Essay – Jonathan Holslag – Over de Russische oorlogseconomie

Jonathan Holslag

Anders dan tegenstanders van Rusland hopen bezwijkt de Russische economie momenteel niet onder het gewicht van de oorlog. De olie-export blijft op peil, en de oorlogsindustrie draait als nooit tevoren. En terwijl de autoritaire landen elkaar steeds meer vinden, hebben de VS en vooral Europa flink wat gaten te vullen, schrijft Jonathan Holslag.

Jonathan Holslag – De Morgen


‘In sommige sectoren is er een spectaculaire productietoename’


Nadat de Russische president Vladimir Poetin de laatste maanden opnieuw terreinwinst in Oekraïne boekte, kwam hij afgelopen weekend ook als voorspelbare winnaar uit de stembusslag.

Poetin mag tot 2030 verder regeren en toont zich strijdvaardig.

“Ze voorspelden aftakeling, mislukking en implosie, dat we zouden opgeven en zouden uiteenvallen”, betoogde hij vorige maand.

“Maar zij dwalen, want onze economie groeit, in tegenstelling tot die van hen.”

In welke mate klopt dat beeld? Hoezeer slaagt Rusland erin om het tij te keren en aan de 16.000 verschillende westerse sancties te ontkomen?

Het valt op dat in Europa achter gesloten deuren grotere bezorgdheid klinkt dan naar de buitenwereld blijkt.

Bij de aanvang van de invasie in 2022 handelde Moskou overmoedig en verloor het daardoor de kern van zijn krijgsmacht.

In een tweede fase kocht het zich tijd om van die roekeloosheid te bekomen door met tactische kernwapens te dreigen, alsook door grote aantallen huurlingen en gevangenen in de strijd te werpen.

In een derde fase, sinds vorig jaar, herstelde het reguliere leger zich deels, maar daarvoor moest Rusland duizenden oude gevechtsvoertuigen oplappen en wapens kopen bij landen als Iran en Noord-Korea.

Nu zou er een vierde fase kunnen aankomen, waarbij Rusland de oorlog dit jaar en de komende jaren verder in zijn voordeel kantelt.

Verkiezingswinst van Donald Trump in de Verenigde Staten en rechtse partijen in Europa zouden de westerse steun voor Oekraïne kunnen doen opdrogen.

Rusland kan stilaan ook opnieuw tienduizenden vers getrainde rekruten naar het front sturen.

Daarnaast bouwt Rusland aan een oorlogseconomie die beter dan verwacht standhoudt.

Oorlogseconomie

Het Internationaal Monetair fonds (IMF) is optimistisch over de Russische economische vooruitzichten. Het stelde zijn groeiverwachting voor dit jaar bij van 1,5 procent naar 2,6 procent.

Die groei wordt in de eerste plaats aangedreven door consumptie, die nog steeds de helft van de Russische economie uitmaakt. Omdat de oorlog een aanzienlijk deel van de Russische bevolking nog steeds niet raakt, blijft het consumentenvertrouwen hoog.

Stijgende lonen neutraliseren stijgende prijzen. Dat verklaart waarom veel restaurants in Moskou volgeboekt blijven terwijl in Oekraïne landgenoten sneuvelen.

Tezelfdertijd blijft de Russische overheid aanzienlijke inkomsten genereren uit de uitvoer van energie.

Rusland voert elke maand voor ongeveer 30 miljard dollar uit. Dat is ongeveer evenveel als in de jaren voor de invasie.

Ook het handelsoverschot blijft overeind. Dat is mogelijk omdat de westerse sancties de Russische energieproductie niet hebben verminderd, maar vooral voor een wissel van afnemers hebben gezorgd: Azië is meer Russische energie gaan kopen.

Europa is bijvoorbeeld meer uit het Midden-Oosten gaan invoeren en draait nog steeds voor een deel op Russische brandstoffen die onder andere via Zeebrugge binnenkomen, of via tankers die op zee met Russische olie worden bevoorraad.

