Bijna twee jaar moest stadsgids Patrick van Rosendaal zonder toeristen zien te overleven in New York, omdat de grenzen gesloten waren door de coronapandemie. Het scheelde niet veel of hij had blut moeten terugkeren met zijn gezin, maar sinds november ziet hij de eerste toeristen weer komen. Net op tijd.
Maaike Floor – GVA
´New Yorkers hebben een ongelofelijke kracht om recht te komen uit een crisis.
Ik voel me meer New Yorker dan ooit.´Patrick van Rosendaal
Twee nieuwe wolkenkrabbers waar je vanaf het dakterras het uitzicht over de stad kunt bewonderen, een nieuw park boven het water, een nieuwe eindhalte van metrolijn zeven en een splinternieuwe stationshal aan Penn Station.
Het zijn maar een paar voorbeelden van nieuwe plekken en attracties in New York, geopend net voor of in de lockdown, maar nu trekpleisters die vechten om de aandacht van de toeristen.
“Ik heb me daar aan opgetrokken tijdens de moeilijke momenten, aan al die plekken die ik na de pandemie aan Vlaamse toeristen zou kunnen tonen”, vertelt Patrick van Rosendaal (45), die opgroeide in Edegem.
“Toen de lockdown twee jaar geleden werd aangekondigd, vielen alle inkomsten voor mijn bedrijf BE New York plots weg. Ik had 854 boekingen voor de paasvakantie, allemaal gecanceld.
“We zaten binnen en durfden amper buiten te komen, ook omdat ons zoontje Matteo nog operaties moest ondergaan en we dus echt niet ziek mochten worden.”
In Central Park, waar hij vóór corona fietstours begeleidde, kwamen extra bedden te staan voor Covid-patiënten.
In de subway kreeg je voor de prijs van één ticket (2,75$) een gratis coronabesmetting bovenop.
Eten kopen was moeilijk geworden, omdat alle bezorgmomenten volgeboekt werden en ook in New York de hamsterdrift had toegeslagen.
“Mijn vrouw Ineke zette de wekker ’s nachts om een tijdslot te kunnen bemachtigen voor de supermarkt. Verder kochten we grote zakken rijst en bonen, want we moesten heel spaarzaam zijn.”
Patrick woont ondertussen veertien jaar in New York. Hij schreef drie boeken over de stad, met een vierde op komst.
In 2014 trouwde hij in de Big Apple met zijn grote liefde Ineke Faes, ook een Antwerpse, twee jaar later werd hij Amerikaan.
Ondertussen heeft hij twee kleine New Yorkertjes rondlopen op hun kleine maar gezellige appartement, waar ze meer dan 3.000 dollar (!) per maand voor moeten betalen.
De kinderen spreken een aandoenlijke mengelmoes van Vlaams en Amerikaans. Ze zeggen bijvoorbeeld strawbeien tegen aardbeien en rommels tegen rondslingerend speelgoed.
Dochter Marie (6) zweert iedere ochtend trouw aan de Amerikaanse vlag op school en Matteo (bijna 3) weet niet beter of je neemt de metro om naar de draaimolen in het park te gaan.
Gehavend en opgelucht
Op een vrije zaterdagmiddag hebben we met Patrick en zijn gezin in het Brooklyn Bridge Park afgesproken, bij die mooie draaimolen.
Het is een van die gure voorjaarsdagen waarop er nog sneeuw uit de lucht valt en de wind snijdend koud is.
“De lente kan hier nogal wispelturig zijn. We hebben al achttien graden gehad, maar ook dit. Maar ik denk dat dit de laatste sneeuw is”, lacht hij.
Zijn knalgele jas, zijn handelsmerk ondertussen, zorgt voor wat kleur in het straatbeeld.
“Die twee jaar stress en onzekerheid hebben me wel getekend. Ik heb het gevoel dat ik er gehavend uit ben gekomen. Maar het gevoel dat nu overheerst, is opluchting.
“Opluchting dat het toerisme na de aarzelende start in november weer echt op gang gekomen is. Opluchting ook dat er na twee onzekere jaren eindelijk weer wat geld op mijn rekening binnenkomt.”
Het was trouwens VRT-correspondent en goede vriend Björn Soenens die Patrick en zijn gezin dankzij een crowdfunding een paar cruciale maanden heeft door geholpen.
