Gwendolyn Rutten – Als voorzitster moest ik te veel over mijn schouder kijken


De voorbije weken haalde ze hard uit naar Zuhal Demir en nam ze het op voor KU Leuven-rector Luc Sels en de boeren. Nu Gwendolyn Rutten parlementslid en burgemeester is, is ze niet langer van plan een blad voor de mond te nemen. ‘Ik heb de fractie beloofd om niet op alle slakken zout te leggen.’

Bart Brinckman – De Standaard


De animositeit tussen Zuhal Demir en Gwendolyn Rutten valt niet te loochenen. In diverse dossiers – stikstof, het mest­actieplan, de verkrachting van een studente – kreeg de N-VA-minister van Omgeving de voormalige voorzitster van Open VLD ­tegenover zich, al maken ze deel uit van ­dezelfde coalitie.

Het verleidde Demir tot de uitspraak in BV Darts dat ze altijd raakt mikt op een foto van de burgemeester van Aarschot.

Gwendolyn Rutten: ‘Over die uitspraak had ze me op voorhand beleefd ingelicht. Ik kan nog met Demir door één deur, al weet ik niet of dat wederkerig is. Ik ben al blij dat de media er geen sacochen­gevecht van maken. Dat toont maturiteit, het was vroeger wel anders.’

Tot voor kort moesten vrouwen in de politiek halve mannen zijn, hekelde u twee jaar geleden. Dat kan je van Demir niet zeggen.

‘Zeker niet. Dat juich ik ook toe. Ze is een mooie, jonge vrouw. Ik bewonder haar passie, die ik herken. Ze is zichzelf, een rol­model ook. Maar als ik iets niet goed vind, zou het niet netjes zijn om te zwijgen. Sois belle et tais-toi is niet aan mij besteed.’

‘Na mijn voorzitterschap zocht ik ­bewust de achtergrond op. Maar als volksvertegenwoordiger zit ik niet in het parlement om mijn mond te houden. Ik sta op mijn vrijheid, al heb ik de fractie beloofd om niet op alle slakken zout te leggen. Nu kan ik ook meer van mijn eigen ideeën uitgaan. Als voorzitter moest ik te veel over mijn schouder kijken.’ (schatert het uit)

‘Patat! Weg met de Vlaamse aardappel’, tweette u vorig weekend.

‘Iedereen weet dat er een vervolg op het mestactieplan moet komen, maar Demir heeft velen onnodig de gordijnen in ­gejaagd. Alleen met een brede dialoog over het samengaan van landbouw en natuur vermijd je confrontatie en polarisatie. Plots lag daar een zogeheten non-paper. Ze deed dat bewust. Een kwaadwillig lek? Dat slaat nergens op. De N-VA weet hoe het spel wordt gespeeld.’

‘Dit document is erg verregaand voor de boeren en de voedingssector. Toch was met niemand – coalitiepartners noch stake­holders – overlegd. Bovendien had ze dat ­document al aan de Commissie voor­gelegd. Wie actie zoekt, mag reactie verwachten.’

Gezien de kwaliteit van de waterlopen moet er toch iets gebeuren?

‘Zeker. Maar de Commissie wijst op een probleem met de veestapel. Eigenlijk gaat het dus niet over aardappelen, laat staan over wanneer ze moeten worden geoogst. Te veel varkens produceren te veel mest. Dan is het logisch ons te richten op de afbouw van de veestapel.

“Met het stikstof­akkoord zijn we dat ook van plan, waarbij de varkenssector zich bewust is van de overproductie. De afbouw van varkens heeft een grote impact op het stikstof­probleem en op de waterkwaliteit, maar er gaat amper aandacht naartoe.’

‘Ik kan er geen touw aan vastknopen. Demir heeft het lef om in een aantal dossiers op te treden. Soms doet ze dat goed. Maar het is me een raadsel wat ze hierbij denkt te winnen.

