NVA / Vlaams Belang – De erfzonde van de collaboratie – Deel 3 van 3


Het (extreem)rechtse Vlaams-nationalistische wereldje luistert bijzonder nauw. Daarbij smeden de klassieke, onverteerde thema’s van de Vlaamse Beweging nog steeds een krachtige band. De collaboratie ten tijde van de Tweede Wereldoorlog is er zo één van. De gecrispeerde omgang met de collaboratie loopt als een rode draad door het verleden van bijvoorbeeld Vlaams minister-president Jan Jambon (N-VA).

Apache


Het (extreem)rechtse Vlaams-nationalistische wereldje luistert bijzonder nauw. De kruisbestuiving is groot tussen de raden van bestuur, de steuncomités of andere vehikels van organisaties als de Vlaams Volksbeweging, het Algemeen Nederlands Zangverbond of het Wies Moens-vormingsinstituut.

Die oude banden verdwijnen ook niet op het moment dat sommigen uit het netwerk de stap naar de partijpolitiek zetten. Vaak worden de partijpolitici nog uitgenodigd voor debatten, lezingen of sponsordiners.

Of ze laten zich – ook als politicus – nog eens verleiden tot verkeerde uitspraken over de klassieke, onverteerde thema’s van de Vlaamse Beweging, zoals de collaboratie.

Dat leidt wel eens vaker tot problemen. Niet in het minst Jan Jambon bleek daar de voorbije jaren gevoelig voor te zijn.

Op een lezing voor de studentenvereniging KVHV liet Jambon indertijd verstaan dat de Zweedse regering in haar geheime atomaschriftjes had opgenomen dat na afloop van de legislatuur de grondwetsartikelen voor herziening vatbaar zouden worden verklaard die zouden toelaten om in de volgende (huidige) legislatuur een grondige staatshervorming mogelijk te maken.

Over de collaboratie verklaarde Jambon in een interview met La Libre Belgique dan weer:

“Het is gemakkelijk praten achteraf. De mensen die met de Duitsers collaboreerden, hadden hun redenen. Ik leefde niet in die periode.”

Oostfrontstrijders

Het interview kwam er nadat beelden waren opgedoken over de speech die Jan Jambon – als gezant van de Vlaams Volksbeweging – hield op een bijeenkomst van het Sint-Maartensfonds een vereniging van voormalige Oostfrontstrijders.

Toen er indertijd beelden opdoken van toenmalig minister Johan Sauwens (VU) zag die zich genoodzaakt af te treden.

Een brief die Jan Jambon als voormalig politiek vertegenwoordiger van het Algemeen Nederlands Zangverbond (ANZ) schreef aan het Overlegcentrum van Vlaamse Verenigingen (OVV) maakt verder duidelijk hoe hij namens de organisaties waar hij cruciale posities bekleedde, keek naar de collaboratie en amnestie.

Apache kon de brief inkijken in het Archief voor Nationale Bewegingen.

Het gaat om een reactie van het ANZ op een door het OVV voorgestelde open brief over collaboratie en amnestie.

Terwijl zowel N-VA als Vlaams Belang zich graag laten voorstaan op een streng strafuitvoeringsbeleid maken ze een opvallende uitzondering voor de straffen die zijn gelinkt aan de collaboratie.

Waar het OVV vraagt om de klassieke amnestie die de koning geregeld verleent aan gevangenen ook uit te breiden naar veroordeelde collaborateurs, wil het ANZ die brief enkel ondertekenen als er enkele voor haar essentiële aanpassingen worden doorgevoerd:

“De onderlijnde wijzigingen zijn voor het ANZ essentieel en enkel mits deze wijzigingen, ziet het ANZ voldoend van haar eigen, verder gaand, standpunt terug om, binnen het kader van het OVV deze tekst mee te onderschrijven.”

De cruciale woordencombinatie die Jambon en het ANZ per se in de brief wil is “onrechtvaardige gevolgen” voor wat wordt omschreven als “zuiver politieke misdrijven”.

Het ANZ heeft het dan ook over het “standpunt in verband met de opruiming van de sociale en humane gevolgen van de veroordelingen voor zuiver politieke misdrijven tijdens de oorlogsjaren”.

Het interview waarin Jambon in 2014 aan La Libre Belgique vertelde dat collaborateurs “hun redenen” hadden, zette toen meteen een flinke domper op de wittebroodsweken van de net aangetreden Zweedse Regering.

Net zoals met het fameuze atomaschriftje moest Jambon uitgebreid door het stof. Hij zou verkeerd begrepen zijn.

Een gelijkaardige verdediging – ‘verkeerd begrepen’ – voerde Jambon de jaren nadien nog meermaals op. Onder meer toen hij na de terroristische aanslagen ‘dansende moslims’ ontwaarde of recent nog, toen hij zonder verpinken beweerde dat asielzoekers met achterstallig kindergeld een huis kopen.