“Daarnaast heb ik wat overheidssteun gekregen, een webshop geopend en virtuele tours georganiseerd via Instagram. Achteraf konden mensen dan een koffietje doneren”, vertelt Patrick.
“Vlamingen die thuis zaten tijdens de pandemie genoten ervan om virtueel te reizen, en voor mij was het heel fijn om al die warmte en sympathie te voelen.
“Ik had BV’s als Koen Wouters, Paul Jambers, Astrid Bryan, Véronique Leysen en Peter Van de Veire gevraagd om zo’n virtuele toer mee te doen. Ze zeiden allemaal ja, ook moreel heeft dat veel betekend voor mij.”
De kebab
Een dikke week voor de paasvakantie heeft Patrick iedere dag al een rondleiding op zijn agenda staan, naast alle voorbereidingen die hij moet treffen voor de marathon die de paasvakantie belooft te worden.
Op maandagochtend heeft hij met Charles Declerck (26) en Elise Deylgat (25) afgesproken.
Charles woont en werkt tijdelijk in Boston, Elise in Parijs. Samen maken ze een korte roadtrip, met een paar dagen New York.
Patrick spreekt met hen af bij de Hudson Yards, de nieuwe wijk helemaal in het westen van Manhattan.
Eyecatcher daar is The Vessel van de Britse architect Thomas Heatherwick, een koperkleurige constructie waar je niet meer op mag sinds er in twee jaar tijd vier mensen zelfmoord hebben gepleegd door eraf te springen. Er staat nu beveiliging bij, voor de zekerheid.
Patrick: “Net zoals de Antwerpenaren geven ook de New Yorkers graag bijnamen aan gebouwen. The Vessel noemen ze de kebab van New York.”
Voor hij ze meeneemt op de High Line, een park op de vroegere verhoogde spoorlijn, laat Patrick het koppel nog snel de nieuwe Moynihan Train Hall zien, in Penn Station.
Daar is niet alleen een fotogenieke roltrap, maar ook een vestiging van Magnolia Bakery (beroemd van Sex and the City), waar Astrid Bryan onlangs een culinair orgasme kreeg van de beroemde fluffy banana pudding.
Daarna troont hij ze mee door de supermarkt Whole Foods, die is overgekocht door Amazon, naar een binnenplein met een ijsbaan en foodmarket Citizen.
Patrick: “Foodtrucks zijn uit, foodmarkets zijn in. Ook hier hebben werkgevers moeite om hun medewerkers weer naar het werk te laten komen. Het feit dat hier zo’n goede plek is om te lunchen, lokt mensen naar kantoor.”
Wat verderop gluren we binnen bij het Pendry Hotel, vijf sterren.
“Kanye West, parttime inwoner van Wijnegem, en Billie Eilish hebben hier al gelogeerd. Er is een parkeergarage onder het hotel, dus beroemde mensen kunnen hier heel discreet naar binnen gaan”, vertelt Patrick van Rosendaal.
We wandelen het blokje rond om achter The Vessel naar de High Line te gaan, de groene wandelpromenade die werd ingericht op de vroegere spoorlijn die het Meatpacking District bevoorraadde.
De eerste krokussen bloeien, maar verder is het nog niet al te groen en trekt opnieuw vooral de architectuur de aandacht. Onder andere architecte Zaha Hadid, die in Antwerpen het Havenhuis tekende, zette hier een futuristisch appartementsgebouw neer.
Aan het eind van de High Line kun je de oversteek maken naar Little Island, een nieuw park op betonnen palen in het water van de Hudson.
Het werd getekend door dezelfde architect als The Vessel, die werd geïnspireerd door een op het water drijvend blad. Budget: 270 miljoen dollar.
“Barry Diller en zijn vrouw Diane von Fürstenberg hebben dat betaald”, weet Patrick.
Alweer een link met Antwerpen, want de modeontwerpster die de wikkeljurk bedacht, heeft Belgische roots.
Ondanks alle dure architectuur en het prijzige park ziet Patrick van Rosendaal meer armoede in de stad.
“Er liggen meer daklozen op straat dan vroeger. Het ruikt vaak naar joints door het legaliseren van marihuana, om via de belasting daarop de stadskas te spijzen. Sinds deze week zijn er ‘safety teams’ op pad om te patrouilleren in de wijken met de meeste criminaliteit.
“Je hebt hier de rijken en de superrijken, maar veel mensen hebben het moeilijk om te overleven en worden verleid door de criminaliteit. Ook dat is New York”, zegt Patrick.
