Analyse – De woelige week van Ben Weyts


Een video waarin hij dronken lijkt, was slechts een opzichtige uitschuiver in een moeilijke week voor minister van Onderwijs Ben Weyts. Veel pijnlijker is dat hij de grip op zijn domein kwijt is, terwijl dat net zo cruciaal is voor de N-VA.

Simon Andries, Jeroen Struys
De Standaard


‘Ik kan zeggen dat ik absoluut niet te veel gedronken had. Ik ben zelfs nog gaan lopen en ik heb nog iets gegeten.’

Met die woorden reageerde Ben Weyts in De afspraak na een week vol insinuaties. Aanleiding was een video waarin de N-VA-minister van Onderwijs het Vlaams Parlement toespreekt en een ­mogelijk dronken indruk wekt.

De feiten dateren van 14 december, maar bereikten pas vorig weekend het grote publiek na een artikel in Het Nieuwsblad. De N-VA zag er een welgemikte beschadigingsoperatie in van de oppositie, niet toevallig net gelanceerd tijdens het weekend van hun nieuwjaars­receptie.

Maar de partij kan niet ontkennen dat het alcoholgebruik van Weyts al een officieel gespreks­onderwerp was onder de fractie­leiders in het Vlaams Parlement.

In het partijbureau van de N-VA werden afgelopen maandag geen vragen gesteld bij het functioneren van de minister.

Wel werden er vragen gesteld bij de afbrokkelende partijdiscipline: anoniem hadden verschillende N-VA-bronnen in de media bevestigd dat de minister wel degelijk een glas te veel op had.

Berispende woorden van de voorzitter op het partijbureau ­bleven niet zonder effect: vandaag houden de N-VA-mandatarissen de lippen stijf op elkaar.

‘Er zijn ­grenzen verlegd, zowel in de politiek als in de media’, reageert de woordvoerder van Weyts, Michaël Devoldere.

Hij blijft erbij dat Weyts geen dronken indruk maakte. ‘Warrig misschien, het was ook al ’s avonds. Maar hij is geen Michel Daerden.’

Daarmee verwijst hij naar de minister van Pensioenen van de PS die in 2010 in de Senaat in schijnbaar dronken toestand sprak over een ‘groenboek’ en een ‘witboek’.

De schade is evenwel onmis­kenbaar. En dat de rangen alvast even minder gesloten waren dan gewoonlijk, geeft aan dat de positie van Weyts in de partij wankeler is dan ze ooit was.

Glijpartij

Tien jaar geleden riep deze krant Weyts nog uit tot de gedoodverfde opvolger van Bart De Wever, met de kop ‘Wie houdt Ben Weyts van het voorzitterschap van de N-VA?’.

Vandaag lijkt het eerder bergaf dan bergop te gaan voor Weyts. En in die glijpartij speelt de video slechts een oppervlakkige rol.

Terwijl zijn collega-minister Zuhal ­Demir zich fors weet te profileren op de dossiers van stikstof en ­statiegeld, kon Weyts deze week niet anders dan nog eens vaststellen dat de kwaliteit van het onderwijs in vrije val is, terwijl het lerarentekort maar niet opgelost raakt.

Weyts kon deze week niet anders dan nog maar eens vaststellen dat de kwaliteit van het onderwijs in vrije val is, terwijl het lerarentekort maar niet opgelost raakt

Een pijnlijke vaststelling, aangezien uitgerekend het departement onderwijs zo cruciaal is voor de N-VA, die koste wat het kost dat departement wou.

Jarenlang klaagde de partij het dalende onderwijsniveau aan. Er werd te veel ingezet op gelijke kansen en te weinig op excelleren, klonk het. De N-VA zou alles anders doen. Alleen blijkt de tanker van het onderwijs moeilijker te keren dan gedacht.

Een week geleden nog bewees een onderzoek van de KU Leuven dat net de best presterende leerlingen het grootste slachtoffer zijn van het lerarentekort.

Ballonnetjes

Of de minister dronken was in het Vlaams Parlement, of juist niet, is een kwestie van interpretatie. Of dat zijn werk in gedrang brengt, is weer een andere zaak.

Uit een rondvraag blijkt dat niemand in de sector op dat vlak twijfelt aan het functioneren van de minister. Maar dat de scholen, en dus de leerlingen, lijden onder het lerarentekort kan zowat elke ouder vandaag vaststellen. Het stijgende aantal inschrijvingen in de lerarenopleidingen en het recordaantal zijinstromers zijn hooguit hoopgevende signalen.

Groter weerklinkt de kritiek dat Weyts op moeilijke momenten de aandacht telkens probeert te verleggen.

Zo kwam hij deze week met een controversieel voorstel om in te grijpen in het kindergeld bij ouders van kleuters die slecht ­scoren op de kennis van het Nederlands.

De kritiek van experts was ­algemeen en het bleek snel maar een ballonnetje.

‘Ik wilde gewoon het debat openen’, aldus Weyts.

Dat de vakbonden en de onderwijskoepels maar lauwtjes reageerden op dat ballonnetje en op de ­ophefmakende video, is niet toevallig. Zij geven aan dat ze geen zin meer hebben in politieke spelletjes. Zij hebben het intussen gehad met zijn losse flodders. De situatie is dramatisch en de hele sector wil nu vooral structurele vooruitgang boeken.

Die kritiek kreeg hij woensdag ook in het Vlaams Parlement, zowel vanuit oppositie als uit de meerderheid.

‘We vragen geen wonderoplossingen, gewoon dat het regeerakkoord wordt uit­gevoerd’, zei Loes Vandromme van coalitiepartner CD&V.

‘U gaat al vier jaar in tegen een eigen lerarenloopbaanpact’, aldus Hannelore Goeman (Vooruit).

‘U weet het steeds beter, de leerlingen weten steeds minder.’

Daarbij rijst de vraag welke bakens Weyts nog kan verzetten tegen het einde van de legislatuur.

Compromisfiguur

Toch geniet de N-VA-minister zeker nog steun in de Vlaamse regering. Daar rekenen CD&V en Open VLD de komende maanden nog op ‘compromiszoeker’ Weyts om de regering-Jambon mee door woe­lige wateren te loodsen.

Terwijl N-VA-minister Zuhal Demir onverzettelijk lijkt in het stikstofdossier, hopen ze dat er met Weyts wel nog te praten valt.

Viceminister-president Hilde Crevits (CD&V) riep niet toevallig de eigen parlements­leden op om niet te communiceren over de video.

Maar belangrijker: ook binnen de N-VA geniet Weyts nog veel ­krediet.

Ben geniet mijn volle steun en vertrouwen, meer heb ik daar niet aan toe te voegen’, reageert zijn provinciegenoot en Kamerlid Theo Francken. ­

‘Ondanks deze week is Weyts nog altijd meer geschikt als minister-president of voorzitter dan Demir of Francken’, klinkt het bij een ­ander N-VA-kopstuk.

‘Hij kan meer verbinden en compromissen zoeken.’

De vraag is of de N-VA zo’n compromisfiguur nodig heeft na de verkiezingen in 2024, of juist niet.


Tien jaar geleden leek Ben Weyts de gedoodverfde opvolger van partijvoorzitter Bart De Wever, vandaag lijkt het eerder bergaf dan bergop te gaan. Nicolas/Maeterlinck/belga

Lees ook

Dubbelinterview
Column – Het verschil tussen een dronken en een nuchtere Weyts blijkt niet zonneklaar

Vul hieronder de zoekopdracht Onderwijs in en vind meer berichten.


Bron: De Standaard

Welkom op Facebook

Naar de website


Scroll naar boven