Je zou kunnen zeggen: “Opnieuw een aanval op de boeren, en dus de Boerenbond, en dus CD&V.” Maar ook de bioboeren mogen hun biezen pakken. Misschien moeten we niet altijd denken dat er een groot complot achter zit.’

Met de uitwerking van het stikstofakkoord kon u evenmin leven.

‘Met de basisprincipes wel. Sommige boerderijen weten sinds 2015 dat ze dicht bij een kwetsbaar gebied liggen. De regering hakt de knoop nu definitief door. Dat maakt de boodschap niet minder hard, maar er zit een logica achter.’

‘Sommigen willen het systeem heruitvinden om de kloof met de burger te dichten. Maar het zit goed in elkaar, het moet gewoon beter worden toegepast’

Gwendolyn Rutten 
Vlaams Parlementslid (Open VLD)

‘En dan viel de eerste dominosteen: de eeuwenoude abdij van Averbode. De vol­ledige goegemeente was aanwezig bij de opening van de nieuwe stallen. Het was een toonbeeld van innovatie, alle vergunningen waren geleverd.

“Ik ben dan beginnen te graven. En wat bleek? Nog andere boerderijen verkeerden in dezelfde situatie. Vanuit het niets moesten ze plots sluiten. Dan blijkt dat de administratie de kern van de politieke deal op een andere manier uitvoert. Als dat niet wordt rechtgezet, keur ik dat akkoord niet goed. Zo’n aanpak leidt naar een totale rechtsonzekerheid.’

Kan de Vlaamse regering dit aan?

‘Het is haar verdomde plicht. Maar een ­politiek akkoord is één ding, het moet juridisch ook nog kloppen. Op dit vlak zie ik een zekere systematiek.

“Neem Oosterweel, of het onderwijs waar het Grondwettelijk Hof de eindtermen vernietigde.

“Politici hebben de plicht om akkoorden te laten sporen met de wetten die ze zelf hebben gemaakt. Anders winnen ze alleen maar tijd. Nadien haalt de rechter toch alles ­onderuit. Dat is nefast voor onze demo­cratie en het vertrouwen van de burger.’

‘Te gemakkelijk wordt er naar Europa gewezen. Misschien moeten we er ons eerst van vergewissen wat Europa eigenlijk bedoelt voor we de regels naar Vlaanderen vertalen. Want we hebben als regio soms de neiging om straffer te willen zijn dan de strafsten, zonder na te denken over de implicaties. En dan dreigt er stilstand.

“In ­Wallonië is er helemaal geen stikstof­probleem: minder mensen, minder ­varkens, minder economische bedrijvigheid, meer natuur, meer plaats. In ­Vlaanderen is het net omgekeerd. Waarom gaat Vlaanderen niet samen met Nederland met Europa onderhandelen?’

 

In de zaak van de veroordeelde KU Leuven-professor was u de enige politica die de aanpak van Demir bekritiseerde.

‘Makkelijk was dat niet. Ik wist al snel dat ze uit de bocht was gegaan, de KU Leuven had van meet af aan de kant van het slachtoffer gekozen. Nadien volhardde ze in de boosheid. Iedereen voelde zich ongemakkelijk.

“Als het over seksueel misbruik gaat, lijkt er slechts één gepaste houding: het uitschreeuwen van verontwaardiging. ­Iedereen leek bang van de publieke opinie, het moest maar eens verkeerd overkomen.’

‘Dat vond ik erg. Want als iedereen zwijgt, wordt de grens verlegd van wat een minister zich kan veroorloven, waarbij de goedkeuring van een subsidiedossier afhankelijk wordt van het been waarmee die uit bed stapt.

“Achteraf kreeg ik veel reacties van parlementsleden die vonden dat ik ­gelijk had. Op het moment zelf durfde ­niemand te spreken. Mannen al helemaal niet en vrouwen lieten alleen hun emotionele kant zien. Dus als iets gevoelig ligt, moeten we allemaal zwijgen? Daar doe ik niet aan mee.’