Permeabele wand

De vraag is hoe vaak iemand verkeerd begrepen kan worden, steevast over onderwerpen die een extreemrechtse, radicale blik verraden. Zeker wanneer het verleden leert waar de sympathieën precies liggen.

Er is van Jambon immers nog veel meer dan alleen maar de speech voor de vereniging van voormalige Oostfrontstrijders, de politieke duw naar extreemrechts van de Vlaamse Volksbeweging, de positionering van het ANZ over collaboratie en amnestie, of de werken achter de schermen voor de prille Vlaams Blok-afdeling in Brasschaat.

Zo was de huidige Vlaamse minister-president ook jarenlang “beschermlid’ van de organisatie “Gulden Sinjoren”.

Die mantelorganisatie van het VB organiseerde jarenlang de zogenaamde Radicale Sporenherdenking in Antwerpen, een extreemrechts treffen waarvan Voorpost in 2017 de organisatie overnam.

Andere “beschermleden” die partijpolitiek actief zijn, zijn stuk voor stuk Vlaams Belangers.

In 2006 was Jan Jambon overigens ook nog te gast als spreker op uitnodiging van de eerder genoemde Wies Moens Stichting.

Wanneer mensen die gepokt en gemazeld zijn binnen de radicale flank van de Vlaamse Beweging zoals Jambon, De Roover, maar bijvoorbeeld ook Bruno Valkeniers of Rita de Bont, uiteindelijk binnengehaald worden door N-VA of door Vlaams Belang is de symbolische betekenis daarvan groot.

De buitenwacht verkijkt zich er soms op, maar de keuze van Jambon voor N-VA of de keuze van Valkeniers voor het VB werden door die partijen als een ultieme overwinning gevierd.

Ook al loopt hun partijpolitieke carrière soms met een sisser af – zoals in het geval van Valkeniers of De Bont bij het Vlaams Belang – het belang dat aan de uitkomst van het getouwtrek tussen beide partijen wordt gehecht, zegt veel over het symbolische belang van dergelijke figuren.

Tegelijk zegt het ook veel over hoe permeabel de wand tussen beide partijen feitelijk is. Van de waterdichte beschotten of de “Chinese Muur” waar Bart De Wever graag over praat, is in de feiten lang niet altijd sprake.

Die overlap beperkt zich trouwens niet tot het verleden en tot de generatie politici die al langer de dienst uitmaken. Een organisatie zoals Schild & Vrienden toont dezelfde verwevenheid.

Nadat de reportage van Pano de wansmakelijke inhoud en het neofascistisch karakter van de jongerenclub onder leiding van Dries Van Langenhove aantoonde, werd duidelijk dat de organisatie niet enkel leden van het Vlaams Belang maar ook heel wat N-VA’ers in haar rangen telde.

Het hele netwerk achter Van Langenhove maakt die verwevenheid en de lijnen via studentenclubs nog duidelijker.

Eerder al doken foto’s op van Jan Jambon die samen met onder meer Filip Dewinter en Frank Vanhecke aanschoof voor de eremaaltijd met Jean-Marie Le Pen die kwam spreken voor de Debatclub

N-VA had het wat moelijker dan het VB om zich te positioneren tegenover Schild & Vrienden, maar de steun die bijvoorbeeld Kamerlid Theo Francken uitsprak toen zijn ‘poulain’ en S&V-lid zich verplicht zag zich om zich van de N-VA lijst voor de gemeenteraadsverkiezingen te laten schrappen, spreekt boekdelen.

Debatclub

De plek waar tot voor enkele jaren van de vermeende Chinese Muur absoluut geen sprake was, is wellicht de Vlaamse Debatclub van Rudi van der Paal.

Rechts-radicale Vlaams-nationalisten van verschillende partijen waren er, zoals ze graag zelf zegden, “onder elkaar” om te debatteren en te luisteren naar lezingen van soms bijzonder omstreden gasten zoals Holocaustontkenner David Irving.

Eerder al doken foto’s op van Jan Jambon die samen met Filip Dewinter, Frank Vanhecke en de voorzitter van de Debatclub, Koen Dillen, aanschoof voor de eremaaltijd met Jean-Marie Le Pen die kwam spreken voor de Debatclub.

Zowel Bart De Wever als Jan Jambon waren een tijdlang bestuurder bij de Debatclub.

Omdat Jan Jambon zijn aanwezigheid indertijd “verklaarde” door te zeggen dat hij in die periode naar zowat iedereen ging luisteren en daarbij vertelde “Je kan uit die tijd ook foto’s vinden van mij met Kris Merckx (PVDA)”, dook Merckx in de archieven van de Vlaamse Debatclub.

