ongehoorzaamheid een geoorloofde en soms zelfs een noodzakelijke vorm van actievoeren.

“Ik raadde hen wel aan te professionaliseren, zoals Extinction Rebellion doet. Die actiegroep houdt scherp in de gaten of het tot trekken en duwen met de politie komt.

“Dan wordt ingegrepen, om te de-escaleren. Want met geweld verspeel je je punt. Dan gaat het niet meer over het onderwerp, maar over de legitimiteit van de beweging.”

“Ik kan alleen met een Israëli praten als die nadrukkelijk erkent wat Israël mijn volk en land aandoet en zich excuseert.”
“Ik kan alleen met een Israëli praten als die nadrukkelijk erkent wat Israël mijn volk en land aandoet en zich excuseert.” © Christophe De Muynck

“Noord-Ierland zette succesvolle stappen naar vrede, toen het IRA besloot af te zien van de gewapende strategie en bereid was politieke onderhandelingen te voeren. Het politieke proces begint vaak wanneer strijdende partijen er genoeg van krijgen elkaar uit te moorden.”

Al-Ghorra: “Wat belette de Joden na de Tweede Wereldoorlog om wraak te nemen op de Duitsers? Zij kregen erkenning voor hun leed. Is dat niet ook het minimum?

“Wij zouden niet uit zijn op wraak, als onze rechten werden gerespecteerd. En als we een greintje gerechtigheid voelden.”

Mevrouw Al-Ghorra, kunt u met Joden en Israëli’s nog een gesprek aangaan?

Al-Ghorra: “Met Joden, ja, want er hebben altijd Joden in Palestina gewoond. Ze spraken Arabisch en we leefden vredevol samen.

“Tijdens een internationaal literair festival leerde ik een Joodse schrijfster kennen, die ik nadien opzocht in Berlijn. Haar huis zat vol met vrienden die spraken over de Holocaust. Ik voelde helemaal met hen mee.

“Het voedde tegelijk mijn woede dat het Israëlische regime nu op zijn beurt onschuldige mensen treft. Wij zijn de slacht­offers van de slachtoffers geworden.”

“Met Israëli’s omgaan ligt veel moeilijker. Ik kan alleen met een Israëli praten als die nadrukkelijk erkent wat Israël mijn volk en land aandoet, en zich excuseert.

“Dat is een noodzakelijke stap, omdat ik niet kan weten wat zij of hij tijdens zijn legerdienst deed, en of er bloed van een broeder aan zijn handen kleeft.”

“In een restaurant in Iowa, waar ik artist in residence was, stond ‘Israëlische couscous’ op de menukaart – ze stelen zelfs ons eten!

“Daar was ook een Israëlische schrijfster aanwezig die ik eerst doelbewust op grote afstand hield. Ik hou er niet van dat wij op literaire festivals in de armen van Israëlische auteurs worden geduwd.

“‘Dit is een goeie Israëli, praat toch met elkaar!’, krijg je dan. Daar kan ik niks mee. Maar ik ging wél kijken naar de film die deze vrouw had gedraaid.

“Ze bleek meer Palestijns te zijn dan ik! Ze noemde het wat het is – een be-zet-ting – en ze veroordeelde het. Achteraf omhelsden wij mekaar.

“‘Wij zijn geboren in hetzelfde land. Wij zijn allebei Palestijnen’, zei ik tegen haar. Zo zie ik ook de toekomst.

“Vrede is nog steeds mogelijk, met verschillende volkeren en religies in één land. Maar dan wel onder één vlag: de Palestijnse.”

De duivel in elk van ons
De zin van het bestaan

Een zomer lang komen twee mensen bij valavond samen aan de branding in Oost­ende.
In het decor van het Thermae Palace Hotel wordt van ’s avonds tot ’s ochtends ontmoet en gepraat.
Met de blik op de horizon gaan we van vloed naar eb, en helemaal terug. 


Christophe Busch en Fatena Al-Ghorra: “Ik heb nog nooit de moed verloren.” © Christophe De Muynck
Christophe Busch en Fatena Al-Ghorra: “Ik heb nog nooit de moed verloren.” © Christophe De Muynck

Lees ook

Fatena Al Ghorra – Terug in België na de hel van Gaza
De afspraak met Fatena Al Ghorra – Een studiogesprek dat onverwacht kantelde

Lees ook

Lees hier de andere gesprekken



Bron: De Standaard

Naar Facebook

Naar de website


Scroll naar boven