Demir wilde slachtoffers ertoe aanzetten om klacht neer te leggen. Volgens rector Luc Sels in De Tijd oogst ze het tegen­overgestelde.

‘Inderdaad. Ze had de zaak anders kunnen bekijken. Vijf jaar geleden gingen daders vrijuit, klachten kregen geen gevolg wegens onvoldoende bewijs. Maar hier hebben alle partijen vanaf de klacht samen­gewerkt. Met een veroordeling. Dat schrikt af. Wie denkt hiermee weg te komen: je eindigt achter de tralies.

“Het leek alsof bij haar de plaat van vijf jaar geleden was blijven hangen. Ze bespeelde een snaar. En omwille van de soundbites durfde niemand nog iets. Ik snap het wel. Ik heb ook veel haatmail gekregen. Ik stond zogezegd aan de kant van de verkrachters.’

Wat zegt dat over het parlement?

(denkt lang na) ‘Op het vlak van politieke discussies schiet het Vlaams Parlement soms tekort. Het blijft dan hangen in de techniciteit, of tientallen tussenkomsten zeggen eigenlijk hetzelfde, waardoor men de draad verliest.

“Het parlement moet bij uitstek de arena zijn waar standpunten worden uitgewisseld. Als we het hebben over de Vlaamse ontvoogding, is hier nog een weg te gaan.’

De schuld van de particratie?

‘Natuurlijk, al wil ik niet vervallen in een naïef uitgangspunt dat alles from scratch in het parlement moet gebeuren. Een ­regeerakkoord helpt om tot een besluit­vorming te komen in plaats van elke dag van een wit blad te beginnen. Ieder heeft zijn rol te spelen.

“Het parlement heeft naast een wetgevende ook een controlerende taak. Dat gaat breder dan louter de oppositie, anders kunnen we het grootste deel van de assemblee afschaffen.’

‘Volksvertegenwoordigers laten toe dat voorzitters haast buiten het systeem staan. En dan zijn we verwonderd dat burgers geen respect opbrengen voor het parlement’

Gwendolyn Rutten

‘Tegenwoordig zijn er nogal wat denk­oefeningen, sommigen willen het systeem heruitvinden om de kloof met de burger te dichten. Maar het zit goed in elkaar, het moet gewoon beter worden toegepast.’

U bent niet wanhopig in de Wetstraat.

‘Helemaal niet. Maar te veel politieke lijnen worden buiten het parlement uitgezet, vooral door partijvoorzitters in de media. That doesn’t make sense. Het zou het Vlaams Parlement ten goede komen mocht bijvoorbeeld N-VA-voorzitter Bart De Wever daar zijn mening ventileren.

“Wij volksvertegenwoordigers laten toe dat voorzitters haast buiten het systeem staan. En dan zijn we verwonderd dat de normale werking tussen de regering en het parlement ­kaduuk is, dat burgers geen respect opbrengen voor het parlement.’

‘Stellingen die in het parlement worden ingenomen, klinken veel minder vrijblijvend. Woorden winnen aan kracht, je voelt de druk, je kijkt politici in de ogen. We vechten toch voor de democratie, tegen de Poetins en de Trumps? Welaan dan. 

Call me old fashioned, maar politici moeten hun werk doen. Tegenwoordig lijkt de besluitvorming volledig geoutsourcet. Een regering bevat verstandige, goed geïnformeerde mensen. Toch is het alsof zij niet beslissen, maar figuren die daarbuiten surfen op diverse mediakanalen.’

Buiten het parlement moeten voorzitters leren zich terughoudend op te stellen.

‘Ik weet het, het is erg in om dat niet te doen. En dan lijkt het helder waar een ­partij voor staat. Maar als minister zou ik geen puppet on a string van het partijhoofdkwartier willen zijn.’

Met een nieuwe naam of een scherper standpunt lukt de wederopstanding niet.