Zijn bevindingen raakten wat ondergesneeuwd, maar zijn frappant. De documenten die Merckx van onder het stof haalde toonden immers onder meer aan dat onder het bestuur van Jambon en De Wever behoorlijk aangebrande voordrachten werden georganiseerd.

Vrijwillige Arbeidsdienst voor Vlaanderen

Het meest sprekende voorbeeld is wellicht de voordracht over de Vrijwillige Arbeidsdienst voor Vlaanderen (V.A.V.V).

Dat is een collaborerende paramilitaire organisatie die de vrijwillige arbeidsdienst voor jongeren  – een op nationaalsocialistische leest geschoeide variant van de vrijwilligersdienst – organiseerde in de periode 1940-1944.

Ze stond sterk onder invloed van de SS en De Duitsch-Vlaamsche Arbeidsgemeenschap (DeVlag).

De V.A.V.V. stond onder leiding van Renaat Van Thillo (grootoom van huidig DPG Media-baas Christian Van Thillo, ToC).

Renaat Van Thillo werd als collaborateur bij verstek ter dood veroordeeld en vluchtte naar Argentinië. Het voorwoord dat hij schreef in het maandblad ‘De Arbeidsman’ van DPG, de propagandadienst van de V.A.V.V, maakt glashelder welke ideologie de V.A.V.V. voorstaat.

De Debatclub nodigde op 28 november 2000 Opperveldmeester Paul Grote uit voor een lezing over de V.A.V.V. Die wordt omschreven als een verdienstelijke organisatie.

“Opperveldmeester Paul Grote vertelt ons over het ontstaan en de werking van deze verdienstelijke organisatie”, lezen we in de uitnodiging die mee onderschreven wordt door de raad van bestuur met daarin onder meer Bart De Wever en Jan Jambon.

Er kwamen geregeld ook democraten spreken voor de Debatclub, maar daarnaast dus ook negationisten zoals David Irving en Jean-Marie Le Pen, of bijvoorbeeld ook de openlijk met de SS sympathiserende ex-VMO-leider, wijlen Bert Eriksson.

Over die als paramilitaire organisatie verboden organisatie werd voor de Debatclub ook een hagiografische lezing gegeven door Wim Verreycken (wiens kleinzoon onlangs in beeld kwam omdat hij de Hitlergroet bracht in Breendonk, ToC) en VMO-oprichter Bob Maes.

Die laatste haalde in 2014 nog eens de krantenkoppen toen bleek dat de (toenmalige) N-VA-ministers Theo Francken en Ben Weyts een glas waren gaan drinken op zijn verjaardagsfeest. Nota bene een dag nadat Jan Jambon zich moest verdedigen omwille van zijn uitspraak over collaborateurs die indertijd “hun redenen” hadden.

Vandaag is er nog een halfbakken poging om de traditie van de oorspronkelijke debatclub verder te zetten, maar de dynamiek zoals die er was in de periode onder auspiciën van Rudi van der Paal is verdwenen.

Samen met Rudi van der Paal verdween een van de grootste pleitbezorgers van de Forza Flandria-gedachte. In die zin is het geen toeval dat bij zijn overlijden Koen Dillen en Bart De Wever op de begrafenis spraken. Een keuze die testamentair werd vastgelegd door Rudi van der Paal.

Zwartgeblakerd

Recente uitspraken zoals die van Liesbeth Homans – “Bij Vlaams Belang zijn er nu echt wel een aantal figuren met wie je kan praten” – of Jan Jambon – “Met iemand als Tom Van Grieken kunnen we wel praten” – verraden niet zozeer een nauwere relatie tussen N-VA en het Vlaams Belang.

Die relatie heeft immers altijd al bestaan. Om het met de eerder geciteerde metafoor van Peter De Roover te zeggen: beide partijen dragen dezelfde onderbroek.

Wat dergelijke uitspraken wel verraden is dat de discussie over de strategie is gewijzigd. Bart De Wever maakte N-VA groot door zich fervent af te zetten tegen de zwartgeblakerde aanpak van het Vlaams Belang. Zijn pleidooi voor een inclusief nationalisme versus het exclusief nationalisme van het Vlaams Belang bracht N-VA tot haar electoraal hoogtepunt.

In het verleden had het VB het alleenrecht op de ‘België barst’-strategie. De komst van N-VA en de leegloop van het VB die daarop volgde, toonde de eindigheid ervan aan.

Vandaag liggen de kaarten anders: wat het politieke landschap in België totaal verlamt, is de vrees dat N-VA en VB samen hun getal willen gebruiken om België te doen barsten.

Of dat kan lukken is een open vraag, maar veel redenen om eraan te twijfelen dat beide partijen het Belgisch eindspel definitief hebben ingezet zijn er niet meer.


Lees ook


Bron: Apache

Naar Facebook

Naar de website


Scroll naar boven