Het Kremlin leidt de energie-inkomsten deels af naar de oorlogsinspanning. Rusland geeft dit jaar 6 procent van zijn welvaart uit aan het leger en wellicht nog eens 5 procent aan verwante zaken, zoals binnenlandse veiligheid, innovatie en industrie.

Dat is veel, maar nog steeds aanzienlijk minder dan wat de Sovjet-Unie tijdens de Koude Oorlog spendeerde. In elk geval is dit een financiële inspanning die Rusland nog verschillende jaren zou kunnen volhouden.

Industrie

Maar kan de industrie het gevechtstempo volgen? De Russische defensie-industrie stelt ongeveer 3,5 miljoen mensen te werk. Het afgelopen jaar alleen werden startten 500.000 nieuwe werknemers in de sector.

Ter vergelijking: in de Europese Unie werken slechts ongeveer 200.000 mensen in de defensie-industrie.

Vele Russische fabrieken draaien shifts van twaalf uur, zeven dagen op zeven. In sommige sectoren leidt dit tot een spectaculaire productietoename.

Tot 2022 produceerde Rusland jaarlijks ongeveer een miljoen stukken munitie voor artillerie; vorig jaar waren dat er ongeveer drie miljoen, en voor volgend jaar voorziet Moskou een productie van ruim vier miljoen.

Vorig jaar slaagde de Europese Unie erin om ongeveer een half miljoen stukken artilleriemunitie te vervaardigen en het doel voor dit jaar ligt rond 1,5 miljoen stuks: nog steeds minder dan de helft van wat Rusland aflevert.

Rusland heeft die volumes nodig, want het schiet ongeveer 10.000 granaten per dag af.

Moskou zit vooralsnog verveeld met trage productie in de fabrieken van de gemechaniseerde artillerie en tanks.

Uraltransmash, de producent van de 2S35, maakt zes keer meer tanks dan voor de oorlog. Dat zijn er wellicht nog steeds maar ongeveer 20 per maand. Op satellietfoto’s staan er in elk geval vaak een tiental klaar om per trein naar Oekraïne te worden vervoerd. Omsktransmash zou nu zo’n 30 tanks per maand afwerken; Uralvagonzavod zo’n 40 tanks.

Dit zijn vooral opgewaardeerde Sovjet-toestellen, niet de modernste dus, maar genoeg om druk op het front te blijven zetten.

Rusland heeft 5.000 tot 6.000 tanks in reserve en wellicht nog zo’n 1.000 tot 2.000 artillerie systemen op rupsen. Met deze reserve zou Rusland twee à drie jaar verder kunnen.

Het plan is om gedurende deze periode productielijnen voor nieuwe types te bouwen en zelf nieuwe motoren en sensoren voor die tanks te ontwikkelen.

Vladimir Poetin in februari, op bezoek in de tankfabriek Uralvagonzavod. De fabriek werkt per maand ongeveer veertig tanks af. Beeld AP

Moskou heeft met zijn raketten hetzelfde voor ogen. Het zou een reserve achter de hand houden van 800 tot 1.000 raketten: kruisraketten en ballistische raketten voor de korte dracht.

Rusland heeft de productie van raketten verdubbeld tot ongeveer honderd per maand en vuurt ongeveer hetzelfde aantal af op Oekraïense doelen.

Rusland koopt nu ook bijkomende raketten uit Noord-Korea en Iran. Voor de komende jaren volstaat dat. Nadien hoopt Rusland ook hier zelfstandig te produceren.

Russische troepen vullen de raketaanvallen aan met grote onbemande vliegtuigen, waarvan er tussen 200 en 300 per maand worden gebruikt.

Rusland heeft op dit gebied een spectaculaire inhaalbeweging op Oekraïne gemaakt.

Dankzij Iraanse hulp produceert het in een gloednieuwe fabriek in Jelaboega nu 400 tot 500 tuigen van het type Shahed.