‘Helemaal niet. Het liberalisme bijvoorbeeld zal altijd nodig zijn, maar zal het daarom altijd 20 procent halen? Wat levert een nieuwe partijnaam op?

In Nederland komt D66 nog steeds onder dezelfde naam op, net als de VVD. Maar het stemmen­aantal fluctueert. Anderzijds, in dit moeilijke tijdsgewricht liggen de oplossing niet voor het grijpen. Er heerst fragmentatie en de democratie vertraagt. Al die turbulentie komt de extremen goed uit.’

‘Ondertussen is het weinig zinvol om een standpunt in te nemen en dan aan journalisten uit te leggen wat het strate­gische voordeel is. Vervolgens duikt dat dan in talloze analyses op. Alsof de mensen dat niet doorzien.

“Die onweerstaanbare drang om alles uit te leggen verbaast me ­elke keer.

“Zoals CD&V-voorzitter Sammy Mahdi: “We komen op voor het kindergeld, dan weten de mensen dat we voor het ­kindergeld opkomen.” Sorry, als je dat vindt, moet je ervoor zorgen dat het ­kindergeld verhoogt.’

Of een voorzitter die zegt: ‘Vol is vol.’

(kijkt vragend) ‘Ik ben niet mee, hebt u het over Egbert Lachaert, mijn voorzitter?’

Hij zei dit in De afspraak op vrijdag en ­publiceerde een opiniestuk op Knack.be.

‘Dat heb ik gemist. (grijnst) En zelfs na twee jaar wil ik geen schoonmoeder ­spelen, hoe moeilijk dat soms ook is. Maar ­inderdaad, ook dat. Hij zegt het niet alleen buiten de politieke arena, de uitspraak lost ook niets op. Want waarom doet de regering dan niets? Walk the talk. Toegegeven: zijn punt is terecht. We zijn een klein land met een sterk uitgebouwde sociale zekerheid. Hoeveel kunnen we aan?’

Hebt u geen heimwee naar de nationale ­politiek?

‘We zullen zien wat het leven brengt. Het burgemeesterschap is alvast het beste antidotum tegen het cynisme in de Wetstraat, het maakt een betere politica van mij. De besluitvorming is niet anoniem, de volgende dag sta je bij de bakker en moet je uitleggen waarom je iets doet.’

In 2024 komt u niet onder de Open VLD-vlag op.

‘Hoogstwaarschijnlijk niet, nee.’

Is dat niet vreemd voor een gewezen ­voorzitter?

‘Ik blijf wie ik ben. De mensen weten dat ik geen Vlaams-nationalist ben, of een socialist. Lokaal weegt de stad door, niet de ­partijpolitiek. Aan de ene kant heerst de antipolitiek, aan de andere kant tonen mensen heel veel engagement voor de buurt. ­

“Tijdens de coronacrisis heb ik dat aan den lijve ondervonden, dat was indrukwekkend met zoveel vrijwilligers. Als je zo’n engagement wil kanaliseren in de partijpolitiek, haakt iedereen af. Dat is een wake-upcall. Bij het uitzicht van de Grote Markt komt geen ideologie kijken.’

‘Maar niet durven? Helemaal niet. In 2018 gingen we als Open VLD van vier naar tien zetels. Ook toen stond de partij er niet goed voor. Zo’n brede lijst helpt kiezers te mobiliseren.

“Vergeet niet dat de opkomstplicht is afgeschaft. Je bent burgemeester voor alle inwoners, ook voor hen die nooit voor jou zullen stemmen. In een stad denk je veel concreter. En als je steken laat ­vallen, krijg je het onmiddellijk te horen.’

Gwendolyn Rutten: ‘Het burgemeesterschap is het beste antidotum tegen het cynisme in de Wetstraat, het maakt een betere politica van mij.’  Sebastian Steveniers

Bron: De Standaard

Naar Facebook

Naar de website


Scroll naar boven