“Vroeger zaten de inwoners trouwens nooit op terrasjes omdat ze dat niet chic vonden. Op straat hangen de arme mensen rond.
“Dankzij de pandemie is er nu toch een terrasjescultuur gekomen. De Belg in mij vindt dat fantastisch.”
“Vroeger zaten de inwoners niet op terrasjes omdat ze dat niet chic vonden. Op straat hangen de arme mensen rond. Dankzij de pandemie is er nu toch een terrasjescultuur gekomen. De Belg in mij vindt dat fantastisch.”
Patrick van Rosendaal
Stadsgids
Instagram-hemel
Na het afscheid van Charles en Elise neemt Patrick me mee naar de nieuwste wolkenkrabbers die je kunt bezoeken.
In de hal van Grand Central kun je naar The Summit One Vanderbilt.
Met een supersnelle lift zoef je in 43 seconden naar de 93ste verdieping, waar je op 305 meter hoogte over de stad uitkijkt.
Dit is een attractie die gemaakt is voor instagrammers, want in de verschillende ruimten zijn er lichteffecten, zilveren ballonnen en andere artistieke ingrepen die behoorlijk wat likes kunnen opleveren.
Grappig neveneffect is dat een deel van de bezoekers is uitgedost alsof ze in de hipste nachtclub ter wereld komen dansen.
Connections:
“We draaien nu op 70 tot 75%”
Stadsgids Patrick van Rosendaal leidt onder andere de Vlamingen rond die via Connections een stadstour boeken.
“Ook wij waren opgelucht toen het luchtruim in november heropende voor toeristen. We zaten als bedrijf in overlevingsmodus, nu draaien we alweer op 70 tot 75%”, vertelt Ronny Baeyens van Connections.
“Als Azië ook weer open gaat, komen we op kruissnelheid.”
“New York is een belangrijke bestemming. Ik heb de stad in 1986 op de kaart gezet voor citytrips, iedereen verklaarde ons voor gek. Maar je tankt echt energie als je daar bent, zeker met alle nieuwe attracties die zijn opengegaan.”
De paasvakantie en de maand juli lopen al goed, voor augustus is het voorlopig rustiger.
“Ik heb de indruk dat mensen uit voorzichtigheid vaker last minute boeken.”
Nog spectaculairder, maar met een wat sportiever publiek, is de beklimming van 30 Hudson Yards.
Het driehoekige panoramaterras op 340 meter hoogte heet Edge. Maar wie durft (en 185 dollar kan neertellen) kan het topje van het gebouw van de buitenkant beklimmen.
We besluiten voor the city climb te gaan, de hoogste beklimming van een gebouw waar ook ter wereld.
We moeten een verklaring ondertekenen, uitgebreide veiligheidsinstructies doorlopen en zelfs een negatieve alcoholtest afleggen.
Daarna krijgen we een winddichte overall en een klimharnas dat vier keer gecheckt wordt. Met twee haken zitten we aan rails vast.
En dan mogen we eindelijk naar buiten om via een steile trap the apex (de top) op 387 meter hoogte te beklimmen.
Het uitzicht over de stad is adembenemend, en op het uitkijkplatform mogen we aan die kabel voor- en achterover boven de afgrond gaan hangen om letterlijk boven de stad te kunnen bungelen.
“Zalig is dit hé”, glundert Patrick, die al voor de tweede keer op de top staat.
“Dat is zo geweldig aan deze stad, er komt altijd weer iets nieuws. New Yorkers zelf zijn daar ook voortdurend naar op zoek. Omdat er zo veel mensen op een kleine oppervlakte wonen, is er ook overal een publiek voor.”
Het is een van de redenen waarom hij zo van New York houdt.
“Het is fijn om al die ontdekkingen te delen. Tijdens de pandemie heb ik voor televisie af en toe verslag gedaan van de situatie hier.
“Binnenkort zul je me ook voorbij zien komen in een nieuw VTM-programma, waar ik verder nog niets over mag zeggen. Maar dit is toch het liefste wat ik doe: ervoor zorgen dat ik andere Belgen een bijzondere reis kan geven, dat ik ze zich een beetje New Yorker kan laten voelen.
“Alleen al daarom ben ik echt gelukkig dat ik die twee coronajaren overleefd heb.”
Op Instagram deelt Patrick ook veel tips: @patrickvanrosendaal
Lees ook
Lees andere berichten in deze categorie
Bron: GVA