Special Technology Center bouwt in zijn fabriek in Sint-Petersburg nu wellicht meer dan honderd drones van het type Orlan.

Rusland heeft sancties weten te omzeilen door westerse chips en technologie via andere landen aan te voeren, zoals Kazachstan en Kirgizië.

China is nu ook een heel belangrijke leverancier van chips en ander materiaal.

Rusland leert ook systemen te bouwen met minder hoogstaande technologie. Zo wil het dit jaar zelf kunnen instaan voor de productie van chips van 65, 90 en 350 nanometer: niet de krachtigste, maar voldoende voor een aantal drones en raketten.

Tegen 2027 hoopt het veel kleinere halfgeleiders te kunnen ontwikkelen om de drones en raketten mee uit te rusten.

Innovatie

In haar boek War: How Conflict Shaped Us betoogt de Britse historica Margaret MacMillan dat oorlog landen in staat stelt om sneller verandering en vernieuwing door te voeren.

Ook Rusland lijkt zich na twee uitputtende jaren te herpakken en aan te sturen op vernieuwing in de defensie-industrie.

Een Deense deskundige stelde het enkele weken geleden zo: de voorbije twintig jaar hebben veel wapenfabrieken vooral promotie gevoerd voor de export, nu is het ernst. Missers kunnen je de kop kosten.

Na de vernederende eerste fase van de oorlog, de tweede fase waarin Rusland zich enigszins herpakte met behulp van huurlingen en buitenlandse wapens, en een derde fase van oplapwerk, stuurt het nu dus aan op een vierde fase waarbij een herboren leger en industrie Rusland moeten toelaten om de uitputtingsslag met het Westen te winnen.

Of dat gaat lukken, is moeilijk te voorspellen. Toonaangevende technici zijn gevlucht. Het doel om technologisch volledig los te komen van het Westen, is niet vanzelfsprekend.

Wel wordt steeds duidelijker dat autoritaire landen elkaar steeds meer vinden: Rusland, China, Noord-Korea, Iran, Wit-Rusland.

Op hetzelfde moment dreigt de lijm tussen de westerse landen te lossen. Zelfs de Verenigde Staten staan voor een enorme uitdaging om hun defensie-industrie weer op te bouwen.

Ze mogen dan wel alle spitstechnologie in huis hebben, er zitten grote gaten in hun industrie, bijvoorbeeld op het vlak van mankracht en grondstoffen.

Europa

We mogen de Russische poging dus niet onderschatten.

Het grootste deel van de technici bevindt zich nog altijd op Russisch grondgebied.

De Oekraïense sector van start-ups wordt vaak bejubeld, maar Rusland telt evengoed jonge ondernemers die niet vies zijn van het grote geld dat nu in de defensie-industrie kan worden geschept.

Geld is er voorlopig genoeg. Rusland zal de komende zes jaar bijvoorbeeld ongeveer 35 miljard euro uitgeven aan innovatie in de chipsector: een budget dat niet moet onderdoen voor dat van de EU.

Alles blijft relatief.

Europa kan neerbuigend doen over de Russische defensie-industrie, maar heeft de afgelopen jaren zelf nog maar weinig bewezen.

Europa kan prat gaan op zijn technologie, maar vindt amper geschoolde arbeiders om iets met die technologie in fabrieken te doen.

Een Russische granaat kost een achtste van een obus die in Europa wordt gemaakt; een moderne Russische tank minder dan de helft van een Europese.

De uitdagingen in de Russische defensie-industrie zijn omvangrijk, maar die in de Europese wellicht minstens even groot.


Jonathan  Holslag
Jonathan Holslag.
Beeld Wouter Maeckelberghe

Lees ook

Klik hier of op de hyperlink hieronder en vind meer berichten van

Jonathan Holslag



Bron: De Morgen

Welkom op Facebook

Naar de website


Scroll naar boven